N°. 9633.
IMLaaiiclag; SO «Tvili.
A®. 1891.
feze jouraat wordt dagelijks, met uitzondering
van (Zon- en feestdagen, uitgegeven.
Eerste Blad.
Verpleging Tan krankzinnigen.
Leiden, 18 Juli.
DAGBLAD.
PRIJ8 DEZER COURANT:
Voor Ltidea p«r 9 mandenf 1.10.
Franco por post1.40,
Afzonderlijks Nonunere0.05.
PRIJS DER ADVERTENTIÊN:
Va* 1—5 regels f 1.05. Iedere regel meer f0.17j.
Grootero lettere naar plaatsruimte. Voor het
incasseeren buiWn de stad wordt f0.10 berekend.
Het gewichtigste voorste!, dat ditmaal voor
onze Provinciale Staten aanhangig was, was
dat om aan de gemeenten Delft en Dordrecht
eene bijdrage te vorleenen in de kosten van
verbouwing en uitbreiding van haro krank
zinnigengestichten. Het voorstel van Gedepu
teerde Staten strekte om 50 pCt. in de daar
voor gevorderde kosten by te dragen, voor
Delft tot een maximum van ƒ100,000, voor
Dordrecht tot een maximum van ƒ165,000.
Tot hoever de zorg van Provinciale Staten
zich ten opzichte van krankzinnigenverpleging
.moet uitstrekken, wordt bepaald door art. 11
■der wet van 27 April 1884„Voor zoover niet
op andere wijze in de behoefte aan gestichten
tot opneming van de in eenige provincie
wonende of verblijvende krankzinnigen wordt
.voorzien, zorgt het bestuur der provincie hetzij
afzonderlijk, hetzij in veroeniging met de be
sturen van andere provinciën, voor de oprich
ting en instandhouding van gestichten, vol
doende aan de door deze Wet gestelde eischen."
Gedeputeerde Staten toonden breedvoerig
en onwederlegbaar aan, dat uitbreiding der
gelegenheid om krankzinnigen te verplegen
in onze provinciën gebiedend noodzakelijk is,
wil men niet in de dus aan do provincie
opgelegde verplichting tekortschieten, en dat,
wordt de beoogde verbouwing uitgevoerd, voor
eene lange reeks van jaren in de behoefte
zou zjjn voorzien.
Nu was evenwol tweeërlei bewoging tegen
het voorstel van Gedeputeerde Staten in het
leven geroepen. Eenerzijds werd aangedron
gen op den bouw van een provinciaal gesticht
in de nabijheid der gemeento Leiden, ten
einde dit dienstbaar te kunnen maken aan
het psychiatrisch onderwijs. Te dien einde
waren adressen ingediond door de faculteit
der geneeskunde aan do Leidsehe Universiteit,
door 120 medische studenten aldaar, door het
hoofdbestuur dor Nederlandsche Maatschappij
ter bevorderiug der Geneeskunst en door de
Nederlandsche Vereeniging voor psychiatrie.
Voor de argumenten, in deze adressen aan
gevoerd, moet een iedor zegt het „Vad."
eer voel voelen, wien het zoo hoogst gewich-
ige en te veel verwaarloosde onderwijs in
■de psychiatrie ter harte gaat. Nochtans moet
het blad hot billijken, dat Gedep. Staten aan 't
tot hen gerichte verzoek gehoor geen gaven.
Voor hen toch mag de eertTge vraag zijn,
wat tot de zorg der provincie behoort en
met welke finantieele lasten z(j de inge
zetenen der provincie mogen bezwaren. En
nu hebben zy, met de zorgvuldigheid en
nauwkeurigheid, die men van hun college
gewoon is, uitgerekend, dat de bouw en exploi
tatie van een eigen gesticht, als gewenscht
wordt, de provincie op zeer zware lasten zou
jagen en met het oog op de reeds bestaande,
maar dan licht tot verval gedoemde gelegen
heden tot verpleging van krankzinnigen, voor
de provinciale behoeften geheel onnoodig zou
wezen.
Een gesticht bij Leiden zou zeker het ge-
heele land ten goede komen, èn omdat het
op eene bevolking uit het gansche land zou
kunnen rekenen, èn omdat het de gelegen
heid zou verschaffen voor deugdelijk psychia
trisch onderwijs. Maar daarom kan de vraag
niet worden ontweken, ja, zal de vraag eer
lang moeten worden gesteld, of het niet
Staatsplicht is voor de oprichting van een
modelgesticht in de nabijheid van een der
academiesteden te zorgen. De wet op het
hooger onderwijs, welke onderwijs in de psy
chiatrie voorschrijft, legt implicite den Staat
de verplichting op voor de hulpmiddelen voor
dat onderwijs behoorlijk zorg te dragen. De
Leidsehe geneeskundige faculteit beweert wel,
dat het een gewichtig provinciaal belang is,
dat voor een psychiatrische kliniek te Leiden
gelegenheid geopend wordt, omdat anders de
toekomst van bet geneeskundig onderwijs te
Leiden op het spel staat, maar dit noemt
het „Vad." een drogreden. Aangenomen, dat
het waar is, wat op goede gronden kan be
twijfeld worden, dat het geheele geneeskundig
onderwijs te niet gaat, als er geen goed psy
chiatrisch onderwijs is waar moeten dan
al de studenten heen? dan moet nog ge
tuigd worden, dat het niet op den weg der
provincie ligt in dit opzicht voor 't belang
der gemeente Leidon te waken. Het moge
oen provinciaal belang zijn, dat het do ge
meenten in de provincie in alle opzichten goed
gaat, daarom is nog de provincie niet ge
roepen voor de gemeenten datgene te doen,
wat op den weg ligt van het Rijk.
Van andere zijde werd er tegen het voor-
stol van Gedep. Staten geagiteerd, omdat het
geheel onnoodig zou wezen. In dien zin
scheen een beweging van de anti revolution-
naire leden der Staten uit te gaan, tot wier
tolk „De Boodschapper" zich maakte. Dit blad
noemt de uitgaven voor uitbreiding van be
staande krankzinnigengestichten overbodig,
omdat de „Vereeniging tot Christelijke verzor
ging van' krankzinnigen en zenuwlijders in
-fc"
HANS EN RIKA.
Van II. Scliobert.
Doon JOHANNA.
1.)
Élégant als een kwikstaartje en altoos
eve» zindelyk en rietjes zag Rika er uit;als
z\j daar zoo heen st?.pte met een grooten
koperen emmer in de eene hand, terwijl zjj
met de andere haren sneeuwwitten boezelaar
vasthield, keken de oude vrouwen haar vol
welgevallen na; de jongelieden keerden zich
meer dan ééns om, om haar na te staren, en
slaakten daarbij een diepen zucht. Want al
was Rika vlug en aantrekkelijk van uiterlijk,
heel vriendelijk was zij niet; zij was erg
bits en kort-af, ook al kwam men nèg zoo
vriendelijk en deemoedig naar haar toe.
„Dat leert zjj van de directrice van hot
instituut, en ze is er toch niets meer dan
dienstmeid", zeide vrouw Grol. „Die direc
trice mag zoo vroom zjjn als zij wil, ze is vree-
seljjk trotsch.alleen voor Rika is ze lief.
nu, het is minder, hoogmoed komt voor den
val; dat zal ze zelve wel ondervinden."
Iedereen schudde er het hoofd over, vooral
de vrouw van den dikken kruidenier daarop
den hoek, wier winkel vlak tegenover het
instituut was; zjj verdiende zooveel, dat ze
op Zondag een zwart zijden boezelaar kon
dragen, en hare nicht, de vrouw van den
voorzanger, op de koffie kon verzoeken,
welke zij op een damast servet had klaar
gezet. Dat die vrouw van den kruidenier
Rika niet mocht lijden, kwam door haren
zoon, den blonden Hein, die, om Rika te
bohagen, zjjn stroegeel haar zoodanig met
olie bestreek, dat zijne ooren en slapen ook
rijkelijk hun deel kregen.
Hein keek soms Rika met zijne blauwe
oigen zóó verliefd aan, dat zjj hem met oen
spotachtig lachje voorbjjstapte.
„En Hein is nog wel zoo'n aardige jongen",
zei de kruideniersvrouw eens tot de directrice
„ge moogt dat verwaande nest de waarheid
wel eens zeggen", voegde zij er bij, „want
zoo'n knappe jongen als Hein kan aan alle
tien vingers wel eene vrouw krijgen."
„Nu, het is zoo erg niet, vrouw Grol",
zeide de directrice, „Rika is nog wel wat
jong om te trouwen, en kreeg uw Hein ook
al zin in een ander meisje, dan was het nog
wel te overkomen 1 Rjka is nog zoo kort in het
instituut; ik zou haar'zeo gaarne nog een paar
jaar houdenze is eene wefes en daarom houd
ik nog meer van haar dan van de anderen."
Nederland" het voornemen heeft onder de
gemeente Loosduinen een gesticht te bouwen,
volgens het paviljoonsteleel, ten behoeve der
zuidelijke provinciën. Waar het particulier
initiatief zoo krachtig optreedt, acht het blad
hst onverantwoordelijk, gansch noodeloos, een
zoo aanzienlijke provinciale subsidie aan ge
meentelijke inrichtingen toe te kennen.
Deze redeneering verbaast het „Vad." om
meer dan ééne reden, welke zjj het uitvoerig
Alleen dan zou er reden kunnen zijn voor
de provincie zich terug te trekken, als zeker
heid werd verkregen, dat het R(jk ten behoeve
van het psychiatrisch onderwijs den bouw van
een gesticht op zich zou willen nemen, dat
in de behoefte, ook voor onze provincie, voor
eene reeks van jaren zou kunnen voorzien.
Maar die zekerheid is vooralsnog, vreezen
wj), zegt het blad, wel niet te verkrijgen.
Geiyk we in ons vorig nommer mededeel
den, hebben de Provinciale Staten in hunne
zitting van gisteren besloten de zaak door
eene commissie uit hun midden te laten
onderzoeken.
Door do R.-K. kiesvereeniging te Voor
hout is de heer G. T. Van der Hulst, aftre
dend lid, weder verkiesbaar gesteld, terwijl
voor den heer L. Prins, ook aftredend lid,
die voor de a. s. verkieziDg op Dinsdag 21
Juli niet meer in aanmerking wenscht te
komen, do heer G. Prins gekozen is.
Na eene langdurige ziekte is te 's-Gra-
venhage overleden de tmer F. A. A. Gregory,
gepensionneerd vice admiraal, kanselier der
Nederlandsche orden. De overledene werd te
Doesburg geboren en bereikte den leeftijd van
77 jaar. Hjj vervulde op zeer eervolle wijze
als zee-officier zjjn dienst en was gedurendo
eenigen tjjd voorzitter van de examen com
missie voor zee-officieren.
De begrafenis zal plaats hebben a. s. Maan
dag, des voormiddags te 11 uren, op do
algemeens begraafplaats.
Met leedwezen verneemt men dat in den
toestand van den oud minister van oorlog,
den gep. luit.-generaal M. D. graaf Van Lim
burg Stirum, die sedert lang lijdende was,
eene ongunstige wending is gekomen.
Tot 2den luitenant der infanterie by het
leger in Oost Indië is benoemd de sergeant
A. I. F. Wolff, van het leger.
Naar het „Vad." verneemt, zou de ka
pitein-der inf. van het O.-I. leger H. F. V.
M. Schwing, gedetacheerd by het 8ste reg.,
die binnenkort met pensioen den dienst ver
laat, optreden als kapt -adjud. by het Koloniaal
militair invalidenhuis op Bronbeek.
De dirigeerend officier van gezondheid
der 1ste kl., de kolonel dr. W. J. De Meyer,
is door het ministerie van oorlog aangewezen
tot het bywonen van het internationaal con
gres voor hygiëne en demographic, dat in de
maand Aug. te Londen zal worden gehouden.
Omtrent de oefeningen der 1ste divisie
infanterie in de legerplaats by Zeist is het
volgende bepaald: van 25 Aug. tot en met
5 Sept. zullen aldaar kampeeren de veld-
bataljons van het reg. gren. en jagers, van
het 4de reg. iof. uit Leiden, Delft en Haarlem
en van het 7de reg. inf. uit Amsterdam en
Hoorn. Aan die regimenten worden van 25
tot 28 Aug. toegevoegd detachementen trein,
huzaren, ordonnances, genietroepen en hos
pitaalsoldaten, aan bet reg. gren. en jagers
bovendien een detachement marechaussees.
Voorts van 28 tot en met 3 September een
eskadron van het 3de reg. huzaren en eene
battery van het 2de reg. veld artillerie.
De oefeningen worden gehouden aanvan-
kelyk ondor leiding van de regimentscom
mandanten, en wel in de gemeenten Amers
foort, Baarn, De Bildt, Driebergen, Leusden,
Rijsenburg, Soest, Woudenberg en Zeist. Da
generaal-majoor H. P. J. Hennus is met het
algemeen toezicht belast; voor zooveel betreft
de oefeningen van 31 Augustus tot en met
3 September, zullen zy onder de algemeene
loiding van dien opperofficier plaats hebben.
Het eventueel te houden toelatings-exa-
men voor den artillerie-cursus en den voor
bereidenden practischen cursus der Militaire
School zal op 26, 27, 28 en 29 Augustus te
Delft plaats hebben in het gebouw der Poly
technische School.
Het geneeskundig onderzoek der adspiran-
ten en het meten hunner lichaamslengte zal
den 24sten en 25sten Augustus, telkens des
morgens om 9 uren en des middags om 2
uren aanvangende, in hot militair hospitaal
ter plaatse geschieden.
De commissie, waaraan het instellen van
dat geneeskundig onderzoek is opgedragen,
bestaat uit den dir. off. van gezondheid 2de
klasse Kipp en den officier van gezondheid
der 1ste kl. Straub en Van Batenburg.
De adspiranton, aan wie c. q. herkeuring
wordt toegestaan, moeten zich daarvoor den
31ston Augustus des morgens om 9 uren aan
het militair hospitaal te 's-Gravenhago aan-
melden.
Boos en rood van verontwaardiging keerde
vrouw Grol zich omsedert dien tyd was zy
Rika's verklaarde vyandin.
Heeft al iedereen op aarde zyn deel niet
alleen wat het geluk, maar ook wat ergernis
en verdriet betreft, de goede directrice had
ook het hare, want nu wilde het onge
luk, dat vlak naast het instituut, waar de
jongedames, met hunDe vrome directrice aan
het hoofd, den Zondag in afzondering en
vrome overpeinzingen doorbrachten, eene her
berg met eene kegelbaan wa.s. Dat was
's Zondags een geraas en getier, dat gaf
eon leven en een gepneat, dat iemand hooren
en zien vergingen.
Nu besloot de directrice den waard eens aan
te spreken, doch deze haalde veelbeteekenend
de schouders op, en zei, zyn driehoekigen
hoed in zyne handen ronddraaiend:
„Met alle respect, mevrouw, maar ziet u,
de menschen zyn nu eenmaal niet allen pre
cies hetzelfde op de wereld; de een houdt
van overdenken en rust, de ander van zin
gen en kegelen. Dat is nu eenmaal niet
anders, en wat meer zegt, als niemand vroo-
lyk wilde wezen of lust had om te kegelen
en te zingen, hoe zou ik, arme herbergier,
dan leven Ouzo goede oude Frits, de koning,
dacht er ook zoo OTer."
Hoo koning Frits er in zyn tyd over ge
dacht had, kon de goede directrice weinig
schelen; zy had voor dien man nooit een
byzonder „faible" gehad er. wat rust en
stilte op Zondag betreft, ja, die behoorden er
te zyn, meende zy; maar wat te doen! Zy
drukte hare fijne lippen styf togen elkander,
besloten als zy was den vruchteloozen kamp
op te geven. Dat waard Baldenweg nooit een
goed woord meer van de directrice kreeg,
behoef ik niet te zeggen. Zelfs later, toen
zyne vrouw gestorven en Hans, zyn eenigo
zoon, in den vreemde trok, had zy voor hem
geen enkel woord van troost.
In het midden van den zomer bleven alle
vensters op Zondag styf dicht; ook die der
slaapzalon, welke op de gang uitkwamen,
mochten niet open.
Rika sliep op een zolderkamertje, dat een
klein raampje had, waardoor zy precies in
den tuin van den herbergier kon kyken.
Wel is waar had Rika ook op Zondag niet
heel voel tyd om te kyken, want dan kwam
er altoos een neef van de directrice een kopja
koffie drinken, bleef 's avonds soupeeren en
speelde tusschen de koffie en het avondeten
eene party domino met de vrouw des huizes.
(.Wordt vervotod)