N°. 10234.
Dinsdas» *Juli.
A®. 1333.
1
J>lt nommer bestaat uit TWEE
Bladen.
Eerste Blad.
feze Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van (Zon- en feestdagen, uitgegeven.
Leiden, 3 Juli.
P'ouilloton.
Ten duren pry's.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per 8 maanden1.10.
Tronco per post1.40.
Afzonderlijke Nommers0.06.
Firmntiëele Xironiek.
De afgeloopen week zal by menigen fondsen
houder lang in het geheugen biy ven, daar alle
geldmarkten zoowel binnen als buiten Europa,
in hooge mate den invloed moesten ondervinden
eener crisis, die, wat omvang en beteekenis
aangaat, in lange jaren niet haar gelyke
heeft gehad. Het kenmerk by vorige bange
episoden in den geldhandel was gewooniyk
dat eene crisis hand aan hand ging met eene
paniek, welke dikwyis uit overdreven vrees
was ontstaan, waarby eene snelle daling door
een oven spoedig herstel werd gevolgd en
het leed betrekkeiyk spoedig overkomen was.
Van gohe&l anderen aard is de crisis ditmaal.
Het is de uitbarsting van een lang onderdrukten
stryd om de heerschappü van het goud of
zilver, en nu deze eenmaal is uitgebroken,
zal de Jacht om het goud" des te heviger
worden. Do oorzaak van dozen toestand ligt
in de politiek, sedert meerdere jaren in Amerika
gevolgd, en onnoomiyk is de schade, welke
thans in dat land wordt geleden. Geen wonder
dus, dat het uitbreken der crisis van buiten
gewonen invloed moest zyn op de meeste
goldmarkten der wereld, waaraan ook Amster
dam zich niet onttrekken kon.
Hollandsche Staatsfondsen bleven
zooals gewooniyk hunne kalme markt behou
den de omzetten waren evenwel van weinig
beteekenis, daar de hooge prolongatie-koers
voor het weinige kapitaal, dat beschikbaar
was, voordeeliger belegging aanbood. De on
zekerheid van den toestand was evenwel
oorzaak, dat ook hiervoor weinig kapitaal
i beschikbaar kwam.
j' Tabaksaandeelen waren eerst in vaste
stemming, doch waren later in reactie. De
markt was voor deze fondsen ten slotte lus
teloos. Wel werd het resultaat dor gehouden
tabaksinschryvingen gunstig geacht, doch ook
op dit artikel zullen de moeilyke omstan
digheden in Amerika zwaar drukken. Om
dezelfde oorzaak was ook de stemming voor
aandeelen Nedorl. Handel-Maatsy. en
overige Koloniale waarden lusteloos.
Aandeelen Maatschappij van Petro-
leumbronnen waren belangryk beter op
het verslag, in de vergadering uitgebracht. Het
biykt dat tut productievermogen der bronnen
steeds toeneemten de ontvangsten stygen, zoo
dat het verliessaldo met 14,000 is vermin
derd. De eenigo donkere wolk is nu de nabij
heid der Atjehers, die nu en dan invallonop
het terrein beproefden. De aanwezigheid van
regeeringstroepen belooft thans evenwel vol
doende veiligheid.
Minder bemoedigend zyn de by zonderheden,
geput uit het jaarverslag der Ho 11. Spoor-
wegmaatschappy. De resultaten bleken
nog ongunstiger te zyn dan die van 1891,
hetgeen in hoofdzaak wordt toegeschreven aan
de ontvangsten, welke zeker niet in verhouding
der meerdere treinen zijn toegenomen. Wel
geeft de handelstoestand in het algemeen
geene aanleiding om ruimere inkomsten te
verwachten, doch de uitkomsten, in aanmer
king nemende de uitbreiding der lijnen en de
verschillende pogingen, aangewend tot ver
meerdering van vervoer, biy ven „bedroevend."
Thans zal door „bekrimpingen" op verschil
lend gebied getracht worden eene voordeelige
exploitatie te verkrygen, hoewei steeds duide-
ïyker blykt dat het eenige afdoende middel
is: overneming door den Staat.
De verschillende Europeosche fondsen waren
ook niet geanimeerd. Russische fondsen,
vooral roebel waarden, waren flauwer, naar aan
leiding der nieuwe belastingplannen,welke by de
regeering in voorbereiding zyn. Evenzoo viel
voor Spaansche en Italiaansche
fondsen een gevoelig teruggang te noteeren,
hoofdzakeiyk ton gevolge van aanbod voor
Parys, waar deze waarden hare hoofdmarkt
hebben. Voer Spaansche fondsen is eene af-
wyking van don steeds kunstmatig opgehouden
koers in de tegenwoordige omstandigheden
niet te verwonderen, daar dit land, hetwelk
met zyn muntsysteem geheel afgezonderd
staat, ook den achteruitgang dor zilverpryzen
sterk moot gevoelen.
„Beter laat dan nooit" mag met volle recht
worden gezegd ten opzichte der vergadering
van Portugeoscho fondsenhoudors, einde-
lyk eens byeengeroepen door het bescher
mingscomité. In hoofdzaak waren de daar ter
sprake gebrachte by zonderheden reeds bekend,
nl. dat de Portugeesche regeering er ernstig
over gedacht heeft om de rentebetaling tot
één vierde te verminderen; dat, nu
eenmaal uitkeering van een derde is vast
gesteld, hot gevaarlyk zou zyn wederom by
de regeering te protestoeren, daar wol ver
loren, maar niet gewonnen zou kunnen wor
den en het thans de verstandigste party is,
zooveel mogelyk te zorgen dat de wet van
20 Mei 1893 steeds behoorlyk worde uitge
voerd. Overigens wordt het publiek weer
geslingerd tusschen een decreet der Portu
geesche regeering, die dezer dagen officieel
heeft bekend gemaakt dat zy in geen enkel
opzicht de uitgifte van certificaten voor het
onbetaalde gedeelte der coupons erkent, en
een voorstel van het comité om voor hot
ontbrekende bedrag wèl bewyzen af te geven.
Ten opzichte dezer certificaten-uitgifte, heeft
reeds vroeger deze handeling aan gegronde
tegenkanting blootgestaan. Ook nu weder zou
men geneigd zyn te vragen of: het ei niet
wyzer wil zijn dan de hen.
Onder de Europeosche Spoorwegfondsen
trokken alleen do beide soorten der Zuid-
Italiaansche Spoorwegmaatschappij de
aandacht, door eene zeer gevoelige daling,
welke hoofdzakeiyk aan gedwongen opruiming
van prolongatie-posten moet worden toege
schreven.
De markt voor Z uid-Amerikaansche
waarden had het over het algemeen hard te
verantwoorden. Voornamelijk werden Mexi-
caansche fondsen zwaar getroffen door de
heerschende crisis, daar dit land in hooge
mate by den zilverliandel is geïnteresseerd, en
thans de sluiting van een groot aantal mynen
en smeltovens wordt verwacht of reeds is
aangekondigd. Niet alleen dat hierdoor een
30,000 personen zonder werk geraken, doch
eene der hoofdbronnen van handel wordt voor
Mexico gesloten. Dezelfde oorzaken gelden
voor de daling der Peruaansche fondsen.
Door de enorme vermindering der zilverpry
zen is in Peru eene algeheele finantiëele crisis
uitgebroken met volslagen stilstand van zaken.
In obligation Ecuador hadden gedwongen
verkoopen plaats, welke natuuriyk slechts
tegen aanmerkelijk verlaagde koersen konden
geschieden. Alleen omtrent Uruguay en
Venezuela luiden de berichten eeniaszins
gunstiger, daar nl. van het eerste land de
afzending wordt gemeld van 36,000 pd. st.,
ten behoeve der couponbetaling. Omtrent
Venezuela is te London bericht ontvangen,
dat thans de remises voor de coupons geregeld
worden overgemaakt en de regeoring alle
maatregelen zal nemen om de stortingen, die
nu het laatste jaar achterwege zyn gebleven,
zoo spoedig mogelyk in te halen.
De Amerikaanschespoorwegmarkt
was geheel gedemoraliseerd. Het was niet
alleen de scherpe daling der zilverpryzen, welke
hiertoe aanleiding gaf, doch ook de buiten
gewoon hooge geldkoersen. Niettegenstaande
deze tot 60 a 70 pd. st. waren opgeloopen,
werd het kapitaal steeds meer en meer terug
getrokken, zoodat grooto moeilykheden niet
PRIJS DER AD VEB.TENTEÊN
16 reg«l» ƒ1.05. Iedere regel meer 0.17^.
Grootera lettere naar plaatsruimte. Voor het
incAsrteereo buiten de sUd wordt ƒ0.10 berekend.
konden uitblijven. De plotselinge geldscbaarsch-
te in Amerika, in verband met de daling
van het zilver, is oorzaak dat in eenige staten
reeds een volslagen stilstand van den handel
is aang.broken. Enorme boeveelheden graan
liggen in de westelyke staten opgestapeld,
doch kunnen niet worden vervoerd, omdat de
boeren geen geld kunnen bekomen om de op
hunnen oogst gesloten beleeningen af te lossen.
Hiervan is weer het gevolg, dat in deze
staten de spoorwegontvangsten aanzienlijk
moeten dalen, hetgeen reeds by enkelen
duidelijk valt waar te nemen. Zoo zijn
D e n v e r-waarden zeer flauw ten gevolge
van hot groote belang, hetwelk deze Maat
schappij by de zilver-industrie had, zoodat ook
van deze Maatschappij aanmerkelyk minder
ontvangsten worden verwacht. Union-Paci
fic-waarden liepen ook belangrijk achteruit,
hoewel voor deze fondsen geene buitengewone
aanleiding voor de daling bestond. Zoo ook
waren Chesapeake- en Ohio-obligatiën
lager, alleen ten gevolge van eenig aanbod.
Atchisons deelden niet het minst in de
algemeene malaise, hoewel de ontvangsten
over de derde week van Juni eene vrij be-
langryke vermeerdering aantoonon.
De crisis breidde zich natuuriyk over de
geheele Amerikaansche markt uit, waarby
echter met voldoening kan worden geconsta
teerd, dat, niettegenstaande den angst verwek-
kenden val der N.-Yorksche noteeringen, onze
beurs zich van eene zeer sterke zyde heeft
doen kennen en de crisis daar niet door angst
vallige en ondoordachte opruimingen is in de
hand gewerkt, hoewel gedwongen verkoopen
niet zyn uitgebloven.
Rynlandsche Bank.
"Woensdag 5 Juli a. s., den verjaardag van
prinses Marie Yon Wied, zal des middags te
twaalf uren op het Schuttersveld alhier door
het garnizoen eene groote parade worden ge
houden.
By koninklijk besluit is: lo. tot hoogleeraar
in de faculteit der rechtsgeleerdheid aan de
Ryks-umversiteit to Leiden, om onderwijs te
geven in het staatsrecht, het administratief
recht en het volksrecht, benoemd mr. J. Oppen-
heim, hoogleeraar aan de Rijksuniversiteit
te Groningen 2o. aan mr. J. Oppenheim voor
noemd, eervol ontslag verleend als hoogleeraar
aan de Ryks universiteit te Groningen, met
ingang van den dag, waarop hy zyne lessen
als hoogleeraar aan de Ryks universiteit te
Leiden zal aanvangen.
- Egon zag Mélanie aan. Deze lachte en zeide:
„Maar ik moet zeggen, dat g(j een zeer
galant ridder zytbelooft gij ten minste mij
op te helpen, als ik het ongeluk mocht heb
ben te vallen en op dezen heerlijken weg al
mijne arme ledematen gebroken heb?"
Lachend bood bij haar den arm.
„Mag ik dan zoo vrij zijn?" vroeg bij min
zaam. „Hebt ge onlangs niet gezegd, dat ik
het nimmer wagen moest u mijn arm aan
te bieden?"
„Heb ik dat heusch gezegd?" vroeg zij;
„dan is hot zeker uit medelyden met u, jon
gen man, geweest, maar hier op dezen ver-
schrikkelyk moeilijken weg moet ik mijn
bevel herroepen. Vindt ge dat niet erg?"
troag zij, op zyn arm leunend.
H „Maar, mevrouw", zeide do officier min
zaam en den vriendeiyken blik, die deze
woorden vergezelde, anders uitleggend dan
hy gemeend had, was zy gelukkiger dan ooit
tè voren.
|Zü, aan z (j n e zjjde. hier in de eenzaamhei 1
van het bosch, o, hoe lang had zij daarnaar
verlangd I Egon deed zijn best, het gesprek
aan den gang te houden, maar Meianie gaf
hom niet veel antwoord. Beiden zwegen eene
poos. Een houthakker ging hun voorbij 6n
groette beleefd. Eene vrouw bleef met een
mandje bessen vóór hen staan.
„Vinden mijnheer en de jongejuffrouw het
bosch niet mooi?" vroeg zo.
Mélanie had haren hoed afgenomen en zag
er met haar lief gezichtje en lang krullend
haar zeer jong uit. Maar nu schiikto zl) toch.
„Ik zal uw arm maar loslaten", zeide zij
glimlachend„men weet niet wat van ons
te denken; komt, laten wij do kleinen gaan
zoeken 1"
Dezen waren spoedig gevonden c-n na een
halfuurtje kwam het geheele gezelschap op
het jachtslot aan. Nu werd de mand met
voorraad uitgepakt; heerlijke dingen kwamen
er uit te voorschijn en nu werd er ook op
de gezondheid van papa gedronken. Mélanie
wensclite een oogenblik hartelijk, dat haar
man erbij mocht z(jn; de opmerking van de
vrouw, dio do bessen verkocht, had haar
verlegen gemaakt.
Het was nu tweo uren en men begon te
j beraden hoe men de laatste uren van den
dag zou doorbrengen. De kleine Roderik wilde
in eene boot gaan roeien.
„Lief, zoet mamaatje, laat ons in eene boot
gaan!" smeekte hy vleiend.
Ja, etnige dagen geleden had Egon van
het schoone meer verhaald, dat in het bosch
gelegen was en waar altoos eene boot gereed
lag; het kleine gezelschap vervolgde dus den
weg door het boschhet moest wel een uur
loopen en heerlyke plaatsen in het bosch
doorkruisen eer het aan het meer kwam, dat
men eenigen tyd to voren met zyne zilver-
heldere oppervlakte door de boomen heen had
zien schemeren.
Eindeiyk bereikto men het meer. Uit een
klein, armoedig huisje kwam een man te
voorscbyn; hy was de schipper, aan wien
de boot behoorde.
Volgaarne stelde hy zyne boot ter be
schikking van het gezelschop; hy bood zich
ook aan voor hen te roeien, maar hy zag er
zOó knorrig uit, dat Mélanie hem niet mede
wilde hebben.
Natuuriyk namen zy den kleinen Roderik
mede; de bonne zou dan zoolang met de
kleine Annie langs bet strand blyven wan
delen. Van al wat men dien dag genoten had,
was dit roeitochtje wel het allerbeerlykste.
Dat zachte heenglyden over hel heldere water,
waarin de heerlyke zware boomen weer
spiegelden.
j Het meer was lang en smal en meestal
i meende men zich op een breeden vloed te
bevinden. Spoedig hadden zy het visschers-
huisje uit het gezicht verloren en zagen zy
niets dan water, bosch en de blauwe lucht
boven hen, den schoonen, helderen, blau
wen hemel.
„Nu niet verder", smeekte Mélanie; „nu
blyven wy hier heel lang op deze plaats,
tot het ons verveelt. En dat zal lang ge
noeg duren! Eerst moeten wy echter iels
zingen. Zoudt gy niet denken dat het hier in
deze stilte zeer schoon zal klinken?"
„Heerlyk klinken zal het zeker", zeide
Egon, en daar had by geen 01 gelyk in, want
Mélanie had eene prachtige mezzo sopraanhy
had zelden eene schooltere stem goboora.
Hot was een groot genot met haar te zin
gen. Zy zongen nu alle duetten, die zy ken
den; nu eens zong Mélanie alleen en dan
weer Egon alleen. Zyne zachte bariton bracht
haar in verrukking. Vie verbood haar te
denkon, dat de woorden, welko hy zong:
„Du meino Seele, du mein Herz", geheel en al
voor haar bestemd waren?...
[Wordt vervolgd.)