N°. 10247. Woensdag IQ .Tuli. A®. 1893. Qeu Courant wordt dagelijks, met uitzondering van (Eon- en feestdagen, uitgegeven. Tweede Blad. Feuilleton. Oin eene boterham. LEIDSCH PRIJfl DEZER COURANT Vw L#id«e per t «Mnden.f Lit. Vnmoo per post7.V....7.. 1.40. A&onderlgke Nommer».0.05. PRIJS DER ADVERTENTIÊN: Tm 1—regels f 1.01. Iedere regel meer f 0.17|. Grootere letters nur pleeternimto. Voor het fctoeeseeren buiten de sted wordt ƒ0.05 berekend. Uitrusting van den Infanterist. Door den officier van gezondheid 1ste kl. E. J. Kilhne, te Breda, is aan den Minister van Oorlog een rapport gezonden, benevens beschouwingen over de velduitrusting van den Nederlandsehen infanterist. Aan dit rapport is o. a. ontleend, dat de bepakking van den infanterist te zwaar is, daar deze pi. m. 33 kilo voor het gemid delde lichaamsgewicht, berekend op 58 kilo, bedraagt. Deze zware bepakking zou eerst kunnen gebruikt worden, wanneer de man er langzamerhand in geoefend werd steeds zwaarder en zwaarder te dragen, en verder en verder te marcheereneene oefening, die bi) de met groot verlof zijnde miliciens zal worden achterwege gelaten en by mobilisatie tot den kortst mogeiyken tijd zal beperkt worden. Schryver wyst er op, dat niet deugen: lo. de schako, wegende 450 gram, en, als zonder ventilatie zynde, door gewicht en warmte congestie naar het hoofd veroorzaakt, waardoor hoofdpyn en stoornis in de zoo zeer noodige rustige ademhaling teweeg gebracht wordt; 2o. het riemenstelsel met de daaraan ge hangen patroontasschen en ransel oefent eene zóó sterke drukking op de spieren van de borstkas uit, dat de ademhaling oppervlakkig en ongelykmatig wordt; 3o. door de zware bepakking zet de man zgne voeten niet behooriyk neer, maar laat hy ze slepen en loopt zyne voeten door. Geven deze drio oorzaken reeds in tyd van vrede een groot contingent invalide man schappen, daarby komt in tyd van oorlog nog de omstandigheid, dat èn voeding èn ligging èn verpleging niet steeds even goed kunnen wezen als in tyd van vrede. In andere landen is wel is waar de bepak king byna even groot, maar daar is het oefeningstydperk der militie langer en het aantal beroepssoldaten grooter. Het gevolg der bepakking zal dus zynlo. een groot aantal achterbiy vers en 2o. dat de manschap pen de bepakking, op geweer en patronen na, wegwerpen. In hoofdstukken wordt voorts aangegeven wat moet vervallen; o. a. by de kleeding: de scbako veel lichter maken en handschoenen weg; by de uitrusting: ransel te doen ver vallen, en daartoe minder sterk noodig gewor den draagriemen in gewicht te verminderen en te transformeerenranselzak tweemaal grooter en impermeabel makenéén hemd minder meevoeren; een paar schoenen met schoenzakje op compagnieskar meevoeren en verder het persooniyk bezit van kleer- kloppers, slappe was, schoensmeer, geweer- vet, enz., enz. te velde tot algemeen bezit maken. By de bewapening te doen vervallen de achtertasch met de daarin bevatte patronen en deze te doen vervoeren op sportkarren, welke later zouden kunnen dienen voor den aanvoer van patronen uit de patrooncaissons naar de gevechtslinie. Ten slotte aan schop, byi, sabel en bajonet do grootst mogelyke beperking te geven, en aan de sterksten onder de geweerdragenden, schoppen en bylen te doen verstrekken, dit laatste vooral met het oog op het indeelen van genietroepen. Gemengd Nieuws. In den naasten omtrek van Leiden, alsmede te Katwyk en in het West- land, beloven de zoogenaamde „late" aard appelen geen ruim beschot. Stond het gewas aanvankelyk mooi, de kleine regenbuitjes, welke na de groote droogte volgden, hebben het veel kwaad gedaan en zyn aanleiding geweest tot het doorgroeien der planten. Ter- wyi de knol nog klein is, moeten de aard appelen thans reeds en dat dus veel te vroeg gerooid worden, waardoor de voorraad nu wol groot zal worden, maar hetgeen tegen den winter, in deze streken althans, schaarschte doet voorzien. Aan het station teHaarlemis een verver, die op eene ladder stond, door een rangeerenden trein omvergeworpen. Hy werd inwendig zwaar gekneusd en brak den rechterarm. Door een noodlottig toeval is een der huisgenooten van den heer B., op de Pypenmarkt te Amsterdam, uit een raam van de derde verdieping gevallen. De ongelukkige, een man van ongeveer dertigjarigen loeftyd, werd naar het Binnengasthuis vervoerd, waar hy kort daarna overleed. Twee personen zpn daar in bewaring genomen, beschuldigd op de Reguliersgracht het schot gelost te hebben op den persoon, van wien wy in een vorig 1 nummer melding maakten. Een ongeveer twaalfjarige knaap wilde Zondag-morgen in de Da Costa straat te Amsterdam nog voor een aankomend rytuig heenloopen, doch struikelde, viel en kreeg het rytuig over zich heen. De knaap was oogenblikkelyk dood. Het ongeluk was ge schied onder de oogen des vaders, die voor het raam van een bovenhuis zat en by het zien van het ongeval het raam zou zyn uit gesprongen, indien zyn broeder hem daarin niet intyds verhinderd had. Eon man, die aldaar aan het IJ tegenover de Houthaven zat te visschen, geraakte daar te water. Kort daarna werd hy levenloos op gehaald. Z a t er d a g - a vo n d is teNymegen het magazyn met woonhuis van den heer J. A. Levy, groothandelaar in lompen en glas werk, in korten tyd geheel uitgebrand, waarby al de koopmansgoederen en veel meubilair verloren gingen. Ook het aangrenzend koetshuis van den stalhouder J. W. Janssen brandde geheel af. Van daar sloegen de vlammen over naar de schuur en het woonhuis van den landbouwer De Zwart in de Papengas, welke panden ook geheel uitbrandden, terwyi diens pas geborgen oogst van hooi en rogge daarby in vlammen opging. Het hotel „GoudenLeeuw", van den heer J. W. Janssen voornoemd, dat ook groot gevaar liep, bleef gelukkig gespaard. Oorzaak onbekend. Alles was geassureerd, behalve de oogst van hooi en rogge van De Zwart. Uit een mededeeling der ,Prot. Nbr." over Neerbosch blykt, dat de commissie, die zich met het onderzoek heeft belast, in drie afdeelingen zal gesplitst worden, eene juridische, eene paedagogische en eene hygië nische, waardoor de werkzaamheden vanzelf verdeeld worden. Men stelt zich voor, dat het minstens drie maanden zal duren, alvorens de rapporten openbaar gemaakt worden. Uit Veendam wordt geseind: De groote meeting alhier is rustig afgeloopen.- Twintig afdeelingen waren aanwezig. Vier duizend personen waren op het land. Sprekers waren Bill, Hermans en Havers. Van deskundige zydevernoemt het „Hbl.", dat het bericht omtrent het voor komen van een geval van Aziatische cholera te 's-Hertogenbosch onjuist gebleken is. Een nader bacteriologisch onderzoek, door prof. Spronck, te Utrecht, ingesteld, heeft aan 't licht gebracht, dat het geval moet worden op rekening gesteld van cholera nostras. De ramp der „Victoria". Men seint uit Malta, 17 Juli: De zittingen van den krygsraad over kapitein Bourke en de andere nog in leven zynde officieren van het Engelsche oorlogsschip „Victoria" begonnen hedenmorgen onder voorzitterschap van ad miraal Culme Seymour aan boord van het oorlogsschip „Hibernia." Te Sydney hebben 240 socialis- tische landverhuizers, mannen, vrouwen en kinderen, zich op de „Royal Tar" ingescheept naar Montevideo, van waar zy naar Paraguay trekken om daar eene kolonie te stichten, die „Nieuw-Australië" zal heeten. Eene groote uitgestrektheid lands is tot dat doel in Paraguay aangekocht. Na hen komen nog verscheidene andere troepen Australische land verhuizers. De Grieksche consul te Salonica was te weten gekomen dat eene talryke bende roovers, onder aanvoering van den beruchten bandiet Coutrelli, van plan was in Thessaliê door te dringen. Door tydig genomen maat regelen wist men dit te verhinderen; de roover, die langen tyd de schrik van Mace donië is geweest, is nu omsingeld door de Turksche gendarmen, die hem weldra in handen hopen te hebben. WEST-IND1Ë. PARAMARIBO, 23 Juni. De door den gouvorneur benoemde com missie tot het ontwerpen van een avant- project voor eene nieuwe inrichting tot af zondering, behandeling en verpleging van leprozen is op jl. Woendag 7 Juni, des voor- middags te 9 uren, ten gouvernementshuize door Zyne Excellentie geïnstalleerd. Na dankbetuiging aan de heeren voor de aanneming der opdracht en voor het verschy- nen ter vergadering zeide do gouverneur tot het benoemen der commissie te zyn overge gaan, ten einde vooraf kunne worden beraamd wat zal moeten gedaan en in welke richting gewerkt, opdat voorkomen worde, dat later, wanneer tot de uitvoering kan worden over gegaan, niet wordt gestuit op bezwaren als die, welke zich hebben voorgedaan ten aan zien van de overeenkomst, welke ten vorigen jare voorloopig werd gesloten met de Roomsch- Katholieke gemeente. Het voornemen is dat de inrichting zal worden gemaakt door het gouvernement en de benoeming van directeur, geneesheer, enz. zal geschieden door den gouverneur, terwyl kosten van voeding en medicyn zullen komen ten laste van de koloniale kas, doch de ver pleging zal plaats hebben door liefdebroeders of -zusters, daartoe aangewezen door eene of j meer der godsdienstige gemeenten, omdat van verpleging door het bestuur geene goede resul taten te verwachten zyn. ï.i In eene van de lange, slechts zwak ver lichte gangen der vrouwengevangenis zat by een ruw houten tafeltje de gevangenbewaar der Koenraad Helm in diep gepeins verzonken. Hy had juist de ronde gedaan, de sleutelbos lag voor hem op de tafel; daarnaast, los in een papier gewikkeld, zgne morgenboterham. Maar hy kon niet eten, ofschoon de tyd daarvoor gekomen was. Hy had geen honger, vandaag niet en al sedert drie weken niet. Bgna eiken dag bracht hg de helft van zyn ontbyt weer mee naar huis hy, die anders niet te verzadigen man I Inderdaad, wat was hy veranderd, sedert zgne vrouw hem verlaten had! Hg kende zichzelven niet meer. Terwijl hy vroeger zyne betrekking rustig en opgeruimd had waarge nomen, was hy thans een verbitterd, in den omgang met de hem toevertrouwde gevan genen byna brutaal mensc-h. Vroeger, toen hg nog in de mannenafdee- ling werkzaam was, had hy nu en dan eens een vriendelyk woord voor dezen of genen gehad. Natuuriyk, hy hield streng orde en wee dongene, die de tinnen waschkom niet zilverblank gepoetst had, of wiens legerstede hij niet in orde vond! Dat hy ook de ge ringste sporen van eventueels ongehoorzaam heid of verzet met yzeren hand wist te onderdrukken, sprak by eene zoo militaire natuur vanzelf. Subordinatie, dat was voor hem bet ideaal der wereldregeering. En dat sproot natuuriyk uit zgne opvoeding voort. Koenraad Helm was de zoon van een kazerne-beambte geweest en deze was vroeg gestorven. Zgne weduwe wist te bewerken dat men den jongen in het militaire weeshuis opnam. Menig ander kind zou zich by de yzeren tucht van zulk eene inrichting niet lekker gevoeld hebben. Koenraad evenwel had van kind af niets anders gekend dan com- mandeeren en gehoorzamen. De kleine ge noegens van het soldatenleven, het vooruit zicht, door nauwgezette plichtsbetrachting zelf een commando te krygen, en vooral ook de uniform, die haren drager in diens meening althans boven den gewonen burger verheft: dat alles vond de jongen in het wees huis zooals hy het in de kazerne gezien had. Reeds op vyftienjarigen leeftyd zou men hem een goed soldaat hebben kunnen noemen, zoo hem niet de lichamelyke kracht en vol harding daarvoor ontbroken hadden. Maar de tyd voorzag in dat gemisKoenraad werd werkelgk wat men een goed soldaat noemt. Spoedig kreeg hy de „strepen", werd korpo- J raai, sergeant en nu nu kwam er stil stand. Ook bad intusschen hier en daar eene verandering plaatstot sergeant-majoor kon men dezen overigens zoo Hinken onderofficier niet bevorderen. Knorrend, voor de eerste maal in zyn leven tegen zyne superieuren knorrend, verdroeg hy dat een jongere in dienstjaren hem voor ging. Een paar jaren nog zag hy het mee aan, hoe eene andere generatie van „groenen" naast hem avanceerde alleen, omdat zy beter schryven, omdat zy hun rapport beter stellen konden dan hy. Toen verklaarde hg niet langer te willen capituleeren en nam zyn ontslag. De aanbeveling van zgn bataljonscomman dant hielp hem spoedig aan eene aanstelling als gevangenbewaarder. Nu was hy wel is waar geen sergeant-majoor, maar toch eene gevreesde, in zyne soort machtige persoon- ïykheid. Hy kon ook hier vooruitkomen, kon eerste bewaarder, onder-directeur worden. Hy was gestreng en gevoelde zich daar wèl by, totdat men hem op zekeren dag te kennen gaf, dat het voor ambtenaren als hy gewenscht was te trouwen. Dat was om zoo te zeggen de eerste ern stige zorg in zyn leven. TrouwenMaar met wie? Moest hg uit de dienstmeisjes eene keuze doen, hy, een koninkiyke ambtenaar? Kon hy, zooals indertgd de onderofficieren zyner compagnie deden, achter de huisdeur of op de keukentrap rendez-vous houden? Dat vloekte tegen de waardigheid van zgn stand. En bovendien hy wilde ook wat hooger op. Ongemerkt, zonder dat hy het zelf eigen- ïyk wist, ontwaakte in hem waarschyniyk de wensch, met behulp van eene „beschaafde" vrouw in een hoogeren stand te komen. Hg had namelyk altyd het oog op den onder directeur, die eene zeer nette, fraai gemeubi leerde woning had en mot den directeur, den dokter en den predikant der inrichting byna als met zyne gelyken mocht verkeeren. Ja, dat was het doel van zyne eerzucht I Zoo was het gekomen, dat Koenraad Helm naar de hand dong van eene wel is waar arme en ouderlooze, maar zeer ontwikkelde onderwyzersdochter. Juffrouw Anna Diedrichs gaf aan de kinderen van zyne hospita piano-les. VeTtolg ommezijde.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1893 | | pagina 5