- Persoverzicht. Over do Zondagsrust op postkan toren schrijft de Arnhemsche Courar.t o. a. In Belgio zijn nieuwe postzegels ingeycord. waarbij de ^;z0ndol' - llitUctt lill hel stllohje, dat het verzoek bevat, altliaM 'niet van het zogeltje afscheurt, waartoe het, geperforeerc zijnde, als het ware Uitnoodigt - de adminis tratie verzoekt den brief of het drukwerk niet te bestellen op een Zondag, „no pas livrer le dnnancbe." Toen de tegenwoordige directeur-goneraa van de poslerijen in ons land nog minister van waterstaat, handel en nijverheid was is men op don weg van beperking van den Zondagsdienst voor bet postwezen bier te lande zeer ver gegaannaar veler oordeel al reeds to ver, want er is, zoe onze memorie ons niet bedriegt, zelfs eone voreeniging op gericht tegen hetgeen vele mannon van zaken oene overdreven, voor den handel nadeehge beporking achtten. Het onderworp zal dus in de hoogo admi nistratieve kringen wel overweging vinden, en daarom nemen wij deze gelegenheid waar om te waarschuwen tegen overdrijving on dwaashedon. Niets anders dan eene dwaas heid noemen wij hetgeen in Belgiö wordt gedaan, want het komt ons voor dat iemand, die verlangt dat zijn correspondent op den Zondag niet ontvangen zal wat hij hem ge heft toe te zenden, zich onthoudon moet zijne verzendingen Zatordag of Zondag Ion kantore te bezorgen. Ziedaar het oenvoudig, afdoend en natuurlijk rniddol om aan don ontvanger verstoling van do Zondagsrust en aan net kantoorpersoneel Zondagsarbeid to besparen welke laatste althans niet gebeurt mot het ter post bezorgen van do met de nieuwe post- zegeltjes versierde brieven en drukwerken. Al blijvon die liggen op het kantoor van aan komst ton kantore van verzending moeten daarmede al die manipulatiSn plaats bobben, welke ook voreisebt worden voor do corres pondontie van den Sabbathschender, die nu eenmaal zoo verstokt is van to moenen, dal het lezen van brief of courant op den Dag des Heeron zijn correspondent niet zal bena- doelen in 't tijdelijke noch eeuwige. Het ver zonden met de Belgische niet-besteUings- postzegel haalt dus, indien het algemeen wordt toegepast, geen anderen arbeid uit dan dien van den brievenbesteller ter plaatse van be stemming. Wi) stellen hier met opzet twee motievori voor de Zondagsrust nevens elkander, omdat die streng gescheiden moeten blijven: de religieuze, welke mot gemoedsbezwaren en geestelpken dwang samenhangen, en de economische, die alleen het verschaffen van oon periodieken rustdag aan de ambtenaren van hot postwezen beoogen. Monigoon, diode economische motieven op den voorgrond stolt, wordt echter door de religieuze godreven, zoodat het hem te doen is het gansche publiek op den Zondag alle bezigheden en alle lectuur te onthouden, daar hij zich met do bedrieglijke verwachting vleit, dat do men- schon daardoor zullen gedwongen wordon tot kerkbezoek en tot bijbellozing. Het behoeft wel niet betoogd te worden dat, zoo de Kogeering bevoegd te achton is om de inge zetenen op zoo oenzijdigen trant te dwingen, zo dat behoort te doen rechtstreeks en onver holen, bij oeno wet, maar niet op sluiksche wijze bij eone eenzijdige regeling van liet post wezen, een door don Staat zich toegeëigend monopolio, dat derhalve ton meosten nutte en overeenkomstig de wenschen en behoeften van het daarvan genot bobbend publiek moet worden geëxploiteerd. De Staat kan niet zoggen: ik bezorg demo tor bezorging toevertrouwde brieven op den Zondag niet aan den geadresseerde, zoolang hij den ingezetenen de gelegenheid onthoudt om zelf voor hot vorvoeren en het bestellen hunnor correspondentie te zorgen. Het heeft ons altijd toegeschenen, dat van den Zondagspostdienst, van bet uitsluitend economisch oogpunt beschouwd, veel meer misbaar wordt gemaakt dan de zaak verdient. Den dienst dor posterijen op den Zondag - óf op oenlgen anderen, onverschillig welken dag der week geheel te staken, opdat het personeel periodieke rust genieten kah, gaat natuurlijk niet aan, alweder wegens dat monopolie; want er komen in het maatschap pelijk en familieleven zooveel omstandigheden voor, waar dadelijke schriftelijke gemeenschap oen 'volstrekt vereischte is, dat het openbaar gezag dit niet zonder verrogaande wreedheid en groote schade aan allerlei moreele en materhele belangen geheel mag afsnijden. Ook zonder ons op ebhtge statistiek te kunnen b^joepen, Londen wij vol, dat bet publiqk op dt-n Zondhg weinig of niet schrijft en ten kantoïe bezorgt; de dienst op dien dag is dus veel geruakkelpker en geringer dan f>p do werkdagen, zoodat men met half personeel kan volstaan. Doet men dit, en geeft men dus hot geheelo personeel om den anderen Zondag vrij, dan doet het bestuui der posterijen wat het kan, en heeft de be weging voor nog moer, en nog moer Zondags rust geen reclit van bestaan. Want verder kan men niet gaan dan op den Zondag mo een minimum van personeel in den diens te voorzionhoe beperkt dio is, in den diens moet voorzion worden, vanwege het mono polie. Kleingeestige, kinderachtigo hulpmu deltjes, zooals dat van het Belgische post zegeltje met het verzoekend aanhangsel, zyi noodeloos en nutteloos." Weg met audiöntiosi- Wanneer men solliciteert voor eene rechterlijke o administratieve betrekking, is vaak daaraan de verplichting verbonden, dat men bij waar digheidsbekleders, als ministers, Commissa rissen der Koningin, hoofdambtenaren ter audiëntie gaat, niot zoozeer om to solliciteeren dan wel om zich te vertooncn. Do sollicitant toch heeft zich reeds schrif telijk tot do botrokken autoriteit gewond met een request, waarin hU alios mededeelt wat noodig is, en waarbij hij natuurlijk de wette lijk gevorderde stukken en zijne schriftelijke aanbevelingen hoeft govoegd. Op die stukkon wordt do sollicitant benoemd of niet benoemd, doch wat geeft de audiëntie, do persoonlijke vortooning Volgens hot Nieuws van den Dag niets, uitgezonderd wanneer hot ambt met do figuur van don ambtenaar min of meer samen hangt. Haar oveiigens kan en mag die per soonlijke vortooning geen invloed hebben op de benoeming. „Het kan niet. Men denke zich bjjv. een minister, die op bet bepaalde tijdstip, ongeveer één uur, een zestigtal sollicitanten heeft te ontvangen. Bijna niemand hunner kan hot vergund wor den iets van wezenlijke betoekonis te zeggen niemand is volkomen op zijn gemak of weet zich precies to herinneren wat hjj voornemens was mede te deolen. Gehuld in het zwart, met witte das en den cylinderhoed in do hand, ia de sollicitant uit- en inwendig abnormaal. En nu zal men een minister, man van be schaving, ervaring en wetenschap, verdenken, dat bij zich zal laten leiden door don por- soonlijken indruk, dien deze figuur gedurende 45 of 60 seconden op bem maakt Het mag niot. Want waar persoonli)ko vertooning invloed heeft daar wordt niet alloon het audiëntie bezoek eene verplichting, maar is ook de grootste kans van slagen aan hem, die zich weet te vertoonen zooals hij n i o t is, althans aan hem, die zich een overwicht weet te verschaffen door uitwendige godaanto en stem buiging." Evenwol, het audiëntiebezoek is voor solli citanten tot op zekore hoogte eone verplich ting omdat het als eene beleefdheid beschouwd wordt. Maar die verplichting eischt van velen geldelijke offers, tijdverlies, vermoeienis, en daar het alzoo niets meer is dan oene voor alle betrokken partijen onaangename forma liteit geoft het Nieuws in overweging haar af to schafTen. Laat daarom de regeering het voorbeeld geven en de officiëele audiéntiedagen afschaffen. Tot het werkelijk besprekon van ambtszaken moet natuurlijk de gelegenheid blijven geopend, en mocht de eene of andere autoriteit een sollicitant persoonlijk w e n schon te spreken, welnu, dan zal deze immers, in zijn éigen belang, niet aarzelen den wenk op te volgen In dien geest leidc men de beweging, die, naar het Nieuws opgemerkt hoeft, in de lucht zit. Het vraagstuk omtrent vorbotoring dor gemeente-financien wordt stoedsleven diger besproken, ondanks de vele artike.en, welke betrekking hebben op de mouwe Kieswet en do herstemming te C Hoe zullen de gemeenten geholpen worden? Die vraag is bij de behandeling der be lastingwetten herhaaldelijk geopperd in Kamer en Pers en velerlei zijn de antwoorden, die daarop zijn gegeven. Het te Leeuwarden verschijnende anti-revolutionnairo blad Hel Noorden geeft echter oen antwoord, dat de verdienste heeft van niouw te zijn. De Prol. Koord Brab. opperde dezer dagen den raad de zelfstandigheid der gemeenten te herstellen C-n Hel Noorden houwt daarop voort en schrijft De gemeenten worden door het Rjjk ver teerd; de grondlasten, die toch in de eerste plaats eene zeer natuuriyko schatting voor do gemeenten zijn, gaan naar de Rijks- schatkist. Het Patent, straks de Bedrijfsbelasting, gaat denzelfden weg; het Personeel, dat, hoe weinig do opbrengst dan ook moge wezen, even natuurlijk als de grondbelasting aan de gemeenten behoort, moet hot Rijk <5ók hebben, on met eenige opcenten moeten deze zich in het gedrang redden. Maar de groote, dringende vraag is: hoe redden zij zich er uit? En met hot oog op de gegevens kan o. i. toch met mogelijkheid geen natuurlijker en practischu antwoord hierop worden gegeven, dan oil decentraliseer de belastingheffing; laat aai. den Staat geene andere zorgen over dan die uit den aard der zaak op zijn weg liggen, on herstel de zelfstandigheid der gemeenten en gewesten. Grondwettige bezwaren verhinderen dit voor 't oogenblik; het centralisatiestelsel is in de Grondwet voorgeschreven, en zoolang deze Grondwet vigeert, niot op te heffen. En hoewel dit waar is, zoo heipen tocli alle lapmiddelen weinig of niets, en de huis houding der gemeenten gaat zichtbaar ten gronde. Daaruit blijkt, hoe dringend noodig het is, het staatsideaal te laten varen en do Grondwet te herzien. Deze Kamer doet dat niet, en zij zou ons ook al heel weinig beters leveren dan do redactiewijziging van 1887. Maar daarom is in dezo hoop en verwacli ling van eene voldoende uitbreiding van het kiesrecht. Ais een grooter deel van het Neder- landsclie volk kan meespreken, en er meer dan thans oene volksvertegenwoordiging komt, dan is het niet te denkon dat langer oei st allo middelen, die weinig of niets kunnen helpen, zullen worden beproefd, eerdat do hoofdoorzaak van do ellende in de hartader wordt aangetast". De Haagsche correspondent van de Zutfen- schc Courant schrijft, dat zijne verwachting, dat de Tweede Kamer naar alle waarschijnlijk heid geene zomervacante zou nemen, vóórdat do groote aanhangige wetten, dus ook de kieswetten, zijn afgedaan, in de vorige week meer kans op verwezenlijking heeft gekregen. De Commissie van Rapporteurs heeft eind verslag uitgebracht, en de Voorzitter der Kamer heeft daarna bij voorbaat aangekondigd, dat hot zijn voornemen is, om na afloop der Bedrijfsbelasting slechts voor zeer korten tijd de zittingen te schorsen en de Kamer tegen 12 Juli weer bijeen te roepen tot behandeling dor kiosrechthervorming. Nu is daarmede nog wel niet gezegd, dat oon voorstel van den Voorzitter in dien geest ook door do meerdei- heid zal worden aangenomen, maar indien tegen bedoeld plan ernstig oppositie te wachten was, zou men waarschijnlijk wel reeds eon protest hebben doen hooren. Wanneer de Kamer met de debatten over de Bedrijfsbe lasting gereed zal ziin, is nog moeilijk aan to geven, maar men is nu ten minste met de behandeling der artikelen begonnen, en de lust om amendementen in te dienen, zal er wel niet grooter op wordon, nu de voorstellers van amendementen op do eerste artikels zoo woinig succes gehad hebben. Wel is waar moeten de voornaamste artikelen nog aan de orde komen, maar dit is toch reeds duidelijk gebleken, dat de groote meerderheid weinig geneigd is, mee te gaan met voorstellen, die inbreuk maken op het systeem der wet. En het zijn niet alleen liberale leden, die krachtig voor het systeem der wet opkomon. -In de Commissie van Rapporteurs hebben ook twee leden van de anti-revolutionnaire partij zitting, en toch is die Commissie over de hoofdpunten van dit hervormingswerk homogeen en een stemmig van meening, dat de Kamer den minister gerust op den ingeslagen weg kon volgen en verkeerd zou doen door in het ont werp ingrijpende wijzigingen te brengen. De Haagsche berichtgever der Middelburg- sche Courant schrijft o. a.: Het valt niet. te ontkennen, dat wij op dit oogenblik een goed eind op weg zjjn met onze belastinghervorming, maar tevens dat er aan het geheel een groote factor ontbreekt, zoolang het Personeel met lierzien is. Do nu in behandeling zijnde Be drijfsbelasting zal zeker meewerken tot eene <>oodo organisatie, maar toch ook, hoo billijk op zicbzelve, to Avaren druk uitoefenen, zoo lang de Personeels belasting met haro verouderde en in onzen tijd vooral on gerijmde grondslagen tegelijkertijd van kracht blijft. Eene verbetering, eene verandering is hoogst noodig. Mocht dus de behandeling der Kiesrecht- ontwerpen het tot stand komen van zulk eene wjjziging in den weg staan, dan zouden w\j voor eenig uitstel kunnen pleiten; maar w\j meenen dat dit onnoodig is. Terwijl die behandeling plaats heeft, kan de minister van financiën zich wijden aan de noodzakelijke herziening van de Porsoneele belasting. De nieuwe Kieswet, eenmaal aange nomen, moet nog in behandeling komen bij de Eerste Kamer; do Tweede Kamer heeft dus nog, vóór haar vierjarig tijdvak om is en de verkiezing plaats heeft op den nieuwen grond slag, den tijd om eene nieuwe regeling van het Personeel in behandeling te nomen. En dat de minister van financiën zich mot voort varendheid aan dio regeling wijden zal, blijkt wel uit hetgeen Dinsdag door hem is gezegd. Tot tweemalen toe heeft hij toen verklaard, dat hij al het mogelijke zou doen, om den door hom daaromtrent gekoesterden wensch te ver vullen. Over drie weken ongeveer zal hy zich een denkbeeld kunnen vormen van de vermoe delijke opbrengst der Vermogensbelasting en van hetgeen de schatkist zal kunnen missen. Dan, onmiddellijk na afloop van de nu aan hangige beraadslaging over de Bedrijfsbelas ting, zal hy de best mogelijke verbetering der Personeelo belasting zoeken voor to bereiden. Onder het hoofd „Een stukje sociaal vraag stuk" lezen we in de Haagsche Courant: Er wordt tegenwoordig wel eens beweerd, dat 't voortdurend moeilijker wordt, eone be trekking te krijgen, - dat er voor elke plaats 10 of 12 of 25 liefhebbers opdagen. Malligheid is dat, onwaar, een verzinsel. De minister van justitie heeft dit ten dui delijkste in het licht gesteld in de „Sts.-Ct.", die de benoeming vermeldde van de nieuwe inspecteurs der rijksveld wacht. Voor de negen betrekkingen, die in rang en bezoldiging r/~ 1200) gelijkstaan met die van inspectouT van politie, heeft de minister nl. zoodanig gebrek aan sollicitanten gehad, dat hij is moeten eindigen met het baantje op te dragen aan twee gepensionneerdo kapiteins van het O. I. leger en daarna ook zelfs aan twee gepensionneerde Indische majoors. Als men voor eene betrekking van /'1200 niemand meer vinden kan, zoodat men haar moet geven aan personen, die reeds 280$ pensioen genieten, dan is toch inderdaad het bewijs geleverd, nietwaar, dat er geen gebrek aan werk is Maar in ernst: is zulke bevoordeeling van vrindjes, ten koste van menschen, die naar een baantje hunkeren, niet ietwat ergerlijk? Een Scheveninger schrijft aan de Haagsche Courant: Men zegt algemeen dat het briefgeheim in ons land veilig is. Ik geloof dit. Doch blijft het veilig, wanneer onze brieven, enz. aan do huizen worden besteld door niet be voegde personen, zg. hulpbestellers? Dat geschiedt in mijne woonplaats niet alleen, maar, zoo ik hoor, in ons geheole land. En dat acht ik verkeerd. Personen, die door allerlei baantjes in dienst komen van Jan en alleman, moeten onze brieven, brief kaarten enz. niet rn handen krijgen, wanneer zij tijdelijk als hulpbesteller worden gebruikt door de Posterij. In 'China oefenen sommige vrouwen een eigenaardig beroep uit. Gewoonlijk zijn het oudere dames, die zich daarmede bezig houden. Zij gaan van huis tot huis, waarin gefor tuneerde familiën wonen, hare komst door het slaan op trommels aankondigende. Zfi wenden zich tot de vrouw des huizes of dezo ook door haar wenscht „geamuseerd" te worden. Indien het aanbod aangenomen wordt, dan zet zij zich bij do dame, om baar de laatste schandalen, de nieuwtjes en de Bon dits" te vertellen. Zy ontvangen f 2 hono rarium per uur en soms nog meer, als zu iets byzonder belangryks weten mede te deelen. Dit lezen wy in de Amst. Crt. Ook hier te lande bestaat iets dergelyks, maar het geschiedt zonder honorarium. Het Maandblad tegen de vervatschingen be vat het volgende Te Cherbourg werd dezer dagen een boter- knoeier veroordeeld tot drie maanden gevan genisstraf en 2000 franken boete. Het ver- valschen bleek, behalve door de expertise,

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1893 | | pagina 2