DAGBLAD. N°. 9637. Vrijdag 24 Juli. A0. 1891. feze gourant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en feestdagen, uitgegeven. LEIDSCH PRIJS DEZER COURANT: T»9t L«id*n p«r 3 muodaLit. Fr*no# per postL40. Afzonderlijk* Nommerm.0.G5. PRIJS DER ADVERTENTIÊN: Tab 1remets ƒ1.06. Iedere regel moot ƒ9.1 Pf. Ckeotere letten dut plaatsruimte. Yoor hal incasseer© d buiten de stad wordt ƒ0.19 berekend. Officieel© KennU^erlntfen. Burgemeester en Wethouders van Leiden brengen ter algemeene kennis, dat door hen is bepaald dat de herstemming ter verkiezing van vier leden van den Gemeenteraad zal plaats hebben op Dinsdag 4 Augustus 1891. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Leiden, DE KANTEE, Burgemeester. 22 Juli 1891. E. KIST, Secretaris. Leiden, 23 Juli. Naar wy vernemen, zullen bi] de ont hulling en opdracht van de gedenkplaat, ge plaatst aan de Pieterskerk ter eere van Rev. John Robinson M. A., morgennamiddag, aan vangende te twee uren, de volgende plechtig heden plaats hebben: lo. Verslag van den secretaris. Rev. Morton Dexter M. A., Boston, Mass. 2o. Tot wijding van de plechtigheid. Rev. Alexander Mackennal D. D., London. 3o. Onthulling van de gedenkplaat. Miss Edith B. Palmer. 4o. Aankondiging van de verdere plechtig heden in de St.-Pieterskerk. 5o. Lofzang (in de Kerk): „0 God,beneath thy guiding hand". 60. Toespraak. - Rev. Charles Ray Palmer D. B., Bridgeport, Conn. To. Inwijdingsgebed. Rev. Frederic A. Noble D. B., Chicago, 111. 80. Slot der toespraak door dr. Palmer. 9o. Beantwoordinga. door de gemeente- commissie b. door den burgemeester; c. van wege do universiteitd. vanwege do afge vaardigden uit Engeland en anderen. 10. Lofzang: „The breaking waves dashed itigh". a 11. Zegenbede. Naar wy vernemen, zal de zestigjarige herdenking van den Tiendaagschen Veldtocht in onze gemeente niet stil voorbijgegaan worden. De vereeniging „Het Metalen Kruis" heeft het voornemen opgevat baar gewoon jaarfeest thans te vieren op 12 Augustus a. en luis terrijker dan vorige jaren. Het plan bsstaat n.l. te geven eene matinee van 2 4 uren 's middags er. eene soiréedes avonds van 8-10 uren. De muziek, daartoe benoodigd, is welwillend toegezegd door den heer kolonel der infanterie. Bovendien zal een feestelijk versierd lokaal Café „Zomerlust", aan den Stationsweg j^o"ui±XX©-to:o.. Au b o li M a r c li 4. Slot.' „We verstaan elkander toch wel goed? Ik bedoel dien armband, weikon ik gisteren bij u voor tweehonderd gulden kocht." „Vergeef mij, baron, voor tweehonderd - dat^.vas eene geheel andore soort van. Henri sloot den juwelier met zyn hand schoen den mond en zeido haastig: „Gij verstaat mij niet goed, beste Gr. Ik zeg u, ik heb gisteren een van deze arm banden hier daar liggen ze immers - voor tweehonderd gulden gekocht! Begrijpt ij, mijnheer, ik heb met iemand eene grap gehad en zou nu niet willen dat is te zeggen, ik zeu niet willen dat mij het ge- roegen verbitterd word. Dus, als in den loop ran den voormiddag een overste bij u mocht komen, om een dergelyken armband te koo- pen, dan kost die tweehonderd gulden; be grepen?" Den heer Gr.scheen de zaak niet recht te bevallen; hij trok zulk een ernstig ge zicht, dat Henri er spoedig op liet volgen „Het spreekt immers vanzelf dat ik den namiddag terugkom en u het verschil van twee duizend achthonderd gulden bijbetaal. Is mijn woord u voldoende?" „Welk eene vraag, baronTot elk bedrag!" antwoordde de koopman verplichtend. „Dat een aantal introducé's kunnen bevatten, ofschoon wij hopen dat dit niet noodig zal wezen, maar de natuur zoo goed zijn zal een handje te helpen de feestvreugde te verhoo- gen, zoodat een prettig zitje in den tuin welke versierd en bij den avord schitterend verlicht wordt niet tot de onmogelijkheden zal behooren. Het bestuur rekent op groote deelneming by de matinée; voor de soiróe zal de intro ductie meer beperkt zijn, met het oog op de beschikbare ruimte, vooral nocdig als men nog eens een dansje wil maken. Voorloopig is bepaald dat alle onderofficie ren van marine, leger en schutterij, mits in uniform, vrijen toegang hebben met dames. Zij, die gerechtigd zijn tot het dragen van het Metalen Kruis, worden uitgenoodigd hot feest met hunne tegenwoordigheid te ver eeren, maar om bijzondere redenen wordt vooruit opgave verzocht van hunne komst. Het zal 't bestuur zeer aangenaam zyn wanneer alle dragers van 't Metalen Kruis zich willen opgeven aan een der volgende heeren: J. Goedeljee Sr., Hoogewoerd; A. Roovers, Yolmolengracht No. 21J. De Smit, Weddesteeg 4 (Kweekschool v. Zeevaart)L. N. W. Luppes, Nieuwe Beestenmarkt la, en Jan Hogenkamp, Lammermarkt 49. De gelegenheid tot aangifte blijft openge steld tot 5 Augustus a. s. Mochten door eene of andere omstandigheid heeren oud-strijders niet aanwezig kunnen zijn, dan wordt men verzocht zijne instemming te betuigen door een kaarlje te zenden aan laatstgenoemd commissielid. Wellicht dat op doze wijze eene volledige lyst van de thans nog in deze gemeente levende oud strijders te verkrijgen zal zlin. De leden zullen het recht hebben tot mime introductie. Mocht iemand zich bij voorbaat van het recht van toegang verzekeren of na dere inlichtingen willen vernemen, dan is by bovenstaande hoeren daartoe de meest moge lijke gelegenheid. Gisteravond is te 's-Gravonhage na een langdurig lijden overleden M. D. graaf Van Limburg Stirum, gepensionneerd luit.-generaal, die eertijds de Citadel van Antwerpen hielp verdedigen, in 1872 als minister van oorlog optrad en in September 1873 ontslag nam na de verwerping van het hoofdbeginsel zijner militiewet (afschaffing d9r plaatsvervanging). is hel niet, wat my bedenkelijk schijnt, maar ziet u, wie zal u en mij gelooven, dat deze armbanden tweehonderd guidm ko ten? Vergeef mij, baron, ik begrijp de zaak niet, maar zy lykt mjj. „Juist, wijl gij de zaak niet begrijpt, waarde heerl Ik geef u mijn woord, dat uwe beden kingen allen grond missen. My echter, die steeds bij u kocht, en die bij mijn huwelijk nog zeer veel noodig zal hebben, mij helpt gij daardoor uit een dwazen, zeer onaange- namen toestand. Dus wij begrijpen elkander, nietwaar?" De heer Gr.trok met de schouders en boog toestemmend, waarna de baron het magazijn verliet. Ongeveer een uur later ontmoette Larossy den overste van zijn regiment, gearmd met zijne vrouw. „Wij gaan naar Gr.zeide de overste, „om to zien, of hij nog van dia prachtige armbanden heeft." „Zoo, daar moet ik by zijndacht Henri. Lu.d zeide hij „O, zeker heeft hy nog." Toen het gezelschap in den winkel trad en de overste naar den armband vroeg, zoo als de baron er gisteren een kocht, zette de heer Gr.een zeer verbluft en ellenlang gezicht. Henri wierp hem een veelbeteekenenden, half verzoekenden blik toe; hy echter trok HU was de stichter van den Anti dienst- vervangingsbond. In wetenschappelijke kringen was de over ledene ook zeer geéerd wegens zyne wys- geerige studiën. De teraardebestelling zal geschieden Zater dag a. s., des voormiddags te elf uren, op de Algemeene Begraafplaats, op verlangen van den overledene zonder militaire honneurs. De officier van gez. 2ae kl. (arts) H. D. Tjeenk Willink is te Atjeh op 34 jarigen leeftijd overleden. By koninklijk besluit van 21 dezer is benoemd tot broeder in de orde van den Neder- landscken Leeuw, de opperwachtmeester-hoef smid W. Kamerbeek, van hot 1ste reg. huza ren, werkzaam bij de ry- en hoefsmidschool. De gemeente Haarlem is thans naar den zin der wet op de personeele belasting ge plaatst in de 2de klasse, berekend naar eene bevolking van de kom der gemeente van 36- tot 43,000 inwoners. De huurwaarde-census is daardoor van f 49 op f 80 gebracht. Het stoomschip „Drente", van Rotter dam naar Java, arriveerde 22 Juli te Mar seille; de „Merapi" vertrok 22 Juli van Batavia naar Rotterdam; de „PrinsFrederik Hendrik" arriveerde 22 Juli van West Indife te Nieuw- York; de „Prinses Marie", van Amsterdam naar Batavia, vertrok 23 Juli van Suez; de „Sumatra", van Batavia naar Amsterdam, passeerde 22 Juli St.-Vincent. I11 den Schouieburq op de Oude Vest werd gisteravond door de vereenigde Rotterdamsche tooneolisten opgevoerd „De verloren zoon", muziekdrama zonder woorden in drie bedry- ven, uit het Fransch van Michel Carré fils, muziek van André Wormser, met succes opgevoerd in onderscheidene hoofdsteden van Europa en ook in Nederland met grooten bij val ontvangen. De inhoud van dit drama komt op het volgende neer: Een ouderpaar heeft een eenig kind, een oenigen zoon, die, hoewel nog jong, reeds zóóveel 3chijnt genoten te hebben, dat niets hem meer kan veraangenamen. Het jonge- mensch is blasé. Welke pogingen nu ook door de ouders worden aangewend om hem iets te verschaffen, dat hem uit dien toestand kan rukken, ze helpen niet. Slechts éóne enkele weet hem in verruk- ter zijde en Huis den baron onbemerkt terde hem in: „Ik moet u z^ggor, baron..." „Geen woord!" antwoordde Honri, even eens fluisterend. „Gij hebt het my beloofd en houdt uw woord!" Daarop voegde hij zich weer bij den overste en diens vrouw, aan wie inmiddels de arm banden waren voorgelegd en zeide, als om den heer Gr... elke verklaring af te snijden, met. den noodigen klemtoon op de woorden: „Tweehonderd gulden voor zulk een stuk is werkelijk een buitengewoon billijke prys." „Inderdaad", zeide do overste, „en ik denk er over, of wy niet - wat dunkt u, Amalia? Onze Roza is spoedig jarig; ik zou voor hot lieve kind nauwelijks een mooier geschenk weten te bedenken zullen wy niet maar dadelijk ook een tweeden nemen? „O, zy zal er mee in d9 wolken zijn", riep mama uit. En Henri bevestigde dit met eene zeer eigenaardige uitdrukking ir. gelaat en stem „0, zeker, zeker; het za! haar veel ge noegen geven!" „Dus nemen wij ze beiden!" besliste de oversie en reikte den heer Gr.vierhonderd gulden over. De juwelier ontving met een vragenden blik op den baron, die dezen met een onmerk baar schouderophalen en eene bevestigende hoofdbuiging beantwoordde, dankzeggend den koopprijs. king, in vervoering te brengen, en die éóne is de schoone bloemenverkoop3ter Phrynetto, die hij weldra bemint met al den hartstocht eener eerste, vurige liefde. Nu leeft hij weer op; hjj heeft een doel, voor hem een ideaal, voor oogen. Hy heeft iets te doen, al bestaat hot dan ook in het zenuwachtig schrijven van minnebrieven aan de schoone, die hem geheel heeft veroverd. Phrynetto overziet den stand van zaken; zy is zich bewust van hare overwinningzy is echter alleen bereid hem te believen tegen be taling. De arme Pierrot heeft geen geld, want de beurs, hem door zyn vader vroeger aan geboden, heeft hy geweigerd aan te nemen. Geld moet hy nu echter hebben en des avonds iaat, als zijne ouders hem te bed wanen, sluipt hij de kamer binnen, waarin dezen, die in slaap gevallen zijn, nog aan de tafel zitten. Hij neemt uit den jaszak van vader den sleutelbos, opent de secretaire en vult zijne zakken met geld. Hij vischt ook den huis sleutel uit 's vaders zak en verlaat de ouder lijke woning. Door het rinkelen van het geld zijn de ouders wel ontwaakt, maar beletten hun jongen, wiens gemoedsverandering zij met groote vreugde hadden opgemerkt, den uittocht niet, iets, dat wel een beetje wonderlijk is. Pierrot vlucht met Phrynetto naar verre streken. Zy leeft daar evenwel op zoo'n groo ten voet, dat hy weldra al de hoeden en kos tuums, op eene ellenlange rekening voorko mende, niet meer kan betalen, hetgeen haar met verachting voor hom vervult. Hy is der wanhoop nabij en vindt alleen misschien nog redding door het kaartspel. Die gaat hy zoeken. Inmiddels heeft Phrynetto kennis gekregen aan een baron, die er een zwarten knecht op nahoudt en haar door dezen cadeaux en briefjes zendt. De betrekking tusschen haar en hem worden steeds intiemer; door allerlei bekoorlijkheden weet zjj hem een aardig som metje afhandig te maken en eindelijk gaan ze er samen, bepakt en beladen, van door. Pierrot heeft indordaad geld met spelen verdiend. Hy komt terug, maar.zyn alles is weg. Hy werpt het geld van zich en gaat wanhopend heen. De ouders zyn inmiddels zeer verouderd. Het haar dar moeder is vergrijsd, de vader is niet meer de man van vroeger. Zy ljjdon. „Gisteren hadt gy er nog drie", zeide Henri tot den boer Gr. „Jui-t", antwoordde deze, „ik wilde straks reeds modedeelen, dat vóór een halfuur de overste dien u de goedheid hadt mij aan te bevelon er reeds een kocht." „Zoo, zoo?" zeide Henri. „Voor tweehon derd gulden?" „Voor tweehonderd gulden." „Wie was dat?" vroeg mevrouw. „Het spijt mij dat ik den naam van den overste niet weet. Het was een groote, statigo heer." „O, Ó9 heer Von Rudenburg. Hij zeide gisteravond ton onzent reeds dat hij zulk een armband voor zyne zuster wilde koopen." By het heengaan zeide de overste tot den heer Gr. „Gy zyt door den baron tot een recht aar- digen afzet gekomen." „O", merkte Henri op, „de prys beveelt de waar ook zoozeer aan." In den namiddag trad baron Laras3y weer by den heer Gr.binnen en zeide tot hem „Hoor eens, mijn waarde hoer, hier hebt gy eene aanwyzing voor 8400 gulden; daar mee is onze zaak afgedaan. Nu moet gij mij echter nog een genoegen doen." „Zeer gaarne, mijnheer do baron." „Goef my er uw woord op, dat gy van deze soort armbanden niet zoo spoedig weer nabestelt."

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1891 | | pagina 1