N°. 10198.
Dinsdag; S3 Mei
A0.1893.
feze <§ourant wordt dagelijks, met uitzondering
van (§on- en feestdagen, uitgegeven.
Dit nommer bestaat nit VIER
Bladen.
Vierde Blad.
Leiden, 20 Mei.
Feuilleton.
TWEE VOOR ÉÉN.
LEI PRC II
I)A(IBLAI).
PRIJS DEZER COURANT:
Tw Leiden per 3 maanden1.10.
France-per post1.40.
▲fkenderlijke Nommer*0.01.
PRIJS DER ADVBRTENTIÊN:
19 regel* ƒ1.05. Iedere regel Meer 0.1T|.
fleootere lettere neer pleetarnimte. Voor het
ineeeeeeren bnïten de eted wordt ƒ0.10 herekood.
Onze gemeente ontving heden bezoek
van den gezant der Vereenigde Staten by
one hof, die verschillende inrichtingen be
zichtigde et: by deze gelegenheid tevens in
het .Hotel l.evedag" bleef dineeren.
Hedenmiddag ontvingen w(J per Fran-
sche mail de Bataviasche bladen van 15 tot
en met 21 April, al6medo de „Deli-Crt." alleen
van 19 April.
Van Sythoff's „"Woordenboek voor kennis
en kunst", naar de nieuwste bronnen be-
i werkt, is heden het zesde deel verschenen,
loopende van „Legioen van Eer" tot „Mus-
kusdier."
Er bestaat gelegenheid tot verzending der
correspondentie naar Nieuw York en Balti
more door middel van het stoomschip „Schie
dam," van Amsterdam vertrekkende. Ten
postkantore alhier moeten de brieven enz.
uiterlyk Dinsdag-avond om 10.10 (10.20 stads-
tyd) bezorgd zyn.
De wyze van verzending behoort duidelyk
op het adres vermeld te worden.
Aan de Tweede Kamer is aangevraagd
eene verhooging van verschillende posten der
begrooting van Binnenlandsche Zaken voor
1892, o. a. voor dekking van een tekort op
den post reis- en verblyfkoeten van geneeskun
dige ambtenaren tydens het heerschen der cho
lera; tot verhooging met 80,000 van de uit
gaven wegens het heerschen der choleratot
dekking van een meer gevorderde uitgaaf van
f 8500 voor het ziekenhuis der ryksuniversiteit
te Leiden; tot verhooging van de uitgaven we
gens bydrage in jaarwedden der onderwijzers en
de vergoeding in de kosten van het lager
onderwys aan de gemeenten met f 300,000,
ter voorziening in het tekort, te wyten aan
de groote uitkeeringen wegens de stichting
en het verbouwen van schoollokalen; tot
aanvulling van het desbetreffend artikel met
23,400 wegens het in 1892 tweemaal open
stellen der gelegenheid ter verkryging der
akte voor de vrye- en orde-oefeningen, en
eindelyk tot verhooging van den pensioenpost
met 13,000. Tegenover die verhoogingen
zpn enkele posten verminderd. Tot verdere
dekking der voorgestelde uitgaven is geene
middelen-versterking noodig.
Te Alfen aan don Ryn is met goed ge
volg van de scheepstimmerwerf van den heer
A. Pannevis te water gelaten het yzeren
lichterschip genaamd „Adriana Jacoba", groot
105 last en gebouwd voor rekening van
den heer P. Stasse te Rotterdam.
De Russische gezant by ons Hof, de heer
Struve, zal zich in den loop der volgende
maand tot herstel van gezondheid naar het
buitenland begeven.
Tydens zyne afwezigheid zal de heer De
Berends, gezantschapssecretaris, als zaakge
lastigde optreden.
In de gehouden zitting van den ge
meenteraad van Utrecht heeft de heer R. J.
Koker medegodeeld, dat hy zyn ontslag heeft
genomen, omdat hy als houtkooper zich wel
eens onbewust schuldig kon maken aan art.
24 der Gemeentewet (directe of indirecte deel
neming aan leveringen voor de gemeente).-
By den gemeenteraad is ingekomen eene
mededeoling, dat M. F. Cl Koch, directeur,
en D. Frylink, boekhouder der Bank van
Leening, zyn ontslagen wegens grove ver
duisteringen, in hunne betrekking ten nadeele
der Bank geploegd. Zy z(jn deswege in hech
tenis genomen. Tot lossen der panden onder
toezicht van een of meer der commissarisson
blyft de gelegenheid open. Zie gom. nieuws.]
Het afwyzend praeadviee op het adres tot
beperking der kermis werd zonder stemming
aangenomen.
Overeenkomstig het rapport eener Raads
commissie, werden eenige voor onbewoonbaar-
verklaring voorgedragen woningen voor be
woning niet ongeschikt verklaard, nadat door
aansluiting aan do waterleiding in het gebrek
is voorzien. Van oenige woningen in de Cove-
laarstraat werden de aan te brengen verbete
ringen vastgesteld, terwyl van eenige andere
voorafgaand drinkwater-onderzoek noodig werd
verklaard.
De gemeenteraad van Vlissingen heeft
benoemd tot gemeente secretaris mr. J. H. C.
Busing, advocaat en procuteur te Groningen.
De heer H. G. J. v. d. Bosch, docts.,
geb. te Goes, legde aan de universiteit te
Groningen met goed gevolg het eerste gedeelte
van het arts-examen af.
Door de geneeskundige staatscommissie
te Amstordam is toegelaten voor hot 1ste ge
deelte van het arts-examen de heer P. A. J.
M. Spaapen, en zyn bevorderd tot arts de
heeren J. P. Van Eek, J. G. H. Van Rosmalen
H. J. C. B. Eschauzier.
Gisteren zyn te Arnhem by het litt.-
mathem. examen get-xamineerd 7 candidaten.
Afgewezen 5. Geslaagd zyn de heeren A. Van
der Linden Jzn., uit Oud Beierland, en C. F.
Th. J. Heuleman, uit Zwolle.
Z. M. de koning van Pruisen heeft aan
Jhr. Ortt, havenmeester te Rotterdam, de
Kroonorde 3de klasse verleend.
Aan het paleis Soestdyk, te Baam, zullen
belangryke veranderingen plaats grypen. De
volgende week zal dit werk worden aanbesteed.
Dezer dagen zyn de bordjes met„Particu
lier domein des Konings", die op verschil
lende punten van het bosch staan, veranderd
in „Particulier domein van de Koningin
moeder." Hieruit blykt dat by het verdeelen
van de nalatenschap van wfjlen Koning Willem
III dit uitgestrekte domein aan H. M. de
Koningin-Regentes gekomen is, en H. M.
derhalve Ambachtsvronwe van Baarn is.
Onze beroemde vroegere landgenoot,
Jacob Molaschott, hoogleeraar in dephysiolo-
gie aan de hoogeschool te Rome, lid van den
Ttaliaanscheir Senaat, is, volgens een telegram
uit Rome, hedenochtend na eene zeer korte
ziekte overleden.
Jacob Moloschott werd den 9den Augustus
1822 te 's-Hertogenbosch geboren.
De heer A. Brummelkamp Jr., te Gronin
gen, heeft de candidatuur voor het lidmaat
schap der Staten-Generaal voor het hoofd
kiesdistrict Gouda aanvaard.
In de volgende week zal de candidaat in
enkele plaatsen van bet district politieke rede
voeringen houden.
De liberalen zyn nog niet tot eenstemmig
heid gekomen. Haandag a. 8. zal vermoedeiyk
een definitief liberaal candidaat worden gesteld.
Blykens by het Dep. van Marine ont
vangen bericht, is Hr. Mb. fregat „Van Speyk",
onder bevel van den kapt. ter zee W. A.
Arriëns, den 18den dezer van Nieuw-York
vertrokken voor de terugreis naar Nederland.
Prof. dr. C. J. Legebeke.
Op eene vergadering van den Raad van
Bestuur der Polytechnische School, Donderdag
avond te Delft gehouden, is de heer prof. dr.
G. J. Legebeke, sedert 1882 hoogleeraar in
de hoogere wiskunde en mechanica aan de
Polytechnische School, plotseling overleden
ten gevolge van een vernieuwden aanval,
gelyk we reeds in ons vorig nummer meldden,
van hartlyden. Sedert 1 Febr. jl. was hy
verplicht zyne lessen te staken en had hy
te Leiden eene ernstige operatie ondergaan;
hoewel sedert dien zyn toestand als zorge-
lyk werd beschouwd, was door niemand
zyner vrionden een dergelyk verloop voorzien.
De heer Legebeke was den lsten April 1847
op het eiland Schokland geboren, waar zyn
vader aan het hoofd eener school stond. Hyzelf
werd ook voor onderwijzer opgeleid. Door
talent en werkzaamheid heeft hy zich echter
opgewerkt tot een der coryphee-" n van de
wetenschap. Na korten tyd als hulponderwijzer
werkzaam te zyn geweest, werd hy leeraar aan
de Ryks H. B.-S. te 's Bosch, daarna.te Utrecht,
waar hy ook den doctorstitel verwierf. Toen
door het vertrek van dr. Baehr te lelft de
leerstoel in hoogere wiskunde openkwam, was
Legebeke zyn aangewezen opvolger. En hoe
zeer zyne colleges op prys gesteld werden,
dat bleek drie jaar geleden, toen hy van plan
was in eene andere betrekking over te gaan,
maar daarvan terugkwam, toon ambtgenooten
en leerlingen eenstemmig by hem aandrongen,
om aan de Delftscbe school getrouw te blyven.
Hy was ook wiskundig adviseur van de „Eerste
Nederlandsche Verzekering Maatschappy" te
's-Gravenhage, president van de staatscom
missie tot het ontwerpen van wettelyke be
palingen omtrent levensverzekering- en be
grafenisfondsen, adviseur van tal van ryks-,
provinciale- en gemeente-admtnistratiën, voor
het opmaken van tarieven voor pensioenen
en uitkeering by overiyden,
Hy bezat een zeldzaam gemak in het be
handelen van zaken, een onvermoeiden werk
lust; met recht mag deze buitengewoon be
kwame man dan ook een der sieraden van
de Polytechnische School worden genoemd.
By zyne leerlingen algemeen bemind, genoot
by ook in de plaats zyner inwoning de alge-
meene achting. Behalve vice-president van
de kiesvereeniging „Burgerplicht", te Delft,
was hy ook langen tyd bestuurslid van het
Nutsdepartement en voorzitter der sociëteit
„Standvastigheid" aldaar.
Eenige jaren geleden worden zyne verdien
sten gehuldigd door zyn benoeming tot rid
der in de orde van den Nederiandschen Leeuw.
Dinsdag a. s. zal de overledene te Rotter
dam worden begraven.
De ovorledene, even ervaren in demodeme
literatuur als in de hoogere wiskunde, was
een man van zeldzame scherpzinnigheid,
groot doorzicht en ongewone bekwaamheid.
Hy was bescheiden en eenvoudig en plaatste
zich nooit op don voorgrond. Een zyner beste
vrienden was de heer Goeman Borgesius.
Reeds sedert eenige jaren leed do hoog
leeraar aan een schijnbaar onbeduidend aan-
gezichts-accident. Geheel onverwacht kwam
de droeve mare van zyn overiyden, dat den
populairen professor uit zyne drukke werk
zaamheden wegrukte.
73.)
Zy draait zich juist om, rekt zich uit,
slaat de oogen op, lacht Marianne toe;maar
voordat deze haar nog goeden morgen kan
wenschen, keert hare herinnering terug. Een
pynlyke kreet getuigt dit. Marianne is oogen-
blikkeiyk by haar.
„Kom, beste Nan, wees flink, hoemoeiiyk
't u valtl Laat papa noch de graaf iets be
speuren. Ge moet u goed houden, zelfs voor
hem... Het rijtuig komt over een uur voor.
Neen, neen, niet toegeven aan uw smart,
beste, maar opgestaan en u aangekleed.
„Je bent wreed, Marianne", zucht zy alleen.
„Ik moet het immers wel zyn, arme Nan?
Waren we thuis, ik zou u alléén en den ge-
heelen dag schreien laten, maar we moeten
naar het Thüringer Wald."
„Het Thüringer Wald! Ik kan niet, o neen
Ik kan er niet heenO, Marianne, heb deernis
met me. Zeg dat ik ziek ben.te ziek.
en 't is de waarheid. Ik kan niet mee.
Maar hoe kwam die brief in uw handen.
„'kVond hem in een boek, dat hy my
heeft geleend. Vermoedelijk was het hem
ontgaan dat hy hem daarin had gelegd. Voor-
bedachtelyk zal hy 't niet gedaan hebben."
„Ik kan hem niet weerzien, Marianne."
„Wil ik hom zeggen dat by een reden
moet voorwenden, die hem oogenblikkelyk
terug doet reizen?"
„Neen, o neen!"
„En ge kunt hem niet weerzien I Kom,
beste Nan, begin met op te staanDan kun
nen we onder de hand overleggen. Houd u
groot! Toon geen gebroken hart.tenzy.
„Maar is de brief wel echt.Marianne.
Zou de graaf.och, zou de gTaaf hem ook
hebben geschreven, omdat hy weet.dat
wy elkaar zoo liefhebben?"
„De graaf?"
Marianne ziet haar verbysterd aan.
„Zou, maar neen, Nan, onmogelyk."
„Waarom onmogelyk?"
„Zoo kan geen man schryven, al wilde hy
'took. En dan, is hy niet benoemd te Ach
terhoek? Was dit den graaf bekend? Ik wist
het immers niet eens
„Toch zou 't kunnen! Hy heeft misschien
door relation in Holland meer van hem te
weten kunnen komen dan papa, die zich daar
natuuriyk geen moeite voor heeft gegeven."
Marianne weet niet wat te antwoorden.
Zou zy waariyk het arme kind om niet
zoo hebben geschokt? Zou do graat','om zich
van een mededinger te ontslaan, die wdzyn
mindere was, maar toch door Nanda boven
hem werd gesteld, toevlucht hebben genomen
tot zoo'n laagheid? Maar hoe kwam die brief
dan in een boek, dat Herder haar persooniyk
had overhandigd?
„Toch zou 't kunnen, nietwaar? En o! ik
geloof het zeker. Hy kan zoo slecht niet zyn.
Hy kan me niet hebben misleidJa, ik zal
opstaan, me spoedig kleeden en hem schry-
ven. Spreken doen we mekaar misschien
niet.vóór, ja wie weet wanneer, maar een
brief.O, daar valt my iets in, Marianne",
roept zy met de hoop in 't harte. „Ge kunt
hem zeggen dat ge dien brief in zyn boek
hebt gevonden en hem dan den myne, dien ik
zoo dadelyk schryven zal, geven, hè? Dat wilt
ge wel doen, nietwaar?"
„Heel gaarne, maar als ge nog schryven
wilt, óén, twee, drie u gekleed."
„In een oogenblik."
En reeds is zy het bed uit. Met koorts
achtige drift en teruggekeerden blos wascht
zy zich en trekt zy het eene kleedingstuk na
het andere aan. In een oogwenk heeft zy
Marianne ingehaald. Allo verdriet schynt ver
geten. Wat men hoopt, gelooft men zoo ge-
reedel ijk.
„Als ik u om niet zoo vreeselyk heb ge-
pynigd, zult go toch wel gelooven, dat ik het
tot uw bestwildeed, is het niet, Nan?" vraagt
Marianne, op wie Nanda's \ertrouwen
terugwerkte.
„Zeker, zeker, goede Marianne."
„En gesteld, ik had het niet om niet ge
daan, wat dan?"
„Spreek er niet van, zinspeel er niet op,
Marianne. Ik zou het besterven
„Maar als hy het toch goed met u meende,
zou hy dat engagement moeten verbreken."
„Zou hy?... O Marianne! De graaf behoeft
niet zoo slecht geweest te zyn; en Herder
ook niet, en alles kan toch waarheid wezen.
Hy zal dat engagement hebben verbroken,
vóór dat hy my lief kreeg, of toen hy my
liefkreeg. Ha! Dat ik daar dadelyk niet aan
heb gedacht!"
Marianne verschrikte. Zou zy, in den op
rechten wensch èn om haren vriend genoegen
te doen èn om Nanda de oogen te openen,
in het waarachtig geloof, dat er met deze
werd gespeeld, zooals er eens mot haarzelvo
gespeeld was.te voortvarend zijn geweest?
Wordt vervolgd.)