Maandag XO October.
A0. 1832.
feze (Qourant wordt dagelijks, met uitzondering
van (§!pn- en feestdagen, uitgegeven.
Tweede Blad.
Leiden, S October.
Feuilleton.
(leid alleen maakt niet gelukkig.
N°. 10010.
LEIDSCH
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per 3 maandenf 1.10.
Franco per post1.40.
Afzonderlijke NommersB 0.05.
PRIJS DER ADVERTENTIÉN:
Van 16 regols ƒ1.05. Iedere rogel meer/"0.17$.
Grootere lettors naar plaatsruimte. Voor het
incassoeren buiten de stad wordt ƒ0.05 berekend.
OfficiSole Kennlsjjevingon,
Loting voor dc Nationale Militie.
Bargemeester en Wethouders van Leiden,
Ge«ieu het besluit van den Heer Commissaris der
SouiDgin in deze provincie, van den 20aten Sep
tember 1892, A No. 8217 bis (2de afi.), Provin
ciaal llad No. G6, houdende rogel-.ng van de Loting
voor de Nat:ouale Militie;
Gelet op ds bepalingen der Wet vaa den 19den
Augustus 1861 (Staatsblad No. 72), gewijzigd bjj do
Wet van den 4den A;rl 1892 (Staatsblad No. 56),
alsook op die van Zijner Majesteits besluit van don
8sten Mei 1862 (Staatsblad No. 46), gewijzigd by
bet Koninklijk besluit van den 22sten Jnli 1892
(Staatsblad No. 179);
Brengen ter algemeene kennis: dat de lo'iDg der
üq liet Joopeud Jaar voor de lichting van 1893 binnon
deze gemeente voor de NatioDalo Militie ingeschre
venen. en alzoo voor hen, die geboren zjjn in het
jaar 1873, zal gesohioden in eon der vertrekken van
bet Itaadhuis. op Maandag, Dinsdag en Woensdag
10, 11 en 12 October aanetaaede, telkens des a orgons
13 bslftien;
dat deze loting in eene alpbabetische volgorde der
namen van de ingeschrevenen zal p'aats hebbeD,
en wel:
op Maandag den lOde'n October 1S92,
voor de ingeschrevenen, wier familienaam begint
met de letter A tot en met do letter G,
op Dinsdag den llden October 1892,
-voor do ingeschrevenen, wier familienaam begint
met de lettor H tot 6n met de letter P,
en op Woensdag den 12dm October 1892
voor de ingeschrevenen, wier famil enaam begint
met de lettor R tot en met de letter Z.
Voorts, dat bij art. 33 der Wet is bepaald dat
voor den ingcechrovene, die niet is opgekomen, het
uommer kan getrokken worden door zijn vader,
moeder of voogd, terwijl, is ook deze Diet opgekomer,
alsdan het trekken geschiedt door den Burgemeester
of het lid van den Raad der gemeente, waar de
loteling ia ingeschreven;
dat ingevolge art. 34 de opgekomen ingeschrevene,
dadelijk na hot trekken van zyo nommer, de redenen
van vrijstelling opgeeft, die hij meent ie hebbtD.
Bet opgeven van deze redenen kan door zijn vader,
motder of voo-.d geschieden, zoo deze tegenwoordig
en de ingeschrevene niet opgekomen is.
Wijdere, dat tot het opmaken der getuigschriften,
vermeld Lij art. 53, tot het bekomen van vrijstelling
wegens brocderdienst of op grond van te zijn eenigo
wettige zooa (welke getuigschriften worden afgegeven
op do getuigenis van twee by den Burgemeester
bekende en te goeder naam en faam staando inge
zetenen, die zich ieder voor de waarheid van bet
daarbij verklaardo, door medo-onderteekening, ver
antwoordelijk stellen), de gelegenheid bestaat tor
Secretarie dezer gemeente, op Maandag den 17den
en Dinsdag den 18don October sanstaando, van des
vooriuidda s tien tot des namiddags drie uroD.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Leidon, DE KANTER, Burgemeester.
30 Sept. 1892. E. K36T, Seoretaris.
In hunne Memorie van 'Toelichting by hun
in ons vorig nummer medegedeeld gewijzigd
voorstel tot heffing van schoolgeld aan de
Kweekschool voor Onderwijzers en Onder
wijzeressen zeggen Burgemeester en Wet
houders het volgende:
Art. 1. Wat het bedrag van het schoolgeld
betreft, uteonen wy dat bedragen van ƒ60,
32, 24 en 16 per jaar billijk kunnen
worden geachthet bedrag staa't eenigermate
lin verband met de schoolgeldheffing op de
scholen der 1ste en 2de klasse, terwijl met
het oog op het groot verschil tusschen ƒ60
en 24 eene categorie van 32 is tussehen-
gevoegd.
In evenredigheid tot deze heffing wordt een
bedrag van 20, 15, ƒ10 of 5 per jaar
voorgesteld voor het bijwonen van enkele
lessen per vak, met dien verstande, dat nimmer
méér is verschuldigd dan het voor de kweeke-
lingen vastgesteld schoolgeld.
Art. 2. Het college van Burg. en Weths.,
belast met de uitvoering der verordening, is
de aangewezen autoriteit om te beslissen
welk bedrag zal worden geheven. Het kan
zich daarbjj door bevoegde ambtenaren en
colleges doen voorlichten.
Art. 3. Aan onvermogenden zal gratis toe
gang worden verleend, goheel in overeen
stemming met het beginsel, in art. 46 der
Wet op het Lager Or.derwys ten aanzien van
de lagere scholen aangenomen.
De beslissing omtrent bet al of niet onver
mogend zyn behoort uit den aard der zaak
aan Burg. en Weths.
Art. 4. Het schynt in alle opzichtren billyk.
geen schoolgeld te heffen van de personen,
die reeds de akte van onderwyzor verkregen
hebben en zich voor het bekemen van speciale
akten of in het eerste geval voor de hoofd
akte aan de Kweekschool wenschon te be
kwamen.
Art. 5. Gelyke grond van biliykheid be
staat voor de niet-heffing van schoolgeld van
adspirant-kweekelingen voor de^enkele lesson,
die zy aan de Kweekschool bywonen.
In geval van onvermogen zal mede uit
den aard der zaak vrystelling moeten worden
verleend aan de adspirant-kweekelingen van
de betaling van schoolgeld voor de scholen
2de klassezy moeten in dit opzicht geheel
gelijkgesteld worden mot de onvermogende
kwoekelingen.
Art. 6. Vermits het schoolgeld by kwar
talen is verschuldigd en met 1 December
het tweede kwartaal aanvangt, wordt laatst
genoemde datum als tydstip van inwerking
treding aangenomen.
De opbrengst van het eventueel te heffen
schoolgeld kan uit den aard der zaak slechts
by benadoring worden geraamd. Intusschen
kan worden medegedeeld dat uit eene in ver
band met het kohier der Plaatselyke Directe
Belasting gemaakte raming voorloopig is ge
bleken dat vermoedeiyk eene opbrengst van
ongeveer ƒ2000 kan worden geraamd, waar
van de helft zoude komen ten bate van de
gemeentekas, aangezien de opbrengst van het
schoolgeld biykens rapport van B. en Ws.
van 13 December 1888 voor de berekening
van het Rykssubsidie ad 50 pCt. van de uit
gaven wordt afgetrokken.
Dezelfde ziens wy ze is de tegenwoordige
Regéoring toegedaan blykens onlangs ontvan
gen bericht van den minister van binnenland-
sche zaken van 26 September jl.
Vermits verder de uitgaven der Kweek
school in den regel jaariyks bedragen 13,000
a ƒ14,000, blykt dat het te heffen schoolgeld
slechts als eene geringe tegemoetkoming in
de kosten kan worden aangemerkt.
Door de arrond.-rechtbank te Zutfen is,
ter vervulling van de vacature van kanton
rechter te Groenloo, opgemaakt de navolgende
alpbabetische lyst van aanbeveling: mr. G.
S. Van Dolden, griffier by het kantongerecht
te Kampen; mr. F. J. G. Van Trictat, griffier
by hot kantongerecht te Groenloo, en mr. H.
J. Van Lulofs Umbgrove, ambtenaar van het
Openb. Ministerie by de kantongerechten te
Leiden en Alfen.
Door den Commissaris der Koningin in
deze provincie zyn tot zetters der directe
bolastingen te Oegstgeest benoemd de heeren
E. Groen en A. Juffermans.
Te Voorhout de hoeren P. Warmerdam en
J. Van Reisen.
Te Sassenheim zyn herbenoemd tot leden
van het collego van zetters de heeren C. Meyne
en A. Frylink.
In de gemeente Alkemade zyn als zoodanig
door den Commissaris der Koningin herbenoemd
de hoeren W. Van der Geest en H. Van der
Poel, aldaar.
De „Prinses Amalia", van de Maat-
schappy „Nederland", die den 4den dezer
uit Batavia te Genua aankwam, heeft de reis
tot daar in 26 dagen volbracht, zoodat de
brieven per Hollandsche mail uit Indiö in
28 dagen hier aankwamen. Nog maar zelden
is dat record geslagen. De „Amalia" werd
by aanvang van de vorige reis van nieuwe
machines, triple compound systeem, voorzien,
door de Maatschappy „De Schelde", te Vlis-
j singen, geleverd.
Men meldt uit BeriynHet a capella-
koor uit Amsterdam, onder leiding van Daniël
De Lange, gaf gisteravond hier een eerste
concei.t, waarop do oud-Nederlandsche liederen
werden .ten gehoore gebracht, welke voor
dracht een zeldzaam stormachtigen byval
vond. Vooral de psalm, een vyfstemmig
kerstlied van Sweelinck, en „Matona mia
Cara" van Orlandus Lasaus, droegen do be
wondering van het talryke uit do voorname
kringen saamgestelde publiek weg.
Door den heer J. D. baron Van Wasse-
naer van Rosande, oud-zeeofficier, kamerheer
van wylen Z. M. den Koning in buitenge
wonen dienst, lid van den gemeenteraad te
's Gravenhage, is het huisarchief der familie
Van Wassenaer aan het Ryksarchief in bruik
leen afgestaan. Behalve de eigenlyke familie-
en boedelbescheiden van de geslachten Van
Wassenaer, Van Lier, Van Wyhe en Van
Brakell, bevat deze verzameling tallooze brie
ven, kopieën en aanteekeningen van den meest
verschillenden aard. Vele dezer hangen samen
met de ambten en bedieningen, die door leden,
vooral van het eorstgemelde geslacht, bekleed
waren.
Het gemis van de oudste bescheiden van
het geslacht Van Wassenaer wordt eenigszins
vergoed door de papieren, welke Willem Lode-
wyk Van Wassenaer heeft nagelaten. Deze
maakte eene grondige studie van de geschie
denis der burggraven van Leiden en heeren
Van Wassenaer en Duivenvoorde. Met het
oog hierop verzamelde hy tal van kopieën en
maakte hij Yele historische teekeningen. De
door hem opgestelde genealogie wordt door
professor Kluit in een brief van 1780 zeer
geroemd.
Men zie de Staatscourant van 7 dezer.
Door Gedeputeerde Staten van Noord-
Holland is de volgende voordracht opgemaakt
voor de betrekking van griffier der Staten van
die provincie, to wetenmr. A. A. Land,
secretaris der gemeente Haarlemmr. H.
Krabbe, hoofdcommies by hot departement
van binnenlandsche zaken; mr. H. P. Ber
denis van Berlekom, commies, chef ter provin
ciale griffie van Zuid-Holland.
Ds. G. Ringnalda, pred. by de geref.
gemeente te Utrecht, heeft het beroep naar
Apeldoorn aangenomen.
De jury van de driejaarlyksche tentoon
stelling te Amsterdam kende gouden medailles
toe aan Bastert, Van Looy en den beeld
houwer Keiler; de drie overigen zyn nog
onbekend.
By koninklyk besluit is met ingang
van 6 dezer opnieuw benoemd tot schoolop
ziener in het arrondissoment Woerden C. A.
Zelvelder, te Utrecht.
108.)
Na zich kort bedacht te hebben, zeide hy
„Ik kan u geene bepaalde belofte geven,
mynheer Von OstemauWilt u my voor
«enige dagen verlof geven, dan zal ik dat
met vreugde aanvaarden. Ik zal dan morgen
naar Breslau reizen; ot ik echter van daar
myn weg naar Wermersdorf zal inslaan dan
wel het my verleende verlof gebruiken zal
om een voetreisje door het gebergte te maken,
■daaromtrent verzoek ik u van my geene
verklaring te vorderenik kan u die heden
toch niet geven.
„Ik verlang die ook niet; ik hoop dat een
kalm nadenken u wel op den goeden weg
zal brengen. In elk geval verheugt het my
dat ons onderhoud het gewenschte gevolg
heefc gehad; dat gy myn vertrouwen weder
volkomen herwonnen hebt. Ik wil' u daarvan
ten bewys geven, door u te verzoeken voor
my morgen in Breslau een zaakje in ordote
maken, waarmede ik s'ecbts iemand kan be
lasten, waarin >k een onbepaald vertrouwen
stel. Een fabrikant te Breslau, dien ik sedert
vele jaren als een fatsoenlyken, bekwamen
en werkzamen man heb leeren kennen, is
door ongeluk in zyne zaken in de noodza-
kolykheid gekomen, my geld ter leen te
moeten vragen. Ik heb gaarne aan zyn ver
zoek voldaan. Hy heeft my daarvoor een wissel
van over de tien duizend mark geaccepteerd,
welke morgen vervalt. Ik wil dezen wissel niet
door een bankier laten aanbieden, aangezien
het krediet van den eerbiedwaardige» man er
onder zou kunnen lyden, dat hy by een par
ticulier geld op wissels geleend had; hy zou
zoer groote schade Jyden, wanneer hy niet
in staat was stipt op den vervaldag te be
talen, iets, wat niet tot de onmogelykheden
behoort; ik wensch dat ook in zulk een
geval geen protest volge; ik wil hem niet
dwingen; hy zal, morgen niet kunnende be
talen, niet dadelyk met dwangmaatregelen
lastig gevallen mogen woelen. Ik was daarom
voornemens morgen myn neef Albrecht naar
Breslau te zenden, maar aangezien u nu toch
daarheen gaat, zoudt u ray verplichten, wan
neer gy u met het aanbieden van den wissel
zoudt willen belasten. Wilt la zoo goed zyn
„Gaarne."
Ik reken op uwe argote bescheidenheid!
Zooals ik reeds opmerkte, moet myn schul
denaar niet gedrongen worden. Betealt \\1J,
i te verzoek ïk u mij dadelyk het gok] oyov
i de post te zendenik ontvang het dan mor-
gennamiddag. Betaalt hij niet, zend my dan
slechts den wiseel terug."
De heer Yon Osternau begaf zich naar
zyne schryftafel en opende dit voorwerp. In
het midden er van bevond zich eene yzeren,
van kunstsloten voorziene geldkast. Toen de
de heer Yon Osternau ook dio opende, om
daaruit den wissel te voorschyn te brengen,
legde hy eorst eenige pakjes bankbiljetten,
welke een groot bedrag vertegenwoordigden,
naast zich op het uitgetrokken blad en vond
daarna don wissel, welke onder het papieren
geld verborgen gelegen had. Hy sloot. Via
Egon den wissel ter hand gesteM tp_ nebben,
de bankbiljetten weder in yzeren kast,
draaide den sleutel om, slp'ot zyn bureau en
wendde zich toen weder
tot Egon.
„Naar ik hoop zeidj0 by vriendelyk, „zal
ons in den aanvang eonigjszins pyniyk onder
houd van heden u nocb by my een min
der prettig gev ej achterlaten kan dit onder-
boud de verzoening tusschen oom gn fc^êf
bereiken, 'dan za] daarover zeer ver
heugen. mynheer Pechmayer, wil ik
u mot ia^ger ophouden! Frits zit reeds op
u ^/achten."
Met een hartelyken handdruk nam hy af-
j scheid van Egon.
Toen hy weder alleen was, ging de heer
Yon Osternau met langzame schreden de
kamer op en neer.
„Zou ik misschien niet eon weinig over-
yld gehandeld hebben, door hem dadelyk een
zoe groot vertrouwen te schenken?" dacht
by. „Neen, hy zal het rechtvaardigendaar
ben ik zeker van. Ware het geld van zyn
oom hem niet heilig gedweest, dan had hy,
met Storting te Breslau zyndo, daarvan wel
in al zyne behoeften voorzien, zou hy geene
schuvden gemaakt en zyne oude kleeding-
btukken verkocht hebben, om zich slechts het
noodzakelykste aan kleedingstukken te ver
schaffen. ïk kan hem vertrouwen en ki ieder-
geval meer dan myn neef Albrecht, wlon
juist in deze dagen niet gaarne
mark in handen zou wu'
en duizend
i -*en geven. Maar een
Vre6"V' -ardig mensch ie hy toch, en
6e P^.jeimzinnigbeid, waarmede hy zich om-
bult, bevalt my niet. Hij zeide zelf my niet
6e goheele waarheid te kunnen mededeelen.
Wat zou hy wel verzwegen hebben?"
De heer Von Osternzu dacht lang hierover
na, zonder dat het hem mogelyk was tot
een besluit te kunnen komen.
Einde van iiet Ef.rstb tjjeel