K°. S986.
Maandag 12 September.
A0. 1892.
(Qouiant wordt dagelijks, met uitzondering
van <gpn- en feestdagen, uitgegeven.
Derde B/ad.
Handenarbeid lluisvlyt.
Leiden, 10 September.
Feuilleton.
Geld alleen maakt niet gelnkkiï.
LEIDSCH
DAGBLAD
PRU9 DEZES COUSANT:
Voor Leidon p«r I moondon.1.10.
Jronoo por pool1.4C.
«ÜtoodwLgko Nommoro..0.06.
PRIJS DES ADVESTENTTÊN:
Ton I—rofolo ƒ1.0». Eodoro royol aoor fllTf.
Grootero letter* nonr plooUroimto. Toor hol
inooueoron bmiton do sUd wordt ƒ0.10 horokond.
Wat moeten mijn kinderen de lange winter
avonden toch doen is een vraag, die menig
ouder reeds over de lippen is gekomen,
by meerderen stellig op de lippen heeft go
z w e e f d.
Is het niet j immer en schadelijk, dat jon-
ins en meisjes van olf, twaalf jaren cn
ouder, 's avonds hun kosteiykcn tyd verspelen
en verspillen tovens?
Jammer is het, omdat er tegenwoordig
veel vereischt wordt om tot eene eenigszins
goede positie to geraken, en de jonge lceftjjd
beneden de twintig dio is, waarin de grond
slag voor hot latero leven gelegd en bevestigd
dient te worden. Na dien tijd is er voor
velen van leeren in do beperkte beteekenis
geen sprako meer en beklaagt men zi.h
BikvriJls te laat.
De jeugd nuttig te besteden, ook iedereen
is hot er mee eens; en weldenkende ouders
doen ook al het mogelijke om hunne kinde-
jen daartoe te brengen. Vandaar dat ze wor
den gezonden naar de eene of andero school,
waar men meent, dat, met het oog op do
toekomst, het best© onderwijs wordt gegeven.
Doch om 4 uren zijn deze lessen afgeloopen,
■en nu kan men don onderwijzer wel vragen
em huiswerk voor zij no kinderen, on deze
2al tot bot geven daarvan in vele gevallen
wel éénogen zijn, maar het ia onmogelijk,
onbilly c en voor do harmonische ontwikkeling
schadelijk, do jeugd te dwingen, ook nog den
geheolcn avond met het hoofd werkzaam te zijn
Do hand heeft ook zyae rechten.
Voor afwisseling moet worden zorg ge
dragen. Er moet iets „gewerkt" worden, zoo
als mon dat noemt, wat met de handen,
mot liet lichaam, niet zelden met behulp van
meer of minder krachtsinspanning voiderende
gereedschappen, wordt uitgevoerd.
Gelukkig dat de jeugd en in dit opzicht
duurt de jeugd nogal lang gaarne op dio
manier bezig is.
Onze jongens en meisjes „knutselen" graag.
Dat zo hot meestal niet ver in deze „knut
selarij" brengen, ligt in het gebrek aan lei
ding.
Hun eigen verstand on fantasie, in verband
met de trap van ontwikkeling, waarop ze
staan, zyn de eenige factoren, dio de uitvoe
ring van oen werk beheerschen.
Het is dus zaak in de grootero stelen,
Amsterdam, Den Haag e. a., ook in kloinore
plaatsen als Hilversum, heeft men dit reeds
begrepen dat onze jeugd in het gebruik
van verschillende gereedschappen worde ge
oefend. Vandaar de oprichting van scholen
voor handenarbeid.
Hierbjj stelde men zich ton doel de jongelui
vaardigheid to verschaffen in het gebruik van
allerlei in het dagelykse'n leven voorkomende
werktuigen, als mes, liniaal, schaar, zaag,
beitel, hamer, enz. hetgeen trouwens
tevens eon gooden invloed oefent op allen
arbeid, welke lator verricht moet worden tot
onderhoud van zich en zyn gezin.
Velen zullen met de handen hun brood
moeten verdienen; hoe vaardiger men is,
hoe meer kans er bestaat op een ruimer
aandeel van don levensdiscb, dan velen to
beurt valt.
Niet alleen dat, zooals wij opmerkten, de
handenarbeid van ovorwegend belang is voor
hen, dié „met het hoofd werken", a!s eene
gepaste, nuttige, aangename en gezonde af
wisseling, tevens als bevorderaar der harmo
nische ontwikkeling;
en voor hen, die door lichaamsarbeid later
in hun onderhoud zullen moeten voorzien,
voor zoover het nl. voor allerlei werkzaam
heden beter geschikt maakt, en op zichzelf
eenigszins do inkomsten kan vermoerderon
door den verkoop van de artikcloD, welke in de
vryo uren gemaakt worden
maar het draagt ook zijn nut in dan
arbeid zelf.
De werkgevers weton zcor goed, dat niet
de beste werklieden to vinden zjjn onder de
lieden, zooals mon die ovoral, vooral in u*
groote steden, aant-refr, die dagen achter olkaar
niet werken; alleen ovor do leuning «ener
brug geleund met elkaar over alles en nog
wat rodeneeren, pjpjes roöken en wat dies
meer z\j; maar wel zyn zy te zoeken
ondor hen, die gcrogcld werken, liever
nog onder hen, dio aan geregeld-en arbeid
gewoon zyn.
Zonderling; zoudt gj niet veeleer denken
dat zy, die dagen gerust hebben en nu eens
eon dag werk krijgen, veel meer geschikt zijn
dan anderen, die geregeld 's avonds hunne
vermoeiende leden tot rusten nederleggen?
"Weet gy, hoe dat komt? Door niets
doen komt er een flauwe geest, een soort
lantcrigheid in don mensch, welke hy moeilijk
en dan nog alleen door geregelde» arbeid
overwint.
Men moot aan arbeid gewoon raken.
Dit geldt voor allen, ook voor hen, dio „met
hot hoofd" werken. Iemand, dio geregeld stu
deert, voert op een avond meer uit dan een
ander, die ook eens een boek ter hand neemt,
na geruimen tyd zich van studie onthouden
te hebben.
WD moeton dus onze kinderen, meisjes
zoowel als jongens, aan nuttigen arbeid ge
wonnen, ook omdat dit veel kwaads kan
voorkomen.
Een monsch, vooral een joüg mensch, wil
iets te doen hebben; zyn geest, ook zyn
lichaam, wil bozig zyn. De ouders, onderwij
zers en andore opvoeders dienen te zorgen,
dat deze aandrift worde geleid in eene goeie
richting, want o, als zo niet goleid wordt!
Niets is ter bostrijding van ledigheid met
allo schadolyke gevolgen daarvan, zooals wy
die dagelijks in onze maatschappij kunnen
waarnomon en ter bevordering der goede
eigenschappen notheid en andere, boven om
schreven, buiten hetgeen daartegen reeds ge
daan wordt, beter in staat, althans voor zoover
my bekond, dan het ondorwys in handen-
arboid, zooals dat roeds in Zweden op alle
scholen, in ons land in de groote steden
door afzonderlyke onderwijzers en op enkele
voorname kostscholen wordt onderwezen.
Deze overwegingen, gevoogd by andere van
meer paedagogischen aard, waarvan de be
spreking hier minder op ayno plaats is, heb
ban scbryver dezos or too geleid, zich vai
handenarbeid op do hoogte stellen, voor-
namelyk wat botreft den arbeid met bord
papier (carton), omdat deze grondstof zich
gemakkelijker laat bewerkén dan hout, yzer
en dergelyke.
n<,t oartonvr«rk ver&enaic cien jongelui
esue handigheid, welke by latero beworkiag
van hout o. d. zeor to pas komt, terwyl de
voorwerpen, omplakt met het een of ander
sierpapier en den een of anderen rand, ge
tuigonis kannon afleggen van goeden smaak
cn zeer bevorderlik zyn voor hot aankweeken
van netheid, een der goede Oad-Hollandsche
eigenschappen.
Ik noem b. v. van do modellenbladwijzers,
cache-pots, opgeplakto platen, boekjes inge-
bondon, leien, schilden van scheurkalenders,
porlretiyston, portefeuilles met losse en vaste
bladen, biiovenhangers, bakjes, stofdoekbakjos,
doozen in verschillende vormen, flesschen-
bakjes, presenteerblaadjes, bloemenmandjes,
horlogestandaaid, apothekersdoosjes, spaarpot,
lessenaar enz.
Dat daarbij Get teekenen, op school ge
leerd, zeer te pas komt on ontwikkeld wordt;
dat d9 vormleer goode diensten bewijst, omdat
alle vormen eerst moeten worden uitgeslagen
en zuiver, zeer zuiver moeten worden gecon
strueerd, behoeft geen botoog.
Jougaigo timmerlieden, opzxhters, archi
tecten enz. krygen hier op aanschouweiyke
wyze door zelf-doen oen helder inzicht in den
bouw van verschillende lichamen en leeren
in teekening eene groote mate van nauwkeu
righeid betrachten, omdat zolfs de kleinste
fouten direct aan het voorwerp worden opge
merkt.
Het is dus werkelyk te hopen dat do belang
stelling in deze zaak meer en meer toeneraef
"Wassenaar, 10 Sopt. 1892. M. Peereboom.
Tot deelnoming aan do vrye oefeningen ia
den wapenhandel voor den cursus 1892/93
van 1 October tot uit0. Februari hebben
zich in de gemeente Alkemade aangegeven
32 jongelingen, van wie sommigen ook reeds
den vorigen cursus hebben medegemaakt.
Bij resolutie van den minister van finan
ciën is benoomd tot commies ter directie der
rogistratie on domeinen to Leeuwarden, P.
A. Van der Scheer, surnumerair der regis-
tratio en domeinen te Groningen.
Den rechthebbenden op do nalatenschap
van E. Benk, laatstolyk matroos aan boord
van het Noorsche schip „Rota", volgens opgave
in 1869 hier to lande geboren en den 14den
Doe. 1891 overleden, welke nalatenschap da
som van pd. st. 4.16 bedraagt, wordt verzocht
zitih, ouder overlegging der noodige bewjjs-
BLUhhvii, VU liüC Ucpai LOLueiiL uuiieiiiuiiascno
zaken aan te meidon
Dr. Nuyons, schoolopziener in het arroa-
dissement Medomblik, heeft, tegen 1 November
a. s. ontslag gevraagd uit zijne betrekking.
By kon. besluit van 30 Aug. jl. zyn.
bepalingen vastgesteld betreffende do vry-
stolling van min of meer geoefende militie-
plichtigen voor do lichting van 1S93. Aan
hen, dio vóór hunno inlyving door vrijwillige
oefening in don wapenhandel reeds eone
zekere mate van geoefendheid hebben ver-
kregon, kan, voor zoover zy in Maart worden
ingelyfd en by een onbereden corps ingedeeld,
dadolyk by do inlyving een verlof worden
verleend tot 3 April 1893. De tyd voor eerste
oefening wordt tot op negen maanden vermin
derd. Ter uitvoering van dit besluit heeft de
minister van oorlog eene verordening uitge
vaardigd, wolko in Nr. 208 der Staatscourant
is opgenomen.
62.)
Hier waren do maaiers yvorig bezig, daar
harkten en keerden vrouwen, meisjes en
kinderen met lango barken bet hooi. Op een
ander gedoolto van bet land werden de wagens
J"ij hoog geladen, dat vier sterke paarden
al hunne kracht moesten aaDstrengen,omde
zware voertuigen over bet heuvelachtig ter
rain naar don kotten landweg, welke naar
het kasteel Osteraau leiddo, te brengen. Al
de arboidskrachten van Osternau en do daar
toe behoorende dorpen waren hier bijeenver
zameld, om den rykon zegon van den dit
jaar voortreffelyken hooioogst in veiligheid
te brengen.
Met onverdroten vljjt arbeidden de lieden,
bestaande uit mannen, vrouwen en kinderen,
niettegenst,nde de geweldige hitte. Het was
er om te doen het gowonren hooi zoo snol
mogelijk in de bergen te krjjgen, want reeds
sedert eenige dagen vertoonden zich dos
avonds aan den horizon donkere wolken, welke
Wel '.veder verdwonen, zoodat den volgenden
morgen do zon opnieuw in al hare ptgicht aan
den hemel schitterde, maar niettemin konden
beschouwd worden als do voorboden van
zwaar weder en tot bespoediging van den
arbeid noopten. Ook heden vertoonden zich
van die wolkende arbeiders zagen die mot
vreeze on verrichtten hun werk met nog
meer haast dan gewoonlijk.
„Heden zal het nog wel droog bljjven,
maar morgen, hoogstens overmorgen, krijgen
wy bepaald zwaar weder", antwoordde een
oude arbeider op de angstige vracg, welko
tot hem niot met den mond, maar met de
oogen gericht werd; als hot nog maar twee
dagen zulk weder blijft, hebben wy het
gewonnen."
Ja, het was noodig allo krachten in te
spannen, om den oogst in veiligheid te bren
gen, daar do Oster eene verraderlijke rivier
kon genoemd worden. Zy vlood nu kalm on
rustig door het weelderige hooiland, maar
wanneer de zwarte onweerswolken zich in
hot gebergte in zw.tro regenbuien ontlasten,
stortto zy zich plotseling als een wildo, mach
tige stroom in het da! neder en overstroomde
de woiden, waardoor z<j begrensd word, alle
gevestigde hoop op het verkrijgen van eon
gooden oogst vernietigende.
„Ts het uitzicht van hier niet prachlig?"
had Lize gevraagd.
„Bijzonder prachtig", antwoordde Bgon,
lucht gevende aan do gevoelens, welke hom
in dit oogenblik bezielden. Het breede,
lachende dal mot zijn in den feilen zonne-
schyn glinstoronden vloed kwam hem inder
daad wonderschoon voor. Hy had dit woord
nauwolyks geuit, of kwam tot het bewust-
zyn, door het uitspreken daarvan, met zich-
zelven in tegenspraak te zgn gekomen. Hoe
had hy smaak kunnen vinden in den aan
blik van een vriendelijk landschap? Een door
de zon hel verlicht, vreedzaam, schoon dal
was hem steeds voorgekomen als hot top
punt van landolyke verveling. Mot waar ge
not had hy slechts de wilde rotspartyen in
het gebergte, do v.-rgezichten van de sneeuw-
ketens der Alpen beschouwd. Hoo wilder en
grootscher de natuur was, des te schooner
kwam zij hem voor. Het grootste gonot ver
schafte hem eon onweder in liet gobergte.
Wanneer de bliksemstralen als het ware
voor zijne voeten vielen, do donder rolde en
de storm raasde, dan gevoelde hy zich go-
lukkig, vloog het bloed hem snellor door de
aderen. En lieden? Hoe kon hem hu hot
eenvoudige, kalme landschap, waarop hy mot
Lize neerzag, zoo buitengewoon schoon voor
komen? Was hy dan in het vorloop van
enkelo uren een geheel ander mensch ge-
j worden? Was in zyne eigen ziel misschien
oen lichtende en verwarmende zonnestraal gi-
vallen, welke hem ontvankoiyk gemaakthacl
voor het schoon van eon zeer gewoon land
schap, con beeld, by do aanschouwing, waar
van hy gisteren zich nog verveeld en het
gelaat zoo spoedig doeniyk afgewend had.
Een beschamend gevoel bekroop hem, dat
hy zich onwillekeurig zoozeer aan do macht
van hot oogenblik overgaf, dat dit zulk eon
druk op hem kon oefenen. Hy gevoelde er
ais het ware berouw over geheel aan zyne
vroegere inzichtsn ontrouw te zyn geworden,
omdat nu ja, alleen omdat een paar
mooie, blauwe kinderoogen met verrukking
naar het kleine, vtrvelc-nde landschap, dat aan
zyne voeten lag, keken. Ja, ook onboteeke-
nond en vorTelend k»vam hem plot6oling
zyne botoovoring voor. Eensklaps was zy
verdwenen, de in zyne ziel gevallen licht
straal gebluscht.
Een ruiter kwam van uit het hooiland
naar het heuveltje gereden. Hot was do heer
Storting. Reeds van verre deed hy zjjn wel
komstgroet hooren. Toen hy echter den top
van het heuveltje bereikt had en naast
Egons paard het zyne plaatste, zag hy den
gouverneur met de grootste verwondering aan.
Wordt vervolgd.)