K«. 10018
Woensdag 19 October.
Dit nommer bestaat uit TWEE
Bladen.
Eerste Blad.
Leiden, 18 October.
<§cze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van (Zon- en feestdagen, uitgegeven.
Feuilleton.
(leid alleen maakt niet gelukkig.
Bo
r* <u«
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per 3 manndoDf 1.10.
Franco per post1.40.
Afzonderlijke Nommers0.05.
Het voornemen bestaat de gewone bijeen
komst der „Conférence évangélique wallonne"
dit jaar alhier te houdenop den 25sten dezer
maand, des namiddags te 2 uren, zal zij
worden geopend in de groote zaal van
Zomerzorg", waar o. a. de walsche predikant
Richard, te Amsterdam, zal spreken over:
la liberté de la foi et les my stères de la
in de godsdienstoefening, welke des
avonds in de walsche kerk zal worden ge
houden, hopen de predikanten Nardi, Pfonder,
Lacheret en anderen op te treden; in de zit
ting van den 26sten dezer zal, na do „réunion
da prières", door den heer De Dompierre de
Chaufepió, te 's-Gravonhage, het onderwerp
/indigence et les moyens de la combattre"
worden behandeld en voorts verslag worden
uitgebracht over de stichting der Conférence
voor Noderlandsche zeelieden te Duinkerken
en over de ontworpen bijbel-uitgaaf naar her
ziene vertaling.
- De Provinciale Staten van Zuid-Holland
zullen in hunne gewone najaarsvergadering,
welke Dinsdag 1 November a. s., te 11 uren,
eopend zal worden, o. a. behandelen
Een adres van het Bestuur der Haagscbe
Kookschool om provinciaal subsidie, met
ongunstig preadvies van Ged. Staten, op
grond dat zij vooralsnog niet kunnen aan
nemen dat het algemeen belang, bij deze school
I betrokken, even groot is als by ambachts
scholen en industrie-scholen en in elk geval
in de allereerste plaats het belang van 's-Gra
vonhage bij het behoud dier inrichting be
trokken zou zijn;
een adres van het bestuur van den polder
Duivenwaard, onder Nieuwe-Tonge, om provin
ciaal subsidie voer aanleg van een grindweg
met afwijzend pracadvies van Ged. Staten;
eon nader voorstel met betrekking tot de
bediening van het veer Rozenburg Maassluis
door middel van eene stoomboot, welk voor
stel nog niet gedrukt is;
een adres van het bestuur der ambachts
school te Gorkum om verhooging van het
Provinciaal subsidie met het daaromtrent
uitgebracht ongunstig praeadvies van Ged.
Staten
een verzoek van het bestuur der ambachts
school te Dordrecht om verhooging van sub
sidie, waaromtrent het praeadvies nog niet
is gedrukt;
het rapport der commissie, belast met het
onderzoek van de missive van Ged. Staten
omtrent de eventueel aan de gemeente Gouda
toe te kennen schadeloosstelling, ten gevolge
van de vaartverbetering tusschen Holl. IJsel
en de ringvaart van den Haarlemmermeer-
polder, welk rapport ook nog niet is gedrukt.
De heer De la Motte, die, zooals gemeld
werd, als 1ste secretaris van het Fransche
gezantschap te 's-Hage wordt vervangen door
den heer Labouret, gozantschapsraad en chef
van het personeel der buitenlandsche zaken
te Parijs, is benoemd tot consul-generaal ter
beschikkiDg van den minister van buiten
landsche zaken.
Er zijn nog eenige afdeelingen van de
Tweede Kamer, die met het onderzoek der
Staatsbegrooting nog niet zijn gereedgekomen.
Gisteren zijn te 's-Hage de examens voor
de telegraphie aangevangen.
Tevens vingen te 's Hage aan de examens
voor de akte m de vrije- en orde-oefeningen
in de gymnastiek. Er hebben zich 476 candi-
daten aangemeld, t. w. 276 mannelijke en 200
vrouwelijke.
Onder hen, die examen in dat vak wenschen
af te leggen, bevindt zich een onderwijzer,
geboren in het jaar 1830.
Voor het afnemen van de examens zullen
zes weken noodig zijn.
De toestand van don vice-admiraal jhr.
Do Casembroot is ongunstiger.
De lijder bracht gisteren den nacht onrustig
door en bevond zich zeer zwak.
In het „Hotel des Indes", te 's-Graven-
hage, zijn afgestapt graaf Van Belandt, buiten
gewoon gezant en gevolmachtigd minister van
Nederland te Londen, en jhr. mr. Testa, secre
taris bij het gezantschap van H. M. te Weenen.
In he* „Hotel de Bellevue", aldaar, is aan
gekomen do heer Natsu IJamagucki, officier
van het Japansche leger, uit Tokio, met het
doel om oenigen tijd hier te lande te ver
blijven in verband met eene hem verstrekte
opdracht van militairen aard. De zaakgelastigde
van Japan by ons Hof bracht zyn landge
noot gisteren een bezoek.
De heer "W. Van der Waal, candidaat
tot den H. Dienst te Ridderkerk, heeft voor
I do beroeping naar Benthuizen bedankt.
j Voor de betrekkiDg van hoofd aan de
openbare school m de Keizerstraat te Scheve-
j ningen zyn voorgedragen de heerenC. Keil-
holz, hoofd eener openbare school te Beneden-
Knljpe; J. Stolp, onderwijzer te 's-Hage; J.
Beumer, hoofd eener openbare school te Sassen-
heim, en H. Doelman, hoofd eener openbare
school te Purmorend.
De heeren jhr. mr. W. F. Rochussen en G.
M. Boissevain zullen onze Regeering vertegen
woordigen op het te Brussel te houden munt-
congres.
Dr. C. H. C. Grinwis, hoogleeraar in de
wis- en natuurkundige faculteit te Utrecht,
herdacht Zondag den dag, waarop hy 25 jaren
dat ambt waargenomen had. Yan allezyden,
niet het minst van ambtgenooten, oud-leer
lingen en leerlingen, ontving hy tal van
bewyzen van belangstelling, o. a. eene prachtig
gebeeldhouwde boekenkast, benevens een
album op gebeeldhouwden lessenaar.
De Noderlandsche Yoreeniging ter bevor
dering van Zondagsrust heeft by de Koningin-
Regentes een verzoekschrift ingediend, strek
kende dat het algemeen reglement voor het
vervoer op de spoorwegen in dier voege
worde gewyzigd (in het bijzonder tsn op
zichte van goederenvervoer), dat het spoorweg
personeel des Zondags minder dienst hebbe
te verrichten. Zy heeft dat verzoek mede
gedeeld aan de spoorwegmaatschappyon on
hare ondersteuning er van ingeroepen.
Na het ontslag van den referendaris by het
departement van binnenlandsche zaken, die,
naar men zegt, het ontwerpen van eene wet
op den leerplicht had tegengehouden, komt
er by dit departement meer voortgang in doze
zaak.
Uit betrouwbare bron vernemen wy, dat
oen byzonder ambtenaar is belast met de op
dracht, om ten spoedigste een wetsontwerp
tot invoering van leerplicht gereed te maken.
Het is de bedooling dit wetsontwerp nog
vóór Kerstmis de Tweede Kamer te doen
bereiken. (Centrum.)
Het stoomschip „Maasdam", van Rot
terdam naar Nieuw-York, passeerde 15 Oct.
Boulogne; de „Prinses Marie", van Batavia
naar Amsterdam, vertrok 15 Oct. van Colombo
de „Prinses Sophie", van Batavia naar Am
sterdam, passeerde 15 Oct. Kaap Del Armi;
de „Yoorwaarts," van Amsterdam naar Bata
via, passeerde 15 Oct. Dungeness; de Anchi-
ses," van Amsterdam on Liverpool naar Java,
is 15 Oct. van Liverpool vertrokken; de
„Glaucus," van Amsterdam via Liverpool
naar Java, passeerde 15 Oct. Port-Said; de
„Prins Maurits," van West-Indió naar Amster
dam, arriveerde 15 Oct. te Havre; de „Ariel"
arriveerde 17 Oct. van Amsterdam te Neufahr-
wasserde „Ballaarat," met de mail van
Australië, China en Indië, arriveerde 15 Oct.
PRIJS DER ADVERTENTEÊN:
Yên 1—6 regel* f 1.06. Ieder® regel meer ƒ0.17}.
Grootere letten naxr plaatsruimte. Voor bet
ineaeeeeren buiten de stad wordt ƒ0.05 berekend.
te Brindisi; de „Conrad," van Amsterdam naar
Batavia, arriveerde 16 Oct. te Padang; de
„Maasdam," van Rotterdam naar Nieuw-York,
vertrok 15 Oct. van Boulogne-sur Merde
„Prins Willom I" vertrok 15 Oct van Para
maribo naar Amsterdam; de „Prins Willem
III" arriveerde 15 Oct. van Amsterdam te
Paramaribo; de „Sarpedon," van Amsterdam
naar Java, passeerde 14 Oct. Lizard; de
„Werkendam" vertrok 15 Oct. van Nieuw-
York naar Rotterdam; de „Yangtse," met
de mail van Japan, China en Indië, vertrok
14 Oct. van Suez naar Marseille.
By kon. besl. is benoemd by het personeel
der mil. adm., tot tweeden luit.-kwartierm.by
het 1ste regt. inf., de serg. J. H. Busch Geert-
sema, van het instr.-bat. ;by het 2de regt. inf.,
de sergn. A. J. C. Alenson, van het 4de, en
M. L. Jochem, van het 6de regt. inf.; by het
3de regt., do sergeant J. Strobrand, van het
5de regiment; by het 4de regim. de sergeant
A. F. J. Dykgraaf, van het reg. gren. en
jagers; by het 5de reg. de serg. W. J. Van
der Hurk, van het reg. gren. en jagers, en
J. W. A. Meylink, van het 7de rog.; by het
7de reg. de serg. A. Schimmel, van het instr.-
bat. by het 8ste reg. de serg. M. P. By voet,
van het 4de reg., en G. M. Maritz, van het
reg. gren. en jagers.
Benoemd, by het wapen der infanterie van
het leger in Ned.-Indië, tot 2den luit., de
serg. R. Boonstra, van het 1ste, P. A. G.
Van Alderworelt van Rosenburgh, van het
4de, G. W. J. Van Walraven, van het 6de,
F. C. Van Swieten, van het 6de, J. H. R.
Van de Siopkamp, van het 1ste, E. C. Verwey
Mejan, van het 8ste, J. A. Van 't Haaff,
van het 6de, L. S. Fischer, van het 1ste,
mitsgaders W. C. Gerlach, van het 6de reg.
infanterie.
Benoemd, by het personeel der militaire
administratie van het leger in Ned.-Indië, tot
tweeden luit.-kwartierm., de sorgn. J. W.
Visser, van het 8ste, A. J. Stuiver en H.
G. C. Dénis, beiden van het 5do, R. F. G.
Pourchez, van het 4de, A. F. Koert en M.
W. Scheltema, beiden van het 3do, H. B.
Von Hombracht, van het 5de, alsmede H.
K. A. Hamakers, van het 3de regt.
De by het leger hier te lande ged. late
luit. der inf. van het leger in Ned.-Indiö G.
Caviët, ter zake van lichaamsgobrekon, met
ingang van 1 Nov., eervol uit den militairen
dienst ontslagen, met toekenning van pensioen.
Benoemd tot ontvanger der belastingen te
Goes: H. J. Van Ebbenhorst Tengbergen,
thans te Blokkert.
125.)
„Neen", antwoordde Egon, „dit voornemen
werd niet door roy gekoesterd Ik heb nog
geen besluit genomen omtrent hetgeen ik
doen zal en verzoek u dus myzelvon de vrye
beslissing te laten, door myn geheim te be
waren en aan niemand te vertellen, dat u my
ontmoet hebt."
„Nooit zou ik zulk eene belofte willen
geven", riep Freistetten onthutst. „Ik zou
my daardoor medeschuldige maken aan eene
handeling, welke volkomen met myn gevoel
in stryd is. Ik verheel u niet, mynheer Von
I Ernau, dat het my verstoort dat gy nog een
oogenblik kunt aarzelen te doen hetgeen uw
plicht gebiedt. Gy moet onmiddellyk naar
Borljjn terugkeeren. Het zou onverantwoor-
I deiyk zyn uw vader nog langer in het geloof
te laten, dat hy zyn oenigen zoon verloren
heeft. Ik weet, de verhouding tusschen u en
uw vader is ncoit zeer hartelyk geweest,
maar hy is uw vader en gy hebt den plicht
eens zoons te vervullen, welke tot dusverre
door u verschrikkelyk verwaarloosd is. Ik
wil u in dit laatste volstrekt niet steunen
en wanneer u weigert naar Berlyn terug te
keeren, dan zal ik myn voetreisje afbreken,
naar uw vader gaan en hem zeggen dat zyn
zoon leeft."
Freistetten was opgesprongen, had zyn
reisstok gegrepen en den gids gewenkt, dat
ook deze zich tot het vervolgen der reis zou
gereedmaken.
„Neem thans eene beslissing, mynheer Von
Ernau", zeide hy ernstig; „van uw besluit
zal het myne afhangen!"
Egon had gehoopt op een gelukkig toeval,
op een toeval, dat hem tot eene beslissing
zou brengen, en thans was zyn wensch ver
vuld. Hy was gedwongen een besluit te
nemen; zyne aarzeling of hy naar het slot
Osternau dan wel naar Berlyn zou terugkeeren,
was geëindigd.
Dat Freistetten hem eenige harde, maar
ware woorden had toegevoegd, daarover was
Egon niet in het minst boos. Hy had niets
dan do waarheid gezegd.
„Ik dank u, baron Freistetten", zeide hy,
eveneens opstaande. „Gy ontziet u niet
iemand ernstig tot het vervullen van zyn
plicht aan te manen, maar ik zal niettemin
uw goeden raad opvolgen. Zet rustig uw
j tochtje door het gebergte voort, ik verzeker
u my dadeiyk naar Hirschberg te zullen
begeven, om morgen met den eersten trein
naar Berlyn te vertrekken. Laat ons nu
afscheid nemen! Daar ik eenmaal, ofschoon
ook half gedwongen, het besluit heb genomen
het oude juk weder op de schouders te
nemen, wil ik mot de uitvoering daarvan
maar niet langer wachten. Leef wèl!"
Na het wisselen van een harteiyken hand
druk, namen de beide vrienden afscheid. Egon
steeg den berg af in de richting van het
Hirschberger dal. Niet met een verlicht, maar
met een zwaar hart nam hy den terugweg
naar het oude loven aan.
Thans, nu hy besloten was niet weder
naar het kasteel Osternau terug te keeren,
kwam hem den tyd, welken hy daar had
doorgebracht, in het schoonste licht voor;
een brandend verlangen naar al de lieve
menschen, die hy niet meer zou weerzien,
kwam in zyne ziel op; hy meende in het
geheel niet van hen te kunnen scheiden,
zonder hun minstens een hartelyk woord van
afscheid te hebben gezonden, zonder hun om
verschooning te hebben verzocht voor het
gepleegde bedrog.
Lizes lieflyk beeld stond hem voortdurend
voor oogen; zij scheen hem te wenken en
hy gevoelde eene brandende begeerte om zich
nog eenmaal naar het kasteel 03temau te
begeven. Haar woord zou dan beslissen of
hy blyven dan wel naar Berlyn terug
keeren zou.
Hy ging vooruit met steeds langzamer
schreden; de zware stryd, dien hy meende
te hebben overwonnen, vernieuwde zich;
plotseling echter herinnerde hy zich de af
spraak, met Freistetten gemaakt; hy had
zyn woord gegeven en durfde dit niet breken
zonder vrees de achting voor zichzelven te
verliezen. Hy moest de kracht hebben zyn
vurig verlangen tot terugkeer naar het kas
teel Osternau te overwinnen.
Hy versnelde al meer en meer zyn pas
en hield zich noch in Agneten of Hermsdorp
op, daar ieder oponthoud hem voorkwam als
eene poging om op zyn besluit torug te
keeren. Niet eerder nam hy rust, dan toen
hy, uiterst vermoeid, zoowel lichamelyk als
geesteiyk, in Hirschberg aankwam.
Hy nam zyn intrek in een logement, dat
slechts zelden doortrekkende reizigers tot
gasten bad. Egon wilde uitrusten van den
vermoeienden tocht, maar vermocht zulks niet.
Wordt vervolgd.)