Leiden, 17 December. niet van een boer komt en buiten zyn begrip ligt, zijn oorzaak, dat hy zich wars toont van verbeteringen. Het hem te laten zien, waardoor hy vooruit kan komen, is beter dan hem een geschrift in de hand te geven en te zeggen: zie hier uw leiddraad. Examens M. O. 's-Hage, 16 Dec. Hoogduitsch, akte A: Toegelaten de heer J. J. Menkema, van Leiden. De heer F. Hopster, predikant te Wijn gaarden en Ruibroek, heeft voor het beroep Jiaar do >T0d -Herv. gemeente van Hoogmade c. a. bedankt. De aandacht van het publiek wordt door den minister van w., h. en n. gevestigd op het veelvuldig voorkomen van briefkaarten, niet van Rijkswege uitgegeven, die met geen of een onvoldoend frankeerzegel waren voor zien en waarvoor dus van den geadresseerde een port van 7'/a cent of minder moet wor den gevorderd. Het getal van zoodanige brief kaarten beliep gedurende 6 dagen op de voornaamste drie kantoren meer dan 250. Tot inwonend 2den geneesheer van het krankzinnigengesticht te 's-Gravenhage is be noemd met ingang van 1 Januari 1893 de heer J. L. C. G. A. Le Rütte Jr., arts. Het Delftsche Studentencorps, dat in den aanstaanden zomer zijn IXde lustrum zal herdenken is, naar de „Delftsche Crt." uit goede bron verneemt, druk bezig met het bespreken van voorbereidende maatregelen. Het plan bestaat de feesten te doen plaats hebben in den geest als die van het vorig lustrum, met uitzondering evenwel van den historischen optocht. In plaats van dezen laatsten zouden de volksfeesten meerdere uit breiding verkrijgen. Omtrent de plaatsing van de feesttent is wel is waar nog niets vast gesteld, doch het ligt in het plan deze óf in het Kalverbosch, of op den godempten Oost- singel te doen oprichten. Woensdag a. s. zal de installatie plaats hebben van mr. Van Heusde, als vice president der rechtbank te 's-Hage, en zal hy dien avond in Den Doelen een diner aanbieden aan verschillende leden der rechteriyke macht. Door wylen R. M. H. barones Van Tuyll van Serooskerken, wed. van E. graaf De la Valette, zyn aan het kerkbestuur van den H. Martinus te Arnhem vermaakt twee legateD, respect, groot f 5000 en 2000, zoo mede aan het R.-K. Armbestuur aldaar eene erfstelling ter vermoedeiyke waarde van f 2000. Het bestuur van den Nedorland6chen Slagershond heeft aan do leden van de Tweede Kamer een afschrift toegezonden van twee adressen, door den Bond aan den minister van oorlog gericht, en van het op het oudste adres ontvaogen antwoord van Zyne Excel lentie. De strekking der adressen is, om, ter voor koming van levering van Amerikaansche waar, in het vervolg te bepalen: „Dat by de leverantie van spek en aanverwante artikelen alleen die artikelen in aanmerking worden gebracht, welke het stempel dragen van den Nederlandschen Slagershond." De minister heeft verklaard, dat dit verzoek niet voor inwilliging vatbaar is; doch het bestuur van den Nederl. Slagershond heeft zich daarop andermaal met een adres van gelyke strekking tot genoemden minister gewend. By de directie van het Provinciaal Utrechtsch Genootschap van Kunsten en Wetenschappen is een antwoord ingekomen op de in 1891 by vernieuwing uitgeschreven prysvraag over den invloed der treurspelen, die op naam van Seneca gaan, ophetNeder- landsch tooneel, inzonderheid op dat der XVIIde eeuw. Het antwoord is geteekend met de kenspreuk: „Duo cum faciunt idem, saepe non est idem". Vanwege H. M. de Koningin is by de maatschappy „Het Diamantwerkers-Weezen- fonds" te Amsterdam de gewone jaarlyksche schenking van f 50 ingekomen. De luit. ter zee 1ste kl. H. Velthuyzen vertrekt 21 dezer naar Clydebank by Glasgow, om aldaar toozicht uit te oefenen op het bouwen van het oorlogsschip „Borneo," het welk bestemd is voor den dienst in Oost- Indië. Te Amsterdam is op 59-jarigen leeftyd overleden mr. A. Looyen, officier van justitie by de rechtbank aldaar. In hem verliest de staande magistratuur een zyner verdienstelykste, yverigste leden. In 1861 trad mr. Looyen by de rechter iyke macht op als substituut-officier by de rechtbank te Hoorn, waarby hij naderhand tot officier van justitie benoemd werd. In 1875 viel aan mr. Looyen de onderscheiding te beurt benoemd te worden tot procureur- generaal by het koloniaal gerechtshof in West- Indiê, waar hij tot 1883 bleef. Na een twee jarig verlof volgde zyne benoeming tot advocaat- generaal by het gerechtshof te Leeuwarden, welke functie hy tot 1886 bekleedde, toen hy aan de rechtbank te Amsterdam als officier van justitie geplaatst werd, welke betrekking tot nu toe door hem vervuld werd. Mr. Loofien was ridder der orde van den Nederlandschen Leeuw. - By koninklyk besluit zyn, met ingang van 1 Januari a. s., ter vervanging van de op 31 December 1892 aftredende en niet herbenoembare leden van de geneeskundige raden, tot leden dier raden benoemd: Voor Zuid-Hollanddr. T. H. Blom Coster, te 's-Gravenhagedr. J. Vroesom de Haan, te Rotterdam; J. Broeksmit, heel- en vroed- meester te Zwyndrecht; H. Swart, apotheker te Schiedam; dr. P. A. Vos, apoth. te Rot terdam dr. G. P. Van Tienhoven, te 's-Graven hage; dr. M. R. Timmerman, te Gravenhage. tot plaatsvervangende leden van de genees kundige raden: voor Zuid Hollanddr. C. J. Snyders, te 's-Gravenhage; dr. C. J. Vaillant, te Schiedam; dr. F. H. G. Van Iterson, te Gouda; J. Thorn Leeson, heel- en vroedmeester te IJselmonde; W. Robertson, apotheker te Rotterdam; F. R. Vechtmann, apotheker te 's-Gravenhage. By koninklyk besluit zyn benoemdtot ontvanger der dir. bel. en acc. te Blokzijl c. a. C. H. Engels, ontvanger der dir. bel., invoer rechten en acc. te Lochem c. a.tot ontvanger der dir. bel. en acc. te Oude-Tonge c. a. J. J. Kok, ontvanger derzelfde middelen te Nieuwerkerk c. a.tot ontvanger der directe belastingen en acc. te Blokker c. a. F. J. Van Grasstek, ontvanger derzelfde middelen te Weesp c. a.tot ontvanger der. dir. bel. en acc. te Meppel (buitengemeenten) W. J. Schaapma, ontvanger derzelfde middelen te Baarloo c. a tot ontvanger der dir. bel., invoerr. en acc. te Termunterzyl c. a. H. Veltman, ontvanger der dir. bel. en acc. te Groningen (buitenge meenten). Gemengd IVicnwe. Gisterochtend omstreeks tien uren vervoegde de hoofdcommissaris van politie Van Doesburgh, te Amsterdam, ver gezeld van een inspecteur en een smid, zich aan het perceel Weteringschans 217e. Nadat op herhaald schellen geen toegang werd ver leend, gaf de hoofdcpmmissari6 last de deur met geweld te openen. Twee personen, die sinds eenigen tyd in dit perceel hun intrek hadden genomen, werden in hechtenis genomen en perry tuig weggevoerd. Het gold hier de beide Hannoversche bankiers, die ongeveer eene maand geleden op verzoek der Duitsche regeering werden aangehouden, de een in hotel „Elberfeld", de ander in het „American Hotel". Het bleek echter kort daarna, dat de documenten, op het verzoek van uitlevering betrekking hebbende, niet ge heel in orde waren. Men liet daarom de arres tanten weder vry. Thans echter was de zaak zoo ver gevorderd, dat het vroeger bezwaar is opgeheven, zoodat hedenochtend opnieuw de hand kon worden gelegd op de beide vreemde heeren, die zich ten onzent in perceel 217e, Weteringschans, wellicht reeds/volkomen vei lig waanden. (EbL) Zaak-Schimmel. Betreffende de motiveering van het vrysprekend vonnis van het Amsterdamsche Hof omtrent den advocaat mr. W. F. Schimmel, deelt men nader het volgende mede: Het Kof overwoog, wat de valsche boeking betreft, dat het O. M. niet had kunnen aan- toonen, dat beklaagdes beweren omtrent zijn eigen vordering op P. M. onjuist was. Mits dien moest worden aangenomen, dat hy inderdaad dit bedrag van 4500 pd. st. uit staande had, en hiermede verviel vanzelf de beschuldiging van opzettelyke valschheid in de boeken en van wederrechtelyke toeèigening van geld of aandeelen. En wat de décharge betreft het Hof nam wel niet aan, dat dit een zuiver particuliere rekening van bekl. en P. M. gold, doch oordeelde dat hier niet van een valscheiyk opmaken door bekl. sprake kon zyn, zoodat hy ook van dit punt van aanklacht moest worden vrijgesproken. Te Krimpen a/d Lek, in den Zaagpolder, is de bouwmanswoning, bewoond door C. v. Ruytenbeek, geheel afgebrand; 32 koebeesten, 28 schapeD, 2 paarden, een hooibeig, benevens een groot aantal kippen zyn eene prooi der vlammen geworden. Te Diever is een huis, waarin eene boerdery van ongeveer 10 koeien en 2 paarden gedreven werd, ingezet op do som van 176 (zegge honderd zes en zeventig gulden.) Sequah (Ch. Davenport) heeft te Maastricht medegedeeld, dat hy zich voorgoed in Den Haag zal vestigen en zich als Neder lander zal laten naturaliseeren. De heer L. C. Dudok de Wit, te Breukelen, die dezen zomer met goed gevolg een grooten roeiwedstryd op de Vecht orga niseerde, zal in 't volgend zomerseizoen een grooten zwemwedstrijd in dat water doen plaats hebben. Te Enschedee is een eenjarig kindje, dat in een kinderstoel zat, by afwe zigheid der moeder in brand geraakt. Het werd zwaar gewond en is aan de gevolgen bezweken. In het jongste nummer van de „Gids" wordt door prof. A. A. W. Hubrecht het werk besproken van R. L. Gamer over „de taal der apen". Op dit gebied van navorschingen heeft Garner geiyk wy vroe ger reeds meer uitvoerig hebben vermeld een zeer gelukkigen greep gedaan. Hy is n. 1. de phonograaf als hulpmiddel gaan gebrui ken. Meende hy de beteekenis van zekeren klank der apen te kunnen ontwarren, dan ving hy dien in eene phonograaf op, om hem tegenover andere apen weder te geven. Zoo meende Garner een geluid, dat in letters uit gedrukt ongeveer geschreven moet worden „nquuw" te kunnen vertolken met het woord: „voedsel." De klank werd opgevangen en toen eene proef genomen natuuriyk* onder de noodige voorzorgen met eene pas uit Indié aaDgekomen bezending Rherus-apon. De phonograaf werd in werking gebracht en by het hooren van 't geluid be gonnen de apen, die tot nog toe gezwegen hadden, met luider stem te antwoorden. Dit zelfde geluid maakten de apen weder, toen hun daarna wortelen en appels werden vertoond. Het bewys, dat de apen voor gelyke ge waarwordingen ook gelyke uitdrukkingen hebben, meent Gamer uit 't volgende aange toond. Hy had nameiyk een onvoldoenden phonographischen indruk gekregen van mede- deelingen, die hy meent dat hem gedaan werden met betrekking tot de weersgesteld heid door een bruin aapje, dat zich tydens oen storm voor een venster bevond. Toen hy latei- dien phonographischen indruk in tegenwoor digheid van dit aapje weer hoorbaar maakte, bemerkte hy, dat het dier in 't algemeen weinig belangstelling toonde, maar dat het uit het venster keek, toen de machine de geluiden herhaalde, die het gemaakt had, toen het by den storm voor het venster had gestaan. Prof. Hubrecht dweept niet met de wyze, waarop Garner zyne taak opvat. Hy is te stellig in het trekken zijner conclusiën en hy maakt zich schuldig aan groote opper vlakkigheid. En ait gemis aan ernst ontzegt aan zyn arbeid de aanspraak op wetenschap- pelyken zin. Prof. Hubrecht stelt zich dan ook zeer weinig voor van de reis naar Afrika, die Gamer in 't belang zyner onderzoekingen voornemens is te ondernemen. Gamer wil gelyk wy reeds indertyd meer uitvoerig schetsten zich voor dat doel eene groote kooi van metaaldraad laten maken, die met een oog van boven en drie sterke kettingen in de boomen wordt opgehangen. Hy is voorts van plan deze kooi dermate met electriciteit te laden, dat dieren by aanraking onmiddellyk gedood worden. Voor de bestudeering van de apentaal heeft Garner het volgende middel bedacht. Aan het eene uiteinde van een langen en goed geïso- leerden geleiddraad wordt een telephonische ontvanger bevestigd van donkergroen geverfd blik, in welks nabyheid stukken spiegelglas of andere glinsterende voorwerpen derwyze zullen gerangschikt zyn, dat chimpanzees en gorilla's om stryd de indrukken, die zoo veel schoons op hen maken zal, in dien ont vanger zullen lu.ht geven. "Wanneer nu aan de andere zyde van den geleiddraad de phonograaf is opgesteld, zal de heer Gamer met volledige juistheid het ge sprokene kunnen opvangen en naar zyne mee ning alweder een stap verder zijn in de kennis van der apen spreektaal. Prof. H. hoopt dat de resultaten van zyn voorgenomen onderzoek naar wensch mogen zyn. Hy meent echter dat een negatief resul taat nog meer voor bet intellect der apen zal spreken dan een positief. Bevestigd zou dan zyn de bewering van den inlander d ook volhield dat do apen eene spreektaal^ zitten, maar dat zy zich in tegenwoordrihei van menschen daarvan nooit bedienen, omd zy overtuigd zyn, dat er dan onmiddellij „heerendiensten" van hen verlangd of bi lastingen van hen geheven zouden wordei Garner is een Amerikaan en wordt door ta van belangstellende vrienden fin&ntièel g< steund. Te Parys w ordt thans door mev De Pressensé een fancy-fair gehouden tenbi hoeve van de armen. Onder de talrijke ge schenken, die zy daarvoor ontving, behoo eene bezending van voorwerpen van waard o. a. een stel van 24 zilveren theelepeltje! eene halsketting, een kruis, een medaillon- dit alles in goud en eenige sieraden vai koralen, in goud gevat. Daarby was een beg! leidend schryven, waarin de schenker zeid dat hy deze voorwerpen tydens deCommui van 1871 had gestolen en nu zyn gewete van dien last wilde bevrijden. Beter laat da nooit Mevrouw De Pressensé heeft alles echt aan de politie gegeven. Den vyfden dezer verdween d veertienjarige zoon van een koopman in d Aboukir-straat te Parys. Dezer dagen ontvin de vader een brief van hem, met verzoe om „poste restante" geld fe zenden naarh postkantoor der Monge-straat. Dientengevo)| heeft men hem opgespoord; hy werd gevo den in dienst van een bedelaar, dien hy moe! helpen om de lieden te vermurwen. Bij Huntington, in West-Yirgini hebben gemaskerde roovers een trein aang vallen, een passagier die zich verzettegedoo een tweeden gewond en zich uit de voet! gemaakt. Een vrek, die dezer dagent Caracal, een plaatsje in Rumeniü, stierf, zo der zyne vrouw een rooden duit na te late had haar vóór zyn dood doen zweren dat i hem in de oude jas zou doen begraven, well hij altyd droeg. De vrouw had nauweiyi geld genoeg voor de begrafeniskosten; ma een kennis, wien zij den vreemden wens van den overledene mededeelde, kreeg achU docht en ried haar aan, de jas te onaerzoeke Zij vond er f 15,000 aan bankpapier in. Te Wi en er-Neustadt, by Weenen, staat een geheel gezin, vader, zoon-en dochtc terecht wegens moord op de moeder en vrouw die zy geworgd en in een put geworp zouden hebben. De vader zou dit gedai hebben, omdat hy vreesde voor de gevolg! van een onderzoek naar de behandeling z\)n vrouw. Zy was krankzinnig geworden dcx zyne mishandelingen. De'zoon heeft zich waa schynlyk op zyne moeder willen wrek! omdat deze hem niet haar aandeel will afstaan in de boerdery, welke zy bezaten.] Een luit. der inf. van het gan zoen te Atjeh zal voor een krijgsraad word terechtgesteld wegens insubordinatie in schriften jegens een kapitein der inf., wel laatste, wegens de daarby betoonde zwakh! jegens dien luitenant, zijn pensioen zal k gen, of zal moeten aanvragen. Voor zooverre onze berichten in deze reik zou hy tegenover den overste S., toen ds hem onderhield over de door hem onderga straf wegens onkieschheid, zich hebben 1 roepon op do voor hem onverklaarbare ornst; digheid, hoe de kapt. Schultze hem voor! zaak heeft kunnen straffen, terwijl by n is gestraft voor den daarop aan dien kapiteii geschreyen brief, waarin hy dezen op de mee brutale en onbeschaamde wyze heeft uitg maakt en beleodigd. "Wat moet nl. het geval zyn geweest'? het ontvangen van dien brief heeft meer| noemde kapt. den luit. A. aangezegd, dat hem wegens insubordinatie in geschriften v< den krygsraad zoude trekken, doch door 1 dadelyk daarop gevolgd bidden en smeekenf laatstgenoemde, om niet alleen hem, maar o zyne vrouw en kinderen niet ongelukkig ten ken, en bet met tranen in de oogen smeeken vergiffenis, was de kapitein zoo methcml gaan, dat hy de gevraagde vergiffenis scbo en de belofte deed hem daarvoor niet te stn fen, noch voer een krygsraad te doen terec stellen. Tot loon voor deze nobele daad wordt kapitein by den overste verraden en zal dus, niettegenstaande hy zeer goed ges# leerd staat voor den rang van majoor, wege zwakheid jegens zyne minderen, hot !cg moeten verlaten. Men ziet dus welke gev gen menschlievendheid in den militairen sta na zich kan sleepen. {Bat. Bbl,

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1892 | | pagina 10