K\ 9989 Donderdag 15 September. A9. 1832. fëourant wordt dagelijks, met uitzondering van (§pn~ en feestdagen, uitgegeven. Dit nomincr bestaat uit TWEE Bladen. Eerste Blad. Leiden, 14 September. Feuilleton. field alleen maakt niet gelukkig. LEIDSCH DAGBLAD PRIJS DEZER COURANT: Toer L*M<sn p«r t ƒ1.1®. pTKDOO p*ST pOft.. 1.1®. /üioiwjerltffc» Sommwi- 9-iS. PRIJS DER ADVERTENTrÈN: Tm 1—regelt ƒ1.06. Iedere re gel weer fOAl\. Oroetere lettere naar pieetaraimte. Voer bet inoaeseeren bnitea de stad wordt ƒ0.1© berekeod. Officie el o Honnisffevingen. Directe Belastingen. De Burgemeester van Leiden brengt ter alge- meene kennis, dat aan den Ontvanger der Directe Belastingen ia ter band gesteld het lsto kwartaals- paUn»-kobier, van den dienst 1 .-DJ/13, en executoir verklaard den 9den Sep'otrber Jl., en herinnort voor'a den belanghebbenden aan hunne verplichting om den aanslag op den bij de Wet bepaalden voet te ■voldoen. Leiden, De Bargemeester voornoemd, 13 Sept. 1893. DE KAKTEB. Daar het aantal leerlingen In de 2de klasse van het Gymnasium bij den aanvang van dezen cursus 26 bedroeg,* zijn curatoren, ingevolge art. 2 van het K. B. van 21 Juni 1887 (Stsbl. no. 105) moeten overgaan tot eene splitsing dier klasse in twee parallelklassen. Ton gevolge dior splitsing zal thans voor den loopenden cursus tijdelijk een leeraar in de oude talen moeten worden benoemd en zulks op eene jaarwedde van f 1300. Curatoren wenschen den Raad voor te dragen den heer H. J. F. A. Wansink, candidaat in de klassieke letteren aan de universiteit alhier, die naar het oordeel van hun medelid den lieer prof. Van Leeuwen alleszins voor deze tijdelijke waarneming geschikt is. Ook de inspecteur der Gymnasia kan zich met dien wonsch geheel vereenigen. Daar volgens art. 17 van de Wet op het Hooger Onderwjjs aan den Gemeenteraad eene aanbevelingslijst van benoembaren moet wor den toegezonden, zouden curatoren in de tweede plaats willen noemen den heer C. R. Vermaas, candidaat in de klassieke letteren, wonende te Leiden. Mitsdien hebben zij de eer ter benoeming voor te dragen lo. H. J. F. A. Wansink, •candidaat in de klassieke letteren, wonende te Leiden; 2o. C. R. Vermaas, candidaat In de klassieke letteren, wonende te Leiden. In de gemeenteraadszitting van den 21sten April 1892 werd voor het aanschaffen van een nieuwen stoomketel voor het Liernur- stelsel, ter vervanging van den ouden, welke door den inspecteur van het stoomwezen was afgekeurd, en voor het doen van herstellingen aan de machine aldaar, een krediet van on geveer f 1300 toegestaan. Biykens rapport van den waarn. gemeente- architect is de ketel door de Kon. Ned. Grof smederij in zeer goede orde opgeleverd en hebben de herstellingen plaats gehad, terwijl de kosten hebben bedragen: voor den ketel 700 en voor de machine 430, te zamen 1130. B. en Ws. stellen thans voor in voormelde uitgaaf te voorzien door af- en overschrijving van genoemd bedrag uit Volgn. 178 der be grooting „Onvoorziene Uitgaven" op Volgn. 98 „Reiniging van riolen, stelsel-Liernur" en den betrekkelijk en staat te dien einde vast te stellen. Na overleg met den voorzitter der Com missie van Fabricage, deolen B. en Ws. den gemeenteraad mede dat er geen bezwaar be staat tegen het verleenen van vergunning aan J. B. Hoogeveen, tot het leggen van eene hardsteenen 6toep voor zijne in aanbouw zijnde huizen aan de Lange Mare, Nos. 35 en 37. Zy geven derhalve in overweging het ver zoek toe te staan, onder voorwaarde, dat de stoop niet meer dan 0.50 meter uit den gevel worde gelegd met eene ronding van dezelfde breedte in de Dolhuissteeg. Door het bestuur der Afdeeling Leiden van het Algemeen Nederlandsch Werklieden verbond word aan den gemeenteraad een adres ingediend, waarbij wordt verzocht dat in de voorwaarden der vanwege de gemeente toe te kennen concession, uit te schrijven inschrijvingen of aanbestedingen van werken, bepalingen worden opgenomen ter verzekering van de uitbetaling van een minste loonsbe- drag en van een hoogsten werkt yd aan de daarbij gebezigd wordende werklieden. Tevens werd overgelegd eene circulaire op dit onderwerp betrekkelijk van het Centraal- Be6tuur van het Algemeen Nederlandsch Werklieden-verbond. Het komt B. en Ws. voor dat deze aan gelegenheid nog niet rijp is voor eene be slissing. Het geldt toch eene zaak van diep ingrijpend belang, waaromtrent eerst na een veelomvattend onderzoek eene beslissing zoude kunnen worden genomen. Het bedrag van het loon, dat door de werkgevers kan worden uitgekeerd toch is van tal van omstandig heden afhankelijk, zoodat het B. en Ws., voorloopig althans, ondoenlijk toeschijnt daar voor een behoorlijken maatstaf vast te stellen. Bovendien is het onderwerp ook in andere plaatsen in behandeling en de mogelijkheid bestaat dat elders eene regeling wordt ge maakt, waardoor de bestaande toestand eenigermato wordt verbeterd en die alzootot richtsnoer zoude kunnen strekken voor even tueel alhier te nemen besluiten. B. en Ws. geven mitsdien in overweging de behandeling van het verzoek voorloopig aan te houden en daarvan aan adressanten kennis to geven. Ten gevolge van de benoeming van den heer D. Stigter tot stads genees- en -heel kundige is vacant geworden de betrekking van adjuncts-tads-genees- en -heelkundige. Onder mededeeling, dat de heer J. M. W. Kramer, arts alhier, verzocht heeft voor de opengevallen betrekking in aanmerking te komen, geven B. en Ws. in overweging tot de benoeming over te gaan van een adjunct- stads genees- en -heelkundige voor den tyd van drie jaren. Evenmin als by de hoofden der scholen 3de klasse Nos. 3 en 4 bestaat er by B. en Ws. bezwaar tegen de inwilliging van het verzoek van mej. H. C. Karstens, om ontslag uit haro betrekking van onderwijzeres in do vrouwelijke handwerken aan de bovenge noemde scholen, weshalve zy in overweging geven aan adressante eervol ontslag uit hare genoemde betrekking te verleenen mot in gang van 1 October a. s. -r- Naar wij vernemen, is te dezer stede eene „Dubbel-Quartet-vereeniging" opgericht. Do namen der heeren, die ons zoowel van de lste en 2de tenor-, als van de 1ste en 2de bas-partijen werden genoemd, doen veel ver wachten. Zy hebben een inderdaad goeden klank. Die heeren zyn hier in de muzikale kringen gunstig bekend. Het voornomen be staat reeds den a. s. winter in „Zomerzorg" drie uitvoeringen te geven, voor wolke de voorwaarden billyk gesteld zyn. Eene inteeken- ïyst zal onzen stadgenooten dezer dagen worden aangeboden. Hedenmiddag ontviDgon wy via Brin- disi per Britschen pakketdienst de „Deli-Crt." alleen van 13 Augustus. De prins en prinses Yon Wied en familie worden 19 dezer te Schevepingen verwacht en zullen intrek nemen in het „Hotel Garni." Dinsdag 20 Sept. zal de Tweede Kamer na de opening van de zitting der Staten- Generaal te drie uren hare eerste vergadering houden in het nieuwe zittingjaar. Men meldt dat de generaal majoor Ban nier, commandant der 3de divisie infanterie, binnenkort den militairen dienst verlaten zal. De minister van buitenlandsche zaken brengt ter kennis van belanghebbenden dat, blykens mededeeling van den consul te Leip zig, de Michaelis mis daar ter plaatse dit jaar, met het oog op de cholera, slechts van 2 tot 15 October a. s. zal duren. In verband hiermede zal de misbeurs voor de leder industrie niet 20 Sept., maar 4 Oct. a. s. gehouden worden. De 4 veldbataljons van het reg. grena diers on jagers ver aten Maandag a. s.T des morgens te halfzes, de legerplaats by Laren en keeren van het station Naarden-Bussum met twee extra-treinen naar 's-Hage terug. De minister van binnenlandsche zaken brengt in de Staatscourant van heden ter algemeene kennis: lo. dat volgens de bij hem ingekomen ambtsberichten in do afgeloopen week als aan Aziatische cholera overleden zyn aangegeven te Rotterdam 1 persoonte Kralingen 1 per soon te Velzen 1 persoon (zynde een matroos van het stoomschip „Urania", komende van Hamburg); te Groningen 1 persoon; 2o. dat tot wering van do besmetting van Aziatische cholera toezicht wordt gehouden op de schepen, die langs Ter Apel (gemeente VI acht wed de), Lobit Tolkamer (gemeente Herwen en Aerdt), Maastricht, Hansweert, Breskens en Sas van Gent het land binnen varen, met toepassing - voor zoover mogelyk van de artikelen 13, 14, 15, 16, 18, 19, 20 en 21 van het kon. besluit van 4 dezer. By koninkiyk besluit zyn benoemd tot surnumerairs by de oelastingen de heerenW. Plinsinga, G. Van Lanschot Hubrecht, V. baron Van Boetzelaar, D. Janssen, jhr. H. Wttewaall Van Stoetwegen, J. Aarts, W. Van Oordt, L. Meyers, P. Labryn, L. Mees, P. Dorhout Mees, G. Worst, P. De Klerck, J. Staal, C. De Vassy en F. Adriani. Benoemd tot hoofdcommies op hunne tegen woordige standplaats do heeren H. Heetjans, te Rotterdam, N. Kikke, te Arnhem, P. Huvers, te Middelburg, en C. Beekman, te's-Hertogen- bosch. Met 1 Oct. a. s. benoemd tot notaris binnen hetarr. Assen, ter standplaats Ernmen, H. J. Oosting, candidaatnotaris en kantonrechter plaatsvervanger aldaar. Met 1 Oct. a. s. benoemd tot directeur der strafgevangenis te Groningen, C. J. Endert, thans adjunct directeur voor het opzicht over den arbeid in de bijzondere strafgevangenis te Leeuwarden. Pensioen verleend aanS. W. Bergsma, wed. D. Van Dyk, postbode, f 67; L. Van Kammen, wed. H. Venema, commies by 'sRyks bel., ƒ231A. Hoogland, wed. van den brieven gaarder A. Dekker, f 175; P. H. Punt, wed. van den commies by 's Ryks bel. G. J. Immink, f 153; den majoor H. N. Boerrigter, magazyn- meester dor artillerie te Helder, 1531 'sjaars. 50.) Maar waartoe zullen wy ons liet hoofd breken over zaken, welke nog in de verre toekomst liggen? Eer Lize aan een huwelijk kan denken, zal neef Albrecht tijd genoeg hebben te toooen dat hij de dwaasheden der jeugd vergeten heeft en ik hem met een gerust geweten mijn kind kan toevertrouwen. Tot dien t(]d zullen wy ons niet bezorgd maken en ook niet daarover, dat de heer Gottlieb Pechmayer voor onze dochter gevaar lijk worden kan; m. i. is dit voorloopig onmogelijk. Door zulk eene dwaze bezorgd heid zal ik mij trouwens nimmer laten be wegen eene onrechtvaardigheid to begaan en myn woorden ontrouw te worden. Ik wil niet ontkennen dat ik het zeer onaan genaam vind mil geen oordeel omtrent het vreemde mensoh to kunnen vormen, mij zelfs he* contrast in z(jno verschijning en wijze van bandelen bedenkelijk voorkomt, ja, ik zelfs liever een anderen gouverneur, minder ge:eerd en meer onbeholpen dan liy, in ons huis zou zier., maar nu de heer Pechmayer eenmaal by ons is en ik verplichtingen tegen over hem heb, moeten die ook vervuld wor den. W(J moeten den gouverneur van ons kind de achting bewyzen, welke Frlts voor hem zal gevoelenw(j moeten hem in onzen familiekring opnemen, ten einde h(j zich op z(jn gemak zal gevoelen en met lust en liefde zijne taak vervullo. Dit alles neemt echter niet weg, dat wü een goed oogje op hem moeten houden. Biykt het, dat hjj z|jn plicht niet vervult, dat hjj het onderwijs verwaarloost of niet in staat is dit tegeven, dan kunnen wij, met het oog op de gemaakte afspraak, hem ontslaan, wanneer wü dit slechts verlangea." „Maar Lize?" „Zal van hem muziekonderwys ontvangorr. Maak u daaromtrent geene onnoodige zorgen. Wilt ge meer dan voorziehtig wezen, dan kunt ge bü het geven van dat onderwys tegenwoordig z|jn. Noodig acht ik bet niet, maar het zal u geruststellen en ge zult spoedig tot de overtuiging komen, dat de hoer Pechmayer voor onze kleine spiing-in- 't-veld volstrekt niet govaarHjk is." Mevrouw Von Osternau was niet zoo onbe zorgd als liaar echtgenoot. Zy weersprak hem echter niet, doch nam zich voor niet alleen bij het muziekonderwys legenwoordig te zjjn, maar ook bjj het dageljjksch verkeer Lize en Pechmayer scherp in het oog te houden. Het was haar zeer onaangenaam aan de mogelijkheid te moeten denken, dat hare dochter voor den gouverneur een ander ge voel zou kunnen opvatten dan dat, hetwelk eene leerlinge voor haren meester moet be zielen. Hare bezorgdheid werd grooler, toen, dra na het ernstige gesprek, dat zjj met haren echtgenoot gevoerd had, Lize en de heer Pechmdyer van hun wandelrit terug keerden, en zij van uit het raam zag, met welk eene ridderlükheid de gouverneur Lize uit den zadel hielp, terwijl het meisje van den gouverneur afscheid nam met een zeer eigenaardig, vriendolük lachje on een Hin ken handdruk. Het kwam mevrouw Von Osternau zoo voor, alsof hare dochter, in het verloop van eenige uren, van een vroolijk, onbeschroomd kind, plotseling in eene jonkvrouwe ver anderd was. Frits, die vooruitgereden was, maar er eenigen tyd aan besteed had, om zijn lief, klein paardje in den stal te brengen en toe te zien, dat het goed gevoederd werd, kwam nu eensklaps wild het woonvertrek binnen stormen. Hy wist zyn vader en moeder inaar niet genoeg te verhalen van den heer Pech mayer, van al de vreugde, welke hy gesmaakt had by het ontvangen van hot eerste onder richt, hoe goed en lief de heer Pechmayer tegenover hem geweest was, hoe hy alles geleerd had en het leoren veel mooier was dan hy het zich ooit gedacht had. Daarna vertelde hy van den wandelrit, hoe de heer Pechmayer met zyn paard van den heuvel naar het veld gerend was en zelfs de heer Storting bleek geworden was van angst; dat de gouverneur daarover gelachen had en deze nog voel beter kon ryden dan zelfs neef Albrecht. Frits was vol bewondering voor zyn gou verneur en gaf daaraan in kinderlyke, doch zeer hartelyke woorden lucht. De heer Von Osternau verheugde zich op recht over dit feit, maar zyne eebtgenoote gevoelde door dit alles hare moederlyke be zorgdheid toenemen. Het was baar in het geheel niet aangenaam, Oat de heer Von Osternau den ouden Hitdebrandt beval den heer Pechmayer uit t& noodigen te acht uren aan do theetafel ie, do gezelschapszaal te willen verscliüneru Zy had liever gezien dat de gouverneur niet zoo spoedig cu niet zso aangezocht, in den engen familiekring werd getVokken. (tVordt venmhi.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1892 | | pagina 1