N°. 10047. Dinsdag 22 November. A0. 1392, §eze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering van (gon- en feestdagen, uitgegeven. Eerste Blad. Uitslag der Verloting. Leiden, 21 November. Feuilleton. LEIDSCÏÏ DAGBLAD. PRIJB DEZER COURANT: Voor Leiden per I meenden.7.' f 1.10. Franco per poet1.40. Afwnderltpce Nommers0.05. PRIJB DIB ADVERTENTIÊN Tm 1—1 reftl* f 1.01. Iedere regel aeer /4.17|. Grootere letten mat pleetsroimte. Teor bet iDeeaeeeren bulten de eted wordt ƒ0.05 berekend. Dit nommer bestaat uit TWEE Bladen. Bedennamiddag heeft plaats gehad de trek- ting der prijzen, aangekocht voor de verloting, teibonden aan de premie van het „Leidsch Dagblad." e trekking der nommers geschiedde door de bieren S. De Boer en H. L. Van Nitterik, die daartoe door ons waren uitgenoodigd en nch welwillend bereid verklaarden. De uitslag is dat de prijzen zijn gevallen ip de volgende nommers So. 0050lste prjjs Keuken. 4484: 2de Pop. 5069: 3de Vesting. 14043: 4de Stal. 9763: 5de Pakhuis. 7465: 6de Servies. 14326: 7de Tooverlantaarn. 3958: 8ste Vélocipède. 12621: 9de Biljart. 5395: 10de Doos met div. spelen. 17490: 11de Legdoos. 14764: 12de 4257: 13de Tooverdoos. 4341: 14de Belegeringspel. 12050: 15de Verfdoos. 15102: 16de 3331: 17de Horloge. Boekwerken: 540018de prijs één ex. Andersen's Sprookjes geb. 12443: 19de één ex. Moeder de Gans geb. 11142: 20ste één ex. Bloempjes aan den weg geb. 13943: 21sto één ex. Een schat van sprookjes geb. 14983: 22ste één ex. Uit het kin derleven geb. 1354723ste een ex. Een schat van sprookjes geb. 3485 24ste één ex. Duizend schoon geb. 395725ste één ex. Prentenboek van Tante Pau. Den winners wordt verzocht zich morgen, linsdag, met het premlcbochje, waarop bet nommer gedrukt staat, aan ons Bureel aa te melden. Naar wjj eenigen tijd geleden mededeelden, is aan den gemeenteraad ingediend een voorstel der Plaatselijke Schoolcommissie tot wijziging van de Verordeningen tot regeling van het Lager Onderwijs. B. en Ws. stellen den Raad voor thans tot de behandeling van de voorgestelde wijzigingen, waarmede zjj zich over het algemeen zeer goed kunnen vereenigen, over te gaan. Omtrent enkele punten zjjn zij in nader overleg getreden met de Plaatselijke School commissie, welk overleg tot het aanbrengen van eene enkele wijziging heeft geleid. In art. 5 laatste alinea van de Verordening I, bepalende het getal der scholen, enz., wordt voorgesteld te doen vervallen de woorden: „in gemeenschappelijk overleg tusschen de betrokken hoofden der scholen te verdeelen" op grond dat krachtens de Verordening III, houdende instructie voor de hoofden der scholen, in art. 4 is bepaald dat de plaatsing der kweekelingon geschiedt door Burg. en Weths., in overleg met den directeur der Kweekschool en het hoofd dier school. In art. 9 wordt geregeld de traktements- verhooging van de onderwijzers en onder wijzeressen, die belast z(jn met het onderwijs in teekenen, gymnastiek en handwerken voor meisjes, voor bijzondere akten van bevoegd- heid en wel f 50 voor de akte S (gymnastiek) en f 25 voor de aanteekening voor J (dovrjje- en ordeoefeningen der gymnastiek.) Naar de meening van B. en Ws. kan een onderwijzer of onderwijzeres,die/'50 ontvangt voor S, geen aanspraak maken op 25 voor J, welke zienswijze door de Schoolcommissie wordt gedeeld. Zjj achten het noodig dit beginsel in de Verordening uit te drukken door toevoeging van de volgende bepaling „Bjj het genot van eene traktementsver- hooging van f 50, voor de akte S vervalt de aanspraak op de traktementsverhooging van f 25 voor de aanteekening voor J." IVat de traktementsverhoogingen betreft, kunnen B. en Ws. zich mede mot hot voor stel der Schoolcommissie vereenigen. By de behandeling van dit punt kan dan tevens be schikt worden op hel vroeger door onder scheiden onderwijzers en onderwjjzeressen in gediend adres mot toelichting, waaromtrent advies is uitgebracht door do Schoolcommissie en de hoofden der scholen, alsmede op het nader aan het College van B. en Ws. inge diend adres van de Afdeeling Leiden van don Bond van Nederlandsche onderwijzers, met toelichting, welke wy eveneens reeds hebben medegedeeld. B. en Ws. geven alzoo in overweging de jaarwedden vast te stellen als in de concept- wpziging wordt voorgesteld en tevens over eenkomstig den wensch der Schoolcommissie, tot de voorgestelde wyzigingen, eene perso- neele toelage ad 2000 per jaar toe te ken nen aan den heer J. D. Van Wyk, hoofd der Jongensschool 2de klasse. Eindelyk behoort te worden overwogen de vraag of de onderwyzors J. A. Buys, J. Kors- wagen en H. H. Bolland, allen tydelyk belast met het geven van onderwjjs in hetFransch aan leerlingen van de scholen 3de en 4de klasse, eenige tegemoetkoming zullen ontvan gen wegens de vermindering van inkomsten by opheffing van het onderwys in dit vak aan genoemde scholen. B. en Ws. schreven daaromtrent aan de Schoolcommissie dat volgens de billijkheid, al werd niet geheel het verlies vergoed, dan toch eene gedeeltelyke toelage moet behouden blyven in den vorm van wachtgeld of per- soneele toelage, opdat, wanneer genoemde onderwüzers later hooger traktement ontvin gen, het wachtgeld of do personeele toelage zoude kunnen vervallen. De Schoolcommissie heeft B. en Ws. daarop bericht, dat de onderwyzers Buys en Kors- wagen by aanneming van art. 9 der Verorde ning elk eene verhooging van ƒ100 ontvan gen, die hun het gemis der toelage voor het Fransch minder smarteiyk zal maken, en gaf, wat den onderwyzer Bolland betreft, in over weging hem een wachtgeld van ƒ100 toe te kennen, dat zal vervallen, indien hem een even hoog of hooger bezoldigd dienstwerk wordt opgedragen. Het komt B. en Ws. billijk voor in dit geval het stelsel toe te passen, aangenomen in de Verordening betreffende het verleenen van pensioen en wachtgeld aan gemeente ambtenaren, waarby is bepaald dat by ophef fing der betrekking wachtgeld wordt verleend ten bedrage van de helft der bezoldiging, ge durende vier jaren na de opheffing der be trekking, wanneer de titularis op het tijdstip van zyn ontslag den leeftyd van 40 jaren heeft bereikt en gedurende twee jaren, wan neer hy dien leeftyd nog niet heeft bereikt. De onderwyzer J. A. Buys, geb. 2 Augustus 1851, geniet voor hot onderwys in het Fransch 300; J. Korswagen, geb. 10 Mei 1854, en H. H. Bolland, gob. 10 December 1838, elk 300. De beide eerstgenoemde onderwyzers zullen by aanneming der verordening eene trakte mentsverhooging genieten van ƒ100; laatst genoemde geniet geene traktementsverhooging. Aan genoemde onderwyzers wenschen B. en Ws. alsnu een wachtgeld toe te kennen en wel ten bedrage van de helft van hetgeen genoemde drie heeren door de opheffing van het onderwys in het Fransch verliezen na aftrek van de bovenbedoelde traktementsver hooging wat beide eerstgenoemden betreft en alzoo aan J. A. Buys ad ƒ125 por jaar, aan J. Korswagen van ƒ100 en aan den onder wyzer H. H. Bolland eene van ƒ150 en wel voor den tyd van vier jaren, aan Buys en Bolland als hebbende deze titularissen den leeftyd van 40 jaren bereikt, en gedurende twee jaren aan Korswagen, die den veertig jarigen leeftyd nog niet heeft bereikt, onder bepaling, dat dit wachtgeld vervalt, indien hun een even hoog of hooger bezoldigd dienstwerk wordt opgedragen. B. en Ws. geven daarom in overweging: lo. ie door de Plaatselyke Schoolcom missie voorgestelde wyzigingen in de Ver ordeningen in zake het lager onderwys vast te stellen met dien verstande, dat in art. 5, laatste zinsnede van de Verordening I, be palende het getal der scholen, enz., vervallen de woorden: „in gemeenschappelijk overleg tusschen de betrokken hoofden der scholen te verdeelen" en dat in art. 9, 8ste zinsnede, worden toegevoegd de woorden: „Bjj het genot van eene traktementsverhooging van 50 voor de akte S vervalt de aanspraak op de traktementsverhooging van 25 voor de aanteekening voor J." 2o. aan den heer J. D. Van Wyk, hoofd der Jongensschool 2de klasse, eene personeele toelage toe te kennen van 200 's jaars 3o. wegens de ophelfing van de lessen in het Fransch aan leerlingen der scholen 3de en 4de klasse een wachtgeld toe te kennen aan de onderwyzers J. A. Buys tot een be drag van 105, J. Korswagen tot een bedrag van ƒ100 's jaars en aan den onderwijzer H. H. Bolland van 150 's jaars, gedurende vier jaren, voor do onderwyzers Buys en Bolland en gedurende twee jaren voor den onderwyzer Korswagen, onder bepaling, dat dit wachtgeld vervalt, indien hun een even hoog of hooger bezoldigd dienstwerk wordt, opgedragen. De Raad dezer gemeente zal a. s. Don derdag oene vergadering houden. Vincent d'Indy zal in Januari ons land weder bezoeken, om, met medeworking o. a. van Willom Kes, in verschillende steden zjjne !fld alleen maakt niet gelukkig. 190.) heeft my, zoo kalm mogelyk, verklaard dat z\j geweigerd heeft u gedurende onze afwezigheid te ontvangen, daar zy niet wenschte, door een alleen-zyn met uwen per soon, over het verledene te moeten spreken, ^aar een samenzyn met u in den familie kring zal zy evenmin vermyden, als met iederen vreemdeling, dien wy als gast in ons suis ontvangen. U z\jt voor haar een vreem- celingiedere nauwere betrekking tusschen u en haar is verbroken en zy zal ieder ver- "oek, om die betrekkingen weder aan te knoupen, beslist afwezen. Ik kan u niet •erzwijgen, neef, dat juist de kalmte, waar de Lize dit verklaarde, my doet wanhopen de mogelijkheid, om tusschen u en haar :6ne verzoening tot stand te brengen. In :ed*r geval meen ik, dat u goed zoudt doen door geen haast te makengfj zoudt u anders ;;r-ht eene scherpe, nimmer meer goed te maken ^ijzing op den hals kunnen halen." XII. In het meest verwyderde gedeelte van den aan het heerenhuis van Linau grenzenden tuin, waar deze door een rasterwerk wordt afgesloten van de landeryen, ligt een aardig prieel onder dicht gebladerte verborgen, waar toe een slechts zeer smal voetpad toegang geeft. Dit prieel was vroeger het lievelings plaatsje van den ouden heer Von Wangen geweesthy had van daar uit, zonder gezien te worden, een vryen en ruimen blik over zyne landeryen; dikwyis had hy, by warm zomerweder, urenlang en zyn pypje rookende, in dat priëel gezeten, kykende naar de werk zaamheden van zfjne op het veld bezig zynde knechten, en daarom werd aan dit prieeltje dan ook den naam van het heerenpriëel ge geven. Na het overlyden van den ouden heer was de weg door het struikgewas, welke toegang tot het priëel gaf, meer en meer verwilderd, daar diens zoon er niet van hield stil in het priëel te zitten; deze reed liever over de velden, om naar den arbeid te kyken, en ook de jonge mevrouw Von Wangen vond het vervelend zich op te houden in het priëel, dat geheel aan het einde van den tuin en zeer afgelegen lag. De eenvoudige houten bank, welke daarin stond, was voor haar te ongemakkelyk. Zy wiegde zich liever in i haren schommelstoel in de galery. Eerst toen Lize naar Linau gekomen was, viel aan het priëel een drukker bezoek ten deel. Lizo had dit tot haar uitverkoren plekje gemaakt. Zij gaf daar Klara meestentyds onderwys. Nergens kon zy meer vertrouwd en ongestoord zich met hare leerlinge onder houden. Arm in arm wandelden Lize en Klara naar het geliefd priëel, om in de laatste uren van den 8choonen zomerdag van de vrye natuur te genieten, totdat de op het heerenhuis geplaatste bel haar tot het gebruiken van de thee naar de galery zou roepen. Wel was Lize gaarne, na het onderhoud, dat zy zoo even met Von Wangen gehad had, naar aan leiding van hare verhouding tegenover neef Albrecht, alleen geweest, ten einde kalm na te denken, maar Klara, die anders in Lizes oogen kon lezen hetgeen deze wenschte, scheen het heden niet bespeurd te hebben, dat Lize haar niet had uitgenoodigd tot deel neming aan den kleinen wandeltocht. Klara te zeggen, dat haar gezelschap voor ditmaal niet gewenscht was, zou Lize onmogeiyk ge weest zynzy hield daartoe veel te veel van het lieve kind, dat haar wederkeerig met hart en ziel beminde. Maar toch gevoelde Klara eenigsz ns, dat haar gezelschap niet aangenaam was. Zy liep zwygend naast Lize en toen het priëel bereikt was, liet zy hare gouvernante daarin alleen binnengaan. Klara bleef voor den uitgang staan en keek in gedachten verzonken naar de landeryen; zy liet hare blikken dwalen in de richting, waar heel in de verte Plagnitz lag, ofschoon daarvan niets te zien was. Haar blik kon niet verder reiken dan tot den breeden, door hooge Italiaansche populieren omzoomden weg, welke van Linau naar Pliignitz voerde. Langen tyd bleef Klara in die houding staantoen wendde zy zich eensklaps tot Lize en nam naast deze plaats op de houten bank. den arm om den hals van hare gouver nante slaande. „Gy kunt niet gelooven hoe liefikuheb", zeide zy, Lize herhaalde malen kussende. „Dat weet ik wel, myn lief, goed kind!" antwoordde Lize, de kussen van Klara har- telyk beantwoordende. „Neen, u weet het niet en kunt het ook niet denken", vervolgde Klara. Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1892 | | pagina 1