Heeren-, Jongelieeren- en Kindcr-Sajaars- en Winter-Kleedingslnkken, WÊtm Wegens het vergevorderd en ongunstig Seizoen In de groote Cosfectie-Magaztjnen van M. CAHEN, deïst jxa.a g. nnzunA. zullen van heden af alle voorradige alsOverjassen, Demi-Saisons, Ulsters, Pelerine-Manteljassen, Waterproofmantels, Colberts, Chambre- Cloaks, Pantalons, Vesten, Gekleede Jacquet- en Colbert-Eostnmes en nog vele artikelen tot veel verniinderde prijzen O Ir* <3r E I TT I >11 worden. Niettegenstaande de zeer goedkoope en onnavolgbaar laag gestelde prijzen, welke op elk Kleeding- stuk voor een ieder duidelijk leesbaar zijn, worden gedurende deze Opruiming bij inkoopen beneden 10.5 pCt., bij hoogere bedragen 10 pCt. en boven ƒ100.15 pCt. korting toegestaan, uitsluitend bij Contante betaling. KLEEDEREN OP MAAT worden, naar verhouding der gemaakte Goederen, eveneens tot verminderde prijzen geleverd zonder korting, alleen bij contante betaling 5 pCt. De prijzen staan voor ieder duidelijk leesbaar op elk Artikel en wordt daarvan 5, 10 en 15 pCt. korting toegestaan: Persoverzicht. Hobben wy voor eonigen tyd in ons over zicht reeds melding gemaakt van hetgeen omtrent de voorgenomen uitbreiding van hot kiesrecht gezegd werd in de Kroniek van de „Steramen" door dr. A. W. Bronsveld, hebben wU toen kunnen consta- teeren dat zy allesbehalve naar zyn zin was, thans moeten wy ter wille der volledigheid vermolden dat hy in de Kroniek van December nader op deze zaak terugkomt, om nog eens „de taal van het gezond oordeel, van het wikkend en wegend verstand" te doen hooren. Hy betreurt het vooral, dat Patrimonium zich met de radicalen en sociaal-democraten zal vereenigen tegen de „coterie", tegen de „liberalisten", om met de „Standaard" te spreken, want dat dit geschieden zal. dat dr. Kuyper hen daar althans toe zal aan sporen, staat by hem vast. Van een man als dr. Kuyper, die, volgens dr. Bronsveld, nooit zyn revolutionairen aard heeft verloochend, word door hem trou wens niets anders versvacht. Dr. K. is een geboren demagoog. Maar mot groote verba zing heeft dr. B. bespeurd dat vele liberale hoeren met de uitbreiding van het kiesrecht inedogaan en ons land zullen overleveren aan mannen als Geel, Kater, Fortuyn, Ger ritsen, Treub e. a. Dr. B. is bepaald ontstemd door den loop der zaken, gelijk ook uit deze combinatie van namen blykt. „'t Schynt dat allen met blindheid geslagen zijn", zucht hy, om daarna in de volgende woorden zyn oordeel nader te ontwikkelen: „Het was ons van meet af eeno reden van beduchtheid, dat de heer Tak van Poortvliet in dit ministerie do portefeuille van binnon- landsche zaken aanvaard had. Hy is nooit een man geweest naar ons hart, al mis kennen wy zyne bekwaamheden niet. Toch hadden wy niet verwacht, dat dit kabinet over ons land do rampen zou willen brengen van het algemeen stemrecht. En wanneer wy lozen de discussion, gevoerd in de ver gadering van de „Liberale Unie", dan komen wy tot do slotsom, dat daar eene vergade ring byeen was van mannen, wier meerderheid is gebracht in een staat van zinnoloosheid, als van weikon de Grieken zeidon, dat Zuus dien brengt over degenen, die hy in 'c. ver derf wil storten. Zoo verklaarde een der af gevaardigden, dat hy nog wel vorder wilde gaan dan de wet, en dat by „door dik en dun" meeging met het voorstel van 't Be stuur. Een ander meent dat de voorgestelde uitbreiding van hot kiesrecht tot in lengte van dagen dankbaar zal worden herdacht. Een derde meent dat, indien nu het kiesrecht onthouden wordt aan hen, die het wenschen, alsdan „deze menschen" andere wegen zullen inslaan, om hunne rechten te doen geldon. IeJer gevoelt dat dit argumenton zijn van zeer licht en van bedenkeiyk gehalte. „De liberalen, die daar den boventoon voer den, zyn gelukkig niet de liberale party. Mannen als prof. Spruyt, prof. Do Goeje, prof. Greven, prof. Buys en zoo vele anderen tellen toch ook nog mee; en wy vertrouwen, dat in de Tweede Kamer geene meerderheid zal te vinden zyn voor eene zóó onmatige en plotselinge uitbreiding van het kiesrecht, als door de regeering wordt voorgesteld". Ten slotte komt dr. B. nog eens terug op het reeds vroeger door hem geopperde denk beeld om voor de kiezers een hoogeren leeftyd te stellen dan 23 jaren, eon denkbeeld, dat „zelfs" in de algemeone vergadering der Libe rale Unie een voorstander vond. Hy troost zich ten slotte met de overweging, dat er zich reeds krachtige, invloedryke stommen verhieven tegenover degonen, die ons blinde lings en klakkeloos in de armen van het algemeen stemrecht willen werpen. „Bovenal," aldus eindigt hy, „is myn vertrouwen gericht op God, in wiens hand al,e dingen zyn, die onze vrees beschamen, en uit het kwaad het goed kan doen voortkomen." Dat het oordeel over de beslissing, in de vergadering der Liberale Unie gevalleD, uit eenloopt, is bekend. Zoo ongunstig als het bovenstaande troffen wy er weinig aan. De „N. R. C.", die tegen de kiesrechtontwerpen is, bleek er evenmin over gesticht te zyn, maar verreweg de meesto vryzinnige bladen gaven hunne instemming met de beslissing te kennen. Hoe verschillend er over de kiesrechtont- werpen wordt gedacht toont de stryd aan tusschon de heeren De Savornin Lobman en dr. Kuyper of de „Standaard." In eene brochure, gewyd aan de vraag: „Hoe denkt de anti revolutionaire partij, over de regeling van het kiesrecht?" heelt jhr. mr. W. H. De Savornin Lohman te kennen gegeven, dat hy hot ontwerp-Tak in stryd acht met do Grondwet, waarom hy aandringt op eene samenroeping der Deputaten. De „Standaard" heeft te kennen gegeven, dat het moeilyk aanging voor dit punt eene Deputatenvergadering samen te roepen, voor eerst wyi do anti revolutionaire party geen vóór-parlement wenscht, ten andoren omdat men hun moeilyk eene wetsinterpretatie kan vragen, terwyi het denkbeeld van „mandat impératif' in 't geheel niet in aanmerking komt. Hierop verdedigde zich de heer Lohman weder. Hy wil uitgemaakt zien of de anti revolutionaire party de aanneming wil, ook al acht zy het ontwerp in stryd de Grondwet, geiyk met do liberale party hot geval is. De „Standaard" neemt echter Diets terug van hetgeen zy eerst aanvoerde, maar doet enkel uitkomen, dat de vraag, of een of ander ontwerp al dan niet mot de Grondwet in stryd is, eene open quaestie blyft zoolang de eene kundige mensch zegt „ja" en do andere „neen." In de beide „G id s"-arti k e 1 e n van den Leidschen hoogleeraar Buys vindt de „Standaard" die in den laatston tyd ons heelwat te vormeiden aanbiedt stof voor een artikeltje, gedoopt „zedelyke invloed." Het luidt woordelyk als volgt: „In het tweetal „Gids"-artikelen van prof. Buys, die in politieken zin als zijn matten zwanenzang kunnen gelden en die algemeen verbaasd hebben door hunne onbelangrykhoid en onbeslistheid, komt eene uitdrukking voor, die te kenmerkend is, om haar niet op te nemen. De hoogleeraar spreekt namelyk meer dan eens van „den zedeiykon invloed van de Kroon". De Staten-Generaal heeft z. i. de macht, de Kroon slechts zedeiyken invloed. En zelfs die „zedeiyke invloed" zal z. i. onder het regiment onzer Koningin allicht worden gemist. Driester nu is van de algeheele vernieti ging der Koninklyke macht door het Libera lisme wel nimmer een onverdachter getuigenis afgelegd. Invloed, geen macht; en dat niettegen staande de Grondwet een geheel hoofdstuk aan de macht des Ivonings wydt. Alles dus foppage. Keen, o, Koninginne, ge heet wel macht te hebben, maar het Liberalisme bedoelde nooit u macht te geven. Dat alles was slechts schyn. De macht moest by de Coterie als meer derheid der Tweede Kamer berusten. En nu eerst, nu de Coterie zelve de macht dreigt te verliezen, nn komt ze niet voor u w, maar voor hare eigen macht op, u niets latende dan „zedelyken invloed", en zelfs, wyi gy Koningin zijt, dien „ze^elijken invloed" niet eens. En dat zegt nu niet een socialist, dat roept niet een radicaal, niet een te geavanceerd liberaal; noen, maar dat verklaart een zoo deftig, by na conservatief liberaal, een ver grjjsd boogleeraar, een man als mr. Buys; en hy doet het niet in do N ie uwe, maar in do Oude, byna plechtig geworden Gids." Omtrent de aanneming der perao- q u a 11 e - wet door de Tweede Kamer is de pers over het algemeen van oordeel dat ze noodig en onvermydeiyk was. Het „Handelsblad" o. a. is er zeer mede ingenomen en schryft: Daarmede is dit netelige vraagstuk, hetwelk eene leelyko complicatie was in de finantiéelo horvorming althans wat de Tweede Kamer aangaat van de baan. De Regeering heeft weerstand geboden aan de preös:o ot verdere ontheffing van de grondeigenaren, un daardoor de beschikking behouden over aequivalenten, als b. v. do verhooging der successierechten in de zylinie, die by de herziening der per- soneele belasting kunnen dienen, terwyl eene mogelyke hoogere opbrengst van do nieuwe heffingen kan worden aangewend tot verdere vermindering van den druk der accfinzen. En voorts nog dit: Een Haagsch correspondent van het „Dagbl. voor Nederland" oppert het denkbeeld, om in do Tweede Kamer eene poging te doen den Raad van Voogdy tot eenige rekenschap te bewegen. Op dion Raad rust de verplichting, om zich to doen hooren over de keuze van de opvoeders en ondorwyzers der Koningin, terwyl die opvoeding byzonder moet strekken om der toekomstige Vorstin gehechtheid aan de Grond wot en liefde voor het volk in te'l boezemen. De schryver meent dat wat men zoo nu l en dan uit de dagbladen omtrent de jeugdig® Koningin verneemt, meer bepaaldeiyk schynt I te wfizen op het aankweeken van liefde tot feestvieren en militair vertoon. „De stroom des tyds is van dien aard zegt de schryver, „dat eeno vorstin harel constitutioneele taak moeilyk kan vervullen zonder de wenschen, behoofton en nooden te kennen van dat overgroote gedeelte des volks dat in civiele en militaire Huizen noch by' officiöele bezoeken en plechtigheden vertegon- woordigd is. En die kennis krygt men mot, i zonder dat vroegtydig on op den duur daar- li voor belangstelling wordt gewekt." Gemengd Nieuws. Gisteravond omstreeks zevenI ui on ontstond by P., aan het Levendaal alhier,! een begin van brand, waardoor het bed, waarin het aangekomen was, en eonigo meubelen verbrandden. Met behulp van eenige buren is het vuur met emnlers water gebluscht. Snee uw berichten komen uit ver-j schillende streken van Europa. In OostenrykJ schynt het al zeer erg te zyn en in Hongarye is byna alle spoorwegverkeer gestremd. De kroonprins van Rumenië is met zeer veel moeite to Buda-Pesth aangekomen, maarl 5 uren te laat, en. hij zit er nu ingesneeuwd (evenals de Hongaarsche premier Wekerlé), I terwyl hy over Wednen naar Engeland zoul reizen. Verscheidene andere steden in Hongarye,1 Gran, Kaschau, Stuhl Weissenburg, Iglan enz.,1 zyn eveneens ingesneeuwd. Op sommigel plaatsen ligt de sneeuw 5 a 6 voet hoog. Dinsdag was het nog mogelyk van u: Buda-Pesth 15 treinen naar het Oosten to doen] loopen, maar Woensdag ging het niet meerJ in welke richting ook. De stad zeiven zieterl uit alsof er geen leven meer in is; alle vor-f keer heeft opgehouden. In Weenen is nog niot veel sneeuw gevallen,] maar de wind is zeer hevig en richt grootel verwoestingen aan. Eene vrouw werd omver-] gewaaid en door een rytuig overreden. Het goederenverkeer tusschon Prezati en] Krakau is wegens do zware sneeuwbuien ge-J stremd. Tusschen Arad en Csanad heeft eene! botsing plaats gehad tusschon een personen-' trein en een sneeuwploeg. Er werden vele] personen gekwetst. Ook uit Polen komen dorgoiyke berichten.] Twee treinen der lyn Warschau-WeeDen zyn in de sneeuw biy ven steken en tusschen Aloxan-| drowo en Sosnowico zyn moer dan 2000 arbei-l ders aan 't werk om de sneeuw op teruimon.J In Warschau loopen geene trams meer. Ten slotte wordt nog uit Beriyn gemel^ dat byna alle treinen uit het zuiden oosten to laat aankwamen door zware snceuw-l stormen. Op de kust is veel schade aangerichtJ Uit Breslau wordt gemeld dat de hevigaf sneeuwbuien groote belemmering voor hetl verkeer berokkenen. Vele treinen komen urea] te laat. Het bleef doorsneeuwen. v*/v -vv*7v*vv*ys:*yv-v 7234 140 j r ~fp 7\7" JL<3

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1892 | | pagina 2