N°. 9772. Donderdag 31 December. A0. 1821. Dit nommer bestaat uit TWEE Bladen. Eerste Blad. NIEUWJAARSWENSCHEN feze cCourant wordt dagelijks, met uitzondering van fpn- en feestdagen, uitgegeven. Leiden, 30 December. Feuilleton. Aan 't leven weergegeven LEi PRIJS DEZER COURANT: ▼oor Leiden per S maandenƒ1.19. Franco per post1.40. ▲fBO/iderlgke Nomraere.0.06. Wegens den Nieuwjaarsdag zal deze Courant TrJJdag-arond niet ver- schenen. Evenals vorige jaren zal in ons op Oudejaarsavond verschijnend num mer de gelegenheid opengesteld wor den tot plaatsing van naar gelang van ieders maatschap pelijke betrekking, ad 50 cents per advertentie, mits men ze ons doe toekomen uiterlijk op Donderdag 31 Dec. a. s., te halfdrie des namiddags. Tuinbouw en Plantkunde. „Stelt u het aardrijk voor zonder planten en het beeld des doods zal voor u verrijzen". Dit is de zinspreuk der Yereeniging tot be scherming van planten te Genève. Gelukkig evenwel vindt men overal planten; gelukkig te meer, daar alle planten nuttig zijn. Uwo woning leveren u de planten; uwe brand stof, uwe opwekkende of verfrisschende dranken, uw eten, uw bed, direct of indirect geven de planten ze u. De nutplanten zijn te verdoelen in twee hoofdgroepenvoedings gewassen en gewassen voor industrieel nut. Onder de voedingsgewassen speelt de familie der grassen eene voorname rol; zonder de grassen zou het den mensch nu bijna onmo gelijk zijn te leven, hoewel zo in oude tijden klaarblijkelijk niet in gebruik waren. De fa milie der grassen is te verdoelen in drie-af- deelingen: de grassen in het noorden of de granen, de maïs in de sub-tropische gewes ten en de rijst in de tropen. Het gebruik der granen is zeer oud. Zelfs de Grieken moesten tot eene fabel de toe vlucht nemen om het in gebruik komen der granen te bepalen; volgens hen leerde do godin Ceres dat gebruik. Maïs is hier een siergewas en wordt gebruikt als lioendervoer in Amerika is het voor de volksvoeding echter van groot belang. De beteekenis der rijst is vrijwel bekend door onze verhouding tot Indiè; ook in Zuid-Amerika groeit rijst en in Zuid-Italië zijn proeven daartoe genomen. Van de voedingsgewassen behandelen we achtereenvolgens: den aardappel, de cassave, de igname, de boomvruchten, den broodboom, de cocos, de banaan of pisang, de Abessyni- sche banaan, den dadelpalm, den sagopalm; voor dranken: de koffie, de thee, de cacao, de suiker, den wijnstok; als gewassen voor industrieel nut: de katoen, de lijn, den hennep, de ramé, do tabak, de kinine, den bamboes, den oliepalm. De aardappel werd in 1565 uit Peru door J. Hawkins in Ierland ingevoerd, maakte toen geen opgang, werd in 1585 opnieuw door Drake binnen Engeland g6bracht en in 1623 nogmaals door Walter Raleigh. In 1684 werd hy over het algemeen in Engeland gekweekt in 1717 was in Saksen de eerste aardappel- kweekery, in 1738 was hy in Pruisen en in 1783 't eerst in Frankryk bokend. De Franschen zyn er geone liefhebbers van In 1780 werd do eerste aardappelwinkel te Amsterdam opge richt. 30 jaren geleden woedde de hevige ziekte onder dit gewas. Nu kent men do oorzaak dier ziekte en ook een middel ter bestryding (Bouilli Bordelaise). De Friesche kweeker Van der Ven heeft een nieuw ras, vry van ziekte, in den handel gebracht. De cassave is zeer vergiftig, groeit vooral in Brazilië, over het geheel in Zuid-Amerika. Ook de knollen zyn vergiftig. Als vervanging van den aardappel by ons maakte ze weinig opgang. Ze levert ook meel (tapiocca). De igname, die twee voet diep in den grond moet gebracht worden, is eene klimplant en het rooien er van levert veel bezwaar op. De plant levert geen kwaad voedsel, dat gekookt melkwit en zacht als boter is. Het weinige vergif gaat door koken verloren. De boomvruchten zyn vooral in Frankryk en Zuid-Italïö van groote beteekenis Sommige tropische volken zyn geheel afhankelyk van boomvruchten. De broodboom (Zuidzee-eilanden) levert eene vrucht ter grootte van een klein menschen- hoofd, van V/t a 2 K.G. Eén boom geeft per jaar 60 a 80 vruchten, welke in stukken ge kookt worden; ook laat men ze in een vat gisten; dan ontstaat or deeg voor brood. Hy is in Engelsch-Indiö ingevoerd met goed gevolg. De cocos, voorkomende in alle tropische kuststreken, levert water, melk, vaste spys, groente, palmwijn, brandewyn, vaatwerk, olie, plantenboter, hout, huidbedekking, kleederen, matwerk, bedden, -wapenen, papier, inkt en de vezels der bladstelen worden in Engeland gebruikt in plaats van run. De banaan of pisang is verspreid door alle keerkringslanden. De cultuur is zeer oud, de productie zeer groot: 1 stengel 30 60 vruch ten. In de vruchten zijn nooit zaden. Levert ook meel. De Abessynische banaan is sierplant en voedingsgewas (bladstelen en stam; deze V/2 voet dik). De dadelpalm is de weldaad der woestyn- streken. De dadel is by ons eene versnape ring, daar voedsel. De oasen bestaan byna uitsluitend uit dadelpalmen. De dadel is twee- huizig. De Bedouïenen zyn er steeds op uit by oorlog de mannelyke boomen uit te roeien, ter verwjjdering van voedsel voor den vyand. De jonge bladeren worden gebruikt, ook in Zuid-Europa. De sago palm behoort thuis op de Molukken en komt voor in alle keerkringslanden. De plant zelve levert het voedsel. De aardappel meelfabrieken komen te hulp als er sago te weinig is. Do koffie kwam oorspronkelijk voor in Abessynië, niet in Arabië. In het laatst der 17do eeuw werd ze naar Indië verplant op raad van den Amsterdamschen burgemeester Witsen. De Liberia-koffie kwam ter kweeking over Leiden in Indiö en wordt zeer geroemd. Zo is beter dan do Braziliaansche. De thee wordt reeds onheuglyk lang ge bruikt; ongeveer 500 j. n. Chr. voor het eerst. De Engelschen en Hollanders betwisten elkan der den eersten invoer hier, maar thans schynt toch zeker dat lord Arlington ze in 1666 uit Holland in Engeland bracht. Oorspronkelyk was de thee zeer duur. In 1825 kwam ze op Java. De Java-thee is zeer zuiver. De cacao neemt thans, dank zy Van Houten, eene hooge vlucht, vooral in Engeland, waar het Hollandsch fabrikaat geliefd is. In Mexico dienen de cacao-boonen voor geld. Op Marti nique is nu de cacao verdwenen en heeft plaats gemaakt voor 6uiker. In Indië (Mina- hasse) had ze weinig succes. De vrucht is als eene eivormige komkommer. De suiker werd in den gryzen voortyd in China bekend ze was ook in Egypte en Judea aanwezig. De rietsuiker werd afbreuk gedaan doordeboet- wortelsuiker. Ook enkele palmen en een Araerikaansche ahorn leveren suiker op. In 1250 werd de suikerbereiding ontdekt door een Venetiaansch koopman. De wijnstok was eveneons reeds vroeg be kend. De cultuur is ook verspreid over een groot deel van Europa. Er komt ook wyn uit stre ken, waar de wijnstok niet te vinden is. Tegen de ziekte van den wynstok is nog geen middel gevonden. De katoen is van ouden datum en vervult PRIJS DER ADVERTENTlfJN: Tan 1—6 regelt ƒ1.05. Iedere regel meer 0.1?$. Grootere lettere naar plaatsruimte. Voor bel incaaseeren buiten de ttad wordt ƒ0.19 borckend. eene groote rol. Amerika is het katoonland. Er zyn tien soorten van; de lyn levert olie en koeken, de hennep het touw; de tabak werd in 1496 op San-Domingo ontdekt, in 1559 ingevoerd in Portugal, in 1615 gekweekt in Nederland. Mahomed IV en Paus Urbanus VIII waren er vyanden vande kinine kwam in 1640 in Europa en werd eerst veel later goed ver spreid. De bamboes is de boom onder de grassen (25 M. by 25 cM). De oliepalm is ook in Europa van groot nut, o. a. voor de kaarsen. De bladeren leveren een goed voedel. De sap is goed van smaak, maar gist spoedig. Dit is de hoofdinhoud, met weglating dus van vele by zonderheden, als o.m.fabelen, legenden, officiëele en niet-officiëele cyfers van productie, uit- en invoer, van de lezing, gisteravond ge houden in het gebouw der Loge voor de leden der afd. Leiden en Omstreken der Nederland- sche Maatschappy voor Tuinbouw en Plant kunde, en hunne dames. Wie hield de lezing De heer Witte, niet de hortulanus, maar diens zoon, de heer E. Th. Witte. De heer Boursse Wils dankte als waarne mend voorzitter den lezer, wees er op hoe een jong lid der afdeeling den moed had gehad op te treden, hoe hy zich van zyne taak gekweten had en riep hem als lezer een tot weerziens toe. De aanwezigen, vry talryk opgekomen, waren hoogst voldaan over deze eerste lezing van „den jongen Witte", en, vroeg deze eene welwillende beoordeeling en eene niet al te scherpe critiek, zelfs een niet-welwillend be- oordeelaar en een onverbiddelyk criticus zou moeten erkennen dat deze lezing verre boven het middelmatige was. In het heden verschenen jaarverslag van liet bestuur aan de leden van het departement heiden der Maatschappij tot Nut van 't Alge meen weidt omtrent de „Schooispaarbank" het volgende gezegd Mochten ten vorigen jare eenige betere uitkomsten verkregen zjjn wat het sparen van de snoepgelden betreft, hot afgeloopen jaar leverde opnieuw minder aangename onder vinding op. De hoofdonderwijzer op do openbare school 4de klasse No. 1, de heer P. Cl. Hoeks, was nu ook weder de eenige die zich hiervoor veel moeite gogeven heeft, maar »'eze moeite niet voldoende beloond zag. fiedurende dat jaar werd door 48 leerlingen een bedrag van 92.04 bespaard, terwijl I ƒ95.501/, door 33 terugbetalingen werd uitgo- DOOR HUGH CONWAY. 52.) Ik vreesde dat, als bare gezondheid hersteld zou zijn, zjj het eerst van alles aan dien moord tornen zou; maar wat zij doen zou, was moeilijk te zeggen. Macari, hoorde ik, had Engeland verlaten des daags nadat ik hem van den moord be schuldigd had; Ceneri was buiten haar be reik. Ik hoopte dat men er haar toe krijgen zou, om de zaak te laten rusten tot aan myne terugkomst, en ik zeide aan Priscilla dat, ingeval Pauline sprak van eene groote mi6daad, als begaan te zjjn door personen, die zij kende, z(j haar moest meedeelen dat op dit oogenblik reeds al het mogelijke ge daan werd, om de schuldigen aan het gerecht over te leveren. Ik vertrouwde dat zij, zich schikkende als gewoonlijk, met deze verze kering wel genoegen zou nemen, al waren de zaken ook nog niet zoo ver. Priscilla moest mij schrijven naar I St.-Petersburg, naar Moskou en naar andere 1 plaatsen, waar ik eenigen tjjd verblijf zou houden op de heen- en terugreis. Ik schreef zelf de adressen op eenige enveloppen en gaf haar die. Ik zou haar van St.-Petersburg nader schrijven op welke datums zij de brieven op de post moest doen. En nu meende ik alles gedaan te hebben. Alles, behalve één ding! Den volgenden morgen moest ik vertrek ken. Mijn paspoort is getcokend, mijne kof fers zijn gepakt, alles is gereed. Nog eens, slechts voor een oogenblik, moet ik haar, vóór ik ter ruste ga zien, misschien voor de laatste maal. Priscilla zeide mjj, dat zU rustig lag te slapen. Nog eens moest ik dat schoone wezen aanschouwen, om het ge trouwe beeld met m(j mede te dragen, dui zenden uren ver. Ik ging zacht de trap op en in bare kamer. Ik stond aan het bed met tranen in de oogen en aanschouwde mijne vrouw, die toch mijne vrouw niet was. Ik kreeg een gevoel over mg, alsof ik iets misdadigs, iets heiligschen- nends deed; zoo weinig recht had ik, dacht mij, om in die kamer te zijn. Haar engelachtig hoofd rustte op bet kussen; dat gelaat was voor my hot schoonste op de wereld. Haar hijgende boezem ging op en neer, bij hare zachte, regelmatige ademha ling. Terwijl ik haar aanstaarde, zwoer ik myzelven, dat geen menschelyk woord my zou doen twijfelen aan hare onschuld. Toch wilde ik naar Siborie reizen. Ik zou schatten gogeven hebben, om het recht te hebben mijne lippen op de hare te drukken, haar te mogen wekken met een kus, baar de oogen vol liofdo naar mij te zien opslaan, van onder die lange wimpers. Zelfs kon ik mij op dat oogenblik niet weer houden een zachten kus te drukken op den slaap van haar hoofd, diiir, waar de schoone lokken begonnen te golven. Zy bewoog zich even in haren slaap, hare oogleden bibberden, en als iemand, die betrapt wordt by het be gin van de uitvoering eener misdaad, vlood ik de kamer uit. Den volgonden dag was ik reeds honderden myien ver en mijn gemoed was in eene heel andere en ver van zachtmoedige stemming. Zoo ik Ceneri bereikte, als ik hem ooit be reiken kon, en als ik dan bevond dat Macari waarheid gesproken had; bevond dat ik be drogen, misleid, listig om den tuin geleid was, dan kon ik ten minste de akelige voldoening smaken van my gewroken te zien. Ik kon dan met leedvermaak de ellende aanschou wen van den man, die my bedrogen en tot zyne doeleinden gebruikt had. Ik kon hem zien, hoe hij zyn rampzalig leven voort sleepte in ketenen en diep gezonken, als een slaaf gezweept en mishandeld. Dat zou dan het welverdiende, niet te ver werpen loon zyn voor myne lange reis. In aanmerking genomen al wat er gebeurd was, en myne tegenwoordige spanning en vrees, dan was deze onchristelyke gemoedsstemming niet geheel onnatuurlyk in een gewoon menschenkind. Eindelijk ben Ik te St.-Petersburg. De brief, welken ik by my heb, en de brief, welken men reeds over my geschreven heeft, ver zekeren my eene goede ontvangst van Harer Majesteits edele vertegenwoordigers in de hoofdstad van Kusland. Myn verzoek wordt met aandacht aange hoord; er wordt niet om gelachen. Men zegt my dat niemand ooit zulk een verzoek ge daan heeft, maar er wordt niet gezegd dat hetonmogelyk toe te staan is. Er staan moeilijk heden, groote moeilykheden, in der. weg maar daar myne zaak enkel familiezaak ie, met gecnerlei politieke bedoeling, en daar de brief do toovermacht bevat van de handtee- kening van iemand, dien do edele lord zeer gaarne verplichten wil, worden die moeilyk heden niet als onoverkomelijk gekenschetst. (Wordt vwnUjd

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1891 | | pagina 1