Leiden, 12 November. n n n n n B m n zulk eone opgave door het Dageljjksch Bestuur werd geweigerd. Gemakkelyker 13 dit by landeryen en in schrijvingen op het Grootboek. Van de laat* sten heeft Leiden een hoogst aanzienlijk bezit gehad, doch in de laatste 20jaren is daarvan langzamerhand tot een bedrag van omstreeks f 600,000 verkocht, die thans hoogeren koers zouden bedingen. Daartegen over staat dat de Gehoorzaal is vernieuwd en de Gasfabriek, die reeds meer dan 40 jaar gemeente-eigendom is, aanmerkelijk uit gebreid. Hierby komt dan nog een aandeel in de winsten der Duinwatermaatschappy Andere bezittingen van beteekenis, die eenigs- zins productief zyn en niet, zooals stadhuis, scholen, enz. tot den openbaren dienst behooren, l.eeft Leiden, tenzy ik my vergis, niet meer. De gasfabriek is verreweg de belangrijkste, maar hare winsten zijn zeer afwisselend, af hankelijk van s te en koleD prijzen en andere zaken, die moeilijk voorzien kunnen worden. Meermalen is in den Raad g«.zegd dat hare uitkomsten het cyfer van de inkomstenbelas ting bepalen, zoodat eene groote werkstaking in de mtfnen van Duitschland of België den regelmatigen loop van het gemeentelijk finan- tiëel beheer kan verstoren. Ook is het de vraag of het gas-monopolie juist het begeerlykste zal bljjven. Ten minste de Londensche Graafschapsraad heeft over genomen of zal overnemen de exploitatie van tramwegen, waterleidingen en electrischo ver lichting. Maar het gas wil men niet hebben, omdat, sedert do jongste vorderingen der electriciteit, de gasverlichting, althans in En geland, wordt beschouwd als een ton doode opgeschreven tak van nijverheid. Wat hiervan zy, zeker is het dat eene industriëele onder neming onzekere kansen biedt. De burgerij trekt zich in den regel den verkoop harer bezittingen en de vermeerde ring der schuld niet hard aandes te moer de opdrijving der belastingen, het onvermij delijk slottafereel. De Leidscho Gemeenteraad heeft dan ook zonder twyfel in den géést der burgerij gehandeld door in den laatston tyd de uitgaven tot het noodigste te beperken, ten einde den belastingdruk eenigszins te kunnen vermindoren. Al mogen sommige der besparingen eer tot uitstel dan tot afstel leiden, hoofdzaak is dat het beginsel worde erkend en noch overschrijding van toegestane credieten noch onvoldoende controle op de uitgaven voortaan veroorloofd. Daarvoor be staan goede redenen. Vooreerst omdat de reeds jaren lang toegezegde medewerking van den Staat tot verbetering der gemeente-finan- ciën thans weder voor een onbepaalden tijd is uitgesteld. Vervolgens omdat het jaar 1893 toch reeds vele belastingschuldigen, ook uit den middenstand, zal heugen door de invoering der vermogens- en bedrijfsbelastingen, welke laatste lien die van f 1000 tot f 3000 inko men genieten, van f 3 tot f 12 (plus 28 opcenten daarvan) méér zal doen betalen dan het pa tontrecht en bovendien, van ƒ600 af, ook die inkomston uit arbeid treft, welke het patenl vrijliet. Het is toch dezelfde bur gerij die aan Rijk en Gemeente moet betalen en wanneer beide steeds meer eischen zou van de finantiëele krachten der ingeze tenen wel eens te veel kunnen worden ge vergd. Ook dit noopt tot groote omzichtigheid in de Gemeontehuishouding. Maar ontstaat er dan geen gevaar door spaarzaamheid weder te vervallen in datgene, waartegen Thorbecke reeds in 1847 waar schuwde, nl. dat de Gemeentebesturen te veel zouden streven naar het overhouden van batige saldo's en te weinig naar ruime be hartiging der algemeene belangen Toenmaals, toen men de overheid bijna overal buiten wilde houden, bestond voor die waarschuwing grond. Thans heerscht eene tegenovergestelde strooming. Er behoort meor moed en be kwaamheid toe, weerstand te bieden aan de vele on somtyds overdreven eischen, die aan de overheid worden gesteld, dan alles in te willigen, wat, zoo hot heet, in het algemeen belang wordt gevraagd. Zelfs als men zich voorneemt zoo voorzichtig mogelyk te zijn, blijft de kans nog groot om te veel van do belasting schuldigen te vergen, daar men tegenover de verplichte uitgaven, die het Rijk zoo ruim aan de gemeenten oplegt, machteloos staat. De hoogst ongunstige omstandigheden, waaronder in de eerstvolgende jaren het finan- ti'-ol beleid dor Nederlandscbe gemeonten moet worden gevoerd, zullen dus monigen wensch onvervuld doen blyven, dien men in boter tijden gaarne zou hebben ingewilligd. Leiderdorp, 10 Nov. 1892. A. D. Van Assendllft de C'oningh. De heer J. Van Weizen Jzn., boekbinder alhier, zond ons een bandje voor de deze week by onze courant aangeboden premie. Wie het boekje dus gebonden wil bobben, wende zich tot hem! Eone jeugdige Nederlandscho violiste, mej. Betsy Canter, te Utrecht geboren en aldaar hare eerste opleiding genoten hebbende, heeft Zaterdagavond in de Singakademie te Boriyn con concert gegeven, dat door een groot publiek uit de eerste muzikale kringen werd bijgewoond. Zy speelde het G-Moll- concert van Max Bruch, de legende van Witniawski en de Romance van Svendsen en heeft een schitterend succes behaald. he Beriynsche bladen zyn eenstemmig in hun lof over de jonge virtuoso en pryzen buitr om 't zeerst. liet „Berliner Tageblatt" van 7 November 1.1. vergelijkt haar met do beroemde Itali aan -iche violiste Teresina Tna en noemt haar een voelbeteekenend muzikaal talent. „Ziels- verrukkend" zegt het Beriynsche blad spoelde mej. Betsy Canter hot beerlyke adagio van Bruchs G-Moll concert en mot geestdrift do finale. „Das Kleine Journal" van denzelfdon datum wyst op den solidon muzikalen grondslag van hare studiën, welke met vermijding van alle effectbejag er slechts op gericht zyn, den groo- ten, schoonen toon en do natuurlijke voor dracht der jonge kunstenares te doen uit komen. Als eene bijzonderheid merkt het blad op, dat het publiek tot hot eind het concert bijwoonde, iets, dat te Berlijn zelden voorkomt. Do „Berliner Börsen-Courier" roemt mej. Cantors techniek, haren schoonen toon en hare warme voordracht. De „Vossische Zeitung" zo t, dat do jonge Hollandsche door haar bezielden toon en eenvoudige voordracht het publiek voor zich inneemt. Blijkens het afdeolingsverslag van de Eerste Kamer over het wetsontwerp, rege lende het Nederlanderschap en het ingezeton- sohap, werden de beginselen, waarop deze voordracht rust: eenheid van recht voor het Nederlanderschap en beginsel van afstamming als grondslag, algemeen goedgekeurd. Eenige leden merkten intusschen op, dat naar aan leiding van dit ontwerp, de Regeoringsregle- menten voor Oost- en West-Indië zullen moeten worden herzien, waarbij enkelen als hun gevoelen te kennen gaven, dat ten aan zien van Nederl.-ïndië de gelijkstelling van inlanders en Europeanen, onafhankelijk van den godsdienst, welken zy belijden, zooveel mogelyk op don voorgrond dient te staan. Omtrent enkele punten der voordracht worden nadere inlichtingen gevraagd, meer bepaaldeiyk wat betreft don rechtstoestand van minderjarigen onder de verlaten kinderen. Ook ten aanzien van do wyze, waarop de rechtstoestand der vrouw in het ontwerp goregeld wordt, worden eenige vragen ge daan en opmerkingen gemaakt, waarby meer bepaaldelyk meerdere rechtsgelykheid voor de gehuwde vrouw werd verlangd, waartegen over evenwel vele andere leden het beginsel der familie eenheid nadrukkelyk op don voor grond bleven stellen. Ten slotte werd de opmerking gemaakt, dat de aanvulling van de slotbepaling ten opzichte van hen, die in de koloniën uit aldaar gevestigde ouders zyn geboren, af breuk doet aan het stolsel der wet, ten opzichte der afstamming, en feiteiyk eene tweede soort van Nederlanderschap doet herleven. Blykens eene mededeeling aan „De Tyd" heeft het „Kath. Onderwyzersgenootschap" te Rotterdam in zyne laatste vergadering eene motie aangenomen en eene commissie benoemd tot het doen van de noodige stappen voor de oprichting van een Bond van Katholieke Onderwyzers in het bisdom Haarlem, by uit breiding in ons geheele land. Deze Bono, opgericht onder goedkeuring van de hooge geestelykheid in liet bisdom Haarlem, zal de belangen van het kath. on derwys en den kath. onderwyzer kunnen be- hartigon. Hy zal dit pogen te doen door: lo. te trachten het gevaar af te wenden, dat ons kaïh. onderwijs oreigt, nl. gebrek aan onderwyskrachten 2o. hof boom te wezen tegen het meer en meer voortwoekerend socialistisch streven der openbare onderwyzers, onder welke ook katho- lioko ambtsbroeders zyn. Hierbij rekent Uo Bond vooral op den stdun der kath. pers; 3o. kath. dorpsonderwyzers, die minder dan hunne collega's In de stedtn in de gelegen heid zijn hunne studiën voort te zetten, hierin te steunen door het oprichten van bibliotheken en het houden van correspondeerende cursussen door meer begaafde ambtsbroeders; 4o. daar, waar 't kan, verbetering te brengen in de finantiëele positie van den onderwyzer; 5o. zyne toekomst eenigszins te verzekeren door het stichten van weduwen- en pensioen fondsen, waarby de Bond vooral rekent op de hulp van meergegoede katholieken, die het wel meenen met het katholiek onderwys en den katholieken onderwyzer. „De Liefde Sticht, Almanak voor 1893" is verschonen to Amsterdam by de firma Van Holkema Warendorf. De redactie van dit steeds xrioer en meer gelezen boekske heeft ook ditmaal weer veel zorg besteed aan den inhoud. De heeren dr. H. P. Beilago, dr. P. Jr. Proost en P. Van der Veen hadden niet alleen te schiften en to zuiveren wat hun werd aangeboden, maar voor eiken dag des jaars een kort en goed woord te vinden, eeno lang niet gemakkelijke taak, vooral niet, wanneer zy elk jaar wederkeert. In het. mengelwerk vindt men bydragen van G. L. Van Loon, Leo, P. Keunig, Helena Ssvarth, Laurillard, Tyra, Ernestine, W. N. "Waltorink, G. J. Van Lakerveld, D. G. M. Roldanus, Erica, Geerlings, Emilie v. S., Silvanus en Betsy Juta. Gcmcnjjd N c 11 >vs Voor de rechtbank te 's-Hage zyn gisteren weder beëedigd, om dienst te doen in do door veeziekte aangetaste streken, ongeveer 50 onder officieren en korporaals (8 onder officieren uit Leiden, de overige van het regiment grenadiers en jagers). De bronzen b e e 1 d e n, k o 1 o s s a 1 e herten voorstellende, welke den hoofdingang van het Sportgebouw te Scheveningen sierden, zyn thans geplaatst achter den hoofdingang van den Haagsclien Kon. Zoöl. Bot. tuin op de middenlaan, die naar het hoofdgebouw leidt. Voor de Haagsche rechtbank had- den zich deze week wegens diefstal te verant woorden N. zonder beroep, en J. J. G., (recidivist), koopman te Amsterdam, beklaagd in don nacht van 22 op 23 Sept. van dit jaar, te zamen en in vereeniging, uit eene weide, onder de gemeente Leidordorp, 2 melkkoeien te hebben weggenomen, met het oogmerk om zich die wederrechtelyk toe te eigenon. Den eerste bekl. bekende, de tweede bekl. beweerde niet geweten te hebben, dat hy tot diefstal medewerkte. Het O. M. vorderde voor N. Z. wegens diefstal van vee uit de weide 2 jaren en voor J. .J G. wegens medeplichtigheid, mede 2 jaren. De toegevoegde verdediger, mr. C. W. Schlin- gemann pleitte voor den eersten bekl. eenige verzachtende o-nstandigheden en betwistte, ten aanzien van den tweeden bekl., dat het bowys voor de medeplichtigheid geleverd is. Uitspraak de volgende week. Te Rotterdam is eene tooneel- vereeniging opgericht en aan deze onder hooge goedkeuring van den heer Ch. Davenport de titel negeven van „Sequah's streven zy ons doel." By de eerstvolgende uitvoering, die in de volgende maand zal gegeven worden, wordon de heor Davenport en diens echtge- noote daar ter stede verwacht. De villa „Excelsio r", te Bussum, zal door den heer M. C. Jongkindt Coninck, van Dedemsvaart, tot tuinbouwschool worden ingericht, waar zoowel practisch als theore tisch onderwys in het tuinbouwvak zal ge geven worden. Zy, die vroeger op de Nieuw- markt te Amsterdam eene plaats haddon en nu door B. en Ws. naar het Waterlooplein verwezen zyn en daar steen en been klagen, hielden eene protest-meeting. Zy namen de vol gende motie aan „De grooto openbare volksvergadering, ge hoord de verschrikkelyke gevolgen, veroor zaakt door de verplaatsing van de markt van de Nieuwmarkt naar het Waterlocplem, spreekt hare afkeuring uit over de hande lingen van het gemeentebestuur in deze en dringt ten sterkste op verandering van dien toestand aan." Na afloop der vergadering trok eene me nigte volks door de stad naar het huis van den burgemeester, waar men het hoofd der gemeente te spreken hoopte te krygen. Men schelde, maar er werd niet opengedaan en de wachtenden zagen, dat het ganglicht werd uitgedaan. Onder het zingen van het Vryheidslied trok men verder en verspreidde de menigte zich langzamerhand. Dat „een huzaar een goed hart heeft" is van algemeene bekendheid, maar er schynen er onder te wezen, die daarby erg gevoelig zyn. Een correspondent heeft gezien, dat by 't afscheid van den kolonel Ypeyvan zyn regiment te Venloo menig officier en onderofficier een traan langs de wangen big- gelde. „De menschen wordon tegenwoordig heusch te aandoenlyk, zegt de „snuifjesman" in het „W. v. Nl." Zoo'n huilende huzaar is voor my lang geen verheffend gezicht- Als de kolonel nu nog naar Atjeh was gezonden, of zyn congé had gekregen, of dood was ge gaan maar hij gaat naar Amersfoort, en dat is een minstens even net stadje als Vefiloo mor heel lieve omstreken". Nu do winter nadert, zullen de bekende hardryders zich weer gaan oefenen, om in goede conditie te zyn, als de tyd van wodstryden daar is. Maarten Kingma, van Grouw, de lekende beroepsryder, die verleden jaar de Noren te Hamar, in Noorwegen, sloeg, trekt met een paar weken weer naar Hamar om zich te oefenen, vergezeld door de araa- teur-ryders A. Yan Wely, te Leeuwarden, en J. Eden, te Haarlem. Deze drie gaan voor rekening van den Nederlandschen Schaatsen- rydersbond. Jhr. H. Van Sminia, te Oudkerk (Fr.), die in den a. s. winter als amateur- ryder zal opkomen, gaat voor eigen rekening mede naar Hamar, om zich onder leiding van Kingma te oefenen in het snolryden op groote afstanden. Omtrent do verlaging van vleesch- pryzen schrijft de „Haarl. Crt." het volgende: Dezer dagen vermeldende, dat hier en daar de vleescbpryzen daaldon, hebben wy daarby de opmerking gemaakt, dat ons geene reden bekend was, waarom zulk eene daling op de eene plaats wel, op de andere niet werd inge voerd. Sedert hebben wy ergens gelezen, dat dit dalen der vleeschpryzen een gewoon ver- schynsel was in dezen tyd van het jaar, wan neer het vee wordt opgestald en menig boer liet overtollige van de hard zet, waarvoor hy natuurlyk niet de besto beesten uitzoekt en die dan goedkooper worden verkocht dan de betere. De verlaging van vlceschpry's zou dus alleen betrekking hebben op vleesch van tweede qualiteit. Dit verklaart echter nog altyd niet, waarom de prys op de eene plaats wel, op de andere niet verlaagd wordt, terwijl bovendien uit de berichten van de plaatsen, waar de verlaging plaats vond, moest worden opgemaakt, dat deze gold voor elke qualiteit van vleesch. In hot „Nederl. Landbouw "Weekblad" dat het weten kan wordt dan ook eene andere, aannemelyker reden opgegeven, waarby geen sprake is van eerste of tweede qualiteit, ook niet van iets, dat alle jaren gebeurt, maar de daling als een natuurlyk gevolg van detyds- omstandigheden wordt voorgesteld. Wy lezen nl. in het laatst verschenen nummer van dat weekblad het volgende: Veemarkten. „Wat wy vreesden, is bewaarheid; door de sluiting van België is het vette vee minstens tien cents per KG. lager in prys. Moge dit nu al ten goede komen aan slagers en consumenten, het is toch voor den veehouder een groot verlies. Hier komt nog by, dat door natte weers gesteldheid het vee spoedig moet worden opgeruimd." Men mag dus niet slechts van het vleesch van mindere hoedanigheid, maar ook van de beste hoedanigheid daling verwachten. By den heer Van Spanje, kantoor van uurwerken te Utrecht, is, naar het „Utr. Dgbl." mededeelt, een horloge te zien, dat door een stuivertje geheel wordt bedekt. Het is door een werkman te Genève in zyn viyen tijd vervaardigd en vertegenwoordigt eene waarde van 3600. UITLOTINGEN. Antwerpacho loten 2»/j pCt. a 100 fr. van 1887. 28 eorieën: 1423 10635 23568 29375 43900 64998 69276 1744 12555 2109T 87852 48214 65286 71563 4215 13110 27798 41850 518P2 07341 72487 7981 21835 28329 43441 56350 68170 73206 S. 72487 No. 16 150000 fr. 8. 13110 No. 6 150 fr. 1423 4 2500 23568 12 150 67341 13 1000 27798 14 150 w 67341 12 500 n 27798 24 150 n 72487 2 4 500 28329 14 150 1423 8 150 28329 19 150 m 1423 11 150 41850 17 150 1423 15 150 43441 21 150 4215 2 150 43900 4 150 n 7081 20 150 - 43900 15 150 7981 22 150 Ü'2i6 14 150 10635 5 150 73206 12 150 11635 7 150

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1892 | | pagina 10