A". 1892.
fiourant wordt dagelijks, met uitzondering
van fen- en feestdagen, uitgegeven.
Derde Jilnd.
I ome Iiuwelijksailvorfnilii' uitwerkte.
9903.
Dinsdag 7 «Juni.
LEIDSCH
DAGBLAD.
PHUS DEZER COURANT:
foor Tuition p«r 8 maacdon1.11.
frtoco per post.1.40.
UwU fl#k« NoruiD«r»0.0ft.
FEUS DEK ADVEKTENTIÉN:
tab 1—0 regeli ƒ1.05. Iedor» regel meer ƒ0.171.
(Jrootare lettere aa&r pliataruimte. Teer hel
laoaeaeerea bulten 4e iu4 wordt ƒ0.10 Oereaend.
lolcmatfJonale Spor«en(oonste!llng
cc Scheveningen.
III.
Het terrein, waarop nu do gebouwen en
j inrichtingen dezer tentoonstelling zijn ver
en, was tot vóór weinige maanden eeno
n. zandige vlakte achter hot Hotel Alteburg.
let tentoonstellingsgebouw maakt front
'jgr het Kurhaus, en is uitermate gunstig
plegen voor de bezookers. De Haagscho
jicnwa;'maatschappij heeft haro eindstations
paarden- en electrische baan links en
ghts van den hoofdingang en het station
ra de Staats-Stoomtram is op honderd pas
Jtand. De diepte van het gebouw is zoor
togryk, maar men kan die slechts aan
>e ztjuo waarnemen, als men met de stoom-
am voèrbyrijdtaan den anderen kant is
kou 1 en reuzengebouw .achter de villa's
rborgGn.
De voorgevel draagt gohoel een decoratief
.rakter en is in breedo, groote partijen
gevat. In het midden bovindt zich een
boog, voorzien van lichtramen. Do
ofdingang, welke eene afmeting heeft van
by 9 meter, is gedeeltelijk door een uit-
louwd tochtportaal betimmerd. Deze boog
irdt geflankeerd door twee torens ter hoogte
42 meter, te zamon eeno breedte van
j motor, welke de hoofdhal uitwendig doen
iel.. Aan beide zijden van den hoofd-
vindt men een tusschengevol van 20
waarin hoofddeuren toegang geven tot
zijhallen, waaraan wederom aan boide
fen de 10 meter brcede feestzalen grenzen,
vJjoensgowyzo uitgebouwd en met eene
tornado voorzien.
k hoogte van de hoofdpartij is 2S meter,
tde zijpartijen 12 meter,
to gevel draagt in zijne decoratieve op vat-
ooo monumentaal karakter; klassieke
nen zijn er op toegepast, terwijl de ver
eende velden met emblemata versierd zyn
cskkelyk jacht, visschery en sport,
a het fries boven den grooten boog is
to beschildering aangebracht, voorstellende
wedren uit don Romeinschen tyd, en in
kpanoelen onder de frontons dor torens
tafereelen, ter. linkerzijde voorstellende
wildo-zwynenjacht en ter rechter oen
Écht op Scheveningen, het visschersdorp.
I deze wyze zyn de drie hoofdafdeelingen
expositie in den voorgevel weergegeven.
Voorts ziet men aan de zijkanten boven de
groote monumentale lichtramen allegorische
voorstellingen van jacht en sport.
Aan den voet der torens staan piëdestallen
rnet decoratieve schepen (voorstovens) en
voorts versierd met verschillende scheops- en
visscherswerktuigen, o. a. in gebruik bjj de
schrob- on baringvisscherij.
Ter bekroning van den hoofdgevel is boven
het geschilderde Nederlandsche wapen een
kolossaal beeld geplaatst, voorstellende de
Faam met eone bazuin in de hand en omgeven
door verschillendesoorten vansportgereodschap.
Naast den hoofdingang staan voetstukken
met fraaie, groote herten in brons, uitsluitend
over deze tentoonstelling vervaardigd door de
firma F. "W. Braat, te Delft.
Op de hoeken der torens zijn griffioenen,
fleurons enz. als bekroningsmateriaal aan
gewend.
In de tusschengevels zijn de benedonvakkon
met wapen-emblemata versierd en donisvor-
migo paneeltjes mot sporttropeoön beschilderd.
De feestzalen, door Dorische colonnades
omgeven, zyn met Pompejaansche kleurbe
schilderingen vorsierd, terwijl daarboven zeer
fraaie beelden preken, voorstellende de jacht,
visscherij, schiet-, athletiek- en andere sport.
De zijgevel is 255 meter lang en wordt
aan de eene zyde afgebroken door de biblio
theekgebouwen en de zalen voor Schoone
Kunsten, welke alle sprongsgewijze zyn ge
bouwd ora licht en schaduw jn de lange zaal te
verschaffen, terwijl aan den anderen kant
de geheel met gaanderijen en tal van maga
zijnen en andere gebouwen omgeven tuin
grenst.
In het midden zijn flinke nooduitgangen
met breedo bordossen gemaakt.
Ontworpen door den architect W. B. Van
Lielland, is dit gebouw onder zijne leiding
binnen vier maanden (ijds verrezen en met
al de annexen tijdig voltooid.
Het gehoele voorterrein is omgeven door
een ijzeren hek met breeden middendoorgang,
terwijl men buitenom door eon afzonderlijken
ingang naar den tuin kan komen en naar
de bureaux.
Wanneer men door den hoofdingang het
gebouw binnentreedt, komt men in eene
ruime vestibule, aan weerszijden gedecoreerd
met prachtigo wapentropeeën van het corps
grenadiers en jagers, welke daar eene eere
plaats innemen. Ter linkerzijde heeft men do
salons voor de Koninginnen en vorstelijke
bezoekers welke echter nog gesloten zijn
en ter reebtorzyde de vertrekken van den
Regeerings-commissaris der tentoonstelling,
den hoer baron Van Brienen van de Groote
Lindt, en het Persbureau, waaraan het publiek
telephoonstation grenst, terwijl het post- en
telegraafkantoor aan de overzijde is geopend.
De groote ruimte is in drie door zuilen
afgescheiden gedeelten gesplitst: eene groote
middenhal en twee zijhallen, welke in even
wijdige deolen de verschillendo groepen be
vatten.
De eereplaats, vlak tegenover den hoofd
ingang, is afgestaan aan Scheveningen, dat
eone met witte en zwarte netten sierlijk ge
drapeerde pink tentoonstelt met alle tot de
visscherij beboorende voorwerpen. Aan de
versiering is veel zorg besteed, evenzeer als
aan de daarop volgende inzending van Vlaar-
dingen, dat een klein model visschersvaartuigin
volle zee tentoonstelt te midden van eene deco
ratie van touwen, vaten, gereedschappen enz.
Op deze tentoonstelling maakt de reeds
vroeger door ons uitvoerig beschreven inzen
ding van de firma Sanders en Co., zeepfabri
kanten te Leiden, bestaande in eeno kolossale
monumentale zuil van zeep in verschillende
kleuren en vormen, zooals verwacht werd,
oen waarlijk grootschen indruk.
Verder voortgaande aoor de hoofdhal komt
men by do afdeeling rijsport, waartoe o. a.
behoort de inzending van het departement
van oorlog van de harnachementen der be
reden wapens, langs tal van inzendingen op
het gebied van watersport, athletieke sport,
jacht- en schietsport, sneeuw- en yssport.
Ter zyde van deze laatste groep is do berg
sport, met eene goedgeslaagde nabootsing
van gletscher-bestyging. Aan dienzelfden lin
kerkant zijn do bibliotookzalen, in eeno waar
van do belangryke verzameling van geweien
van den heer Van Pallandt'is tentoongesteld,
do retrospectieve afdeeling, welke zeer merk
waardige voorwerpen bevat, o. a. zeer fraaie
sleden, beschilderde boerenkarren, en de zalen
voor de Schoone Kunsten. Eene zaal is ge
heel voor Nederlandsche schilderycn ingeruimd,
do andere bevat de inzendingen uit den
vreemde, vooral uit Belgio. Door de zorg van
don kunstschilder Eerelman zijn de talrijke
schilderijen, die allen in ineer of minder nauw
verband staan met sport, jacht en visschery,
op het voordeeligst opgehangen, en men
vindt er keurige stukken onder van do eerste
meesters. Vóór de zaal der Schoone Kunsten
prykt aan den kant der hoofdhal het groote
schilderij van Te Gempt „Mazcppa" en vlak
daarbij ©en artistiek bewerkte tegelschildery
van de firma Thooft Labouchöre. Aan den
zelfden linkerkant heeft men nog zalen voor
platen en schelpenverzamelingen.
Vlak tegenover de twee genoemde zalen,
voor do Schoone Kunsten bestemd, zyn nog
twee andere vertrekken eveneens met schil
derijen, photographieen, platen enz. Aan die
zelfde zyde zyn de afzonderlijke salons met
voorwerpen door de Koningin-Regentes afge
staan en die door den prins en de prinses Von
Wied ingezonden. Zy vormen geheel afzonder
lijke tentoonstellingen.
De internationale inzendingen zijn groeps-
gewyze ingedeeld en in de zyhalien treft men
allerlei voorwerpen aan op sport enz, betrek
king hebbende. In de uitgebouwde galeryen
achter do winkels, welke den tuin omringen,
zyn do afdeelingen voor de verschillende
spelen.
De tuin zelf heeft eeno vry groote uitge
strektheid en wordt uit de hoofdhal bereikt
door ruime toegangen rechts in het midden
van die hal. Te midden van bloemperken en
grasvlakten zijn daar eene Noorsch jachthuis
gebouwd en andere kleinere inrichtingen, ter
wijl in het midden een flinke muziektent
zich verheft, welke 's avonds electrisch zal
worden verlicht. Het electrische licht wordt
gelevord door eene exposeeronde firma, Groe-
neveldt en Van de Poll te Amsterdam, die
hare machines van de nieuwste vinding heeft
tentoongesteld in eene alzonderlyke lokaliteit
achter het gebouw, dat later met een door
gang daarmede verbonden zal worden, zoodat
hot publiek de gcheele inrichting zal kunnen
bezichtigen. De machines voor de levering
van den electrischen stroom zyn van 175
paardekraebt.
De tuin is in den vorm van een achthoek
aangelegd, met hooge gaanderyen omgeven,
waarvan broede trappen naar den tuin af
dalen. Deze gaanderyen bevatten winkels,
koffiehuizen, uitgestrekte restaurants van
Mulió, die reeds vóór de opening druk bezocht
werden, en een aantal inrichtingen voor pu
blieke vermakelykheden.
Gedurende de Pinksterdagen zullen in den.
tuin matinees en avondconcerten worden ge
geven door de muziekcorpsen van het 3de
regiment huzaren te 's-Hago en van het 3de
regiment infanterie, kapelmeester de heer
Bouraan, uit Bergen-op Zoom. De laatstge
noemde kapel is nog voor meer concerten
geëngageerd.
FeixHleton.
anciska voorzag het adres met hotcyfcr
advertentie en verborg den brief onder
kassen. Geen wonder, dat haar aan-
todo eeno rol in hare droomen speelde;
|was er vast van overtuigd, dat haar
ftisgoluk onder haar kussen lag.
öon zy wakker werd, was zy volstrekt
van plan veranderd om haren brief niet
t7te sturen. Voordat tante aan hetontbyt
- heen, had Franciska het briefje al in
taastbyzyndo brievenbus gestopt en zag
?êdachtcn den redder al opdagen. Of hy
klein, blond of zwart was, kon haar
schelen, hy moest haar bevallen en zy
hem leeren liefhebben; dat stond by
ft vast. k
was nog nooit zoo vroolyk geweest en
j'e verbaasde er zich over dat, hoe zy ook
Na» er goen traan in Franciska's oog te
isuren viel. De dag ging voorbij en de nacht
pt Franciska weder de schoonste droomen.
de gouden zon 's morgens door het
keek, vielen hare stralen op een frisch
«gezicht, dat den dag vol bx»p te ge-
moet zag. Vóór acht uren ging Ret post
kantoor niet openhet was pas zeven uren,
dus nog een heel uur om te wachten,
waarin tante haar zeker zou komen
storen, dacht Franciska, en het was ook
zoo, want nauwelijks was iets dergelijks by
haar opgekomen, of de heldere klank van
eene zilveren tafelbel weerklonk.
Franciska moest met tante ontbyten en
had zich er al op voorbereid, den geheelen
namiddag in haar gezelschap door te bren
gen, toen haar, tot hare onniteprekelyko
blydschap, gelast werd om eenige boodschap
pen te gaan doen.
In een oogwenk was zij klaar, in een
ommezientje had zy al de boodschappen go-
daan en stond nu een weinig verlegen voor
het loket van hot postkantoor. Het viel haar
niet gemakkelijk de vraag over do lippen te
brengen, maar zy moest nu welschuchter
vroeg zy of er geen brief poste-restante met
het adres Frieda voor haar was.
De postambtenaar keek een groot pak
brieven na en riep ten slotte de verlegen
Franciska toe
„Er is niets voor u!"
Zy had alweer den sluier voor haar gezicht
getrokken en wilde zoo gauw mogelijk den
aftocht blazen, toen zij zich hoorde terugroepen.
„Juffrouw, een brief met het door u ge
noemde adres wordt daar juist afgegeven."
By hare terugkomst zag zy nog juist
d.it een slank heer het loket verliet; hare
gehoele opmerkzaamheid was echter op den
blief gevestigd, welken zy nu werkelyk in de
hand hield. Het liefste had zy dien dadelijk
geopend, maar zy bedwong zich, liet het
gewichtige document in haren zak glyden en
haastte zich om naar huis te komen. Daar
aangekomen, hoopte zy stil naar haar kamertje
te kunnen sluipen, maar hot was mis: tante
kwam haar al op de gang te gemoet en
ontving haar met verwijten, welke hoe langer
hoe erger werden, toen tante zag dat de bood
schappen maar half gedaan waren. Zij had
eeno harer ergste buien.
Nog nooit had Franciska al dit gebrom zoo
leuk opgenomen als nu; hare gedachten
waren by den brief in haren zak en hielden
zich bezig om een of ander voorwendsel te
vinden om hare kamer op te kunnen zoeken.
„Ik geloof zelfs dat gij lacht!" beot tante
haar toe. „"Waarom springt ge elk oogenblik
op en zyt ge zoo onrustig alsof ge geen ge
duld meer hebt om het langer by my uit te
houden Ge moest altyd bedenken, Franciska,
dat ge alles aan my te danken hebt, en
wanneer ik m'yno handen van je aftrok,
ge je brood bij vreemden zoudt moeten eten
Franciska stortte geene tranen by den
strengen blik harer tante, zooals zy anders
placht te doen, en waagde zelfs de opmerking
„Maar, tante, is het dan zoo onmogelyk
dat ik nog eens trouw?"
Tante had eenige seconden noodig om van.
hare verbazing te bekomen, doch nam toen
een ander middel te baat om hare nicht den
stand van zaken duideiyk te maken. Haro
stem klonk buitengewoon zacht, toen zy zeide
„Lieve Franciska, gy kent de mannen niet,
dit verdorven, zedelooze geslacht. Gy zyt
nog een kind!"
„Maar, tante, do volgende maand word ik
zes en twintig jaar!"
„Val my niet in de rede! Ik zeg dat je
nog een kind bent en ik hoop dit ge het m
uwe denkbeelden steeds zult blijven. Buiten
dien zyt ge onbemiddeld, want 9000 gulden
is geen vermogen. "Wanneer ge trouw by my
blyft en tot het laatste oogenblik eene lieve
oppasseres voor my wilt zyn, dan zou het
kunnen gebeuren, dat er in myn testament.
Wordt vervolgd.)