LEIDSOH
DAGBLAD.
N°. 9951
Diiisdilg 2 Augustus.
A0. 1892.
(Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van fon- en feestdagen, uitgegeven.
Tweede Blad.
Leiden, 1 Augustus.
Burgerlijke Stand.
Feuilleton.
EEN HAR DE STRIJD.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Lolden per 3 maanden.ƒ1.10.
Franco per post1.40.
Afzonderlijke Nommers0.05.
PRIJS DER ADVERTENTIÈN:
Tm» 1—0 regela ƒ1.05. Iedere regel meer 0.17J.
Qrootere letters naar plaatsruimte. Yoor het
incasseeren buiten de stad wordt ƒ0.10 berekend.
Door den Rector van het Gymnasium is
B. en Ws. verzocht de jaarlyksche promotie
en prfisuitdeeling voortaan wederom te doen
plaats hebben in de Gehoorzaal, evenals vroeger,
toen de oude Gehoorzaal nog bestond, terwyl
na het verbranden van die zaal het gebouw
der Loge voor de promotie werd gebruikt.
Tegen de inwilliging van het verzoek bestaan
b\j B. en Ws. geenerlei bezwaren, zoodat zy
den gemeenteraad in overweging geven hen
te machtigen de bovenzaal van de Gehoorzaal
voortaan voor de promotie en voor de prjjs-
uitdeeling van het Gymnasium, zoolang de
laatste behouden blyft, beschikbaar te stellen.
Op de voordracht ter benoeming van eene
onderwyzeres aan de openbare lagere school
in het dorp te Voorschoten zjjn geplaatst:
No. 1 mej A. Sytsma, te Gouda, No. 2mej.
J. M. Do Kroes, te Schiedam, No. 3 mej. A.
De Bruin, te Enkhuizen, No. 4 mej. M. E.
Toussaint Delincóe, te Monster, No. 5 mej.
J. A. Van Spengen, te Ter-Aar.
De patentbladen over het dienstjaar
1892 1893 kunnen door de patentplichtigen
te Woubrugge, tor secretarie dier gemeente
worden afgehaald van af 11. Zaterdag 30 Juli,
tot en met Zaterdag 6 Augustus a. s.,'s voor
middags van 9 tot 12 en 's namiddags van
1 tot 3 uren.
Het gerucht, alsof de maatregel dor
perronkaartjes aan de stations der Staats
spoorwegen weder zou worden afgeschaft,
is, zooals het „Centrum" van welingelichte
zyde kan berichten, een loos gerucht.
Twee leden der Remonstrantsche ge
meente te Hoogeveen hebben ieder f 500
toegezegd voor het aldaar te stichten kerk
gebouw.
Biykens bericht van Hr. Ms. gezant te
Brussel is de invoer van Nederlandsch rund
vee in België, behalve langs Esschen, Stroo-
brugge, Selzaete, Clinge, Tromp en Staak, van
30 Juli af ook geoorloofd langs het douane
kantoor van Santvliet.
Naar aanleiding van herhaaldeiyk in het
buitenland voorkomende moeilijkheden vestigt
de min. van buitenl. zaken de aandacht van
belanghebbenden op de wenschelykheid, dat
zoowel personen, die tydeiyk in het buiten
land verblijven, als zy, die aldaar voor langeren
tyd gevestigd zijn, in het bezit zijn van een
of ander officieel stuk, waardoor zy op ieder
oogenblik hunne identiteit kunnen bewijzen.
De minister van binnenlandsche zaken
heeft alle havens aan de Zwarte Zee en aan
de Zee van Azow en de havens aan den Donau
van den mond dier rivier tot en met Braïla,
alsmode Beyrouth en Jaffa, en alle havens
aan de Syrische kust, tusschen die beide
plaatsen gelegen, wegens Aziatische cholera
besmet verklaard.
De ministers van binnenl. zaken en van
financiën brengen verder ter algemeene kennis,
dat met ingang van 2 Aug. a. s., de in- en
doorvoer van lompen, gebruikte kleeding-
stukken en ongewasschen lyf- en beddegoed uit
Rusland en uit Aziatisch Turkye verboden is
bagages, door reizigers medegebracht, zyn
onder dit verbod alleen begrepen voor zoover
betreft ongewasschen lyf- en beddegoed.
Gemengd Nieuws.
De Haagsche rechtbank veroor
deelde het 22-jarig meisje C. v. H., dat ver
schillende sieraden ontvreemdde, o. a. ten
nadeele harer grootmoeder, tot 1 jaar en 6
maanden; den schippersknecht C. K., die uit
het vaartuig van zyn baas een bankbiljet
van 40 en twee rijksdaalders ontvreemdde,
tot 6 maanden; A. v. d. L., huisvrouw van
C. v. D., die by hare buren, toen dezen naar
de kerk waren, een rijksdaalder wegnam, tot
2 maanden; F. H. T., metselaar te Delft, en
H. v. d. W., sjouwer te 's-Hage, beiden wegens
wederspannigheid resp. tot 7 dagen en 1 maand
gevangenisstraf.
De Duitscher G. F. F. v. B., die terecht
stond wegens diefstal van twee horloges uit
eene woning aan de Poeldyksche straat, te
's-Hage, werd daarvan vrygesproken.
De Hooge Raad heeft verworpen
de volgende cassatieberoepen:
lo. van G. H., arbeider te Deventer, tegen
zyne veroordeeling door het Hof te Arnhem
tot 11 maanden gev.- straf wegens diefstal;
2o. van C. v. V. en H. J. H., tegen een
arrest van hetzelfde Hof, waarby zy tot 1
jaar gev.-straf zyn veroordeeld wegens dief
stal van stroo te Apeldoorn; en
3o. van J. H. en F. O. E., door hetzelfde
Hof veroordeeld, resp. tot 3 en 1 jaar wegens
mishandeling.
Zekere B. was voor de derde
maal als soldaat gedoserteerd en hield zich
in Duitschland by Nieuweschans op. De mare
chaussee te N. wist, dat B. op Statenzyl, in
Nederland, een schip zou helpen lossen en
daarom gingen twee hunner in burgerklee-
ding er op uit. Men vond B. in het ruim,
doch nauweiyks had hy de mannen der wet
gezien, of hy sprong over boord, om aldus
den Duitschen bodem te bereiken. De mare
chaussees sprongen hem direct achterna en
arresteerden hem in het zilte nat!
Kermispret! By eene vecht-
party op de kermis te Roosteren, tusschen
bewoners van Susteron. en Maeseyk, heeft
een persoon niet minder dan tien wonden
aan het hoofd en eene snede in den hals be
komen.
Te Haastrecht zyn drie kin
deren al spelende te water geraakt. Slechts
één daarvan werd met moeite gered.
Wie doet het haar na? Te Hees
(by Nymegen) hoopt de wed. Otte morgen
haren 104den verjaardag te vieren.
De hoogbejaarde vrouw is goed gezond,
helder van verstand en verricht nog dage
lijks hare huishoudelyke bezigheden.
Men meldt uit Koevorden aande
„N. R. C.":
Donderdag brandde te Ane eene landbouwers
woning met bijgebouwen, van J. Beltman, tot
den grond toe af. De brand breidde zich zoo
snel uit, dat aan redden niet te denken viel.
Geen enkel stuk vee is behouden gebleven.
De eigenaar, die daartoe nog pogingen aan
wendde, verkeerde weldra in zoo benarden
toestand, dat de inmiddels toegeschoten buren
hem niet dan met moeite en met brandwonden
overdekt, daaruit konden verlossen.
Het vierjarig zoontje van M.
VerkJejD te Reeuwyk, is in eene sloot gevallen
en verdronken.
De viering van den 4den Juli,
het onafhankelykheidsfeest in de Vereenigde
Staten, to Chicago, had, zegt „De Nederlan
der", hare schaduwzy. „Reeds den 3den was
de kleine Amie Weber door het onvoorzichtig
afschieten van een kanon gedood en de
22-jarige Hendrik Linnie bezweek Maandag
aan brandwonden, op den voorafgaanden Zon
dag opgedaan. Op den feestdag zei ven viel
Teunis Isbester Jr., die als lid der „Evenston
Boat-Club" een tochtje op het meer zou doen,
waarop het aan vuurwerken niet zou ont
breken, als slachtoffer van de ontploffing van
eehe kist met zulk tuig, door eene vonk uit
de stoompijp veroorzaakt. De 85-jarige Char
les Horn ligt, worstelende met den dood, op
het bed ter neer. Hoewel in zyn huis, boven
op eene trap gezeten, trof een kogel zyn
rechterslaap. Twee buren waren op het erf
van het huis zyns buurmans aan het schyf-
schieten. Charles Miller joeg zyne eigen vrouw
een kogel in de heup, die, boven de knie
weer uitkomende, eene niet onbedenkelijke
wonde veroorzaakte. Der 16-jarige Lena
Basgalena werd een oog uitgeschoten. Bloomy
Tielage, een 15-jarig meisje, kreeg van zekeren
Rudolf Bussard, voor haar huis staande, een
kogel in de borst, welke er echter door eene
bekwame heelkundige hand weer uitgetrokken
werd. Onderscheidene winkels, waar vuur
werken te koop werden gepresenteerd, leden
brandschade."
Met dat al, troost het blad, is de lyst der
heel en half verongelukten dit jaar niet zoo
groot als andere jaren.
Een werkman v o n d o p d e P1 a c e
de la Concorde te Parys eene blikken bus,
waaruit eene lont stak. Hy was zoo onvoor
zichtig de bus mee naar huis te nemen,
waar zy ontplofte; de man is ernstig gewond.
Sarah Bernhardt heeft tydens
haar kort verbiyf te Londen 7000 p. s. ver
diend.
INGEZONDEN.
Mijnheer de Redacteur l
Verzoeke beleefd eene kleine plaatsruimte
in Uw geacht blad voor eene vraag.
Zoude er nl. geene mogelijkheid bestaan dat
de Rembrandtstraat vanwege de stadswerk -
lieden of wel op last van de aannemers der
levering van hooi en stroo, een weinig in
zindelyken staat worde gehouden, want er
komen door genoemde straat zeer nette inge
zetenen, en er wonen er ook.
By voorbaat dank voor de plaatsing, noem
ik my, Een Abonné.
ZOETERWOUDE. G eb or on: Jan Cornelia, z.
van J. C Oaijkema on H. W. M. v. d. Hoyden. Anna
Willemyntjo, d. van C. Hoogondoorn en M. Codce.
Jane Isabella Thérusa, d. van G. Van Zwioten on
J. A. Poptle. ADDa Maria, d. van B. Paardenkooper
en A. J. Lagerborg.
Gehuwd: N. J. C. Schermerhom jm. 25 j. mot
A. C. Lulofts jd. 19 J.
Overleden: Barbara Adriana Van Yelzen 2 m.
Simon v. d. Willik, wednr. van J. Schuur, 85 j.
Johan Schregel, 1 m.
VOORSCHOTEN. Ondertrouwd: Andrie3 Jans
Veldhuis 36 j. en Wilhelmina Hausser 35 j.
G o b o r e n Antonia Maria, d. van Jan Willem
Eigeman en Jaapjo Dogoling. Johanna Gezina, d.
van Jan Dirks en Suzanna Dobber.
LISSE. Ondertrouwd: Maarten Marinua Bol-
luijt, Jm. 30 j., en Neeltje Dorrepaal, jd 2i j.
Geboron: Cornelia, z. van D. Vergunat on C.
L. Kulk. Maria Cornelia, d. van J. v. d. Wilk
en P. E. v. d. Wilk. Maria, d. van N. Kora on
H. O. Sanders. Christina Maria, d. van A. Groe
nendijk on A. Boot. Helena, d. van Alberta Van
Dieat.
Overleden: Hugo Kranenburg, echtg. van C.
Kleywog, 59 j. Leveul. aangeg. z. van Geortruida
v. d. Baseelaar.
12.)
Mevrouw Van Wijngaarden trad binnen,
terwjjl Mathilde, gevoelende dat het bezoek
niet haar gold, naar boven ging.
„Ik kom u toch niet storen?" vroeg de
bezoekster aan Martha.
„O, volstrekt niet, integendeel, ik ben zeer
verheugd, dat ge mjj eens komt opzoeken.
Sinds het overladen van mijn man is het
hier zoo stil geworden. Daarom doet het mij
groot genoegen, als iemand uit oude vriend
schap nog eens bi) ons komt."
„Ja, ik wil gelooven, dat gij u eenzaam
gevoelt; ik beb het, helaas, ook zelve onder
vonden Wie had ooit kunnen denken, dat uw
man zoo spoedig uit den tyd zou zyn! My
dunkt, ik zie hem nog altyd in zyne gewone
vrooiykheid op het avondje by Van den
Hoogen zitten."
Martha wischte een traan uit hare oogen.
Hare bezoekster scheen iets gewichtigs te
willen zeggen, want zy trok haar gelaat
zóó ernstig samen, dat Martha haar ver
baasd aanzag.
„Ja, en met dien Van den Hoogen is het
ook spoedig veranderdwie zou dat ge
dacht hebben!"
„Wat?" vroeg Martha haastig, „hy is toch
niet overleden?"
„Neen, dat nu niet, maar eene ramp heeft
hem getroffen, die onherstelbaar is."
„Arnold is toch niet gestorven?" vroeg
Martha snel en zag met vreemden blik hare
vriendin aan.
„U schynt het dus nog niet te weten",
antwoordde mevrouw Van Wyngaarden, die
haar geheim te groot vond, om het zoo
spoedig mee te deeien. „De geheeie stad is
er anders mee bekend."
„Maar wat is er dan?" drong Martha
weder aan.
„Ge moet dan weten dat Van den Hoogen
voor eenige weken naar het zuiden van
Frankryk trok, om daar eenigen tijd door te
brengen. Hp had de onvoorzichtigheid Monaco
aan te doen en heeft daar aan de speelbank
meer dan de helft van zyn vermogen verloren.
Het is allertreurigst!"
Martha antwoordde niet aanstondsplotse
ling kreeg zy een gevoel, dat naar leedver
maak zweemde.
„Mevrouw Van den Hoogen zou dus ge
fnuikt en haar trots gebroken zyn",
dacht zy.
„En hoe zou het gaan", vroeg zy belang
stellend, „zou Arnold student blyven?"
„Men zegt dat het niet meer mogelyk is;
waarschyniyk komt hy reeds de volgende
week thuis, om eene andere loopbaan te
kiezen. Het zou zeer jammer voor hem
wezen I"
Martha werd vreemd te moede; op den
bodem van haar hart voelde zy diep mede-
iyden met den jongen, want tegen hem had
zy niets. Doch dat edele gevoel werd onder
drukt door een ander, minder edel; zy zou
gaarne die onuitstaanbare mevrouw Van den
Hoogen vernederd zien.
Mevrouw Van Wyngaarden was thans haar
doel naby.
„Ik vrees", zoo begon zy, „ik vrees dat
er nu van een huwelyk tusschen Mathilde
en Arnold weinig komen zal, ofschoon, naar
het gerucht loopt, gy uwe toestemming reeds
gegeven hebt."
„Dat is eene infame leugen I" antwoordde
Martha geraakt, terwyi zy tot groot genoe
gen van hare vriendin beet aan het aas, dat
deze haar toewierp.
„Integendeel, ik ben er nooit vóór geweest.
Niet, dat ik iets kwaads van Arnold wil zog
gen, neen, het is een flink jongmensch,
maar.
Hier bleef zy steken, alsof zy den waren
grond niet durfde noemen.
„Nu, ik heb er ook altyd weinig geloof
aan geslagen, te meer, daar ik Arnold beter
ken dan hem lief is."
„Wat?" vroeg Martha haastig; „ge wilt
toch niet zeggen dat hy.
„Ja, ziet u, een ander zou ik het ver-
zwygen, maar ik beschouw het als plicht het
u mee te deelen. Gy weet dat Arnold by
myne zuster Christina in den kost is. Nu,
van baar heb ik vernomen, en ik mag er
dus niet aan twyfelen, dat hy Mathilde slecht
behandelt. Althans, indien er tusschen hen
iets meer dan vriendschap bestaat."
Hier wachtte de spreekster af, wat Martha
zeggen zou.
De vrouw des huizes begreep hare gast en
antwoordde openlyk;
„Ja, méér dan vriendschap, want, zooafs
ik reeds zeide, zy wachten slechts op myno
toestemming tot hunne verloving."
Vervolg ommezijde.)