Soek-Bier
Bock-Bier!
HO O GE WOERD 41, LEIDEN,
OP
AFBtT ALING.S Kinderwagens.
Kanarieteelt.
Middel om geld te winnen
LEVERT
N°. 9851.
Zaterdag 2
A*. 1892.
jouraat wordt dagelijks, met uitzondering
van Son- en feestdagen, uitgegeven.
Vervolg der Advertentiën.
Kaasmakers
CONFEDERATIE,
Ruim voorzien van
Dienstbode,
Stoommachines Ketels.
Heden weder ontvangen:
J. KESSELER,
MAGAZIJNEN.
Amsterdam.
Rotterdam.
Groningen.
Maastricht.
Utrecht.
Arnhem.
LEIDEN.
Delft.
Gouda.
's-IIage.
Haarlem.
MAGAZIJNEN.
Amsterdam.
Rotterdam.
Groningen.
Maastricht.
Utrecht.
Arnhem.
LEIDEN
Delft.
Gonda.
's-Hage.
Haarlem.
Heeren-Kleedingstukken.
Dames-Kleedingstukken.
Manufacturen.
Bedden.
Feuilleton.
HET GERAAMTE.
LEIDSCH
DAGBLAD.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Lolden per 3 meenden.f 1.10.
Franoo per post1*40.
Afzonderlijke Noma ene*.0.05.
PRUS DHR ADVERTENTIÊN:
Ven 1—6 regels ƒ1.05. Iedere regel meer 0.17$.
Grootere lettere naar plaatsruimte. Voor het
lnoesseeren buiten de stad wordt ƒ0.10 berekend.
door operaties op de Parysche Beurs, volgens
een eenvoudig en degelijk systeem. Men kan
zich schoone inkomsten met een klein kapitaal
maken. Circulaire in 't Hollandsch wordt
gratis toegezonden. Coniptoir de Banque
el Commission, 30 Faubg. Montmartre,
Parys. 1851 9
Om ten spoedigste in dienst te treden
worden gevraagd: bekwame, solide Kans-
makers; vast werk, goede belooning; door do
Xedorlandsche Vereeniging tot bereiding van
Melkproducten, Delftshaven. 2018 9
Nplnazle, 00 de mand; KadRs 6Dunsel,
gcliorseneren, Ufoesappelen, Peren 7
Postelein 12}; Andijvie 15 per pond.
Gezouten Andijvie 10; Vuurkool 8
hot pond lleerenboonen, Snijboonen 15.
IVF. O. T.AMAN,
2003 10 Choorlammersteeg.
6. S. POPP,
BUrbottelarQ: Kort# DUCrtaag t
Talaphoounummar 106.
U—U Blaren. - Bflqkcfe Ptfua
1340 10
Hundleidlog tot de kennis onzer Hana-
rtevogel. en van andere gevederde
Zangers, bevattende de volledige beschrij
ving linnner Voortteling, Verzorging, Ziekten,
enz., lioe men pas gevangen Vogels moet
behandelen, het Kweeken van Meelwormen,
enz., enz., door K. J. v. HOOYUIINK,
100 bladz., voor slechts f' 0.5<>.
Te bekomen by D. ROl.LE, Rotterdam,
fr. p. p. na ontvangst Postwissel, waarop
vermeld: Kanarleteelt. 1603 14
ER BIEDT ZICH AAN: eene flinke
F. O. en van goede getuigen voorzien, liefst
in een Christelijk gezin. Fr. br. lett. C 41
aan A. J. MATHOT, Boekh. te Boskoop.
2055 6
te GOUDA,
1 leeft steeds in voorraad of onderhanden
nieuwe en gebruikte 1212 8
Drijfwerken naar stukprijzen.
De Notaris J. W. J. PAPE, te "Warmond,
zal aldaar in het Koffiehuis „de Stad Rome",
by opbod op Woensdag 6 April 1892, by
afslag op Dinsdag 12 April 1892, telkens
des morgens te 10 uren, publiek ver-
koopen
Twee KUIZEN onder óón dak, met Erven
en Tuin, benevens oen daarnaast gelegen
perceel TUINGROND, zeer geschikt voor'
Bouwterrein, staande en gelegen te War
mond, midden in het Dorp, tegenover „de
Stad Rome", te zamen groot 11 aren, 40
centiaren.
Dadeiyk te aanvaarden. 1935 15
Betaling van kooppenningen 15 Juni 1892.
op het Raadhuis te Leiden, op Baandag den
£den April 1892, 's voormiddags te tien
uren precies, van eene hoeveelheid van 2000
Hectoliters Gas-Cokes, verdeeld in partijen
van 100, 50, 10 en 5 hectoliters, en zulks
by afslag, tegen dadelijke betaling en binnen
veertien dagen af te halen aan de Gasfabriek.
Kloppen zeven Cents per HL.
Bezorgen vyf
Koopen en Bezorgen zes Cents per HL.
Bestellingen worden aangenomen aan het
kantoor der Gasfabriek en aan het Magazijn
in de Pieterskerk-Koorsteeg 28, uiterlijk tot
Zaterdag-namiddag te 3 uren. 2061 17
Eene ruime keuze Zomcrarflkclen, waar
onder het fijnste Franscli, Duitsch en Engelsch
Ktndcrschoelsel, alsmede eene uitgebreide
collectie Dameslaarsjes In alle genres, vin
af f 2.75, in het
Tilburgselie
2054 14
300 Haarlemmerstraat.
306
LMB
201G 100
A PUi meeby gpracwn oun A n M -«w f -ZWZ 6 ïl ID 0J2
2.)
Intusschen begon het meer en meer donker
te worden en ofschoon de maan niet geheel
onzichtbaar was, verspreidde zy echter zeer
weinig licht en diende slechts om my nu en
dan zeer onaardig om den tuin te leiden,
wanneer zy my een ouden boomtronk of iets
dergelijks op eenigen afstand voor een huis
deed aanzien, waar ik menschen hoopte te
vinden, die my terecht zouden kunnen helpen.
De wind begon allengs vry hevig te worden
en eene duchtige regenbui, welke my zeer
koud op het lyf viel, had juist myn geduld
geheel uitgeput, toen ik, na nog een kwar
tier verder gereden te hebben, in de verte
ter zyde van den weg een licht gewaarwerd.
Noch ruiter noch paard behoefde eenigen
verderen spoorslag om zich zooveel mogelijk te
haasten, ten einde de plaats, van waar het
licht kwam, te bereiken.
Binnen weinige oogenblikken stond ik met
rnijn paard aan de hand voor de deur eener
kleine boerenwoning, welke op myn herhaald
geklop geopend werd. Zonder tyd te verliezen,
maakte ik mij aan den gapenden boer, die
zich voor my vertoonde, bekend, verhaalde I
hem dat ik van den rechten weg afgedwaald
was en verzocht hem, na de plaats, waar
heen ik my begeven moest, genoemd te heb
ben, my den weg derwaarts te willen wyzen.
De man keek my niet weinig verwonderd
aan, toen ik ook zijne vraag, van waar ik
dan toch wel kwam, beantwoord had. Doch
toen hy mij de eerste inlichtingen gegeven
had, was het m\jne beurt om een verwonderd
on misnoegd gelaat te vertoonen, want ik
bespeurde nu, dat ik my nog ruim een uur
verder van de plaats mijner bestemming be
vond dan toen ik mij bij het veer over de
rivier had laten zetten. Ik was reeds terstond
een verkeerden weg ingeslagen en had ge
durende al dien tyd gereden in eeno rich
ting, tegenovergesteld aan die, welke ik
houden moest.
Mijne onoplettendheid, welke ik my vol
strekt niet verklaren kon, verwenschende en
te zeer vermoeid om in dat ongunstig weder
en zoo laat in den avond verder voort te
reizen, vroeg ik den landbouwer of ik mij
niet in de nabijheid van een dorp of gehucht
bevond, waar ik voor dien nacht op eeno
behoorlijke wyze onder dak zou kunnen
komen. Hy mompelde een toestemmend ant
woord; binnen een halfuur, zeide hij, kon ik,
denzelfden weg houdende, Y, een tamelyk
welvarend dorpje, bereiken.
Na den ouden man goeden avond gewenscht
te hebben, vervolgde ik myn weg met nieu
wen moed en dewijl myn paard, insgelyks
in de hoop van weldra onder den reuk van
een goeden stal te zullen komen, wakker
voortstapte, hadden wy spoedig het dorp
bereikt.
Het bestond buiten de kerk en hot ge
meentehuis uit slechts zeer weinig woningen,
welke ook, voor zoover het flauwe maanlicht
mij toeliet dat to onderscheiden, geen zeer
welvarend voorkomen haddon. Nadat een
boerenjongen, die op zyne klompen door do
modder draafde, my op myn verzoek de
dorpsherberg gewezen en my vervolgens weer
aan mijzelven overgelaten had, steeg ik van
myn paard en klopte asn de deur der her
berg, welke op den dijk stond en mij voor
kwam meer naar eene ruïne dan naar een
bewoonbaar en bewoond huis te gelyken.
Het stroodak was zóó doorzichtig, dat ik de
maan, welke zich achter het huis verscholen
had, er door kon zien. Deur en vensters van
het gebouw waren gesloten en ofschoon ik
herhaalde malen aanklopte, werd ik echter
geen teeken gewaar, waaruit ik zou kunnen
besluiten, dat zich eenig levend wezen daar
binnen ophield. Eindelyk echter, nadat ik,
ongeduldig geworden, met myn voet eenige
malen vry onzacht tegen de deur gestooten
had, ging deze open en eene boerenmeid,
wier loshangende haren en haveloos gewaad
haar meer het voorkomen van een helschen
geest dan van een mensch gaven, trad met
eene lamp in de hand de deur uit. Op royne
vraag, welke ik echter, het ongunstig voor
komen van het huis en zyne bewoners op
merkende, slechts met moeite kon uiten, of
ik hier den nacht zou kunnen doorbrengen,
kreeg ik een geheel onverstaanbaar geluid,
dat zich in eenige schrille tonen oploste, ten
antwoord.
Twee- of driemalen herhaalde ik myne
vraag, doch telkens met hetzelfde ongunstig
gevolg. Terwyi ik op het punt stond om het
weinigje geduld, dat my nog overgebleven
was, geheel te verliezen, on in het denkbeeld
verkeerde, dat het vóór my staande vrou-
weiyk wezen öf krankzinnig of wel doofstom
zyn moest - welk laatste ook wezeniyk het
geval was kwam er een knaap van veer
tien jaren te voorschyn, die ten minste een
meer menschelyk voorkomen had dan het
ongelukkige schepsel, waarmede ik my tot
dusverre had bezig gehouden.
(Vervolg ommezijde).