DAGBLAD.
N". 10033.
Zaterdag IVoveniber.
A0. 1892.
feze Qourant wordt dagelijks, met uitzondering
van gon- en feestdagen, uitgegeven.
Eerste Blad.
Onze Premie
Hoe Willem advocaat werd
Worstelen en Ontkomen
BESTEVAER TROMP
8 nikkelen remontoirhorloges met ketting.
Feuilleton.
Geld alleen maakt niet gelukkig.
LEIDSCÏÏ
FEUS DEZER COURANT:
Voor Lotton per S meenden••••7.' 1.10.
Jnnoo per poet1.40.
AfBonder^Jke Kommen..."777 77. 9 0.05.
PBUS DER AD VEBTENVIÉN
Ven 16 regelt 1.05. Iedere regel meer /"0.J7J.
Grootere lettere neer plaatsruimte. Voor het
mcaseeeren bniten de stad wordt ƒ0.05 berekend.
Dit nommcr bestaat uit TWEE
Bladen.
ondervindt reods nu zooveel belangstellingen
wy ontvingen van buiten Leiden wonenden
zoovele aanvragen om exemplaren te bewaren,
•enz., enz., dat we werkelijk bevreesd beginnen
te worden van Orgelmaker van
Amsterdam" geen voldoend aantal exem
plaren voorhanden te hebben.
Om nu geene teleurstellingen te wekken, is
besloten om deze premie nog te vermeerderen
met de navolgende werken van donzelfden
schrijver:
OP
HUGO DE GROOT EN ZIJN TIJD.
OF
DE EERSTE JAREN VAN HET STADHOU
DERSCHAP VAN WILLEM III.
OF
HOE DE VEREENIGDE PROVINCIËN EENE
ZEEMOGENDHEID WERDEN.
Men kan o. i. wordt de premie daardoor
nog aantrekkelijker thans eene keuze
Horn uit deze werken, ofschoon er uitdruk
kelijk bijgevoegd wordt: zoolang de voor
raad strekt!
Alle exemplaren zijn genummerd en nemen
ieel aan de verloting der
Dc bon zal Dinsdag-avond worden
gegcvco. DE UITGEVER.
Leiden, 4 November.
Door do alhier zitting houdende geneeskun
dige staatscommissie word heden tot arts be
vorderd de heer L. A. Thomee.
- Een buitengewoon kunstgenot was het,
dat de Leidsc-he afdeeling der Maatschappij
tot bevordering der Toonkunst haren leden
met hunne dames gisteravond doed smaken,
en dat de uitvoering van het koor capella
ook by niet-leden de belangstelling in hooge
mate had opgewekt, bewees de zoowel be
neden als boven zeer goed bezette groote zaal
van ons stedelijk concertgebouw.
Het is nu ook hier gebleken dat Daniël I
De Lange's kleine schaar van zangers on j
zangeressen, die zich de vertolking van eenige j
oud-Nederlandsche meesterwerken ten doel
stelden, terecht in Duitschland en Oostenrijk
zoowel als hier te lande geroemd werd overal
waar ze zich hooren deed.
Het koor a capella is samengesteld uit:
de damesA. Reddingius, Nanny De Roever,
A. M. Gouda, Louise Tibbo en Bertha Haver
man; alsmede Gerda Reinders, Cateau
Ribbe, Z. Bakker en Cateau Loman;
de heerenJ. J. Rogmans, Frs. Philippoau,
"W. Siep en H. Havermanalsmede Joh.
M. Messchaert, Ant. Averkamp, A. Fermin,
Joh. Soutendyk en Otto "W. De Nobel.
Zij zyn dus slechts 18 in getal de optre
denden, maar hetgeen de negen dames en de
negen heeren met hunne organen „wroch
ten" zou men geneigd zyn te zoggen
dwingt tot eerbiedige bewondering, niet alleen
wegens hunne voordracht zelve, maar ook voor
de composities, waarvan de meesters tot het
jaar 1360 terugtellen.
Het eerste gedeelte van het programma
schonk gewyde muziek, terwyl na de pauze
weroldlyke liederen der oude meesters werden
voorgedragen, voor een verschillend aantal
stemmen.
Door dit laatste trad het uitmuntend ge
halte van elk der medewerkenden, waarby
men namen van reeds algemeene bekendheid
aantreft, in het helderste licht.
Eene eigenlyke beschryving van hetgeen
te hooren werd gegeven, is moeilyk, zoo niet
onmogelyk. Men moet de kunstenaars (want
dezen naam verdienen de optredenden) en
de vertolkte toonzettingen zei ven hooren.
En dan staat men verbaasd over het zuivere,
reine, lieflyke, krachtige, in één woord ©ver
het treffende klankgehalte, dat door zulk
eene innige eenheid met zulk eene warme
toewyding is verkregen geworden.
Aangrypend vooral was meermalen het
wegsterven der slotakkoorden, als hoorde men
er verheven orgeltonen door de zaal steeds
zachter en zachter ruischen.
Nochtans, hoe prachtig dit alles was en
welke uitgelezen elementen dit a-capella-koor
in zich bevat, eene vergelyking met eene
dergelyke uitvoering nog niet zoo heel lang
geleden onder leiding van den heer Ant.
Averkamp in de Pieterskerk gegeven, wordt
onwillekeurig gemaakt, en dan slaat de weeg
schaal, niet alleen naar onze, maar ook naar
anderer door ons vernomen meening, over ten
voordeel© van de vroegere uitvoering, zy het
dan niet wat het gehalte, maar dan toch wat
den teweeggebrachten indruk betreft, een
gevolg van de heerlyker geluidsvoortplantingcn
in het trotsche tempelgebouw met zyne sta
tige gewelven.
"Wy hoorden er van spreken dat andermaal
pogingen waren aangewend om over de Pieters
kerk te mogen beschikken, doch ditmaal met
geen goeden uitslag. Voor het geestelyk ge
deelte van het programma is, wanneer de
mededeeling juist blykt, dit te bejammeren,
doch ten aanzien van het andere gedeelte kan
het wel eenigszins begrypeiyk geacht worden
dat men in verband met hun tekst, al is
deze dan ook verouderd al de wereldiyke
liederen van het programma liever niet in
een kerkgebouw wilde laten zingen.
Het publiek was gisteravond uiteraard ten
hoogste dankbaar, welke erkenteiykheid in
eene voorname plaats natuuriyk ook geldt
do „Yereeniging voor Noord-Nederlandsche
Muziekgeschiedenis," die de werken onzer
oude componisten, van wie velen reeds ver
geten waren, heeft bekend gemaakt. De be
toonde dankbaarheid voor het gehoorde ging
somwyien zelfs tot enthusiasms over.
En als een gevolg en te midden van die
geestvervoering werden den heer De Lange
vertegenwoordigende net geheele koor twee
fraaie kransen aangeboden, één door prof. dr.
M. J. De Goeje met eenige woorden van
waardoering namens de Leidsche Afdeeling
en één door eene dame namens do Zang
vereniging dier afdeeling, beide in alle op
zichten verdiende huldebiyken, waarmede
het auditorium volkomen instemde.
De avond werd geopend met drie verzen
van het oude Wilhelmus en besloten eveneens
met een oud Nederlandsch Volkslied (uit de
„Gedenckclanck" van Valerius), betrekking
hebbende op het beleg van Bergon-op-Zoom
tijdens den worstelstryd met Spanje, welke
beide liederen, als eene hulde aan ons wakkor
voorgeslacht, staande werden aangehoord.
By de aan 's Ryks kleedermagazyn te
Amsterdam gehouden aanbesteding voor de
levering van verschillende goederen waren
minste inschryvers voor een perceel sokken
de heeren Gebrs. Van Wyk Co., alhier,
ad /"0.46s en T. J. Van Pont, alhier, ad ƒ0.4655.
By de vanwege het departement van kolo
niën gehouden aanbesteding voor de ievering
van eene party vlaggendoek waren minste
inschryvers de heeren Van Hartrop Zn.,
alhier, voor ƒ3209.25.
In de gisteren te Amsterdam gehouden
jaarvergadering der Vereeniging voor Zon
dagsrust waren 28 afgevaardigden tegen
woordig; verscheidene voorstellen] werden
goedgekeurd. Tot loden van het bestuur
werden benoemd de heeren De Bas, Van
Beunin?en en Ittman.
Aan de orde was ook een voorstel van de
afdeeling Leiden:
„De vergadering noodigt de afdeelings-
besturen en correspondenten uit, een onder
zoek in te stellen omtrent het al of niet op
Zondag gesloten zyn der confectie-magazynen
in hun ressort en advies uit te brengen aan
gaande de middelen, die kunnen worden aan
gewend, om het personeel dier inrichtingen
het genot van Zondagsrust te doen verkrygen."
Er ontspon zich hierover een debat, waarby
het bezwaar werd geopperd, dat vele confectie-
magazynen door Israëlieten worden gehouden,
die uit den aard van hunnen godsdienst niet
op Zondag behoeven te sluiten. Men zou
echter van hen kunnen trachten te verkrygen,
hunne christen werklieden des Zondags vry
te laten. Er zyn bovendien ook vele confectie-
magazynen in handen van christenen.
Er werd besloten het gevraagde onderzoek
in te stellen.
Leiden verzocht ook dat de beschryvings-
brief voortaan zal vergezeld gaan van een
praeadvies van het hoofdbestuur.
De voorzitter verklaarce zich daartoe bereid,
mits de afdeelingen meer bijtyds hare voor-
stollen indienen.
Een der afgevaardigden uit Leiden deelde
mede, dat aldaar wel voor Zondagsrust eene
groote overwinning is behaald met de bakkers,
maar de grootste schreeuwer, om Zondagsrust
te verwerven, heeft toen zelf eene broodfabriek
opgericht en levert nu brood juist op de
uren, waarop de anderen Zondagsrust houden
De volgende jaarvergadering zal te Leeuwar
den plaats hebben.
Vrye en orde oefeningen der gymnas
tiek. - 's-Hago, 3 Nov. Toegelaten de
heeren: L. Den Ouden, van Oegstgeest; P.
Van Bommel, van Noordwyk; A. Kuysten,
van Zevenhuizen; S. P. Van der Hoogt, van
Zoeterwoude; A. B. Van der Voorden, van
Leiden; alsmede do dames: E. J. Van Bins-
bergen, D. C. Snyder en T. Hidma, allen van
Oegstgeest; J. Key, P. Van Wyk en H. J.
Oostveen, allen van Leiden
Peladan, le grand maiitre Siir Peladan,
komt lezingen houden in België en Neder
land! Den 12den November spreekt hy al
te Rotterdam, den 13den te 's-Gravenhage,
158.)
Het geheele bestuur over en de verant-
woordelykheid van het landgoed lag nu op
Stortings schouders. Hy gevoelde zich tegen
eer.e dergelyke verantwoording wel opge
wassen, maar erg aangenaam was zy hem
op dit oogeDblik niet.
Reods vóór eenige dagen waren uit Berkjn
eene prachtige pianino en meer voor den
heer Von Ernau bestemde kisten op Plagnitz
aangekomen en de3 morgens was per expresse-
bestelling een brief bezorgd, geadresseerd aan
<len heer Egon Von Ernau, Pliignitz, by G.
Het was dus te verwachten dat de eigenaar
van het landgoed dra zou aankomen en ein
delijk zelf het beheer zyner goederen op zich
némen zou.
Er was veel in het beheer, niet zoo vol
komen in orde, als storting dit wenschte. De
heer Sieveking was in alle opzichten een
bekwaam en practisch landbouwkundige uit
de oude school, maar reeds op leeftyd ge
komen en sedert geruimen tyd ziekdien
tengevolge waren in het beheer verschillende
misbruiken geslopen, welke Storting gedu
rende eene werkzaamheid van nauwelyks
veertien dagen niet had kunnen herstellen.
Met zekeren angst zag Storting de aan
komst van den hem onbekenden eigenaar
van Plagnitz te gemoet, en het hart klopte
hem sneller, toen hy, tegen den middag van
het veld terugkeerende en op de plaats
staande, eene equipage zag naderen, welke op
Plagnitz aankwam.
De heer, die tegen de kussens van het
rijtuig leunde, kon niemand anders dan de
heer Von Ernau zyn; maar neen, hy was
het metStortings scherp oog herkende
reeds een bekende uit vroeger tyd, hoe ver
anderd deze ook scheen. De bleeke man, die
met het rytuig snel naderde, was de gouver
neur Pechmayer.
Met snelle schreden begaf Storting zich
naar hot rytuig, toen dit door de poort van
het slot kvram.
„Welkom, mynheer Pechmayer!" nep by,
verheugd op do trede van het rytuig sprin
gende en den aangekomene de hand rei
kende. „Hoe zonderling! Gisteren heb ik in.
G. den heer Von Wangen ontmoet en heden
is het de heer Pechmayer, die naar Plagnitz
komt. Dit is eene groote, onverwachte vreugde.
Wees welkom, liarteiyk welkom!"
Egon beantwoordde krachtig den liartelijken
handdruk. „Uwe aangename ontvangst be-
wyst my, dat gy een vriendeiyk aandenken
ten opzichte van myn persoon bewaard hebt,
mynheer Storting", zeide hy geroerd; „ik
hoop dat er in uwe genegenheid jegens my
geene verandering zal komen, ook wanneer
ik u mededeel dat ik op den vroeger door
my voor eenige weken gevoerden naam geene
aanspraak meer maken kan. Ik beet Egon
Von Ernau."
De verrassing, welke by deze plotselinge
onthulling in Stortings gelaatstrekken zicht
baar werd, was zóó groot en werkte zóó
komisch, dat Egon onwillekeurig in een har-
teiyken lach schoot.
„Ei, vriend Storting", zeide hy lachende;
„waarom schrikt gy zoo? Is de heer Von
Ernau dan een zo© verschrikkelijk mensch?
Ik hoop niettemin, dat gy my even vriend-
schappeiyk gezind zult biyven als vroeger
den gouverneur Pechmayer. In dit; oogenblik
is, dat kan ik u verzekeren, d*e heer Von
Ernau een erg zwak mensch, die dringend
behoefte heeft aan uw sterkcD arm. Geef my
dien, opdat ik daarop by het. verlaten van het
rytuig steunen kan."
De calèche hield stil voor het gebouw,
Storting sprong van do trede en oponde het
portier. Zwijgend bood hy Egon den arm,
om hem by het uitstijgen behulpzaam te
zynhy was nog steeds te veel verrast, om
te kunnen antwoorden.
De vry lange tocht naar Plagnitz had Egon
nogal sterk aangegrepenby gevoelde zich
zeer vermoeid en het zou hem slecht gelukt
ziju in hot gebouw de eenigszins steile trap
pen te bestygen, welke naar de voor hem in
gereedheid gebrachte kamers voerden, indien
Storting hem daarby, niet krachtdadig onder
steund had.
Door de vermoeidheid van het trappen-
klimmen was Egon zóó geheel uitgeput, dat
hy nauwelyks een blik op de recht elegante
en gemakkeiyke inrichting zyner kamers
wierp; hy viel, daarin nauwelyks aangeko
men, op "een leunstoel neer en verzocht
Storting, met eene zwakke stem, hem een
uurtje rust te gunneneerst dan hon hy zyn
vriend op die wyze begroeten, als waaraan
zyn hart behoefte had.
Zooals wy zeiden, riet Egon zich vermoeid
op oen leunstoel vallen en oor Storting nog
de kamer verlaten had, was hy reeds half
in slaap gevalten, of liever in eene soort van
bewusteloosheid, ontstaar. door buitengewone
inspanning. *wélke spoedig in een vasten slaap
overging.
(Wordt vervolgd.)