Dinsdag O Juni.
A°. 1893.
<Beze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van (Zon- en (Feestdagen, uitgegeven.
b dat de vergunning vervalt, wanneer
daarvan niet binnen drie maanden is gebruik
gemaakt;
b dat do werkzaamheden aan den walmuur
en in de bestratingen door de gemeente zullen
worden verricht en de kosten daarvan door
adressant worden gedragen, en evenzeer
wanneer later herstratingen noodU zijn;
d dat eene jaarlijksche recognitie worde
betaald van én gulden vijftig cents.
Feuilleton.
TWEE VOOR EEN.
ei
Iwi
Wordt v"
No. 10210
IA.1:
PRIJS DEZER COURANT:
foor Leiden per 3 maandonf 1.10.
'ranco per post1.40.
Wonderlijk© Nomraers0.05.
PRIJS DER ADYERTENTIÉN
Yan 1—6 regels ƒ1.05. Iedere regel meer ƒ0.17}.
Grootere lottere naar plaatsruimte. Yoor het
ineassoeren buiten do stad wordt ƒ0.10 berekend.
lt nommer bestaat uit TWEE
Bladen.
Eerste Blad.
1
Leiden, 5 Juni.
)nder overlegging van de desbetreffende
■zoekschriften om gedeeltelijke of geheelo
jstelling van betaling van schoolgeld voor
bezoeken der gemeentelijke Kweekschool
ir Onderwijzers en Onderwijzeressen in deze
oeente en onder bijvoeging der, omtrent
nnantitiele positie van adressanten bij do
neentebesturen hunner woonplaats verkre-
inlichtingen, geeft de meerderheid van
college van B. en Ws. den gemeenteraad
ir aanleiding van art. 3 van het Raads-
iluit van 15 December 1892, regelende de
ling van schoolgeld voor de leerlingen der
neentelijke kweekschool voor onderwijzers
onderwijzeressen, in overweging als volgt
besluiten
Jo. dat door W. v. Neut, J. M. Nieuwen-
;en en J. C. Boon, te Ejjnsburg, M. Koese
A. C. W. Venselaar, te Lisse, C. Kuyten
De Boer, te Katwijk, J. M. Spijker, H.
Sonnega, E. H. Sonnega en E. Sanders,
Hazorswoude, A. v Knapen, te Sassen-
m, Joh. v. d. Bosch, te Oegstgeest, J.
rmeer, te Valkenburg, en J. Holtrust, te
terwoude, voor het bijwonen van 3 vakken,
25 per vak, of f 3.75 per kwartaal, door
Adama, te Zoeterwoude, voor het bijwonen
lessen door zijne dochter 6 per kwartaal,
>r J. L. v. Leeuwen, te Zoeterwoude, voor
1 bijwonen van één vak/A.25 per kwartaal,
ir de wod. Dozy en R. Pillard, te Zoeter-
nde, voor hot bijwonen der lessen door
e kinderen, ieder f& per kwartaal en door
Beumer, te Sassenheim, voor het bijwonen
i één vak 2 por kwartaal worde betaald
2o. op de verzoekschriften van F. Van der
ittenGroeneveld, te 's-Gravenh3ge, en de
id. W. S. Cramer, te Zoeterwoude, afwijzend
beschikkenen
lo. gelet op art. 1 van voornoemd Raads-
iluit de wed. MendelsonThors, te Leiden,
de verplichting tot het betalen van school
geld geheel vrij te stellen.
JDe minderheid is van een ander gevoelen
en meent dat er alleszins reden bestaat om
do groote meerderheid der adressanten ge-
ilo vrijstelling van betaling van schoolgeld
verloenen.
|Immers, met uitzondering der Wed. Pillard,
Dozy, J. Beumer, Mevr. F. Van der
Putton, C. Ruyt en R. Adama, Lebben ?ij
allen een inkomen, waarvan geen schoolgeld
geheven wordt, voor leerlingen, ingezetenen
der gemeente Leiden.
Z\j z\jn verplicht groote onkosten te maken
om de lessen te kunnen bijwonen: van ƒ40
tot 75 betalen z\j allen aan transport; wordt
van hen nog daarenboven een schoolgeld van
ƒ15 'sjaars gevorderd, dan is dat een zoo
zware last, dat velen niet langer in de moge
lijkheid zullen zü'n van de lessen gebruik te
maken, welke toch gegeven worden, zoodat
z(j ze zonder schade voor de gemeente kunnen
bijwonen. De minderheid stelt daarom voor:
Geheele vrijstelling te verloenen aan W.
Van der Neut, J. M. NieuwenhuizeD, J. C.
Boon, M. Koese, A. C. W. Venzelaar, H. De
Boer, J. M. Spijker, H. W. Sonnega, E. H. Son
nega, E. Sanders, A. A. Van Knapen, Joh.
V. d. Bosch, Joh. Vermeer, J. Holtrust, J. L.
Van Leeuwen en H. Sliep
"Wat de wed. Pillard, wed. Dozy, J. Beumer
en R. Adama betreft, de inkomsten van de
eerste drie vallen tusschen ƒ1000 a ƒ2000,
die van de laatste tusschen ƒ600 a ƒ1000.
Er bestaat derhalve geene reden om hen aan
te slaan, alsof hunne inkomsten in eene klasse
hooger vielen en dus wordt voorgesteld voor
de wed. Pillard en de wed. Dozy het school
geld op ƒ6 per kwartaal, voor J. Beumer op
2 per kwartaal en voor R. Adama op 1.25
per kwartaal vast te stellen.
Aangaande de wed. Cramer zjjn do inlich
tingen van dien aard, dat op haar adres moei
lijk eene andere dan eene afwijzende beschik
king kon worden genomenalleen zou, op
eene opgaaf van het aantal kindoren beneden
de IS jaren, gunstig beschikt kunnen worden.
Mevr. Van der Putten heeft 5 kinderen be
neden de 18 jaren, Laar zoude dus eene re
ductie van 10 pet. gunnen worden gegeven.
Eindelijk behoort de wed. Mendelson geb.
Thors op grond van art. 1 der Verordening
van 15 December 1S92 (Gembl. 1893 no. 1)
geheel vrijgesteld te worden van de betaling
van schoolgeld.
Op de gemeente-begrooting voor dit jaar
is een bedrag van 225 uitgetrokken voor
het beschieten en verdekken van een gedeelte
dak van de Bank van Leening.
Blijkens een bericht van de Commissie van
Fabricage is evenwel na ingesteld onderzoek
gebleken dat dit werk eene uitgave zal vor
deren van ƒ350.
B. en Ws. geven den Raad mitsdien in
overweging het artikel met ƒ125 te ver-
hoogen door af- en overschrijving van dat
bedrag van den post voor Onvoorziene Uitgaven, j
Onder overlegging van de desbetreffende
verzoeken van A. Dieben Wz. en J. W. Ouwer-
kerk, geven B. en Ws. den gemeenteraad in
overweging tot wederopzeggens vergunning
te verleenen aan
lo. A. Dieben Wz. om de brug over de
Witte Singelsloot voor zijn huis aan den Witten
Singel te verplaatsen, eene walbeschoeiing en
een bruggenhoofd te maken, onder voorwaarde
a dat de oude brug met landhoofden naar
behooren worde afgebroken en de nieuwe
hoofden volgens nadere aanwijzing, de sloot
kanten en de aansluitingen met de bermen
ten genoegen van den Gemeente-Architect wor
den gemaakt;
c dat eene jaarlijksche recognitie worde
betaald van één gulden.
2o. aan J. W. Ouwerkerk, om uit het
perceel Heerengracht No. 114 eene loozing
te leggen naar de Heerengracht tot afleiding
van het kolderwater, onder voorwaarde:
a dat de leiding in de gracht onder water
uitkome en de buizen minstens 10 centimeters
wijd on van gegoten \jzer zullen z\jn;
c dat het leggen van de buizen ten ge
noegen van den Gemeente-Architect worde
verricht
Onder overlegging van het dosbotreffend
verzoek van H. K. W. Weyland geven B. en
Ws. in overweging aan adressant, wegens
vertrek uit de gemeente, terugbetaling van
schoolgeld te verleenen voor een kind, leerling
der jongensschool 2de klasse, en voor twee
kinderen, leerlingen van de Leerschool, over
de maand Juni van dit jaar, tot een gezamenlijk
bedrag van drie gulden.
Ook geven zij in overweging aan J. Hegt,
wegens vertrek uit de gemeente, terugbetaling
te verleenen van schoolgeld voor een kind,
leerling der jongensschool 2de klasse, en een
kind, leerling der leerschool over de maand
Juni, tot een gezamenlijk bedrag van twee
gulden.
Bij de heden gehouden openbare verkoo
ping van cokes, in partijen van 50, 10 en 5
Hectoliters, waren de prijzen19.50, 4 en 2.
De nieuwe Amsterdamsche Evang.-Lu-
thersche hoogleeraar in de theologie, dr. W.
H. J. Brandt, is niet alleen geen onbekende
in de godgeleerde wereld van ons vaderland,
maar heefc zich ook buitenslands een eer
vollen naam verworven. In 1889 verscheen
zijn werk: „Die Mandüer". Daarin werd een
der duisterste vraagstukken uit de geschiedenis
der oude Oostersche christelijke sekten tot
helderheid en oplossing gebracht op eene wijze,
die de instemming van do eerste deskundiger.,
Euting, in Straatsburg, De Goeje, te Leiden,
en anderen vond. Behalve tal van andere
artikelen verscheen dezer dagon van zijno
hand een ander omvangrijk werk over den
oorsprong der verhalen van de lijdensgeschie
denis van Christus.
Dr. Brandt is geboren Amsterdammer, zoon
van den vroegeren Hoogduitschen predikant
aldaar. Achtereenvolgens was hij predikant te
Mastenbroek en te Zieriksee, en gaf als zoo
danig stichtelijke geschriften in 't licht, o. a.
een „Zondagsboek", dat zeer geprezen wordt.
In de laatste jaren wijdde hij zich te Straats
burg en te Berlijn aan zijne oriëntalistischo
studiën en aan onderzoekingen over het
Nieuwe Testament.
Met prof. A. D. Loman treedt de laatste
af van het drietal eminento godgeleerden
(Loman, Hoekstra, Do Hoop Scheffer), die
naast afwisselende, vaak niet. minder ver
dienstelijke ambtgenooten, gezamenlijk en on
afgebroken dertig jaren lang de eer vanhet God
geleerd Hooger Onderwijs in de hoofdstad zoo
schitterend hebben opgehouden. Dat onderwijs
verheugt zich in steeds toenemenden bloei en
steeds grooter toevloed van studenten. {Hbl)
Onder klokgelui schreed Zaterdag do
begrafenisstoet van jhr. Yan Reenen naar het
graf te Wassenaar, opgewacht door de breed o
schare, die de laatste rustplaats omringde. De
leden van den Raad van State plaatsten zich
ter rechtorzijde van de familie.
In naam van den Raad van State, zijn9
ambtenaren en van den Raad van Voogdij
vertolkte het oudste lid De Jonge den weemoe:!
der collega's bjj het graf van den hoogge-
waardeerden, diep betreurden man, aan wiens
toewijding, onpartijdigheid, onkreukbaarhei 1
en groote bekwaamheid in verschillende be
trekkingen, met name in het gewichtige
staatsambt van vice-president betoond, aller
meest in de dro3vige en moeilijke dagen
voor het overlijden van koning Willem III,
toen de Raad van State het koninklijk gezag
waarnam, hij hulde bracht, tjp der familie
do verzekering van sympathie en hartelijke
lodt Bc-Jaar dit zou niet noodig zijn. Papa is
k genoeg om mij een flink jaargeld toe te
gen. En wat die kantoorzorgen beteekenen.
hoe zal ik u die uitleggen9 Elk bankier
irdt er zoo nu en dan door gekweld door
gedurige daling 011 stijging van fondsen
en misschien heeft papa zich in een byzon-
.i.,
i. 911
n ui
de re speculatie gestoken. Maar, geloof mjj,
h(j is wel bestand tegen een mislukking."
Nu, niemand hoopt dit zoo met u als ik,
en als je my een goeden uitleg hebt
even, zal ik de zaak wel schikken. Laat
uw hartsaangelegenheid maar aan mü
r. Maar wat dunkt u van Mina's brief?
geloof dat zy een edel hart heeft en even-
in haar geluk zal kunnen Testigen op den
nhoop van het uwe als gij op den haren."
.Ik zou wenschen naar haar toe te kunnen
en haar aan mijn hart te drukken."
Me dunkt, na die schriftelijke kennisma-
g zal het wel tot een persoonlijke komen,
ik heb ook een brief bekomen van
gemengden inhoud, en raad eens
ien?"
„Hoe kan ik toch raden? Toch niet...
van hem?"
„Juist van hem."
„En kwam hy goed thuis; is hy wel
gezond?"
„Thuis kwam hy niet, maar gezond is hy
als een visch. Herinnert ge u de bestolen
familie IJzer?"
„Zeker, zeker."
„Nu, in 't belang van die mensehen is hy
een geheel anderen weg gegaan. Als ik het
goed heb begrepen, helpt hy de politie een
handje in 't opsporen van den dief."
„Hoe is 't mogelijk!"
„Het lot is nukkig en grillig. Hy schynt
een draad in handen gekregen te hebben by
't wisselen van gold. Maar, zooals ik u zei, 't
is my niet alles even duidelyk."
„Laat my dan zyn brief lezen! Ik weet
zeker dat ik alles begrypen zal."
„Straks; nu niet! Wy moeten eerst gaan
zien, waar papa blijft. My dunkt, hij moest
lang beneden zyn."
Uit vrees, dat het zichtbaar worden van
den brief Nanda er de band naar mocht
doen uitstrekken, houdt zy den haren hal
verwege in den zak van haar kleed, waarin
zy hem deed glyden; daarop verlaat zy het
vertrek.
Nanda volgt haar en beiden tikken eene
minuut later aan de deur van den bankier.
Geen antwoord bekomend, treden zy binnen.
„Wat schort or aan?" vragen zy, tegelyk
op hem toesnellend, als hy met het hoofd
in de hand voor de tafel blyft zitten en kramp
achtig een geopenden brief omknelt.
Ivennelyk verschrikt ziet hy op.
„Niets, niets", stottert hy. „Alleen «en
tjjding van den boekhouder, die my ontstemt.
Ik word bedreigd met ontzettende verliezen.
Maar... maar... wees gerustI 't Zal zoon
vaart niet loopenHaverkamp en Co. zal als
een phenix uit de asch verryzen. Is Von
Wienerstein nog niet terug?"
Marianne verbleekt.
Zy heeft thans duidelyker uitleg dan dien
door Nanda daareven gegeven was. Bet kan
toor moet zich staande houden door het ver
mogen van den graaf.
Die zekerheid in verband met Herders
mededeelingi 't Is of ze zal neerslaan; of de
geheele kamer met baar ronddraait.
„Nog geen tyding van Von Wienerstein?"
herneemt hy.
„Zoover ik weet niets", stottert Nanda,
niet wetend wat zy moet denken van Mari
annes verbleeking.
-Dat verbaast my", zucht hy. „Maar,
meisje, ik heb veel te schryven en te rekenen,
't Hoofd staat me dus niet naar al die mooie
dingen, die we nog zouden gaan zien. r
dus zonder my op het pad. Ik wou hartelijk
dat ik al thuis zat. Maar wat onze plannen
betreft, Mariannetje, die zullen hun gewonen
loop nemen. De papieren zyn reeds op weg
naar Brussel. Ah! Ziedaar juist een inge
sloten brief aan u. Uw vader zal zorgen
dat ook van uw kant alles in orde is bij
onze aankomst."
Marianne beeft zich hersteld. Zy neemt
den brief glimlachend aan en leest ander
maal hoe gelukkig hare ouders zyn over 't
ryke huwelyk, dat zy spoedig zal sluiten.
X.
Inmiddels reist Herder, van de grootste
volmacht voorzien, rusteloos door naar e
plaats zyner bestemming. Het plan, waar
naar hij te werk meende te mogen gaan,
was door de poitie van ganscher harte toe
gejuicht.
Zyne eer was nu met den goeden uit
slag gemoeid.