HatiOn^cvecSit 4c Lelden. ^-Uitspraken in strafzaken. s J. R. en G. S., wonende te Kjjnsburg, D. "W. en W. v. d. it.', beiden wonende te Zoe- terwoude, ieder 3 of 1 d., ieder wegens op een weg, liggende ten diensto van hot alge meen in do provincie Zuid-Holland, als ge leiders van eene hondenkar do honden niet van muiikorvon te hebben voorzien. N. D., wonende te Leiderdorp, 0.50 of 1 d., wegens in de bebouwde kom der gemeente Leiderdorp vuurwerk af te steken, zonder toestemming van den burgemeester, gepleegd donr iomand boven do tien, doch beneden de Bastien jaren, met oordeel des ondorscbeids. J. B., wonende to Zoeterwoude, f2 of ld., wegens als hoofd van een bedrijf, waarin vrouwen arbeid verrichten in werkplaatsen op eene plaats, waar arbeid wordt verricht, niet op eeno zichtbare wjjze te hebben opgehangen eono door hem ondertoekendo en door of van wege don burgemeester gewaarmerkte lijst, vermeldende de namen en de voornamen van dio vrouwen en voor ieder in hot bijzonder den aanvang on het eindo van den werktijd, do werkuren en het etmaal, bestemd tot weko- lykschen rustdag. M. D., huisvrouw van J. S., wonende te Leiden, ƒ1.50 of 1 d., wegens in de gemeente Leiden als koopvrouw te markten op eono andere plaats dan daartoe door den gemeen teraad is aangewezen. H. v. R., wonende te Leiden, ƒ1 of 1 <1., wegens in do gemeente Leiden een trekhond op straat te laten losloopen. D. v. D. Dzn., wonende te Katwijk aan Zee, tot 2-maal ƒ2.50 of elk deze 2 d., we gens runderen te laten losloopen in de on- vrjjo duinen van het Hoogheemraadschap Rijnland. C. H., wonende te Noordwpk aan Zee, 3 of 3 d., wegens holmsnjjden in de onvrije duinen van het Hoogheemraadschap Rijnland. M. A., wonende te Noordwp, ƒ1 of 1 d., wegens, zonder daartoe gerechtigd te zijn, vee „tb laten loopen op weiland, gepleegd door iemand boven öe tien en heneden do zestien jaren, met oordeel des onderschoids, L. C. Czn., wonende te Rijnsburg, 1 of 1 d wegens straatschenderij, gepleegd door iemand boven de tien en beneden de zestien jaren, met oordeel des onderscheids. _J. v, L. er» A. v- Lwonende te Leider dorp, ieder f 5 of 2 d., wegens in vereeni- ging te baggeren in boezemwater van het Hoog heemraadschap Rijnland binnen den afstand van 12 meters uit de buitonkant van dij: of kade, do 2de beklaagde wegens daartc.- den last te hebben gegeven. C. G., Jzn., wonende te Katwijk aan Ze., j 3 of 2 d., wegens het aanwenden van po gingen om wild te bemachtigen door middel van een wildstrik, gepleegd door iemand boven de tien doch beneden de zestien jaren, met oordeel des onderscheids. G. B., wonende te Voorschoten, ƒ7.50 of 3 d., wegens het verwekken van burengc rucht, waardoor de nachtrust kan worden verstoord. B. M. en A. v. R., wonende to Leiderdorp, ieder 3 of 2 d., wegens in vereeniging zonder daartoe gerechtigd te zijn in de maand September op weiland te loopen. N. E., wonende te Leiden, 0.50 of 1 d.. wegens in de gemeente Leiden als koopman te markten op eene andere plaats dan daartoe door den gemeenteraad is aangewezen. G. Den H., wonende te Zoeterwoude, 3- maal 2 of 3-maal 1 d., wogonslo. als hoofd van een bedrijf, waarin door twee per sonen beneden zestien jaren arbeid werd ver richt in werkplaaten niet in het bezit zijn van kaarten houdende data van geboorte van die personen, de namen en do woonplaatsen van de hoofden der gezinnen, waarbjj of van het gesticht waarin die personen inwonen en van het hoofd van het bedrijf öf de onder neming on 2o. als hoofd van een bedrijf waarin door vrouwen arbeid wordt ver richt in werkplaatsen niet gezorgd te hebben dat in zijn werkplaats op eene plaats waar arbeid wordt verricht, steeds op eene zicht bare wijzo was opgehangen een door hem onderteekende en door of vanwege den bur gemeester gewaarmerkte lijst, vermeldende de namen en de voornamen van dievroüwen voor ieder in het bijzonder den aanvang en einde van den werktijd, de werkuren en ^aal bestemd tot wekelijkschen en het et,.. rUfog: Wzn, wonen.'10 te Katw«k aallZe6> 2-maal ƒ2 of 2-maal 1 weS6as °P 00110 weg, liggende ten dienste \?'n het algemeen in de provincie Zuid-Holland, aJ" 8®l0ltl0r van ©ön hondenkar in een bebouwde Kom niet steeds naast het voortuig te gaan; 2o. wegens het voertuig voor aan de linkerzijde niet voor zien te hebben van een. bolder brandend licht tusscheu een halfuur na zonsondergang on een halfuur voor zonsopgang. M. if. Si. en S. S., beidon wonende te Lei den, ieder tot hechtenis, van zeven dagen, wegens bij nacht in vereeniging to visschon in eens anders vischwater zonder te zyn-voor zien van con schriftelijk bewijs van vergun ning van den eigenaar of rechthebbende." T. L., wonende te Leiden, ƒ6 of. 3 d., wegens als voren en nadat nog geen j.iar ft, verloopon dat zijns vroegere veroordeoiing ter zake van overtreding der verordening op do jacht onherroepelijk is geworden. C S., wonende te Aalsmeer, 20 of 4 wegens in de provincie Zuid-Holland met eene stoomboot in het boezemwater te vaien mot grooter snelheid dan geoorloofd is. S. M., wonende te Rijnsburg, 2 of 1 d., wegens een trekdier op den openbaren weg te laten staan zonder de noodige voorzorgsmaat regelen tegen het aanrichten van schado ie hebben genomen. T. H., wonende to Leiden, 2 of 1 d., wegens op een weg, liggende ten dienste van het algemeen in de provincie Zuid-Holland, als geleider van een hondenkar in de be bouwde gemeontekom niet steeds naast het voortuig te gaan. C. J. Jz., wonende te Katwijk aan Zee, 1.50 of 2 d., wogens helm to snijden in de onvrije duinen van hot Hoogheemraadschap Rijnland, gepleegd door iemand boven de tién, doch beneden de zestien jaren, met oordeel des onderschoids. G. v. d. B., te Leiden, 0.50 of 1 d., weger.s in de gemeente Leiden op de openbare straat buiten een urinoir datgono te doen, waarvoor zoo'n inrichting bestemd is. H. v. D. en C. K., wonende te Leiden, do eerste tot 0.50 of 1 d., de tweede tot 1 of ld., wegens bevisschen van eens andeu vischwater zonder te zjjn voorzien van een schriftelijk bewijs van vergunning van dcu eigenaar of rechthebbende. C. H., wonende te Katwijk, ƒ1.50 of 2 d wegens strooperij, gepleegd door iemand boven de tien doch beneden do zestien jaren, met oordeel des onderseheids. A. G. Van H., wonendo te Leiderdorp, l of 1 d., wegens, zonder daartoe gerechtigd to zijn, in de maand September op weiland te loopen. Vrijgesproken J. K., wonendo te Leiden, wegens het vi.- schen in eens anders viscliwater zonder zijn voorzien van een schriftelijk bewijs vou vergunning van den eigenaar of rechtheb bende. C. M. G., wonende te Noordwjjk, wegens in de gemeente Noordwjjk, zonder tot de brand weer te behooren, zonder verlof van den bur gemeester of van den commandant der brand weer zich op het terrein van den brand ie begeven zooals liet door de brandwacht wc.- afgezet. H. C., wonende te Voorschoten, wegens hot in vereeniging verwekken van burengerucht, waardoor de nachtrust kan worden verstoord. Gomeugd Nieuws. Moord. In eene buitengewone terechtzitting van de 4de kamer derAmster- damsche rechtbank werd Zaterdag heropend het strafrechtelijk onderzoek tegen Kempe Roozeboom. Gelijk men zich misschien her innert, stond deze persoon in de laatste vacantie terecht, omdat hij zekere Maria Bjjl in do Blocmdwarsstraat te Amsterdam door een pistoolkogel van het leven had beroofd. Naar aanleiding van hetgeen alstoen door mr. B. J. Polenaar, aan den beklaagde als ver- dedigor toegevoegd, ter kennisse van de recht bank werd gebracht, gelastte deze dat een deskundig onderzoek naar de verstandelijke vermogens van Roozeboom zou worden inge steld. Als deskundigen werden benoemd de heeren Van Deventer, directeur van het Bui tengasthuis, en Kok Ankersmit, beiden artsen te Amsterdam. In de zitting van Zaterdag verschenen deze heeren, om het door hen uit gebrachte rapport desnoodig nader toe te lichten. In afwijking van de meening dos heeren VValburgh Schmidt, den geneesheer va'o de gevangenis, die bjj den beklaagde krank zinnigheid constateerde, kwamen beide eerst genoemde heeren tot de slotsom, dat Rooze boom niet krankzinnig is, maar behoort tot de zg. gemoe<f5tnisdadigers. Zijne gevoelens treden zeer sterk ojd d011 voorgrond en bren gen hem xoOTcr, dat hij in een driftig cn op gewonden oogenblik kwaad zou doen. Het ontbreekt hem aan innerlijke zelfbehecr- sching. II,j is ,oc-n „erfelijk Waste teringlijder, over wien het ernstig gevaar dreigt dat hjj krankzinnig wordt en voor wien goedé, des- kunjhgo' leiding noodig is. Maar ziekelijke -stoornis zijner geestvermogens is niet tc cönslateeren. Wel is waar hooft hg én in de gevangenis ön in liet Buitongasthuis vreemde handelingen verricht, maar beido deskundigen zien daarin slechts simulatie; dé man wil zicli als krankzinnig voordoen. Ook zijn ge drag op de zitting duidde h. i. op simulatie. De bekl. nl. binnengeleid zjjnde, gaf op de hom gestelde vragen geen antwoord, maar zong en neuriede deuntjes en gooide zi n hoed iu de hoogte. Hij werd daarom wegge voerd en de zitting ging voort builen zijne tegenwoordigheid. Eene uitvoerige reeks van vragen weid door den verdediger mr. Polena.ir aan de deskundigen gesteld. Er bleek nogal ver schil van meening tusschen don rochtsge- leerdo en de geneesheeron te bestaan. Zoo zijn bv. de lieeron verdeeld over de vraag, of zekero opvatting van den beklaagde al dan niet als eene waanvoorstelling moet be schouwd worden; zoomede over de vraag of een cholerisch temperament bestaanbaar is met eene hypochondrische stemming. Ja, meenen beido geneeskundigen, bekl. is een cholericus en tegelijk een hypochonder. Dezo aandoeningen sluiten zich niet uit. Na afloop van het verhoor der deskundi gen was het woord aan het O. M. tot het nemen van requisitoir. Do subst.-off. van justitio mr. d'Yvoy meende te moeten aan nemen dat bekl. niet Ijjdende is aan eenigo ziekelijke stoornis zijner geestvermogens cn oordeelde daarom dat het bedreven feit hem strafrechtelijk toegerekend moest worden. Ii jj eischto daarom tien jaren gevangenisstraf. De verdediger, mr. Polonaar, onderwierp in zyn pleidooi het rapport der heeren aan eene uitvoerige critiek en meende dat in menig opzicht twjjfel overblijft over de vraag of bekl. toerekeningsvatbaar is. Aan do hai. van bevoegde schrijvers over psychiatrie trok pi. do conclusie, dat bekl. moet gehandeld hebben in een oogenblik van epileptischen aanval. Op dien grond verzocht de verde diger öf eene vrijspraak öf een nader onder zoek door deskundigen. Spr. bracht daarbij do namen van de heeren dr. Winkler, Yun der Lith en Cowan onder de aandacht des rechters. Uitspraak 5 Nov. a.s. Van bevoegde zijde wordt aa i de „Dord. Ct." uit Brussel gemeld, dat c de aandeelen in de geliquideerde Dordrechtscho tramwegmaatschappij niets zal worden terug betaald, zoodat die ais geheel waardeloos zijn te beschouwen, terwijl aan de schuldeischers van genoemde maatschappij hoogstens 15 percent hunner vorderingen zal kunnen worde:, uitgekeerd. Omtrent den brand, waardoor het Zwitsersche dorp Meiringen Zondag bijna geheel is vernield, wordt gemeld dat die brand des avonds te halfacht is ontstaan ten huize eener weduwe, naar het schijnt door dien eene kachelpijp, welke door een houten wand liep, gloeiend was geworden. Er zijn meer dan 300 dieren in de vlammen omge komen; in één enkelen stal b. v. 7 koeien en vele varkens en geiten. Tot op 20 minuten gaans buiten het dorp zijn er verscheidene oude huizen door do overwaaiende vonken regens in vlam gezet. De geheele brand heef: geen drie uren geduurd. De schado aan roe rende goederen wordt op twee millioen fr. begroot Van de roeronde goederen kan men berekenen dat l/s verzekerd was. Bjj de afzending van dit bericht werd er een grysaard vermist. Bij brand werd aangewakkerd door den beruchten foen, den gevreesdon zuidenwind, welke uit eigen kracht dikwerf reeds zooveel schade aanricht. Verbrande stukken papier, ook een verkoolde Bijbel, werden door don wind uit do brandende massa weggedragen tot aan de oevers van het meer van Brienz. Een gehucht, dat op aanmerkeljjken afstand van het stadje geiegen was, werd ook door de vlammen aangetast en brandde geheel af. De officiéele verslagen omtrent dezen brand doen zien, dat in het geheel 174 woningen en gebouwen in de asch werden gelegd, en 168 gezinnen, 766 personen, thans zonder dak zjjn. Van do 13 vroeger to Meiringen gevestigde hotels zijn slechts 3 gespaard ge bleven, alsmede eene kerk en twee woningen. Volgens de in Zwitserland bestaande wetten zou hot ambtsdistrict Oberliasfo, waartoe Meiringen behoorde, het 3/10 der schade, aau onroerende goederen toegebracht, moeten ver goeden. Men gelooft echter dat dit disliict daartoe niet in staat bevonden zal worden? Hot stoomschip „Wolvigton," van West-Harllepool, verliet op 11 September jl. Bristol mot bestemming .naar Nieuw-Vork, met eono bemanning van 21 koppen. Op 600 mjjlen afstands van Now-Foundland word zij door een sto.rm aangegrepen en sloegzjj.spoedig lek. Men beproefde dit euvel door pompen to verhelpen; doch dit bleek vruchteloos en spoedig lag do boot op zjjdc. In twee booten verliet daarop de bemanning het schip. Die, waai over het bevel aan den bootsman waa opgedragen, werd, na twee dagens zwalkens. uoor een zeilschip opgemerkt. Negen personen werden aldus gerod. Do boot van don kapi tein met de 11 overige schipbreukelingen was het laatst op den top van ocne taoogo golf gezien en daarna spoorloos verdwenen, zoodat de ongelukkigen waarschijnlijk in do golven omgekomen zijn. De geredden van do „Wolviston" en nog twee andero schepen, die mede in do nabij heid van do New-Foundlandsche kust schip breuk leden, werden to Montreal door do stoom boot „Caspian der Allan-iijn aan boord ge nomen en dozer dagen, te zamen 50 in getal, to Liverpool aan land gezet. Executie te Bordeaux. In den nacht van den 20sten Mei werden te Saint- Magne, niet ver van Libourne, do echtelieden Barde on hun tachtigjarigo oom, Bregnet ge naamd, vermoord on hunne boerderij hi brand gestoken. Van dezo misdaden verdacht men een ge wezen knecht van Bregnet, zekeren Aurusse. Dos daags daarna werd hij door de gendar merie to Villefranche-de Longchamp gevat en reeds dadelijk bekende hij. Aurusse verscheen 10 Augustus voor het hof van assises van het departement de ia Girondo en werd ter dood veroordeeld. Om dil vonnis to voltrokken begaven zich de beul Deibier en zijne helpers jl. Zondag avond van Parijs naar Bordeaux, waar zij Maandag to 1 u. 45 m. des namiddags aan kwamen. Onmiddellijk werd met het opstellen van de guillotine een aanvang gemaakt op de place du Repos, in de onmiddellijke nabijheid van het kerkhof de la Chartreuse. Den volgenden morgen tegen vjjf uren begaf zich de directeur der gevangenis, (het fort du Ha), met den advocaat van den ver oordeelde, den griffier van het Hof cn ecnige bewakers naar 't vertrek, waarin Aurusse met elf andero gevangenen opgesloten was. Aurusse lag in diepen slaap. De advocaat wekte hem, door hem aan den arm te trekken, en zeide: „Aurusse, gij hebt beloofd moed te houden; uw verzoek om gratie is afgewezen,, gij moet sterven." De veroordeelde stond op zonder de minste ontsteltenis en trok bedaard do kieederen aan, die de bewakers hem brachten. Op verschil lende vragen, die men tot hem richtte, ant woordde hij kortaf, doch zonder aandoening. In de kapel der gevangenis biechtte hjj en gedurende den dienst wischte hij met de palm van de hand eenigo tranon af. Vervolgens gebruikte hij in do griffiekamer het ontbjjt, dronk een glas rum en rookte met welbehagen drie sigaretten op. Toen een bewaker hem er nog een aanbood, antwoordde hjj zeer kalm: „Ik zal er den tjjd niet meer voor hebben doze op te rooken. Even over zessen vertrok hot rijtuig met den veroordeelde, den aalmoezenier en den beul naar de gerechtsplaats. Er stond langs den geheelen weg eene ontzaglijke volks menigte geschaard, die het rijtuig met bet diepste stilzwijgen zag voortgaan. By de guillotine aangekomen, wierp de veroordeelde een blik op het werktuig. Hij verbleekte en kuste het crucifix, dat de priester hem voor hield. Weldra lag hij op de bascule, doch de beulsknechten hadden eenige seconden opont houd, daar men het hoofd van het slachtoffer niot gemakkelijk door de daarvoor bestemde opening kon krijgen. Eindelijk kwam men gereed, onder een dof gemompel en gemor van duizenden omstanders. Tien minuten over halfzeven viel het mes en bespatten twee stralen bloed het schavot, terwijl hoofd en romp in de daarvoor bestemde mandon neerploften. Het stoffelijk overschot van den ongelukkige werd niet dadelijk be graven, doch naar hot geneeskundig laborato rium gebracht om het, althans het hoofd en de hersenen, aan een nauwkeurig onderzoek te onderwerpen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1891 | | pagina 6