schillende autoriteiten, tal van colleges en zeer vele particulieren voelden zich gedrongen den jubilaris hunne opwachting te maken. Intu6schen liet het stedelijk muziekcorps zich hooren op de Groote Markt. Tegen halfvyf werd een rit door de stad gemaakt door den jubilaris, leden zijner familie en eenige loden van den Raad en de feestcommissie, terwijl een dineren vuurwerk het welgeslaagde feest besloten. Bij koninklijk besluit is aan B. J. J. Honig, thans wonende te Hopra, een pensioen toegekend van 107 'sjaars. Gemengd Nienwa. De bewoners van do Heeren straat en de daarop uitkomende lanen buiten de voormalige Koepoort, alsmode zy, die woonachtig zijn aan de Haagsche Trekvaart, onder de gemeente Zoeterwoude, worden se dert een paai' dagen zeer gebaat door het verstrekken van duinwater voor óón cent por emmer, dat getapt wordt uit eene groote ton op een door een paard getrokken wagen. De verkooper daarvan heeft in deze tijden zeker succes met zijne onderneming, want verscheidene woningen blijven in die buurten nog steeds verstoken van goed drinkbaar water. Hot water, dat daar gedronken wordt, is b\jna algemeen slecht. De opbrengst der Noord-Zuid- Holl. Stoomtramweg-Maatschappij Haarlem Leiden bedroeg in Sept 1892 aan personen- en goederenvervoer 8442.70, tegen f 8520 10 in 1891. Sedert 1 Januari 1892 70,478.50, tegen ƒ66,882,30 over hetzelfde tijdvak van 1891, en met inbegrip van diverse ontvang sten ƒ80,105.50, tegen ƒ75,821.30 in 1891. Bij vonnis van de Haagsche rechtbank zijn veroordeeld: A. M. E., de dienstbode te Voorburg, die in haren dienst aldaar zich een bankbiljet van ƒ1000 toe eigende, tot 1 jaar gevangenisstraf; J. W. v. K., te Oegstgeest, die zich aldaar schuldig maakte aan diefstal met braak, tot 6 maanden. Door onbekende oorzaak brak een hevige brand uit in de chocoladefabriek, gelegen aan den Sloterweg, bij Amsterdam. De vlammen gropen zóó snel en hevig om zich hoon, dat aan redden goen denkon was. De fabriek is dan ook totaal uitgebrand. Be halve twee spuiten van de gemeente Sloten, werkten nog de stoomspuit der Nieuwer- Amstelsche brandweer en de vry willige brand weer. De heer Henny, eigenaar der fabriek, was voor zaken naar Par\js. Persoonlijke onge lukken kwamen niet voor. Hoewel de oorzaak niet met zekerheid is aan te wijzen, kan toch als hoogstwaar schijnlijk worden aangenomen, dat do brand niet in het huis, maar in het fabrieksgebouw is ontstaan. In het huis bevond zich alleen de huis houdster, die, tijdig gewaarschuwd, zichzelve, doch niets van hare eigendommen kon redden. Door deze ramp zijn 35 mannen en vrouwon broodeloos geworden. Men weet nog niet hoe groot de geleden schade isin den loop van den dag haalde men een kistje met half gesmolten zilvergeld uit het puin te voorschijn. Dinsdag-avond ongeveer te negen uren brak by den grutter en winkelier firma J. B. Breukink, aan de Nieuwe Markt te Deventer, een felle brand uit. Binnen enkele oogenblikken sloogen van alle kanten de vlammen uit het gebouw en men zag ge durende eenige uren eene vuurzee. De vrees, dat de belendende gebouwen niet zouden worden gespaard, word bevestigd, want weldra stond ook het belendende gebouw van ge noemde firma, waarin eene groote hoeveelheid granen wa6 geborgen, in lichterlaaie en deelde het vuur zich nog aan een derde pand mede. Om 12 uren was men den brand meester. Beide gebouwen werden met al wat er in was in de asch gelegd. De belendende ge bouwen hebben veel schade geleden. De oor zaak van het onheil is onbekend. Alles was, hoewel laag, verzekerd. Voor de arrondissements-recht- bank te Groningen, kamer van strafzaken, stond Dinsdag terecht de heer J. C. Vunde- rink, commissaris van politie te Groningen. Beklaagde was gedagvaard: A. ingevolge bevelschrift van verwijzing van het gerechts hof te Leeuwarden, d.d. 9 September 1892, ter zake dat hy in de laatste zes jaren, tydens hij te Groningen eerst inspecteur van politie, daarna hoofdinspecteur van politie en sedert April 188S commissaris van politie was, aldaar op verschillendo tijdstippen van verschillende personen giften heeft aange nomen, wetende dat deze giften hem gegeven of gezonden werden door personen, dio de Groningscho kermis gewoonlijk bezochten met eene tént of loods of kraam, zulks mot de bedoeling om hem te bewegen om, zonder daardoor in strijd met zijn plicht te handelen, hun op de eerstvolgende kermis eene plaats voor eene tent of loods of kraam te ver schaffen of wel om hun eenig ander voor deel of gunstbewijs tijdens de kermis te doen doelachtig worden - wordende toch door de politie aan bedoelde kermisbezoekers eene plaats aangewezen op het terrein, waar de tenten of loodsen worden geplaatst, nadat vooraf door de politie telken jare het ont werp van een plan voor de plaatsing dier tenten en loodsen aan B. en "VVs. var. ge noemde gemeente ter goedkeuring en vast stelling is aangeboden, hebbende hij onder anderen onder deze genoemde omstandig heden aangenomen: 1. Voor 4 a 5 jaren te zynen.huize te Groningen van Josef Huiskens, kermisreiziger te Roermond, eene som van 25, geschonken met het oog op plaatsing; 2. a. in 1887 en in 1888, te zijnen huize te Groningen van Karei Benner, kermisrei ziger te Roermond, telkens eene som van 20 of 30, en b. in December 1891 of wel in 't begin van 1892 van denzelfde wederom te zijnen huize te Groningen eene som van ƒ50, telkens geschonken met het oog op plaatsing 3. in de jaren 1887 en 1888 te Groningen van Jannes Klaassens Van der Wal, kaas handelaar te Groningen, telkens eene Edam merkaas of een stuk rookvleesch zulks telkens wetende, dat deze zaken hem ge schonken werden om hem te bewegen eene opening te laten tusschen de tenten of loodsen op de Groote Markt te Groningen, die b\j gelegenheid van de kermis voor Van der Wals woning aldaar werden geplaatst ten einde er ten behoeve van de kermisbezoekers eene open gang naar en van zijne woning zoude zijn. 4. in de jaren 1887 en 1888 te zijnen huize te Groningen van Eduard Dobbelaere, ker misreiziger te Utrocht, telkens eene som van ƒ10 of 15, geschonken met het oog op plaatsing 5. te Groningen op Nieuwjaar 1892 of om streeks dien tijd van Nicolaas Vulsma, houder van eene wafelkraam te Amsterdam, twee kistjes, elk gevuld met 100 sigaren, hem van daar per postpakket gezonden met het oog op plaatsing of oenig ander gunstbewijs, B. mede ter zake dat hij in November van 1888 eveneens onder de omstandigheden aan aan 't hoofd der dagvaarding sub A. vermeld heeft aangenomen van Josef Huiskens, ker misreiziger te Roermond, eene som van ƒ50, hem gezonden per aangeteekenden brief met het oog op plaatsing en te Groningen ont vangen. De rechtbank hoorde 15 getuigen, w. o. hot dagelijksch bestuur der gemeente en don secretaris. Na het getuigenverhoor kwam aan het woord het Openbaar Ministerie, waargenomen door den subst.-off. van justitie jhr. mr. W. Al berda. Het doet het parket, leed zoo zeide spreker o. a. dezen beklaagde voor u te brengen, het parket dat zoo vaak met hem heeft gewerkt en dat hem heeft leeren kennen als een persoon, die ijver had en bekwaam was voor zijne taak. Het ls onverklaarbaar dat de beklaagde zich heeft laten verleiden tot zulke handelingen. De houding, door <}en heer Vunderink in het proces aangenomen, keurt spreker af. Ze is onwaardig en ten deele onbeschaamd. Eerst was ze deemoedig, toen onzinnig, toen onbeschaamd. Beklaagde ontkende eerst, erkende toen en ontkende later weer dat en wat hy vroeger had erkend en ten slotte voerde hy de verdediging, dat hy geeno verantwoording schuldig was. Eer6t bekroop spreker een gevoel van medeiyden met den beklaagde. Toen hy de zaak van alle kanten bekeken had, is dat getemperd. Spreker vorderde schuldigverklaring aan hot aannemen van giften, wetende dat zy hem gedaan werden, ton einde hem te be wegen om, zonder daardoor in stryd met zyn plicht te handelen, in zyne bediening iets to doen of te laten, viermalen gepleegd, met vryspraak van hot meerdere ten laste gelegde en veroordeeling tot eene gevangenis straf van drie maanden. De verdediger van den beklaagde, mr. S. L. Outs, advocaat te Groningen, hield een uitvoerig pleidooi. Spreker merkte op dat aan deze zaak groote ruchtbaarheid is gegeven. Op do vraag of ze dat verdient, antwoordde hy ontkennend. Hy, die aan ieder de feiten vertelde, drage de verantwoordelykheid er voor. Thans kan die persoon tevreden zyn, nu de heer Yundennk op het bankje der be schuldigden zit. Niet ieder echter denkt over de zaak geiyk de bewerker van zyn ongeluk. Spreker gelooft dat beklaagde uit onvoorzich tigheid gefaald heeft. Een misdadiger is hy niet. Spreker behandelde achtereenvolgens de navolgende punten: lo. is strafbaar hetgeen den beklaagde in de dagvaarding is ten laste gelegd? 2°. Zoo ja, is wettig en overtuigend bewezen hetgeen hem ten laste wordt gelogd? 3°. Zoo ja, heeft beklaagde gehandeld in zyne bediening? Resumeerende kwam pleiter in zyn door wrocht pleidooi tot de conclusie, dat het in do dagvaarding den beklaagde ter. laste gelogde niet strafbaar was, waarom, zyns inziens, ont slag van rechtsvervolging moest volgen. Mocht de rechtbank daarin mot pleiter van meening verschillen, dan moest de beklaagde vrygespro- ken worden, omdat niet wettig en overtuigend bewezen was dat de beklaagde giften aange- nomen had in de wetenschap, dat ze hem gegeven worden om iets te doen en mocht de rechtbank daarmede niet met pleiter mee gaan, dan moest beklaagde vrygesproken worden, omdat hy, hetgeen hy deed, niet deed in züne bediening. Na re- en dupliek werd de uitspraak be paald op "Woensdag 12 October. De rechtzaal was overvol van nieuwsgie rigen in deze zaak, waarvan do behandeling duurde van 's morgens 10 tot 's namiddags byna 4 uren. Den volgenden dag stond als beschuldigd wegens gelyke feiten terecht de hoofdinspec teur van politie H. P. Hemmes aldaar (even als de heer J. C. Vunderink thans in zyno betrekking geschorst). Het O. M. vorderde ook voor hem veroordoeling tot 3 maanden gevangenisstraf. Zyn advocaat mr. G. W. Wyckerhold Bisdom concludeerde eveneens tot ontslag van rechtsvervolging voor som mige hem ten laste gelegde feiten en tot vryspraak van de overige. Uitspraak T2 Oct. Te Wageningen heeft gisteren do politie een troep socialisten, die de vry- lating van een gearresteerden partygonoot eischten, met de blanke sabel uiteengedroven. Ook later, toen zy terugkwamen met vele nieuwsgierigen, werd hot Marktplein spoedig schoongeveegd. Een vyftal personen werd gearresteerd. Gisteren beroofde zekere J. v. d. K., schoenmaker, wonende aan den Maassluis- schendyk te Vlaardingon, zich door ophanging van het leven. Bedoelde persoon, die sedert eenigen tyd lydende was aan melancholie, dacht eerstdaags in het huweiyk te trodon. Mevrouw de weduwe Pennink, te Twelloo, vierde gisteren haren 102den verjaardag. Eergisteren is te IJselmonde het 4 jarig dochtertje van den heer W. v. D. onder het spelen in eene wateeton geraakt. Toen men het ontdekte, was het kind roeds een ïyk. Eene stevige deern van ongeveer 28 jaren, netjes gekleed met regenmantel en hoed, het haar gekapt la Fédora, stapte gisteren het paleis van justitie te Heerenveen binnen en vroeg aan den dientdoenden ryks- veldwachter om den Officier van Justitie te spreken. Op diens parket toegelaten, deelde zyn aan hem mede, dat zy wenschte opgeno men te worden in.... Veenhuizen! Zy was totaal verlegen. Haar broeder en moeder, die te Oldeberkoop wonen, hadden haar de deur gewezen; sinds had zy by de buren huis gehouden, en al by de marechaussee aangeklopt om opgenomen te worden, doch deze had haar naar den O. v. J. verwezen. Werken kon en wilde zy wel, maar het was niet gelukt een dienst te vinden, waarom zy opzending vroeg. De O. v. J. wees er haar op, dat zy, gezond en flink als zy was, niet in de kolonie paste, omdat zy in de maatschappy wel in haar eigen onderhoud zou kunnen voorzien. Om wellicht erger gevolgen te voorkomen gaf de O. v. J. eind6iyk aan een veldwachter last haar te vergezellenbuiten de poort wipte de jonge dochter het allereersto huis in, vroeg oen aalmoes, duidelyk genoeg dat de op de stoep wachtende politiedienaar het hooren kon, en als bedelares werd zy naar de gevangenis overgebracht. Gisteren lagen in de Londensche gasthuizen nog 3439 lyders aan roodvonk en 302 typhuslyders. De verslaggevers van verschil, lende bladen, te Parys versdiynende, en ver schillende buitonlandsche correspondenten, hebben een diner by Marg. ry aan Stanhope gegeven, den journalist, die zich te Hamburg heeft blootgesteld aan alle gevaren voor be smetting, na ingeënt te zyn met de stof van Pasteur. De gast verscheen in zyn kostuum als ziekenverpleger, witte kiel met nikkelen knoopen. In het Zuid-Westen van Servlè z\jn politieke rooverbendon aan het werk, die de liberalen aanvallen en plunderen. De weg tusschen Valgero en Pozogo moet onveilig zijn door de roovors. De orkest-directeur van hetlta- liaansche opera-gezelschap te Batavia heeft, een revolverschot gelost op den baryton Tor- noni; het schot miste. De ovorstrooming to Marseille blykt nog veel ernstiger te zyn geweest dan eerst werd gemold. Meer dan 100 gezinnen zyn van hun dak beroofd. De schade wordt op 10 millioen franken geschat. Van vel schillende zyden wordt hulp geboden en b\) de wederbyeenkomst der Fransche Kamers zal hulp van de zyde dor regeering worden gevraagd. De mailboot „Vera Cruz" is, ko- mende van West-Indió, op de kust van Mexico gestrand. Een deel van het scheepsvolk ver dronk. De passagiers en de mails werden gered. Prins Pedro van S a k s e n-Coburg- Gotha, een kleinzoon van den laatsten keizer van Brazilië, is te Weenen plotseling krank zinnig geworden, waarschynlyk het gevolg van een val van het paard. Hy leed aan ver volgingswaanzin. De familie was niet in het paleis aanwezig, zoodat de bedienden de politie en de brandweer requireerden voor het ge val hy uit het raam mocht springen. Men slaagde er eindoiyk in hem een dwangbuis aan te doen. De prins, die in Rio Janeiro in 1866 werd geboren, meent keizer van Brazilië te zyn. Te Dunsmuir, Californiö, werd een man, die zyne vrouw en dochter had vermoord, door het volk opgehangen. Toen hy aan den boom hing, riep de moordenaar: „Myneheeren, ik verdien dit lot, want ik deed kwaad." INGEZONDEN. Ben Weledelen Heer W. J. v. d. W. Weledele Heer! Als ik ooit een ingezonden stuk mot ver bazing gelezen heb, dan was het voorzeker gisteren, toen het Uwe mtyne aandacht trok, waarin U, naar myne bescheiden meening, zich een weinig vergist heeft. Ik had oógenblik- keiyk met U te doen. In gedachten zag ik U voor my zitten, al zuchtende: „Neen, het kan zoo niet langer blyven. Hot moet my van het hart. En juist nu, waar de winter nadert, rustseizoen voor onze fontein. De Redactie van het „Leidsch Dagblad" is zoo goed om in haar geacht blad aan zeer velen het woord te geven. Ook ik zal my tot haar wenden on zoodoende onder de aan dacht van onzen geachten Burgemeester bren gen, wat er eigenlyk al lang had moeten wezen, omdathet daar zoo ontzettend druk is." Maar Mynheer v. d. W.! U woont immers niet in den omtrek van do fontein en wilt toch overal vertellen, dat U op een zeer druk ken stand woont, niet alleen op gewone werk dagen, maar ook des Zondags? Of woont U ergens anders, dan wandelt U zeker bijna eiken Zondag daar zoowat om 12 uren? Nu, dat geef ik U toe. Dan is het daar druk. Als allageloovigen zich huiswaarts begeven, gebeurt het wel eens, dat velen uit de kerk aan de Hartebrug hunne stadgenooten uit de Hooglandsche- of Pieterskerk, daar op de Viscbmarkt kruisen. Nu begryp ik heel wel, dat U, als harteiyk voorstander van de Zon dagsrust, niet opzetteiyk iemand op den Zondag daar heen zult zenden, juist op het eenige kwartiertje van den ganschen Zondag, dat het daar iets druk is. Heusch, U zou ook geen enkelen kerkganger daarmee een dienst bewijzen. Maar wanneer dan? Als het druk is, zegt U. Maar wanneer is het daar dan druk? Van Maandag tot Zaterdag, en vooral 's avonds, dat is zoo. Maar 's Zondags ook Niet velen, die U dit nazeggen. Het is juist wel eigenaardig dat de Bree- straat stil, zeer stil is, als do Boten en Vischmarkt zich verheugen in ontzettend voel licht en eene overgroot© massa wandelaars. Doch 's Zondags is het juist omgekeerd. Alle wandeldrukte eoncentreert zich dan op Haar-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1892 | | pagina 2