ondersteftiog zeker niet ongegrond, dat ook op dezen weg voor onze Nederlandache jonge meisjes eene toekomst is te vinden. Het Nederlandsch „Panopticum" te Am sterdam heeft een engagement afgesloten voer concerten met prinses Dolgorouki, wel bekend in de muzikale wereld, alsook door haar op treden in Rusland. De heer T. A. J. Van Asch van Wyck, de nieuw benoemde gouverneur van Suriname, heeft bij het nederleggen zijner betrekking als burgemeester der gemeente Amersfoort, aan alle ingezeter.on aldaar bij publicatie dank gezegd voor den stenn, hom als hoofd dier gemeente verleend. HU hoopt zijne krachten niet te hebben overschat door aan de roep stem van H. M. de Regentes gehoor te geven, en dat het hem gegeven moge zijn ook in Suriname de overtuiging te vestigen, dat hU niets anders beoogt dan den bloei dier schoone kolonie en het geluk van hare bewoners. EU koninklijk besluit is, met ingang van 1 Juli 1891, aan A. C. Bouwmeester, opzijn verzoek, eervol ontslag verleend als burge meester van Stad-Ommen en van Ambt-Ommen, met daDkbetuigiDg voor de door hem in die betrekking bewezen diensten. Aan mejuffrouw J. M. Rouenboff, geboren te Uedem (Pruisen), en aan mej. C. Plas3Chaert, geboren te Wacktebeke (België), mits zy overigens aan de daartoe bü de wet gevorderde vereischten voldoen, vergunning verleend tot het geven van lager onderwijs. Ingetrokken de benoeming van J. R.Sikkens, bp koninklijk besluit van 27 April 1891 be noemd tot lid van het hoofdbestuur voor het 6do onderdeel van het waterschap Hunsingo, provincie Groningen. 9IR0A1IE. Dan 12den Mei is het 2Gsto zittingjaar van de Koloniale Staten van Suriname geopend. De zaal was door de zorg van de feest commissie, voor de viering van het zilveren feest der Koloniale Staten, versierd met groen en bloemen en blauwe schilden met de namen van oud-leden en leden in zilveren letters Op da tafels prijkten keur van bouquetten en tea feestkoek voor den griffier, den heer J. H. Da Granada, die te gelijk zijn 25-jarig Jubiló vierde. Aan de ramen van het gebouw pronkten de beelteniss3n van H. M. de Koningin-Re gentes, H. M. de Koningin, den oud-minister van koloniën I. D. Fransen van de Putte ea den oud Gouverneur R. F. Van Lansberge. Ook de voor den heer Tonckens bestemde zetel was met groen en vlaggen kunstig versierd. Boven den zetel aan den muur prijkte de beeltenis van wijlen Z. M. Kening Willem III. Aan de rechter- en linkerzijde der verheven heid, waarop de zetel geplaatst was, prijkten door groen omkranst wederom de beelteniseen van HH. MM. de Koningin en de Koningin- Regentes. De Gouverneur, de heer Lobman, had den secretaris, den heer Tonckens, opgedragen da Staten te openen. De heer Tonckens hield, na binnengeleid te zijn, eene rede, waarin hjj in de eerste plaats enkele cijfers uit de begrooting voor 1392, te gelpk ingediend, mededoel'Je. Deze begrooting bedraagt in uitgaaf 1,66(3,219 en iu ontvangst 1,492,013, zoodat het sub sidie uit 's lands kas bedraagt ƒ174,206 of 58,921 minder dan voor het loopende jaar. Het subsidie voor 1890 is ver beneden de raming gebleven. Toegestaan was 306 340, doch slechts werkelijk noodig was 6421 of drie ton minder. Dit is vooral te danken aan do hoogere opbrengst der invoerrechten, welke 719,543 of bijna twee ton boven de raming gaven. Het uitvoerrecht heeft 10,090 boven de raming opgeleverd, de accijns op het binnen- landsch gedistilleerd ongeveer 2500 minder. Ha nog enkele mededeelingen omtrent de verschillende producten des lands gegeven te hebben, wenschte de heer Tonckens de Staten namens den Gouverneur geluk met hun 25 jarig feest en verliet de vergadering. In do hierop gevolgde tweede zitting der Staten werd, na afloop der werkzaamheden, de feestcommissie uit de burgerij ontvangen. De heer J. P. W. Van Etjck, oud ommegaand rechter en lid van het hoofdbestuur van het centraalcomité uit de feestcommissie, sprak de Staten toe. Hij herinnerde aan den vorm van bestuur vóór 1865, bracht hulde aan minister Fransen van do Putte, aan wien het Regeerings-reglement te danken is, en eindigde met den voorzitter een presidents hamer, met toepasselijke opschriften, aan te bieden, hot werk van Surinaamsche nijverheid. Nadat de voorzitter der Staten geantwoord had, werd de vergadering gesloten en be reidde zich een ieder tot feestvieren. „Doch helaas," zegt de „Suriname" van 15 Mei, waaraan deze medodeelingen ontleend zijn, „spoedig daarop, reeds om lO'/j uur, werd de feestvreugde verstoord, en kwamen de vrienden van mr. Lobman-Bergen in op stand en verzet tegen de Openbare Macht en tegen de burgerij. „De opstand duurt alsnog voort, en er zijn reeds tal van verminkten en zelfs een doode te betreuren. „De spanning, waarin de gebeurtenissen van Dinsdag tot nu ons gebracht hebben, belet on3 daarover uit te weiden. Wjj hopen later op een en ander terug te komen. „Dit slecht3 willen wj) constateeren, dat vin al de feestelijkheden, ni6t uitzondering van doa wedstrjjd met scheepsaloepen, door het gevaar, waarin de slad verkeerde, nieta is gekomen. Zelfs deze wedstrijd heeft plaats gehad onder toezicht van eene met politie gewapende stoombarkas, daar de equipages van de booten, die deelnamen, door de oproer lingen met geweld op de rivier waren be dreigd. „Ooze drukkerij, met vernieling en verbran ding bedreigd, wordt door 4 gewapende man schappen der politie bewaakt. „Ook de drukkerij Tan »De West-Indiër", welke op gelijke wijze bedreigd is, staat onder toezicht der politie. In eene particuliere correspondentie uit Paramaribo,' dd. 12 Mei, wordt verder aan het „Vad." gemeld: Ik heb geen tjjd om u alles te kunnen be richten wat heden te dezer stede plaats had en de heer Lohman mag wel tevreden wezen dat vandaag de kroon op zijn werk door het gepeupel i3 gezet. De bestelling var. rijst en meel heeft, zooals ik reed3 mededeelde, hem ds volksgunst bezorgd. Zijn orgaan „Volks bode" heeft hem daarbij de behulpzame hand geboden. Het volk, w(js gemaakt dat de Gou verneur het vrij "wil maken van het betalen van belastingen, doch daarin verhinderd wordt door de koloniale Staten en de burgerij, even als zij hem beletten de ontvangen voedings middelen tegen lagen prjjs van de hand te doen, heeft vandaag ergerlijk kui3 gehouden i p de bezittende klasse. Wat vannacht en morgen gebeuren zal, kan niemand nog voorzien. Dagen achtereen kwamen Para- en Sara- macca negers naar de stad om met Bergen te overleggen wat op 12 en 13 Mei moest worden gedaan. Ook bjj den Gouverneur ver voegden zij zich. Vóór de Gouverneur eer.e dier deputaties bij zich ontving, heb ik, ten huize van een aanzienlijk ingezetene bjj hot raam zittende, een gesprek van vier hunner gehoord, waarbij zü zeidon 't niet noodig te oordeeien bij den Gouverneur te gaan, omdat zij reeds van Bergen vernomen hadden, wat op 12 Mei te moeten doen. Terwijl volksspelen op het plein zouden plaats hebben en daarvoor de noodige toestellen waren opgericht, vernielde het gepeupel ver scheidene dier toestellen onder het oog van den Gouverneur, die met zijne familie op het balkon stond, zonder aan de wacht voor het Gouvernementshuis en de op het plein aan wezige politiemacht te gelasten, dat tegen te gaan. Toen werd de boel in de rivier gesmeten. De Proc. Generaal verschoen op hot terrein en liet eene charge onder den troep doen. Er vielen 4 of 5 gewonden. Daarop gingen eenigen van den troep naar den Gouverneur en vroegen of hii mede met de Staten feest vierde, waarop hg ontkennend antwoordde. Het volk bedreigde daarop de lieden, die aan den roeiwedstrijd zouden deelnemen, indien zij dit deden. Slechts de burgerjongens van de roeivereeniging namen aan den roeiwedstrijd deelniemand durfde 't anders. En zoo viel het feest in duigen. Toon ging het gepeupel den waterkant op, sloeg alle ruiten van de woningen van do Israëlieten stuk, eti vernielde hunne daken. Mr. Kalff—die waarlijk flink op trad en de meeste kalmte aan den dag legde,— ziende dat de politiemacht tegen hot gepeupel niet bestand was, liet de troepen oprukken. Maar toen kwam de Gouverneur zelf op het tooneel. Hij zond de militairen naar huis, na hen eerst hunne geweren te hebben doen ont laden. Met het gepeupel liep hij medo en telkens, als hy voor do eene of andere woning stand hield, scheen dit het sein te wezer. voor het gepeupel om die woning te bombardeeren. De woningen van mr. C. H. Van Meurs, v,<n de hoeren Pos, Benjamin Samson, Pinto, in do SaramaccAtraat. werden deerlijk gehavend. Een geloofwaardige ooggetuige verklaart mij zooeven, dat de heer Lohman voor de woning van B. Samson stond te lachen t09n het gepeupel m9t steenen wierp. Een der be woners werd daarop zóó verontwaardigd, dat hy den Gouverneur toeriep: „Mr. Lohman, dat i3 uw werkZog toch aan dat volk om op te houden". De Gouverneur antwoordde niet, maar ging met het volk verder. Die zelfde persoon wendde zich toen tot den Pro cureur Generaal en bracht eene klacht in tegen dsn Gouverneur, als de man, die het oproer had doen ontstaan. Mr. Kalff antwoordde dat de Gouverneur hom machteloos had gemaakt door de troepen naar huis te zenden, maar dat hjj de klacht zou verbaiiseeren. Meer en meer groeide het gepeupel in aantal aan, en de Gouverneur, eindelijk ziende dat de zaak te erg werd, smeekte het volk naar huis te gaan. „Wat gij nu doet, is slechts in het voordeel der Joden. Morgen zal ik u een gToot feest geven, gaat nu maar naar huis", riep de Gouverneur herhaaldelijk de menigte toe. Eu zoo ging de boel vanlieverlede uit elkaar. Maar intusschen zyn er verscheiden naar Para- en Saramacca vertrokken om helpers op te doen. Een politie agent, die mishandeld was geworden door een neger en dien hij arres teerde op het oogenblik, dat de Gouverneur op het terrein kwam, moest op bevel van den Gouverneur den arrestant loslaten. Maar onmiddellijk daarop sloeg do Deger den politie agent met een stok neder. En de Gouv. zweeg. Wat hier gebeurd is, is eene schande voor da Nederlandache RegeeriDg, die zulk een d jlzinnig man als mr. Lobman tegen alle waarschuwing in zoo lang heeft gehandhaafd. Ir 't niet meer dan erg, dat de burgerü het beschaafde en aan Nederland gehechte desl der bevolking, op deze wijze wordt mis handeld? Omdat zy als onaf hankelijke manner, a's zonen van de oud Nederlanders zich niet willen laten vertrappen door den Gouverneur, werden de half barbaarsche Para- en Sara macca-negers maandenlang stelselmatig op geruid en opgezet tegen hen, die prijastellen op orde en handhaving van het gezag, en nu als hyena's op dezen losgelaten. De bur- gery is verplicht zich te wapenen. Terwijl ik u dit achrpf, heb ik politie-agenten in mijne woning om my te beschermen tegen een aanval van het gepeupel, dat opgezet is om mijn huis in brand te steken. Denk niet, dat het oproer tegen de Joden is; het oproer is tegen allen, die met den Gouverneur niet medegaan. De „West-Indiër" kan vanavond niet go- drukt worden het gepeupel heeft gozegd de drukkerij in brand te steken als de uit gevers 't durven. Natuuriyk om geene andere raden dan dat de vrienden van Lohman niet willen hebben, dat hetgeen gebeurd is, in Holland per d9ze mail bekend zal worden. Aan le Amsterdam over Engeland aange komen brieven ontleent het „Hbl." de vol gende nadere mededeelingen over de ongere geldheden, welke te Paramaribo later hebben plaats gehad: Op het oogenblik (14 Mei) is het kalm, ofschoon de stad zich in een toestand van bsleg bevindt, 't Was heden, naar ik hoor, veel erger dan gisteren. Ik zeg „naar ik hoor", o ndat ik wel hedenmorgen naar mjjn winkel op weg was, maar wegens 't oorverdoovend rumoer en om myn lever, te redden ben te ruggekeerd toen de Para- eri Saramacca-negers enz. naar den Gouverneur zijn gegaan. De negers hebben op dit oogenblik de over hand. Zooals men vertelt, treedt de Gouver neur de politie belemmerend Sn den weg. Utieder huis (de bezitting van eene thans te Amsterdam wonende familie) aan den water kant is vandaag opnieuw gebombardeerd ge worden. Hier in de buurt ie Goddank tot nu toe alles stii, doch aan de Boksbrug, de Dominó-straat, de Saramaccastraat moeten ze vandaag hevig ingegooid hebben. Hedenmiddag heeft de begrafenis plaats van den voorzitter der N.-I. Portugeescbe gemeente; hoe 'tafge- loopen is, heb ik nog niet gehoord. Ik heb het huis niet verlaten, omdat ik al aangerand ben geworden. Ik heb een adres medegeteekend, in het gebouw der Loge „Concordia", om den minister te telegrapheeren, dat hy zal gelasten dat de procureur-generaal handelend zal optreden. De militaire en men zegt ook de marine- maoht zyn op dit oogenblik aan hetpatroui! leoren en de commandant heeft zjjn manschap pen last gegeven handelend op te treden. Zoodra de Gouverneur onder het volk komt, zooals ook heden, neemt hunne woede in hevigheid toe. Niettegenstaande het blad „De West-Indiër" 3 politie-agenten voor zyr.e drukkerij had, om het nummer te laten drukken, dat heden moest verschijnen, heeft dit toch niet kunnen plaats hebben. Isder diozyn leven liefheeft, zitin angst. Zoooven is de geheeie Marinemacht voorby getrokken. Marechau33ee3 rennen te paard door de stad; het einde is nog niet te voorzien. Ik hoop dat God 't ten goedo voor ons zal koeren. Ik zit al 2 dagen werkeloos. Al de winkels zijn gesloten, vooral die der Israëlieten. 't Is nu Donderdag; du3 al reeds de 3de dag dat de stad in rep en roer is. Verschillende menechen zijn gedood en ge wond, o. a. heeft de waarnemende commissaris Van Lierip, die aangevallen i3 geworden, een neger voor den kop geschoten. Ik hoor dat van de K. W.-I. Mail tot ver in de Saramaccastraat alles is afgezet door militairen. Overal is gesloten. Den herborgen is gelast geworden te sluiten. Er wordt niet toegelaten dat 2 of 3 per sonen met elkaar loopen. Men zegt dat circa 400 beschaafde kleur lingen zich in eene vergadering verbonden hebben de stad te helpen verdedigen. De troepen marcheeren met trompetgeschal door de stad. Naar men verhaalt, is antwoord op het telegram gekomen dat Kalff met de 2 commandanten in overleg moet treden, dat is met die van de marine en de militairen. Ik ontvang nu en dan bezoek van dezs en gene. die belang in or,3 stelt, en zoo doende word ik het een en ander gewaar. Het is nu rsed3 3 dagen, dat de stad zich in een staat van beroering bevindt. Men durft niet uitgaan. Ds zaken staan stil. De scholen zyn gesloten en God weet wat voor moer naaoei en onheil uit deze geschie denis zal voortvloeien. De schutterij is mobiel verklaard en is door de stad getrokken met de tamboers voorop. Iedereen, die een stok by zich heeft, wordt deze afgenomen. Volgens het telegram wordt de Gouverneur geheel ter zyde gesteld. Men is rl zóó ver moeten gaan zich af te vragen, of niet de bepalingen van het regeeringsreglement over krankzinnigheid op hem toepasselyk ver klaard moeten worden, indien hy nog belem merend in den weg zoude treden. De Chineezen en Portugeezen hebben heden al'en gesloten. Men kon niets te koop krygen, omdat het gepeupel de winkels begon te plunderen. Verscheidene bakkers hebben geen brood gebakken. By eene firma wilden ze vandaag de deuren met bijlen openbreken, waarop een van de Moravische Broeders in die buurt bytyds kwam om dat te beletten. Deze alleen hebben de winkels open gehad en ook brood gebakken. De bende moet ook de R. K. school, waar de „zusters" school houden, in de Burenstraat, aangevallen hebben". fn een ander sckryven leest men ook nog: „Waren do militairen in de vroegte uitge- i ukt, dan was het zeker zoo ver niet gekomen. Hadden wy mr. Kalff niet tot procureur- generaal, dan waren de gevolgen niet te be rekenen. Het is te hopen dat wy hem bly ven bshouden, hoewel zjjn Jeven niet zeker is; want hy wordt meer dan „beloofd" (d. i. be dreigd)." Gemengd Meuw*. Morgen hoopt P. F. Die mol, werk- zaam ter boekdrukkerij van don heer J. J. Groen alhier, den dag te herdenken waarop hij vóór vyf en twintig jaren by genoemde firma in dienst trad. Hedenmorgen is uit den Heeren- singel het lyk opgehaald van den persoon, die bij de firma W. H. Co., fabrikanten va« verduurzaamde levensmiddelen, de betrekking van kok vervulde. Omtrent do oorzaak van dit zoo hoogst treurige ongeval verkeert men nog in het onzekere. Het lyk word onder toezicht der politie naar het drenkelingenhuisje over gebracht. De Hooge Raad verwierp lieden het beroep in cassatie van den notaris G. S. tegen een arrest van het Hof te 's-Hertogen boscli, dd. 5 Mei jlwaarby hy, met beves tiging van een vonnis der rechtbank te Maastricht van 19 Maart ta voren, voor den tyd van vyf maanden in de uitoefening zijnet bediening is geschorst wegens misleiding van een client.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1891 | | pagina 2