10125.
Woen^<1 ag tl'tl Februari.
A°. 1893.
feze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van (Zon- en feestdagen, uitgegeven.
Dit nommer bestaat uit TWEE
Bladen.
Een nieuw kwartaal
Leiden, 21 Februari.
Feuilleton.
GEEN VERTROUWEN.
PRIJS DEZER COURANT:
▼oor Lolden per 3 maanden..r. f 1.10.
Franco per post1.40.
Afzonderlijke Nommere0.05.
PRIJS DER ADVERTENTIÊN:
▼an 1—6 regels ƒ1.05. Iedere regel meer 0.17$.
Grootere lettere naar plaatsruimte. Yoor het
incasseeren buiten de stad wordt ƒ0.10 berekend.
Eerste Blad.
van liet Leidsch Dagblad begint met
1 Maart a. s. Zij, die zich nu reeds
abonneeren, ontvangen de tot dien
datum verschijnende nummers gratis.
Dank zy dor milddadigheid van Vorstin
en Volksvertegenwoordiging, kon do „Vereeni-
ging van gepensionneerde on der-officieren en
minderen van hot Nederlandsche leger" dit
maal en hoogstwaarschynlyk ook in het
vervolg, wanneer zy tevens don hooggewaar-
doerdon steun van het leger en de kern dei-
natie blyft behouden haren behoeftigen loden
en weduwen eene belangrijk hoogere uit-
keering doen.
Gisteren had die uitkeering, voor zooveel
de afdeeling Leiden betreft, plaats ten huize
van een der commissarissen der afdeeling.
Acht leden ontvingen ieder 20 en negen
weduwen ieder ƒ15, terwyl aan 1 lid boven
dien eene buitengewone gratificatie van ƒ15
werd uitgereikt.
Door het Leidsch Studentencorps is ge
kozen tot ab-actis van het Collegium de heer
N. G. Van Taack Trakanen.
De heer Donner heeft het voorloopig
verslag der Tweede Kamer betreffende zyn
voorstel tot wyziging van art. 42 der schut-
terjj-wet wat den Zondagsdienst betreft, be
antwoord. Hy handhaaft zyne meening, dat
het meer dan tyd wordt eene poging aan te
wenden tot opheffing van een gewetensbezwaar,
dat sinds jaren op velen in den lande drukt.
Voor het examen fraaie handwerken is
geslaagd mej. C. L. Van Agthoven, van Leiden.
Het gouden bisschopsjubilé van Z. H.
Paus Leo XIII is te Roelof-Arendsveen ge
vierd door een algemeen uitsteken der vlag
gen. Overal zag men naast het nationale
„rood«wit-blauw" het „geel en wit" ter eere
van den Paus wapperen. In de kerk word,
evenals in alle kerken van het Bisdom, eene
plechtige Mis voor Z. H. opgedragen. Het
koor, uit een dertigtal mannen en knapen
bestaande, voerde by deze gelegenheid op
verdienstelijke wijze Palestrina's Mis „Iste
Confessor" uit.
Eenigen tyd geleden hebben wy een
uittreksel medegedeeld van een verslag, uit
gebracht door de commissie van lïquidateuren
van de „Zuid-Hollandsche Leerhoeve voor
Zuivelbereiding."
Men zal zich herinneren dat blykens dat
verslag, na het overlijden van den stichter
dezer instelling, mr. D. Visser van Hazers-
woude, gebleken was dat de voortzotting der
stichting, waarvan mr. V. v. II. een groot
deel der onkosten uit eigen kas had bestreden,
te bezwarend zou zyn en dat de Erven Visser,
ook dank zy der medewerking van mevr. de
wed. Visser van Hazers woude, de liquidatie
op voor belanghebbenden bevredigende wyze
hadden tot stand gebracht.
Anders luidt het oordeel, dat thans in druk
is verschenen van een tiental oprichters, leden
en bestuurders der (feitelijk ontbonden) ver-
eenigmg, de heeren C. J. Van Oudermeulen,
H. P. De Kat van HardiDXveld, Th. J. Waller,
P. B. J. Ferf, J. Zyp Kz., D. F. A. Bauduin,
Herman F. Bultman, P. J. A. De Bruine,
jbr. P. J. J. Repelaer en P. F. L. Waldeck.
Met nadruk komen die heeren op togen dat
rapport en de handelingen van jhr. J. B.
Van Merlen, ook voor do nagedachtenis van
wylen mr. Visser van Hazerswoude.
„Waar wy by diens leven", zoo schrijven
zy, „noch voor hem, noch voor zyne ook door
ons hoog gewaardeerde echtgenoote de be
zwaren hadden verzwegen, die zijne wyze van
handelen moest scheppen zoo voor de ver-
Benoemd is tot onderwijzer aan de R.-K.
parochie school te Wognum (onder Spanbroek) eeniging als voor (hare moeder) de Hollandsche
de heer G. Smit, te Leiden.
Voor opleiding tot officier van gezond
heid by het leger hier te lande waren op 1
Jan. 1893 by de rijks universiteit te Leiden
2 en bij de gemeentelijke universiteit te Am
sterdam eveneens 2 militaire studenten toe
gelaten. Voor officier van gezondheid by het
leger in Oost-Indié: by de rijks-universiteiten
te Leiden 17, te Utrecht 14 en teGroniDgen
7, en aan do gemeentelijke universiteit te
Amsterdam 17 studenten.
Maatschappij van Landbouw, daar meenden
wy dat na zyn overladen alles moest worden
gedaan om de stichting, na reorganisatie, te
behouden, als blijvende erkenning van de
weergalooze offervaardigheid, waarmede de
heer V. v. H. zyne belangstelling en de op
rechtheid zijner bedoeling staafde."
De onderteekenaars wenschen in hun go-
schrift „juiste feiten en waarheid" te stellen
„in plaats van de scheeve voorstellingen en
halve waarheden, waarvan het geheele rapport
vol is ééne spitsvondige aaneenschakeling,
welke den steller geeno eer aandoet." Zy gaan
de in dat rapport verstrekte cijfers na en komen
tot de slotsom, dat „het resultaat der door
jhr. v. M. als bewindvoerder der Erven mr. V.
v. H. doorgedreven liquidatie der Leerhoeve
is: dat voor die erven te zamen genomen
tegenover een last van ruim 31,000 eene bate
staat van bijna ƒ37,000, dus een avance van
ƒ6000, ongeacht de realisatie a pari van
ƒ67,000 aandeelenkapitaal in de obligatie-
leening."
O. a. wordt opgemerkt dat het verlies van
ƒ12,000, in het eerste halfjaar na het over
lijden van mr. V. v. H. geleden, voortsproot
uit achterstallige schulden en groote afschrij
vingen, die by reorganisatie der school voor
goed tot de geschiedenis zouden behooren.
Behalve verdere byzonderheden bevat dit
stuk nog eene uitvoerige geschiedenis der
zuivelschool, met de rapporten en stukken,
welke er op betrekking hebben.
De penningmeestar der „Martha-Stich-
ting" te Alfen a/d. Ryn, jhr. mr. L. v. d.
Berch van Heemstede, heeft den volgenden
volledigen staat der ontvangsten en uitgaven
over 1892 van genoemde stichting gepubli
ceerd.
Ontvangsten. Saldo in kas vorig jaar 362,
verpleeggelden ƒ15,563, giften 11,244, abon
nementen 98, contributiön ƒ884, scheurka
lenders 1367, legaten 6050, diversen 1516,
totaal ƒ37,083.
Uitgaven. Voeding 15,495, kleeding 2117,
wasschery 732, salarissen 2487, licht 615,
brandstoffen ƒ1169, onderhoud gebouwen en
meubilair f 5746, belasting 24, administratie
kosten, porto's en drukwerken 1509, school-
behoeften ƒ314, diversen ƒ1839, saldo in kas
ultimo December 5035, totaal ƒ37,083.
Bedrag aan onbetaalde rekeningen op 1
Jan. 1893 ƒ8001.
Thans worden in deze inrichting reeds een
200-tal kinderen verpleegd, die tot nuttige
leden in de maatschappy worden opgeleid.
Het derde concert, gisteravond door het
a-Capella-koor van Daniël De Lange in het
Gebouw voor Kunsten en Wetenschappen te
's-Gravenhage gegeven, werd vereerd door de
tegenwoordigheid van H. M. de Koningin-
Regentes. Dientengevolge ving hot concert,
dat te lialfacht aangekondigd was, even vóór
8 uren aan. H. M. werd bij haar binnentreden
in het Gebouw ontvangen door den president
en de leden van het bestuur.
By het binnentreden hieven, terwyl alle
aanwezigen van hunne zitplaatsen rezen, de
dames en heeren van het koor het „Wilhel
muslied," naar de oude toonzetting, aan, door
don heer De Lange op de piano begeleid.
H. M. was vergezeld van de hofdames
baronesse Yan Ittersum en jonkvrouwe Ren-
gers, den kamerheer Pabst van Bingerden,
den adjudant jhr. Van Spengler en een ordon-
nance officier.
Het koor voerde nu op de bekende uit
stekende wyze zyn programma uit. Vooral
Psalm 122 en het Kyrie e Christe van
Ockeghem maakten een diepen indruk.
Het tweede gedeelte van hot programma
droeg een meer wereldsch karakter: eenige
oude Fransche en Hollandsche liederen, die
niet minder voortreffelyk werden vertolkt,
terwjjl het oud-Nederlandsche Volkslied het
concert besloot.
Herhaalde en levendige toejuichingen vielen
den uitvoerenden ten deel en ook de heer
J. A. De Zwaan, die op het orgel eene fantaisie
en het finale van een concert van Handel
uitvoerde, mocht daarin deelen.
In de korte pauze werd de heer Daniël
De Lange in de loge van de Regentes ont
boden en ontving hij de betuiging van de
ingenomenheid der Regentes over de vertol
king van het koor. De Vorstin onderhield
zich met don dirigent over zyne reizen in
het buitenland en den opgang, welken hy
daar had gevonden.
H. M. verliet in het tweede gedeelte van
het program het concert en verzekerde ook
aan de bestuursleden, die haar uitgeleide deden,
dat zy zeer voldaan was en het haar ver
heugde in de gelegenheid te zyn gesteld het
bij te wonen.
Na afloop van het concert ontving de heer
De Lange van den heer F. H. Von Weckherlin
de mededeeling van zyne benoeming tot ridder
in de orde van den Nederlandschen Leeuw.
Te 's-Gravenhage is op ruim 50-jarigen
loeftyd overleden de heer D. J. Sluyter Jr.,
chef op het bureau van de Nederlandsch-
Indische Spoorweg maatschappy.
Te Bennobroek zal, wegens de onlangs
plaats gehad hebbende afscheiding van Heem
stede, een nieuw raadhuis worden gebouwd.
De vorsteiyke familie wordt den löden
April op Het Loo verwacht.
H. M. de Koningin-Regentes heeft ƒ300
geschonken aan de Surinaamsche Maatschappy
van Weldadigheid en 200 aan het Dames-
i comité „Dorcas" in Suriname.
Een door alle leden van den gemeenteraad
te Breda onderteekend adres is gezonden aan
de Koningin-Regentes, het verzoek inhoudende
30.)
Hy wendde het hoofd af, dat zy niet zien
zou hoe zyne oogen zich met tranen vulden,
en Mario sliep afgemat in. Maar na twee
uren ontwaakte zy. „Gustaaf," riep zy, „zeg
my, maar met duidelyke woorden, dat gy
my vergeven hebt, noem my nog éénmaal
uwe Mane!"
„Mane, myne dierbare, myne geliefde
vrouwIk heb alles, alles vergeven en myne
liefde volgt u tot in de eeuwigheid l"
„Zij verlicht myn graf!" glimlachte zy;
„geef my de hand, het wordt zoo
donker
„Dokter l" riep de graaf angstig.
De geroepene trad binnen, voelde haren
pols en zag haar bezorgd in het gelaat. Hy
schudde treurig het hoofd, de druk barer
hand werd zwakker, hare ademhaling zachter
en zachter, een vriendelyk lachje omspeelde
de bleeke lippen, maar de oogen openden
zich niet meer.
„Zy heeft opgehouden te leven", zei de dokter
na eenige oogcnblikken. met zachte, diepe stem.
„God achenke u troost en kracht, graaf!"
De ongelukkige man sprak geen woord,
maar hy staarde de bleeke trekken aan, als
moest de mond zich openen als vroeger en
hem met den ouden, geliefden klank toe
roepen. Wagner had Paula en Alexander stil
geroepen, opdat het hart van den graaf troost
mocht vinden in den aanblikzynerkinderen;
en toen zy kwamen, vond ook werkelyk de
stomme smart by den anders zoo sterken
man tranen. Hy omarmde hen zwygend en
liet zich door hen wegvoeren.
Toen werd het geheel stilmaar vele har
ten treurden, vele oogen waren vochtig om
haar, die zy allen zoo liefgehad hadden. Nie
mand mocht by haar waken, volgens haar
verlangen, en Kim en de dokter zouden haar
afleggen. Maar allen brachten bloemen en
tranen vielen als dauw op de geurige
kransen neder.
De graaf was geheel in zijne smart ver
zonken en voor niemand te zien, zelfs nau-
welyks voor zyne kinderen. Weinige dagen
van kommer hadden op den anders zoo krach-
1igen, lovenslustigen man den stempel van
den ouderdom gedrukt en zyn hart moede
en gevoelloos gemaakt.
Over het slot lag die vreeselyke stilte,
welke in het huis des doods heerscht, vooral
op den dag der begrafenis. Dan voelt ieder
dubbel de leegte en zoodra het omhulsel van
den gestorvene ons voor altyd verlaten heeft,
evenals de geest, welke daarin woonde, ge-
looven wy eerst dan het geliefde wezen ge
heel verloren te hebben. De oude rentmeester
Kirn was ontroostbaar, hoe ook dokter Wagner
beproefde hem op te beuren. Hy klaagde
zich dag en nacht als den moordenaar van
de beste aller vrouwen aan, en het kostte
Wagner geene geringe moeite, deze zelfver
wijten voor zyne omgeving te verbergen.
Paula, hartstochtelyk als altyd, was het
ook in haro smart, en slechts de liefdevolle
troostwoorden van haren man konden haar
opbeuren. Doch anders was het mot den
graaf; zyne smart lag dieper, diep in het
hart, waarin geen menschelyke troost door
drong. En welke droefheid moest hy in het
hart dragen, hoe kromp zyne ziel onder
bittere smart inéén, wanneer hy er aan dacht,
welk een rampzalig leven Marie geleid had;
zonder hulp, zonder steun en raad. Nu was
het voorbij, geen leed drukte haar meer,
maar ook geen glimlach kon by meer op
hare lippen roepen. Ach, en er was een
menschenleven toe noodig geweest, om het
verdriet van deze dertien jaren goed te maken!
Gedurende do begrafenis had hij eenige
vrienden gezien en zy hadden tot hem ge
sproken, maar hy wist niot wat; bij hoorde
het niet, het was als een leege klank in
zyne ooren. Nu zat hy weder alleen in zyne
kamer, want het was nu voorby. Daar opende
zich zachtjes de deiar en Martin trad binnen,
aarzelend en langzaam, alsof hy zyne bood
schap niet goed durfde verrichten.
„Uwe Genade", zeide hy eindeiyk vrees
achtig, „Uwe Genade, er is hier een brief
gebracht, ik wilde u op dezen dag niot
storen, maar de man, die hem brengt, is
zóó dringend, hy houdt vol dat het van zulk
een oneindig gewicht voor Uwe Genade en
de geheele familie is, dat gy hem leest, dat
ik het eindeiyk waagde binnen te treden."
De graaf nam den brief en doorliep met
snellen blik de regels.
„Ha, te veel, te veel!" riep hy,
met eene zóó hartstochtelyke beweging op
springende, dat de knecht bevreesd terugweek.
Alle smart scheen plotseling verdwenen of
op den achtergrond gedrongen en in zyne
oogen vlamden toorn en verachting.
„Is mynheer de opperhoutvester Von
Halaern nog bier?" vroeg hy denverbaasden
dienaar.
Wordt vervolgd.)