kamer van hot vermoorde meisje was gesloten en ook daar was geeno do minste aanwijzing te vinden. Zoodra men de6 inorgons wist, dat het meisje in betrekking stond tot een zeker persoon te 's-Hertogenbosch, vertrok, gel Uk reeds gemeld is, een der rechercheurs per eerste gelegenheid daarheen, mot een portret gewapend, dat men in hot album van de verslagene gevonden had. De bewuste per soon word daar gevonden, doch alles bewees dat hij zijne woonplaats in de laatste dagen niet verlaten heeft. Óp» den morgen na de misdaad werd aan het adres der verslagene eon brief ontvangen met het postrneik 's-Hertogenbosch. Thans is voorloopig oen schildersknecht aangehouden, met wien Anna in den laat- sten tyd verkeerde. HU deelde onder meer mede, dat ook een ander man, een schoen maker, dikwijls in haar gezelschap was; dat zij beiden zelfs wol eens gozamcniyk haar een bezoek haddon gebracht. Het gereedschap van den schildersknecht is uit diens woning gehaald; zijne messen toonden niets bUzondors on schenen weggelegd to tijn, zooals hij ze het laatst gebruikt bad. Bovendien waren zij te kort, dan dat al de wonden daarmede zouden kunnen zijn toege bracht en ook waren die werktuigen slechts aan ééne zydo schoep. Door de geheele familie Bastet in de Kal- verstraat, waar zij als dienstbode 2 ya jaar in betrekking was, word Anna Verhooven voor een braaf en oppassend meisje gehouden. Voor de kinderen was zü volgons mevr. Bastet eene moeder en ieder hield van haar. Zij ging nooit alleen uit, behalve eene enkele maal, als de „meneer" uit Den Bosch (een zoon van den huize, waar zy vroeger dienstbaar was), er was. Z;j had echter eene vriendin, waarop nie mand het voorzien had. Men tracht thans het orlbekende adres van deze vriendin op te sporen. Dat de dader of dadores van don moord een bekende moet zy'n geweest staat vast, want Anna was volgons de eenparige ver klaringen van allen, die haar kenden, te bang orn een vreemde in huis toe te laten. De officier van justitio te Amsterdam ver zoekt dringend hot adres te vernemen van de scbryfster van een brief, aan hem gericht. Bader verneemt men nog dat eon jongen, die Dinsdagavond tegen halfnogon in het naast gelegen huis sinaasappelen afgaf, een persoon bij den heer Viotta heeft zion aanbellen en hem hooren vragen of do familie al naar hot Concertgebouw was. Toen de jongen don volgendon dag van den moord hoorde, hoeft hij- sich dat voorval, waarop hy dien avond geen acht had geslagen, herinnerd. Do hoer Bernard, directeur van de „Banquo générale des valeurs," te Parys, heeft zich gisterochtend in hechtenis gesteld. Tegenover een passief van 1 '/a millioon fran ken staat slechts oen actief van eenige dui zenden. Deze nieuwe „krach" schynt eon gevolg te zyn van den val van de „Banque <les chemins de for," in welker operatién de lieer Bernard sterk betrokken was. Br heeft eene geweldige borg- stoiting plaats gehad op het Deonsche eiland Moen, bekend om zyno schoone krytrotscn. Van do krytrots Standekopf is het grootste gedeelte, 300 voet lang en GO voet breed, met eon ontzettenden slag in zee gestort, waardoor oone landtong van 400 voet lengte gevormd is. Drie visschersschuiten ontsnapten gelukkig nog aan het gevaar van verpletterd te worden, hoewel al het vischtuig ver loren ging. Te Freiburg i. B. verbrandde, ten gevolge van het springen eener petroleum lamp, een gansch gezin van acht personen. Het oenig ovorgoblevon kind werd uit het Teister geworpen en zwaar gokwotst. Jict Haagftche Krankzinnigengesticht. (Nadere onthullingen). Mevrouw Stuten hoeft reeds nu een „Byiage" op hare brochure over het Kmnkzinnigenge sticht aan het Slykoinde in Den Haag geleverd. In deze „Byiage" geeft zy andoror ervarin gen in dat gesticht, die in alle opzichten de door movr. Stuton zelve godane onthullingen ten vollo bevestigen. Voor heden worden aan deze tweede bro chure volgende getuigenissen ontleend Marie Schaap, oud 49 jaar, verklaart dat ij lydende was aan eene lichte zenuwziekte, maar dr. Koeling Brouwer advies van krank zinnigheid gaf niettegenstaande zy niet krank zinnig was en nooit geweost is. Dat het bestuur van dat gesticht haar ge- duronde tien jaar heeft opgosloten gehouden, haar tot het doen van huiswerk dwingende, en wanneer zy weigerde to werken, haar dreigde in de cel te doen opsluiten! Dat zu gedurende haar vorbiyfhorhaaldeiyk heeft geschreven aan haar eenig kind, Albertus Schaap, hopende door bemiddoling van dat kind do vryheid to kunnen herkrygen, doch dat die brieven nooit aan hun adres zyn kunnen bezorgd worden, omdat zy door het bestuur van hot gesticht eenvoudig werden verscheurd, hetgeen horhaaldelyk in dat gesticht plaats heeft, indien patiënten zich aan familieleden por brief boklagen. Dat door het vernietigen van die brieven haar zoon, niet wetende ofzyne moeder leefde of reeds dood was, in geen drie jaar iets van haar heeft kunnen vernemen en zy dan ook niets van hem. Dat de ellende op ieder gebied, door haar in die tien jaar ondervonden, en de ellende, gruwelen en wreedheden, die zy andoren aan patiënten heeft zion bedryven, te veel zyn om op te sommen en metgeene pen zfin te beBchryven. Mede verklaart Marie Schaap, dat als aan de patiënten van do 3de klasse door hunne familiebetrekkingen geld werd gestuurd, dit door de directrice verwisseld werd voorniets- waardige en geheel nuttelooze zaken. Dat het ovenzoo ging met do 25 ets., die in den regol -elke patiënt van de 3de kl. per week voor versnaperingen ontving en dat uit de provisiekamer van de directrice hun daarvoor Mttige stukjes gedroogde appeltjes of slechte pruimen en vygen werden verstrekt, of een ons suiker met een ons kom'unekaas met oen klein sinaasappeltje en dit alles van zuik eene slechto hoedanigheid, dat vele patiënten wei gerden hot aan te nomen. De heor I.W.gewezen patiënt, vor- raderlyk door twee agenten naar het Krank zinnigengesticht te 's-Gravenhage gebracht en daar gebleven van 22 October 1S89 tot 11 September 1890, verklaart: Dat hy tallooze malon in do naakte cel werd geworpen met de handen op den rug gebonden en dan gestompt, met don sleutel bos geslagen en tegen de boenen geschopt. Eenmaal werd hij door den opzichter Kruis- wyk tegen den muur geworpon on in persoon geslagen. Dat de jenever met bierglazen werd gedronken, en als de patiënten bezocht worden en sigaren ontvingen, deze door de oppassers werden afgenomendat de voe ding zeer slecht was en als er somwijlen eens iets byzonders werd opgedischt, hiervan alleen do gunstelingen hun deel kregen. Dat hot wemelde van ongedierte, vooral van wand- godiorte. Dikwyis ontving hy in geen veertien dagen verschooning. Eenmaal werd hy bont en blauw geslagen on in het gezicht gekrabbeld do dokter ontkende dat dit plaats konde hobben. De taartjes, die hy ontving, werden opgebruikt, de oppassers stoeiden steeds met de oppasseressen en als hy de eono of andere aanmerking maakte, heette hot: „houd je 8m.en word een maal door oppasser De Man, onder do ge meenste uitdrukkingen, dermate in den rug geschopt, dat die nog steeds gevoelig blyft, on by klachten aan de hem bozoekende familieleden werd 3teeds geantwoord: rKom, kom, je hebt het hier zoo erg niet." B. verklaart o. a. 1G April 1886, na een bijna 2 jarig verblijf uit het gesticht te zijn ontslagen: „Een gouden ring en ruim 9 gul den aan geld is in het gesticht achtergebleven. Ik heb dat niet kunnen terugkrygen, hoeveel moeite ik my ook heb gegeven. Tweemaal heb ik den directeur geschreven, zonder eenig antwoord te ontvangen." Een inwoner van Leiden, die op den 24sten Februari 1892 zyne zuster in het gesticht ging bezookon, verklaart dat hem door den por tier, die den directeur van zyno komst ging verwittigen, namens dezen werd aangezegd, dat zijne zuster reeds in het be gin van November 1891 was over- loden. Stom van verbazing vroeg hy den directeur to mogen spreken, doch deze wei gerde hom te woord te staan. Do oud-patiënt Van D tydeiyk ver pleegd geworden in het Krankzinnigengesticht te 's-Gravenhago, daarna to Vucht (Noord- Brabant), verklaart dat hy met kapotte beenen on geueol blauw geslagen te Vucht is aan gekomen, en men aldaar wraak heeft geroe pen, zooals hy er uitzag. Do schrijfster der eerste brochuro („Myne ervaringen in hot Krankzinnigengesticht te 's-Gravenhage") ontving volgende beteekenis- volle verklaring: Mevrouw Stuten! Lang ben ik van plan geweest u eens te scbryvon. Daar ik u opgepast heb gedurende uw verblyf in het gesticht en in dezelfde kamer by u geweest ben, kan ik u meedeelon, dat ik altyd op hoogen dwang van don directeur en den eersten ge neesheer hard met u moest omgaan, doch tegen myn zin. (get.) MAFJE VENING. Den haag, Oppasseres in het Krankzin- Maart 1892. nigengósticht. In de voorrede der brochure deelt de schryf- stor mede voornamelijk tot do openbaarmaking to zyn overgegaan, omdat men haar hetzy van overdryving beschuldigde of uitstrooide dat zy niet geheel „normaal" was. Behalve de in dit boekje verzamelde bescheiden, ont ving de schrijfster er nog een aantal, waarbij de namen moestPn worden verzwegen of waarin de feiten werden vermeld „van zoo afschuwelyken aard", dat zy niet in druk konden worden gobracht. Vele dezer stukken liggen echter voor belangstellenden in originali by mevrouw Stuten ter inzage. Gcmcentei-Aad van AlBiemade. Voorzitter: De Burgemeester, do heer F. H. Van Wiclien. Tegenwoordig alle leden, behalve de heer M. Van Oosthoek. De vorgadering wordt door den voorzitter geopend, No. 5 der stemmingslijst wordt door' hem getrokken, waardoor wordt bepaald dat de stemmingen en omvragen zullen beginnen by den heer J. v. d. Voort; daarna leost do voorzitter de notulen der vorige vergadering voor, welke onveranderd worden goedgekeurd en vastgesteld. Aan de orde is: lo. Ingekomen adres van mej. B. Van dor Roer, onderwijzeres te Kaag, verzoekende om eorvol ontslag als zoodanig tegon 1 April, daar ze benoemd is als onderwyzeres te Roon en zy doze benoeming hoeft aangenomen. Na gehoord advies van het hoofd dor school to Kaag, wordt op voorstel van B. on Ws. be sloten dit eervol ontslag te geven, waarbij de voorzitter opmerkt, dat hot getal der schoolgaande kinderen zoozeer is verminderd, dat, overeenkomstig do wet, aldaar zonder nieuwe onderwijzeres voldoende onderwijzend personeel tegenwoordig is, zoodat vooralsnog geene oproeping van ondorwijzers ter voor zioning in die vacature zal worden gedaan. 2o. Ingekomen lysten van do byzondere armbesturen, waaruit blijkt dat door het R.-K. Par. Armbestuur van Rypwetering in het afgeloopen jaar zyn bedeeld 11G personen, door het R.-K. Tar. Armbestuur van Oud- Ade 34 personen, en door het Diaconie-be stuur van Hoogmade, afd. Rypwetering, 10 personen. Op voorstel van B. en Ws. worden deze lijsten aldus vastgestel.l. 3o. Het aanbieden aan den Raad ter goed keuring van de rekeningen der Burgerl. Arm besturen, waaruit vernomen wordt dat het Algonj. Burgerl. Armb. aan ontvangsten ƒ48 225, aan uitgaven ƒ2.02, en dus aan batig saldo 4G.205 in kas hoeft; dat het Burgerl. Armbest. van de algeineene armen van Rypwetering ƒ3048.61 hoeft ont vangen, ƒ1356.015 heeft uitgegeven, enalzoo een batig saldo van 1G92.005 overhoudt; dat do ontvangsten van hot Burgerl. Arm bestuur van Viye en Lage Boekhorst be droegen ƒ7G5.05, de uitgaven ƒ414.69 en het batig saldo alzoo bodraagt ƒ350.36. Alle dozo rekeningen worden eenparig goedge keurd. Tevens worden met algemeene stem men B. en Ws. gemachtigd het batig saldo van het Burgerl. Armbest. van de algom. armen van Rypwetering als naar gewoonte te verdoelen en wel aldus Aan het R.-K. Par. Armbest. van Ryp wetering met 116 bedeolden 1227.12°, aan het R.-K. Par. Armbest. van Oud-Ade, met 34 bedoelden 359.67, en aan het Diaconie- bestuur van Hoogmade, afd. Rypwetering, met 10 bedeelden ƒ105.80; te zamen vormend een bedrag van 1692.595. 4o. Een ingekomen bezwaar tegen de kie- zorsiysten van C. Borst, op die lysten voor komend, is bedeeld door het Armbestuur van Rypwetering. B. en Ws. stellen voor dien porsoon van do kiezerslijsten te schrappen en hem by dourwaarders-exploit daarvan aan zegging te doen. Algemeen wordt dit goed gevonden. 5. Een adres vanwogo de Yereeniging „Patrimonium", afdeeling Ouae-Wetering, waarin de wenschelykheid wordt betoogd, het traktement der nachl wakers alhier tover- hoogen, en hun na volbrachten diensttijd eenig pensioen toe to kennen. Do voorzitter stelt namens B. en Ws. voor, dit adres voorloopig vDor kennisgeving aan te nemen en tot nader aan te houden, om het dan bij de aanbieding der bogrooting 1893, benevens nog meerdere traktements- verandoringon, welke nu nog in bewerking zyn, weder ter tafel te brengen. Aldus wordt unaniom besloten en dienovereenkomstig zal aan adressanten kennis worden gegeven. 6o. Een adres van J. Van Tol, huurder te Huigsloot, betreffende de verwydering van een opstalhoudor aldaar, welke hem geen gemak bezorgt, en het voorzien in de ver betering van het overpad aldaar. De voorzitter stolt don Raad voor, aan B. en Ws. een bedrag van hoogstens 25 toe- te staan, mot welke som zy meenen beide zaken te kunnen regelen, zonder genoodzaakt te wordon, de hulp van anderen daartoe in te roepen, wat meerdere onkosten zou geven. Met algemeene stemmen staat de Raad hun dit bedrag toe. Wordt vervolgd.) BUIT KiiN LAND. Frankrjjk. Omtrent do inhechtenisneming te Parys van don beruchten booswicht Ravachol, die reeds eenmaal in handen der politie was geweest, wordt nog het volgende medegedeeld. Ravachol is aanstonds verhoord; hy wilde echter niets bekennen. Behalve eene revolver en eenige patronen vond men ook eenequitantie bij hem, getoekend: „Laurent", voor nacht- verbiyf in eene woning, gelogen Avonue de la Republiquo, 68, te St.-Mandé. De commis saris van politie Goron is terstond met een brigadier naar dit adres gegaan en vond daar in de kamer, die Ravachol bewoond had, 2 revolvers on eenige inbrekorswerktuigen. Intusschen was de officier van justitie Feddé-e by Ravachol gebleven. Deze zag er zeer vermoeid uit on zyn gezicht was geheel bebloed door de worsteling met de agenten. De officier bood hem eene verfrissching aan, indien liy iets wilde loslaten. De booswicht bekende daarop, dat hy workelyk Ravachol was. „Maar" zeide hy, „dat bewijst nog niet dat ik schuld heb aan de anarchistische aanslagen." Verder wilde hy niets zeggen. Vervolgens werd do beschuldigde voor don rechter van instructie in 't byzyn gebracht van Chaumartin en Béala, die hem terstond horkenden. Ton slotte werd Ravachol geheel uitge- kleod en men constateerde toen dat hy ge tracht had, met helscbe steen de moeder vlekken weg te branden, welke hy op de borst had. Juffrouw Bunger heeft voorts verklaard, dat Ravachol, terwyi hfi kamers van haar in huur bewoonde, door een man en eene vrouw werd bezocht. Zy gaf verscheidene inlichtingen om trent deze personen. Als bijzonderheid van do gevangenneming wordt nader gemeld, dat op den dag van half-vasten Ravachol bij Véry, een koffiehuis houder, het tweede ontbyt had gebruikt en getracht had, daar een kellner tot de anar chistische denkbeelden to bekeeren. De kellner herkende hera aan het signalement, dat in hot „Petit Journal" was opgenomen. Latere berichton melden dat men thans zekorhoid heeft dat Ravachol den dynamiet- diefstal te Soissy-sóus-Etoiles heeft geleid, en dat byna al het gestolene onder zijne be rusting is. Chaumartin, ondervraagd over eene andere woning, wolke Ravachol te Montreuil gehad zou hebben, verklaarde dat deze alleen to Saint-Mandé eene woning had, en dat het dynamiet door hom moet'zyn begraven. In verband met een diefstal van 20 KG. dynamiet, de vorige maand in het noorder- departomont gepleegd, is de Parysche justitie aangezocht zekeren Delannoy, den vermoede- lykon dader, aan te houden. Het signalement van dezen persoon, een 25-jarig man, komt overeen met dat van den persoon, dien men Zondag-ochtend uit het vernielde huis in do rue de Clichy heeft zien komen. Reeds den nacht na deze aanvraag werd Delannoy op eono gemeubileerde kamer, welke hy mot zyn broeder bewoonde, aangehouden. Ook deze laatste is gevangengenomen, wegens het dragen van verboden wapenen. Delannoy ontkent schuldig te zyn aan den dynamiet - diefstal. Nochtans blijft hy ter beschikking dor justitie en zal door den rechter van instructie gehoord worden. Deze laatste is getroffen door de overeen stemming tusschen den aangehouden© en de beschry ving van den vermoedelyken dader van

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1892 | | pagina 2