N°. 9882 X>iais<ia.s: September A". 1891. feze {Courant wordt dagelijks, met uitzondering van (Zon- en feestdagen, uitgegeven. Leiden, 14 September. jfr "euilieton. LEIDSOH DAGBLAD. PRIJS DEZER COURANT: Voor Leidon per 3 maanden1.10. Franco per post1.40. AfzooaerJijko Nommers0.05. PRIJS DER ADVERTENTIEN: Van 16 rogels ƒ1.05. Iedere regel meer ƒ0.17|. Grootcre letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten de stad wordt ƒ0.10 berekend. Officiëele Keiinisg-eringeu. Patentbladen. De Burgemeester, Hoofd van het Bestuur der ge meente Leiden, brengt ter kennis van de belangheb benden, dat de Patentblade;; voorde gepatenteerden, wonende in de Wijken III en IV, over het dienst jaar 1801/92, bij het College van Zetters, in eender vertrekken van het Raadhuis dezer gemeente, op vertoon van het aanslagbiljet, verkrijgbaar zijn op Maandag 14, Dinsdag 15, Woensdag 16, Donderdag 17 en Vrijdag 18 Sept. a. s., telkens des namiddags van één tot drie uren, terwijl na liet verstrijken van dien termijn de on af peil aaide Patentblade^iter uitreiking moeten worden gegeven aan de Deurwaarders der Directe Belastingen, die voor hunne moeite mogen eischen tien cents, zonder meer. Leiden, De Burgemeester voornoemd, 12 Sept. 1891. DE KANTER. Door de anti-revolutionnaire kiesvereeni- ging „Nederland en Oranje" alhier is tot can: dïdaat voor het lidmaatschap van den gemeente raad gesteld de heer A. E. Van Kempen. Mej. M. Japikse alhier is geslaagd voor de akte middelbaar onderwijs handteekenen en perspectief. Zij heeft hare opleiding ont vangen aan de inrichting van den heer W. J. Lampe, leeraar M. O., Langebrug 10a. alhier. De 13de jaarcollecte langs de huizen, vanwege de Unie „Een School met den Bybel" alhier den 16den September te houden, ge schiedt niet ten voordeele der Chr. scholen in Nederland, maar, evenals de collecte des avonds in de Pieterskerk, voor die scholen alhier. Per Fransche mail ontvingen wij de Bataviasche bladen van S tot 14 Augustus, alsmede de „Deli-Crt." van 12 en 15 Aug. Hedenmorgen om elf uren arriveerde alhier de generaal-majoor, bevelhebber in de lste militaire afdeeling, tot het houden van eene inspectie over de gebouwen, gronden, enz., wollce door de troepen, alhier in garni zoen, gebruikt worden. - Door het provinciaal kerkbestuur van Groningen is tot de evangeliebediening toe gelaten de heer W.VanDeursen,cand. te Leiden. By de heden gehouden openbare verkoo- ping van cokes, in partijen van 100, 50, 10 en 5 hectoliters, waren de hoogste prijzen: 58, 28.50, f6 en f 2.85de laagste 57, ƒ28, ƒ5.50 en 2.75. Ds. J. H. Willebrands, predikant te Oude en Nieuwe-lVetering, is beroepen bij deNed.- Herv. gemeente te bt.-Annaland (classis Zieriksee). De groote Troonzaal of vergaderzaal der Tweede Kamer heeft in haar uiterlijk sedert het jongste recès eenige verandering onder gaan. In plaats van den troonhemel, waar onder het bureau der Kamer gezeten was, is thans verrezen een hoog baldakijn van groene stof a l'impériale. De koepel, welke dit baldakijn kroont, is gevuld met geborduurde leeuwen in heral- dieken vorm, en daaronder bevindt zich een rand van geborduurde in elkaar gestrengelde lauwertakken. Uit dit hoofd loopen twee geplooide zware gordijnen, aan beide zijden saamgevat in een rozet, de randen langs alle lijnen gedrapeerd met franje. Een en ander maakt een stemmig effect. De eikenhouten verfkleur van het hout werk in de Kamer is vervangen door eene lichtere tint van zoogenaamd biscuit. De heer Johan Schmier, leeraar in den solozang te Amsterdam, heeft zijne jongste compositie voor zang en piano op „De Leeuw" van den Schoolmeester, alsmede die op „De onbedachtzaamheid" en de „Klacht van den kleinen 'Willem op don dood van zijn zusje", in een album aangeboden aan H. M. de Ko ningin der Belgen. Zaterdag ontving hy in een zeer vleiend schrijven Hr. Ms. dankbetuiging voor de aan bieding, waarby vanwege H. M. „dtitred'en- couragement" een even schoon als toepas selijk cadeau was gevoegd. Tor gelegenheid der opening van de ver- eenigde zitting der Staten-Generaal door H. M. de Regentes op morgen, Dinsdag, zullen alleen jagers bij het gebouw der Tweede Kamer en alleen grenadiers bjj het koninklijk paleis de posten betrekken en de eerewacht uitmaken. Aan de hoofdwacht zal een peloton huzaren zich bevinden, ter sterkte van 24 man, onder hevel van een luitenant, ter be schikking van den hoofdcommissaris van po litie, of den persoon, die hem vervangt. Des namiddags te halféén zal zich eene eere wacht aan het paleis bevinden ter sterkte van 100 man grenadiers, volledig tot eene compagnie gevormd, met vaandel en muziek, alsmede de hoofd-officier van het bataljon, waartoe die grenadiers behooren. Aan het gebouw der Tweede Kamer zal zich eene eerewacht bevinden van 100 jagers, als voren, met het muziekcorps der jager- bataljons, daarbij de hoofd-officier, waartoe die jagers behooren. In eene dubbele ry worden de niet benoo- digde officieren, onderofficieren en minderen der grenadiers opgesteld van het paleis langs het Noordeinde, de Hoogstraat, de Graven straat en het Buitenhof tot aan het Binnen hof: den weg door den stoet te volgen. In eene dubbele rij worden opgesteld de niet benoodigde officieren en onderofficieren en minderen der jagers, de vesting-artillerie, de pantserfortcompagnie tot eene divisie ver- eenigd, van af het ministerie van binnenland- sche zaken om het Plein, den Korten Vijver berg tot aan den Langen Vijverberg. Twee pelotons van het 3de regiment huzaren met standaard en muziek worden in bataille opgesteld tegenover en front makende naar de Waalsche kerk. Twee pelotons worden in het Noordeinde opgesteld ter hoogte van het Heulstraatje, twee eskadrons in het Noordeinde. Eene batterij veldartillerie wordt in het Malieveld opgesteld tot het lossen van saluut schoten. Zoodra de cavalerie, welke den trein sluit, voorbij is, zullen de grenadiers zich verplaat sen om de dubbele rjj te vormen aansluitende aan de vestingartillerie over den Langen Vijverberg en de Plaats langs het Noordeinde tot aan het Paleis. Ook de cavalerie zal tot gelijk doel worden verplaatst. G-edurende de plechtigheid zal het geheele garnizoen in groot tenue gekleed zijn. De Commissie, die Zaterdag in de Ver- eenigde Vergadering der Staten-Generaal den minister van binnenlandsche zaken in- en uit geleide deed, bestond uit de heerenVlielander Hein. Van Nispen van Pannorden, Land, Bevers, Van Lijnden van Hemmen, Nebbens Sterling, Goekoop en Van Nunen. De vereenigde vergadering werd verder bij gewoond door de volgende heerenHeldt, Gildemeester, Zaayer.Van Velzen, Van Vlijmen, Van Alphen (Eersto Kamer), Van der Schrieck, Diepen, Geertsema, Van Gyn, Schimmelpen- ninck van Nyenhuys, Guyot, Rooseboom, Donner en Harte. Op den internationalen zangwedstrijd te Keulen is gisteravond de eerste prijs behaald door de Amsterdamsche mannenzangvoreeni- ging „Kunst en Broederschap", waarvan de heer Joh. Schmier directeur is en welke 51 leden telt. Er werd gezongen „Super Flumina Baby- lonis" van Hiller en als choeur imposé: „In 't Woud" van Ed. De Hartogh. Er waren zes concurrenten, nl. 4 uit Am sterdam, 1 uit Tilburg en 1 uit Roermond. De behaalde prijs werd door de jury met algemeene stemmen toegekend. Op hoogen leeftijd is te 's-Gravenhage I overleden mr. D. C. A. graaf Van Hogendorp, voormalig resident in Ned.-Indië, een man, die de behoudende beginselen op koloniaal gebied voorstond en verdedigde, een warm vriend van Oranje, van welko verknochtheid hjj menigmaal deed blijken, en tevens een kindervriend, die vooral belangstelling aan den dag legde in de opleiding der jeugd en zooveel in zjjn vermogen lag medewerkte tot voorkoming of uitroeiing van het schoolver zuim. In dien geest was hy eenige jaren werkzaam als voorzitter van het schoolver bond, vereeniging tot wering van schoolverzuim. Onder de geschenken, den heer en me vrouw Van Tienhoven-Hacko aangeboden bij het zilveren huwelijksfeest, dat ze Zaterdag met hunne Jkinderen te Godesherg vierden, behoort een zestal candelabers, door de firma Hoeker en Zoon geleverd, welke aan 't zil veren paar door negentig hunner Amsterdam sche vrienden is aangeboden, en waarbij de wapenschilder J. M. Lion in schoonschrift eene fraaie opdracht schreef en schilderde. Bjj kon. besluit is de heer mr. J. Lion, Oost-Indisch ambtenaar met vorlof, eervol ontheven van de hem opgedragen werkzaam heden als secretaris der commissie tot het ontwerpen van een nieuw wetboek van straf recht voor de Europeanen in Nederlandsch- Indie, onder dankbetuiging voor de doorhem als zoodanig bewezen diensten. De Staatscourant van 13/14 dezer bevat een kon. besluit van 11 Sept., houdende verbod van in- en uitvoer uit Oostzaan van levende varkens en van uitvoer uit die ge meente van vleesch, mest en afval dier dieren. Internationaal Landbouw-Congrcs. Sluitings-byeenkennst op Zondag IS September, te 9 uren. Onafgedaan was gebleven de quaestie van de armenzorg ten platten lande. Overeen komstig het rapport der sectie, die deze zaak heeft behandeld, werd besloten de Internatio nale Commissie op te dragen die quaestie voor het volgende Congres ter oplossing voor te bereiden. Voorts de quaestie der proef- en onderzoe- kingsvelden. De daartoe betrekkelijke con clusion werden aangenomeninstelling van eene speciale sectie voor stelselmatig onder zoek naar vaste beginselen; periodieke bij eenkomst van de directeuren der statioffêj opdracht aan het uitvoerend comité Van het Congres, om zich in betrekking te stéllen met de hoofden om landbouwinstellingen'enz. De heer Sagnier bracht nu de voorstellen van de betrekkelijke afdeeling téf tafel om- Verloren en gered door eene duif. 1.) Als men de Maskegon-rivier, in den staat Michigan, stroomopwaarts volgt, komt men bij het Honghton-meer, een groot waterbekken van meer dan twintig Erigelsche mijlen in middellijn. Wie deze Honghton was, naar wien het meer genoemd werd, weten wy niet. Het is waarschijnlijk dat de een of andere Trapper zoo heette, die het eerst den glanzenden waterspiegel van het meer ont dekte en zijne kameraden in kennis stelde met die ontdekking. Dichte wouden sluiten het meer in, waarin op gezette tijden vele wilde eenden en andere watervogels zich ophouden. Op een namiddag in de maand September slenterde een jonge man langs den oevor van het meer. Hy heette Eduard Aimer en was sedert eenige jaren als ingenieur in een groo- ten zaagmolen aangesteld. De onderneming, eene vennootschap op aandeelen, gedijde zeer goed, totdat zij op zekeren dag ook onder do kwaal van den tegenwoordigen tjjd te lijden had. Alle arbei ders legden plotseling wegens toonverschillen den arbeid neer, en tot het einde der werk staking moest de zaagmolen tegen wil en dank stilstaan. Zoo had dus de Duitsche in genieur veel vrjjen tyd, welken hy besteedde voor het doen van kleine jachtpartijen. Daags te voren dat hjj, toegerust voor de jacht, zijn net huisje naast den zaagmolen verliet, had h(j tot zyne vrouw gezegd dat hij wel twee, misschien wel drie dagen zou uitblijven, en er daarna bijgevoegd, terwjjl hjj op eene schoone, met groote zorgvuldigheid ingerichte duiventil wees: Vergeet niet, Mathilde, zoolang ik van huis ben, mjjne postduiven te voederenAl houdt gij er ook niet van, omdat ik er zooveel tjjd aan opoffer, moet ge mij ditmaal dezen dienst bewijzen." Hjj was namelijk een groot liefhebber van den postduivensport, stond ook op die wjjze met een vriend te Chicago, die ook tot de groote Amerikaanscho vereeniging van eige naars van postduiven behoorde, in verbinding. Daar de telegraaf nog niet zoover in het Michiganwoud was doorgedrongen, konden in gewichtige gevallen de postduiven mededee- lingen veel vlugger bezorgen dan dit door de post of speciale boden kon geschieden. Eduard Almer jaagde dus aan den zuide- lyken oever van het in de namiddagzon prachtig fonkelende Honghton-rneer, verge zeld van zjjn trouwen jachthond Terry. Hjj had nog niets geschoten, maar dat was slechts bjjzaak. Hjj werd in verrukking gebracht door de stille eenzaamheid van het woud, door het grootsche natuurschoon dezer streek, welke, zooals gewoonlijk, in den zoogenaamden Indianen-zomer, in September, zich nu juist in haren schoonsten tooi vertoondo. Om de schilderachtige oevers nog beter te kunnen overzien, ging hjj op eene kleine in het meer zich uitstrekkende landtong. Er woei een stevige noordenwind en de golven ruischten hem tegen. Eensklaps ontwaarde hjj tot zijne verwon dering eene kleine zeilboot, welke naar de uiterste spits der landtong dreef. Het was een zwart, onhandig en naar het scheen door geen bijzonder bekwamen arbeider vervaar digd vaartuig. Toen het naar den oever dreef en in het riet bleef vastzitten, liep Almer naar die plaats en zag dat de kleine mast met hot zeil, benevens een bootshaak en twee roei riemen, in het vaartuig lagen. Onder de ach terste bank stond eene mand met vier fles- sclien rum; daarvan waren twee nog vol, twee half geledigd, En in het voorste ge- deelte dor boot stond een wonderlijk toestel. Het scheen eene soort van kopieerpers te zjjn, en wel eene geheel nieuwe, nog niet gebruikte. Almer meende dat de boot aan den noor- delyken oever van het meer door een of ander toeval losgeraakt moest zjjn, en be sloot na eenig nadenken, haar aan den eige naar terug te brengen. Het was zijn plan geweest, om het geheele meer, welks uitge strektheid hjj evenwel niet nauwkeurig kende, om te wandelen. Nu kon hy het immers veel gemakkelijker hebben en, op den noorden wind kruisend, de watervlakte passeeren. Hjj stapte in het vaartuig, liet zjjn hond er in springen, zette den mast op, trok het zeil op en stootte met den bootshaak van de landtong af. Vervolgens greep hjj het roer en zeilde naar het noordwesten, om na een uur naar het noordoosten te stevenen. Daarbij geraakte hjj tweemaal in de onstuimige strooming van den Maskegon, welkedoorhet meer loopt. Almer was wel is waar vrij goed vertrouwd met het besturen eener zeil boot, maar weldra begreep hjj dat 'de tocht toch gevaarlijker was dan hy gedacht had, met name als de wind in kracht mocht toe nemen. (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1891 | | pagina 1