T«r MJm P" f MA feze (Courant wordt dagelijks, met uitsondering van (Zon- en feestdagen, uitgegeven. Vierde Blad. Leiden, 30 April. Tong gehuwd. 9374 Maandag; i>J[ei. a°. t852„ PRIJS DEZKR COURANT! frioco p« post 1-40. A(mw»rliik« HomiDM». PRIJS DKB ADVJÜtTRNTliN lam 1regelt ƒ1.01. Iedere regel meer f 0.17}. Orootere lettere natr platternimte. Voor bet InceeeeereB boitea 4e tied verét ƒ0.1# berekend. Vergadert ug ran Bouwkunst, De 183ste vergadering, jl. Donderdag ge- suden, van de afdeeling Leiden der Maat- bappij tot Bevordering dor Bouwkunst was lezocht door 36 loden en 1 geïntroduceerde. Dezo vergadering was eone der gewichtigste T a dit' winter seizoen, want het feit word herdacht, dat de Maatschappij haar 50-jarig bestaan vierde. De gewone vergadering ging vooraf en daarop ,]gde de huishoudelijke of feestelijke ver gadering. vergaderzaal zag er dan ook alreeds feestelijk uit. De feestcommissie bad daarvoor gezorgd; toepasselijke attributen en decoration versier den de zaal, zoo ook oen geheimzinnig gordijn. in de gewone vergadering werden, na voor lezing der notulen en ingekomen stukken, de narolgende punten behandeld: Ten eerste de beantwoording der vraag VI ?an hot hoofdbestuur over houten parket- loeren. De beer Van Driel bracht daarover, ook namens den heer Boem, rapport uit. Eerstgenoemde heer deed dit oveneens, ook namens den heer Koning, over eene vraag uit de bus, nl. BWat verdient de voorkeur bij toepassing Tan een pannendak mot beschieting: ffl de tengels aan to brengen op eiken naad of om den andor B& bestaat er bezwaar om de tengels op beide deelen vast te spijkeren, dus aan weers zoden van don naad; ,c wat heeft do ondervinding omtrent a en b geleerd?" De heer Van Driel beantwoordde deze vra gen geheel in den geest der vergadering. Als prijsvraag voor 1892 werd uitgeschrevon Een stoombrandspuitenhuis met bewaarders- woning." Het programma zal to verkrijgen zijn bij den secretaris. Als mededingers worden uit- genoodigd alle bouwkundigen, in Rijnland woonachtig. Do pryzen bestaan uit een eersten prijs van f2b en een 2den pr\js van 10, benevens by eiken prijs her getuigschrift der afdeeling. De juryleden zullen uit eeno andereplaats dan Leiden gekozen worden. De leden deden daarna eene kous uit eenigo genoerado plaatsen voor een zomeruitstapje. Do meerderheid koos daaruit Antwerpen. De heoren H. en A. Smittenaar en J. Van dor Voet werden als leden aangenomoD. De hoer J. Van Dam, onze bekende stad- f genoot, die als kunst- eri decoratieschilder een goeden naam heeft, deed de leden een uitstapje naar Parijs en Pompcji maken. Deze rete, welke de leden niet vermoeiden, gaf een elk genot, te meor daar de heer Jesse als gids medoging en van elk stadsgezicht eene uitvoerige beschrijving gaf. Het applaus, zoowol voor des heoren Van Dams werkzaamheden als voor des heeron Jesse's bereidwilligheid om van alles en nog wat verklaring te geven, was welverdiend. De voorzitter 6loot daarop de vergadering om haar na oonigen tijd woder als feestver- gadering te openen met eene doorwrochte rede over het ontstaan der Maatschappij, haar streven en het nut, dat zij alreeds gesticht had en nog stichtte. In hoofdzaak zeide do voorzitter het vol gende: „Het bestuur hoopt, neen, is overtuigd, dat u allen feestelijk zyt gestemd om het halve eeuwfeest der Maakschappy tot bevordering dor Bouwkunst to vieren. Met het oog daarop vermeen ik dat nu juist, na afloop der vorgadering niet zoozeer gestemd zyt om van mij de levensgeschiedenis te hooren. Daarin zou ik u dienen te wyzen op al hotgeon de Maatschappij in de afgeloopen vijftig jaar gedaan heeft. Maar ik zou vreozon daardoor uwe feeststemming to verstoren. Om die reden zal ik hot niet te lang maken, maar slechts enkele feiten aanhalen, welke gebeurd z:jn. Ze werd gegrondvest op eene vroegore Maatschappy, in 18-12 opgericht op initiatief Y.in een twaalftal wakkcro mannen: Moele, Büchler, Tetar van Elven, Klyn van Straten, Offenberg, Bouman, Jacob De Vos, Van Dam, Pierson, Heyninckt, Issaack on Warnéinck. Aan hon onzen dank, aan hen onze hulde I Op. 17 Doe. 1841 had do eeist) samenkomst plaats, op 26 Januari 1842 do goedkeuring van het reglement, op 12 Februari 1842 de benoeming van een Bestuur, op 27 December 1842 de eerste algemeene vorgadering. Het volgend jaar verscheen het 1ste deel van het Bouwkundig Tijdschrift. Aan wat stormen werd in dio .halve eeuw j niet krachtig 't hoofd geboden! Gotuigen i hiervan bovindon zich langs de wanden van j dit feestlokaal. Geen boter beeld van hare werkkracht on onverdroten energie kunnen j wy aanschouwen. Do plaatwerken gevon natuurlijk slechts 1 een zwak beeld. Wanneer wy do waarde van dat alles erkennen, dan krijgen wy eene hoogachting voor de Maatschappy, want zy treedt met ons in do eerste gelederen van de beoefening en bevordering van eeno Kunst, welke wy liefhebben. Die Kunst, onze troeteldochter, onze Benjamine, ze is do edelste onder de Kunsten en wy zeggon 't Van Lennep na: De Boawkncst is 't Wio de eorrang voegt in aller kunsten rij; Was 't niet door baar, dat uit etlkdoDkre nacht Gezelligheid en orde en wet ontstonden, En bij eon woost, verwilderd aardsch geelnobt De Maatschappij zich vormde op hechte grondcD, Rampzalig, ach 1 ie 't volk, dat haar niet kent Ed, met haar, al do weldaan mist aan 't leven: Het aleept veiauft in domheid c-n ellend' Zijn dagen voort, nauw boven 't dier verheven; Maar ziet, het heeft haar roepstem nauw verstaan, 't Mag nauw al 't zoet van huis en woning kennen, Of 't schaamt zich straks zijn toestand, 't wil voortaan Aan wet, aan tucht vrijwillig zich gewennen. Dan stijgen roem en aanzien hoog ra top Van 't hei rgk oord, gezegend door haar gunsten, Pale:s cn boog tn tempels rijzeD op, Wijl vrede heerscht m6t wetenschap en kunsten. Bezield met die gedachten vieren wy heden het gouden kroonfeost onzer Maatschappy. Zy is 50 jaar oud geworden en moge hot waar zyn dat de mensch na de 50 jaar den terug weg gaat, dus bergaf 1 wy wenschen voordo Maatschappy dat zy bergopwaarts en immer hoogor gaat om in dio hoogo, reino lucht nog krachtiger te v/orden. "Welnu, M. H.! laat ons, met dien wensch in 't hart, by onze feestviering vervuld zyn met dankbaarheid en voldoening over het verledene, tevredenheid in het tegenwoordige, vol moed on vertrouwen voor de toekomst. Op grond hiervan worde onze feeststemming verhoogd on noodig ik u allen uit onzo feest- herdenking te openen door staande met my aan te heffen: „Lang love do Maatschappy tot bevordering der Bouwkunst!" Do hoer Knuttel bracht daarop als lid van het hoofdbestuur aan de afdeeling den dank van hot Hoofdbestuur over. Hy achtte zich gelukkig het feit te kunnen constateeren, dat Leidens afdeeling onder hare zusteren in de eerste gelederen stond en gaf de verzekering, dat Leiden der Maatschappy meest beminde dochter was. Do voorzitter bracht daarna een dronk uit op do Beschermvrouw, H. M. de Koningin- Regentes. Het „Wien Neerlandsch blood" was het antwoord der leden. Verschillende tooston worden daarna nog uit- i gebracht en hulde bewezen aan de heeren W. Van Dam en Van Erkel, die als oudste leden aanwezig waren. De feestcommissie, die een rijk programma had, zorgde zoowel voor geestelijk ate licha- melyk genot. Verscheidene stukken brachten ^y ten gc- hoore, die allen hun een welverdiend applaus brachten. w Deze vergadering gaf woder een bewijs van de goede verstandhouding van de leden onderling. De voorzittor sloot daarna deze vergadering met de horinnering, dat deze de laatste van het jaar 1891 1892 was; hy L&opte allen in de eerste vergadering in September a. s. weder te zien. Het album, dat gevoegd wa9 h.j het den heer E. D. Kits Yan Heyningcn tc Amsterdam door Holl. Spoorweg-ambtenaren aangoboden en in ons tweede blad vermelde geschenk, is geleverd door den heer P. Somer- vsil alhier. H. M. de Koningin-Regentes heeft den burgemoester van Haarlem de verzekering gegeven, op oon nader te bepalen tijd die gemeente met eon bezoek to zullen 'vereeren. H. M. verzekerde reeds zooveel van'Haarlem en de schoone omstreken te hebben gehoord, dat zjj reeds plan had gemaakt een bezoek te komen brongen, toen de bollen in bloor stonden. Het gure voorjaarsweder tiad baar, met het oog op do gezondheid der jongo Koningin, daarvan doen afzien. De Commissie van rapporteurs uit Cc Tweedo Kamer over de bolastingontwerpen komt Dinsdag bijeen om het verslag vast te stollen. Het is 45 pagina's groot. In do vergadering der Kamer des middags worden do afdeelingen getrokken. Deze verga deren den volgenden dag voor 't onderzoek van don zoutaccyns on het Billiton contract. Dezor dagon is van gemeentewege ook te 's-Hage eeneinkwartieringslyst opgemaakt, mot het oog op eene onveiwachte mobilisatie. By koninkiyk besluit is J. H. Schutte» benoemd tot burgemoester der gemeonte Oldekei'k. Met ingang van 1 Mei a. s. benoemd tol ondcrwyzer aan do Rijkskweekschool voor onderwyzers te Middelburg J. H. Yan der Bel, aldaar. Benoemd tot stempelsnyder by 's Ryks Munt to Utrecht, W. Scbammcr, thans hulp- stempelsnyder. JLAo. i, - 4.) ,Wat° Rosalie? Toch niet Rosalie met die mooie blonde kruller, waarvoor ik in myn groen-tyd 1000 papillotten moest maken? Zoo, mynheor de griffier, was u de aanbid der van die mooie krullen?" „Een dood-onsciiuldig avontuurtje", merkt August vergoelykond aan. „Ik heb by den oude op kamers gewoond, en toen, toen ik de kamers verliet heb ik de correspondentie nog eenigen tyd aangehouden, by wijze van stijloefening, b.egr'pt ge? Daar stak toch niets in!" „Uitmuntendlacht Hoogvlieger. „Laat ons thans eens ion of die styl werkelijk van oefening getuigt", en de advocaat maakt eone beweging, alsof hy waariyk de briefjes nog eens zou willen voorlezen; maar niet zoodra heeft h( aangevangen mot: „Myn eenjge August" op den mond. rIk beveel je te stukken behoeven lezen te worden Hoogvlieger ura. August legt hem de hand ygen, Hoogvlieger; die et ton processe voorge- oewyzen niets 1" zich den knevel op en pruttelt nog lang over het vraagstuk of Rosalie volgens hot Romeinsche dan wel volgens het hedendaagsche recht zou schuldig zyn. Maar August heeft reeds eene andere beschuldigde te voorschyn gehaald: eene keurig gevlochten haarlok, zorgvuldig in eene enveloppe geborgen. „Is er goschreven schrift hy?" vraagt de rechtsgeleerde Hoogvlieger. „Geen woord!" „Best", vervolgt de eerste, zijne conclusie nemende. „By gebrok aan bowjjs behoort beklaagde vrijgesproken te worden." De haarlok verdwynt in de enveloppe en wordt ter boschikking van de prullemand gesteld. „Wat volgt nu?" sommeert Hoogvlieger. August aarzelt, zyne hand heeft werktuiglijk een portret aangevoerd. „Plaats beschuldigde in mijne handen!" eischt de verdediger, „opdar ik vooraf per- soonlyk met myn cliënt kenrti- make." Nauwelyks wordt aan den eiseh voldaan, of de advocaat vorgeet zyn verheven stand punt, om in de eerste opwelling van geest drift zyn vriend toe te roepen „Drommels! Eone knappe meid; op en top eene fraDcaise. Is dat misschien een souvenir aan een reisje Yoor studiën naar Parys?" De grilfier beveelt het gebruikelyke „Silen i tiurn!" maar Hoogvliegers spotlustig go- laat is eensklaps ernstig gewordenby heeft geschreven schrift ontdekt. Het portret draagt aan de keerzyde de beteekeniavolle opdracht Souvenir d'atnour et du passé. Bkrthk. August wil zich weder van het portret meester maken. Hoogvlieger was wel wat al te onbescheiden, mear de advocaat is in zyne rol teruggekeerd en bekent „zich ge noodzaakt te zien, do onmiddellyke arrestatie van mr. August Van Bergen aan te vragen, op wien verdenking van medeplichtigheid rust! Wat beschuldigde betreft, daar zyn geeno verzachtende omstandighedenhy mag dus niet verhinderen, dat gerechtigheid ge schiede en over beklaagde onmiddeliyk de doodstraf uitgesproken worde! Straks, wanneer August nog altijd tracht zich van het portretje meester te maken, zyn beiden handgemeen geworden, waarna mademoiselle Berthe geradbraakt en eindelyk in het vuur geworpen wordt. De executie is j volbracht I „Hebben wy rechtvaardigheid gepleegd?" 1 zegt Hoogvlieger vragend, na een oogenblik van plechtige stilte. De griffier zwygr. „Breng de volgende beklaagde voor!" be veelt Hoogvlieger. August legt eene gedroogde roosVi een blauw strikje op tafel. Hy kan oen glimlach niet onderdrukken. „Waarom lacht go?" „Wol, omdat die verdorde bloem my aan de schooljaren herinnert 1" „En wat is er van de rechtmatige eige nares geworden vraagt Hoogvlieger, zonder daarop acht te geven. „De vrouw van een dorpspredikant, die zich op dit oogenblik in het bezit van een half dozyn jonge telgen verheugt." Beide vrienden lachen bartelyk. In de schooljaren hadden August en de predikant- sche elkander eeuwige trouw gezworen; hij had haar geregeld aan de school opgeVachl en zy had hem op zyn verjaardag oTr do schutting van den tuin een zoen gegeven. Drie maanden later waren beiden var keus veranderd. „A propos, mynheer de griffier, wat tracht ge daar zoo geheimzinnig te verbergen - iagt Hoogvlieger, zyn griffier eensklaps van' 'tdo schooljaren tot het heden dwingende. Wordt vervo-^'l.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1892 | | pagina 13