DAGBLAD. N- 10138 Donderdas O blaart. A0.1893. i§ezs Courant wordt dagelijks, met uitzondering van (§on- en feestdagen, uitgegeven. Tweede Blad.. Lelden, Maart. Feuilleton. OPGERICHT. PRIJS DEZER COURAJNT: Voor Leiden per 3 maanden.f 1.10. Franco per post1.40. Afzonderlijke Nommers0.05. PRIJS DER AUVERTENTIÊN: Tan 1—5 repelt ƒ1.05. Iedere regel meer f 0.17$. Grootere letters naar plaatsruimte. Yoor het tncaaseoren buiten de stad wordt ƒ0 05 berokond. r*r— De vroeger door ons reeds besproken feest- tiering in de Stadszaal alhier ter eere van het gouden priesterfeest van Z. H. Paus Leo XIII, waarvoor zich eene commissie; vormde, zal plaats hebben op 4 en 5 April a. s. In du residentie zal de plechtige viering van 's Pausen gouden bisschopsjubilé plaacs hebben m het Gebouw voor K. en W., waar schijnlijk op 17 en 18 April. - Tweede Kamer. Met de keuze van en eorsten candidaat van de voordracht van drie leden voor den Hoogen Raad ging het zeer voorspoedig. Als zoodanig werd terstond aangewezen mot 62 van dei 87 uitgebrachte stemmen, do deken der Haagsche balie, de heer mr. A. M. Van Stipriaan Luïscius, een man van groote juridische talenten. Hjj telt bijna 65 jaren. Wie evenwel de tweede en do derde plaats zouden innemen, daarover is met eene hard nekkigheid gestreden, welke in de wereld nu eenmaal geene zeldzaamheid is, wanneer het onbeduidende quaestiën geldt. "Wie immers de tweede en de derde candidaat zijn, dat doet er in de practijk al zeer weinig toe; hot is alleen eene quaestie van eer. Toch moesten er vier stemmingen gehouden worden alvorens beslist was, dat de advocaat-generaal by het gerechtshof te 's-Gravenhage. mr. Telders, de tweede man zou zyn, en wederom vier stemmingen om uit te maken, dat de onlangs benoemde president der Zutfensche rechtbank mr. Laman Trip als derde op de lijst zou worden gebracht. De voordracht zal H. M. de Koningin.- 'isgentes worden aangeboden door eene com missie, bestaande uit do heeren stemopnemers De Meijier, Huber, Veëgens en Vrolik, en de hoeren Van Löben Seis, Conrad, Houwing en Van der Kun. De Voorzitter zal zich aan t hoofd der commissie plaatsen. Op het voorstel-Donner tot wijziging der schutterij-wet is door don heer Kielstra een amendement voorgesteld, strekkende om, in plaats van te bepalen dat de oefeningen des Zondags Diet zullen worden gehouden, voor te schrijven dat de schutters, die by hunne in schrijving verklaren bezwaren te hebben tegen den dienst op den door hun kerkgenootschap aangenomen wekelijkschen rustdag, voor oefeningen on wapenschouwingen op dien dag niet worden opgeroepen, doch in de ge legenheid worden gesteld hunne plichten op andere dagen te volbrengen. Op het eenig artikel van het aanhangig wetsontwerp tot wijziging van art. 469 van het Wetboek van Burg. Rechtsv. betreffende executorialen verkoop van roerende goederen, is door den heer Hartogh als amendement voorgesteld om do 8de alinea aldus te lozen: „De deurwaarder is bevoegd van eiken bieder te vorderen, dat hem de door dezen geboden koopsom worde ter hand gesteld en deze onder zich te houden, totdat het voorwerp is toegewezen." Met dit éón-artikelige wetje wil de minister van justitie verijdelen dat een executoriale verkoop door eindeloos bieden van eenige com- pères van het slachtoffer verijdeld wordt. De stryd zal zich waarschijnlijk hoofdzakelijk bepalen tot de vraag hoe het artikel het ge lukkigst is te redigeeren. De heer Mackay wil het wat langer, de heer Hartogh wat korter maken. De tijd ontbrak gisternamiddag om er aan te beginnen, zoodat de discussie werd ver daagd tot hedennamiddag te halftwee. Groote verslagenheid in vele kringen verwekte de mare van pastoor J. W. Brou wers' dood. Te Maastricht, waar de eerwaarde zoo plotseling overleed, was de deelneming tref fend; droef verslagen was zijne parochie te Bovenkerkvelen in den lande betreuren het overlijden van dezen liumanen, geleerden, levenslustigen geestelijke. Maandagmorgen te 11 uren had in O. L. "V. kerk to Maastricht de plechtige lijkdienst plaats. Tal van autoriteiten, vrienden, bekenden en vereerders, priesters, kunstenaars, staatslieden en eenvoudige burgers, de Commissaris der Koningin, jhr. De Kuyper, de burgemeester, de wethouders, eene overtalryke schare, vulde het schoone gebouw, waar do Z.E. lieer Hoff- mnns de mis celebreerde. Na afloop werd het stoffelijk overschot van den geliefdon pastoor naar het station ver voerd en daar in een verzegelden waggon gezet, om per eersten trein naar Amsterdam te worden overgebracht. Aan het station Weesperzjjde aldaar kwa men omstreeks 12 uren gistermiddag vele bewonderaars en veel bekenden van den overledene bijeen. Do politie zette het perron af, om ongenoode gasten te weren. In de lste-klasse-wachtkamer waren in een plechtig schemer de talrijke officiëele vertegenwoordigers van verschillende corporaties samen, om, zacht sprekende over de groote deugden van den overledene, het stoffelijk overschot te wachten. Te 12.39 kwam de trein aan. Eenige dames en heeren, in zwaren rouw gehuld, stapten uit en voegden zich bij de deputaties. Toen werd de lijkkist in den zwarten wagen gedragen en door de vurige rossen vóór de wachtkamer getrokken. Eerbiedig groetten allen het stoffelijk over schot van hun vriond. Op het lijkkleed wer den de ridderorden gehecht van den overledene en eenige schoone kransen, met bijschriften op do linten, 't "Waren laatste huldeblijken der kinderen van de openbare school te Boven kerk, van dr. Cuypers, van het parochiaal kerk- en armbestuur zijner gemeente, van de zangers zijner kerk en van zijne stichting, de kiesvereeniging „Kiesrecht is kiesplicht." Toen zette de lijkwagen zich in beweging en een dertigtal rijtuigen volgden. Eerst de deftige zwarte koetsen, waar n onder anderen plaats namen de eerwaarde heeren pastoors W. J. Van Hooff, J. D. G. Wubbe, J. J. Burgmeijer, H. N. Colla, J. Van Eert, J. J. Thonissen en pater Van Sch\jndel, de rectoren Eijgenraam, De Bonter en Klönne, de hoer dr. Cuypers, Jos. Raaymakers, ds. Perk en A. C. Wertheim, de consuls van Argentinië, Venuzela, Haïti on Brazilië en eenige raads leden van Nieuwer-Anostol. Daarop volgde een groot aantal Utrecbtsche wagentjes, waarin do parochianen van don pastoor waren over gekomen. Langzaam reed do stoet langs de Sarphati- straat, Stadhouderskade en Overtoom door de hoofdstad. Ieder, die den stoet zag aankomen, bleef eorbiodig staan en groette; ieder kende pastoor Brouwers. Ja, menige dame liet den eenveudigen optocht voorbijtrekken, terwijl tranen in hare oogen kwamen; een paar werklieden zelfs zuchtten: „Alweer een man weg, die 't goed met ons meende." Steeds langzaam ging het verder, 't Toren klokje in de Vondel-straat klepte statig, de lucht was grauw, een zachto motregen viel neer, stapvoets reed de stoet voort. Op den Amstelveonschen Weg kwamen overal bewoners der boerderijen buiten, eer biedig ontblootten zjj hunne hoofdenvroeger knikte de pastoor hun zoo vriendelijk tegen als hij voorbijkwam. Do villa „Snipperstrik" van den heer Raay makers was in rouw gehuld. Pastoor Brouwers was er de vriend des huizes. Een zoon van den eigenaar legde een frisschen bouquet op de kist. Langzaam voort ging het weer, kronkelend al die rijtuigen langs den vochtigen weg, waar vooral vrienden stonden van den doode, die den stoet bedroefd nakeken. Bijna heel Amstelveen vlagde balfstoks en een groot deel der bevolking maakte den laatsten tocht mee naar Bovenkerk. Stemmige boerinnetjes in 't zwart, met witte mutsjes op, boerenjongens in 't Zondagsche pak, alle3 liep mee. 't Klokje van den toren der kerk klepte. Schilderachtig lag zij daar aan het water van den poel, hare hooge spits afgeteekend togen do donkere lucht. Toen om halfvyf de lykstaatsie daar aan kwam, stonden alle bewoners van Bovenkerk voor den ingang der schoone kapel. De depu taties met witte banden om den arm en hooge hoeden op vooraan. Toen werd de notenhouten kist, met bloemen bedekt door de parochianen, gebracht op het altaar. De kerk vulde zich. Somber brandden de kaarsen, terwijl het daglicht nog scheen door de beschilderde vensters. Onder den hemel van zwart fluweel schaar den zich de geestelijken van het decanaat en z\j, die waren meegekomen. Pastoor Van Zanten, van de Nes- en Zwaluwebuurt, leidde den dienst, waarbij de metten werden ge zongen. By het schijnsel der kaarsen bleef de baar in het vriendelijk kerkje. Te tien uren hedenmorgen werd het stoffelijk overschot toevertrouwd aan de aarde. Pastoor J. W. Brouwers, uit Berg Terbleyt, hield do lijkrede Aanstaanden Vrijdag zal Hare Majesteit de uitvoering van het Nederlandsch Tooneel in den Schouwburg te 's Gravenhage bijwonen. Naar men verneemt, zal het Koninklijk bezoek aan de hoofdstad van 11 tot 17 April a.s. plaats vinden. Aan den heer C. Sythoff, to Rotterdam,, zal voor de proef, welke h\j venscht te nemen, van 12 Maart tot 20 April a. s. nabij de drinkwaterleiding eene open ruimte van 30 MA worden afgestaan, dat behoorlijk omheind zal moeten worden en slechts een uit gang zal mogen hebben op den openbaren weg. Do werkzaamheden voor het maken oener Norton-wel zullen Maandag a. s. worden aangevangen. Het stoomschip „Etna", van Amsterdam naar Stettin, vertrok 8 Maart van Frederiks- haven; de „Minerva" arriveerde 7 Maart van Gibraltar te Barcelona; de „Prinses Marie", van Batavia naar Amsterdam, vertrok 7 Maart van Genua; de „Prins Hendrik" vertrok 8 Maart van Batavia naar Amsterdamde „Soenda", van Amsterdam naar Batavia, pas seerde 7 Maart Point de Galle. En zy, die achterbleven in het ondoor dringbaar duister, onwetend van zijn lot, be wust dat elk oogenblik de schoten der ge weren de stilte konden verbroken en het lood die slang dos doods rond zijne ledematen kon verbrijzelen en waar de rotsen weergalmen zouden van den donder van het ontploffende kruit, hy in de lucht kon worden geslingerd in een vuurregen van steenen en vonken, zy rustten daar zwygend en bewegingloos in den zadel, met eene kouder rilling in hunne moedige aderen en een grooter angst in hunne fiere ziel, dan ooit de ruiters van het Zuiden voor eigen gevaar zouden hebben ge kend, of dan hy voor het zyne gevoelde. \feer kroop een halfuur voorby als eene eeuwigheid in zyne lange onzekerheid en daarop verrees, in de duisternis der rotsen, zyne gestalte in hun midden, „Gereed? Is het gereed?" .Het is gereed!" Het gefluisterde woord gleed onhoorbaar van oor tot oor. Hy nam zu'n zadel en pistolen weer open wierp zo in zyn gordel; toen boog hy zich, sloeg eene lont aan en bracht deze aan het uiteinde der saucisson, welker monding hy bevestigd had aan de vaatjes op de brug, en snel als een bliksemstraal, wierp hy zich op het voor hem vastgehouden paard en schaarde zich aan het hoofd van den troep. Een oogenblik van doodsche stilte volgde, terwyi het vuur langs den langen draad van de lont kroop; daarop ruischte dat sissend, slangachtig geluid, hetwelk, éénmaal ver nomen, nimmer wedor vergeten wordt, door de rust van den nacht, en volgde de ontplof fing met een gedonder, dat al de slapende echo's der heuvelen tot aanzyn riep. Kolommen van vlammen stegen opwaarts tot de met sterren bezaaide lucht en wierpen hunne purpere en scharlaken stralen op de zwarte, woelige golven, de ruwe, dreigende rotsen, de geknakte tronken der hooge pynen, en kleurden de woeste, schilderachtige ge stalten en moedige, donkere Spanjaards gelaatstrekken der Noordelyke ruiters. Met een schok, welke de aarde deed dreu nen en scheuren en sidderen onder hunne voeten, steeg daar de torenhooge rook, in de stilte van het middernachtelyk uur, omhoog, brullende en in een ontzettend gedonder, door rots na rots weerkaatst, levenlooze lichamen, verbryzelde ledematen, gesmeulde balken, ontwortelde steenon naar omhoog werpende. Dooden werden hemelwaarts goworpen als bladeren, waar de storm mee speelde, en yzer krulde om en werd gebogen als riethalmen in een orkaan, toen het gevaarte der barri cades sidderde, waggelen ging en neerstortte, terwyi de nacht werd roodgekleurd door den warmen gloed dor vlammen en weergalmde van het oorverdoovend geraas. Slapende als zy waren onder bescherming hunner verschansingen, ontwaakten de fede ralen door dien schok, alsof hemel en aarde in elkander vielen, en stormden zy uit loop graaf of tenten, uit verschansing of parallel, om hunne versterkingen en wacht naar boven le zien slingeren, terwyl de hemelen verlicht werden door den gloed der brandende barri cades en het ravyn vervuld was met de gele nevelen der dichte en voortrollende rook walmen. Onthutst, verschrikt, ontzet, liepen zy als schapen door elkander, tevergeefs door hunne officieren byeenvergaderd, openden een paar honderd man een doelloos en nutteloos vuur achter hunne wallende rest stormde hier en ginds, in die onoverwinnelyke be dwelming en naamloozen angst, welke de beste regimenten, die ooit de wapenen voerden, ten ondergang moeten doen, wan neer zy ooit zich van hen nreestc-r maken. „Voorwaarts!"" riep de aanvoerder derver- eenigden, terwyl zyne stem helder en luide weerklonk boven den helschcn storm van sissend, fluitend en brullend gedruisch. Met die onweerstaanbare woede, waarmede zü, telkens en opnieuw, door de granaten massa van opgesloten gelederen en gevelde bajonetten, gebroken waren, stormden de zuidelyken, met hun woesten wapenkreot, over de brug, die, sterk gebouwd uit steen en yzer, zooals zy wel voorzagen, den schok had wederstaan en, terwyl de roode gloed nog voortecheen, de sissende vlammen voort- floten en door de bruisende wateren om laag werden weerkaatst, stormden de ruiters, in ren, over de verminkte ledematen, de verschroeide iyken, het verzengde bout, de neerstortende balken, het ontplofte kruit, wat alles den doortocht over de brug als be zaaide, door het helsche oord, het gloeiende vuur, den zwaren rook, in plotselinge vaart het kamp der federalen binnen. Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1893 | | pagina 5