Femlleion.
DOKTER JAM,
KOLONIËN.
BATAVIA, IS-24 April. (Vervolg)
Den 19den December van het vorige jaar
heeft een belangrijke postdiefstal plaats ge
had (van ƒ82,000), waarover reeds een aantal
personen is gehoord en thans ook een twee
tal in preventief arrest is genomen, nl. do
heer J. P. J. C. Van Stenis, laatstelijk chef
van het post- en telegraafkantoor te Welte
vreden, en mevrouw L. W. G. Van der Schoor,
geboren Schuak, die met harc-n echtgenoot
hetzelfde huis op Pintoe Besie bewoonden. De
vroeger gearresteerde tweede kassier der Ja-
vasche Bank en de Ckineesche kassier der
firma Tidman Balfour zijn wed6r op vrije
voeten gesteld. Tot dusver moet slechts ge
bleken zijn, dat de eerstgenoemde de door
den eersten kassier der Bank ontvangen bank
biljetten, welke tot de gestolene behoorden,
afgegeven heeft aan den kassier van Tidman
Balfour.
De „Java-Bode" weet uit de voorloopige
verhooren de volgende bijzonderheden omtrent
deze zaak mede te deelen, welke w(j natuur
lijk voor hare rekening laten.
Simin, de koewachter van mevrouw Van
der Sch., oen eenvoudige, dommo Inlander,
zag zijne meesteres op zekeren dag iets in
den tuin begraven. Toen de dame bespeurde
dat Simin met alle aandacht daarnaar stond
te kijken, waarschuwde zij hem dat by van
het begravene af moest blijven, want dat het
ontplofbare stoffen waren, zeer gevaariyk
voor onbekwame handen. Zoo dom was Simin
echter niet, of hy begreep wel dat dames
zich althans in Indië niet met dynamiet
inlaten; hy besloet het er dus des nachts
maar op te wagen en vond in het gat een
verzegelden tinnen sigarenkoker, welke by
opening eene macht van bankpapier bleek te
bevatten. Hoeveel precies kon hy niet lezen
of ontcyferen.
Nu komt Simin'8 vriend Oemar op; deze
verzoekt op een regecachtigen avond logies
by den koewachter en al spoedig komt het
i gesprek op den gevonden schat. Oemar, die
heel wat geleerder is dan zjjn gastheer, heeft
dadelyk geteld dat er 25,000 byeen is in
tfciljetten van ƒ200 en van 50 en hy weet
ook raad, hoe die te verzilveren. Simin geeft
- de geheele som aan Oemar over, die haar,
na allerlei geheimzinnige besprekingen met
verschillende Chineesche kassiers van bank-
- en handelsinrichtingen, weder by deze Mongo-
-len deponeert. De afspraak was, dat die kas
seiers de bankbiljetten geloidelyk in circulatie
zouden brengen en hem de netto-opbrengst
- natuuriyk met een ferm agio afdragen
naarmate de emissie slaagde. Nu moet dat
slagen wonderwel gegaan zyn, want hier en
daar zyn reeds gesignaleerde biljetten achter
haald alleen kreeg Oemar er maar een akelig
'beetje V3n te zien, Simin natuuriyk nog veel
►-minder en tot overmaat van ramp zyn deze
inlanders zelf herhaaldeiyk bestolen. Niemand
waagde het evenwel zich te beklagen, omdat
ieder er zich zeer goed van bewust was, dat
thy gestolen of geheeld geld onder zich had.
Summa summarum zyn nu van de vermiste
82,000 gulden, door de onvermoeide pogingen
van den assistent-resident en do schouten
Vermeulen en Hinne, een dikke 40,000 gul-
den terecht. By verder zoeken hoeft men een
DE GEHEIMEN
van een krankzinnigengesticht.
42.)
Hier moest oen geheim achter schuilen,
een geheim, dat in nauw verband stond met
het duistere raadsel, hetwelk Alfred tot nu
toe tevergeefs had zoeken op te lossen.
Van het huis van den heer Frohberg leidde
een voetpad door den tuin en het park naar
het krankzinnigengesticht; het was de rechte
en dus ook de naaste weg, welke slechts
zelden gebruikt werd.
Alfred hoopte dat de oppasser dezen weg
zou inslaan, en reeds de eerste schreden van
den breedge8chouderden man verrieden hem
dat hy zich in deze hoop niet bedrogen had.
Snel liep hy naar het park en wilde daar
den man afwachten, overvallen en tot be
kentenis dwingen. Aan het gevaar, waaraan
hy zichzelven daarby blootstelde, dacht hy
volstrekt niet.
Ongeveer midden in het bosch stond een
paviljoen, uit boomstammen en mos vervaar
digd, waar het voetpad langs voerde; dit
paviljoen bood den jongen man een welkomen
tweeden koker binnenshuis ledig gevonden
met duidolyke sporen er aan, dat hy ook
verzegeld was geweest, en in hechtenis ge
nomen huisbedienden moeten reeds bekend
hebben dat zy dien van den heer Van S. ter
reiniging van laksporen in handen gekregen
hebbon.
Bu besluit van den Gouverneur-Generaal
van Nod.-Indic is aan den Hoofdpanghooloe
to Kotta-Radja (Atjeh en Onderhoorigheden)
Hadji Abdullah, als oeu blyk van erkenning
van de door hem bij do aanrakingen met de
Sultanparty te Kemala aan den lande bewezon
diensten, toegekend de zilveren medaille voor
burgerlyke verdiensten, zoomede eene grati
ficatie van 500.
De commissie voor het in dit jaar te
Batavia te houden examen voor de Ilde af-
deeling der Krygsschool is samengesteld
als volgt:
L. Swart, luitenant-kolonel van den gene-
ralen staf, president; E. Polak, dirigeerend
apotheker 1ste klasseD. La Feber, kapitein
van den generalen staf; A. A. Veenhuizen,
kapitein der infanterie; W. Wethmar, kapitein
der artillerie; H. W. Scheuer, kapitein der
genie; J. H. De Sauvage, kapitein-intendant,
leden; en H. Kotting, 1ste luitenant der
infanterie, secretaris.
Door den gouverneur-generaal van Ned.-Indië zijn
de volgende beschikkingen genomen:
Civiel Departement. Ontslagen: Eervol uit
zijne betrekking, wegens ziekte, de verificateur 3de k).
bij de in- en uitvoerrechten en accijnzen I. H. De
Haan; eervol uit 's lauds dienst, de onderschout
voor de politie in do residentie Batavia W. Gastelaara.
Benoemd: Tot onderwijzer 2de kl. A G. Boes.
Ontslagen: Eervol uit zijne betrekking, de
stationschef 2de kl. W. F. N. Sijnja.
Benoemd: Tot stationschef 2de k). H. E. P.
Noltlienius de Man.
Goedgekeurd: Dat door den Landraad te
Pasooroeau is ontslagen op verzoek eervol, als bu:-
tengewoon eubst.-griffier buiton bezwaar van den
lande bij die rechtbank, mr. J. Luijte Boskott.
Geplaatst: In de res. Kedoe, de ben. adsp.-
controleur C. Canne.
Verplaatst: Van de res. Kedoe naar de res.
Preanger-Regentscbappen, de ben. controleur 2de kl.
T. M. Harthoorn; van de res. Pasoeroean naar
de res. Besoeki, de 1 en. controleur 2de kl. J. E.
Meijboom; van de res. Probodinggo naar de res.
Cheribon, de ben. adsp.-coDtr. P. Van Santwijk;
van de rea. 8oerabaia naar de res. Pasoeroean, de
ken. adsp.-contr. J. A. H. S. Hanazet Gordon.
Bepaald: Dat geplaatst blijft in de res. Preanger-
Regentschappen, de ben. adep.-contr. G. P. A. Biscbofi'.
Geplaatst: In de res. Weetes-afd. van Borneo,
de herben, contr. 2de kl. J. Van Hengel; in de
res. Zuider- en Ooster-afd. van Borueo, de herben,
coutr. lste kl. W. E. M. S. Aernout.
Verplaatst: Van de res. Z.- en O.-afd. van
Borneo naar de res. Riouw, de contr. lste kl. G. F.
P. Van Emmerik.
Departement van Oorlog. Overgeplaatst: lu-
fanterie, bij bet éde depot-bat. te Padang de kapi-
teiD H. A. L. Wicbora en de 2èe luit. H. L. Maar
schalk, respectievelijk van heb 9de bat. to Weltevreden
en 17de bat. te Padang; bij het Garnizoens-bat.
van Sumatra's Westkust, detachement te So'.ok* van
bet éde depot-bat. to Padang de lste luit. E. A.
Zegers; bij het Garniz.-bst. van de Wcster-afd.
van Borneo te Pontianak de lste luit. J. L. A. De
Grave, van het 15de bat. te Atjeh; bij bet 2de
bat. de kapitein P. C. Van Galen en do lste luit.
J. J. Brntel do la Rivière, respectievelijk vao bet
6de bat. te Magelang en van het Garniz.-bat. van
Atjeh en Onderh.; bij het 3de bat. te Atjeh de
lste luit. F. A. T. Sommer, van het garniz.-bat. Y»n
Palembang; bij het 9de bat. te Weltevreden do
kapiteins J C. Lindgreen en J. F. F. Van Bloemen
Waandera, respectievelijk van bet garniz.-bat. van de
Wester-afd. van Borneo en van bet 10de bat. te
Weltevreden en bij dat bat. de kapiteins J. P. Pie-
ters Graafland en J. A. T. Van Beek, respectievelijk
vau het 17de bat. te PadaDg en van het 9de bat.
te Weltevreden; bij het 12de bat. te Atjeh do
2de luit. W. Smits, van bet éde bat. te Djokdja-
karta; bij bet léde bat. te Atjeh van het lste
Depot-bat. te Meester-Cornelis kapitein A. C. Dor-
schuilhoek aan. Daar verschool h\j zich dus
en wachtte.
Langzaam kwam de oppasser naderby en
Alfred zag hoe hy van t*jd tot tyd bleef
staan om rond te kyken, alsof liy vreesde,
achtervolgd te worden. Nu had hy hot pavil
joen bereikt.
Alfred sprong als een woedende tyger op
hem toe on hield met een snellen, vasten
greep de keel van den man omklemd. Hy
kende dezen greep; zeer dikwijls had h(j in
Amerika gelegenheid gehad, dien te pro-
beeren.
„Geen geluid, als uw leven u lief is!"
riep hij met heesche stem.
„Dat u de duivel hale!" zeide Tom knarse
tandend, „ik zoek u en tot loon daarvoor
jaagt gi) my een schrik op het lijf, dat ik
meen door den satan zeiven aangevallen te
worden."
„Gij zoekt mij?" vroeg Alfred half wan
trouwend.
„Natuurlijk
„En gij waart by myn noef?"
„Nu, als gy by uw neef logeert, moet ik
u dan niet in zyn huis zoeken? Schryven
kon ik niet, ik wist niet of de brief somsin
verkeerde handen zou komen en als dit ge
beurde, was voor ons beiden en ook nog
renboom; bij bet 17de bat. te Padang de lste
luit. J. M. Kerkholï, en de 2de luit. J. P. Kessler,
respectievelijk van bet garniz.-bat. van Atjeh en
léde bat. aldaar.
Milit. administratie. Bij de intendance te Batavia
de kapitein-intendant H. P. J. G. Brouwer, van die
te Palembang en bij die intendance van die te Soe-
rabaia de kapitein-intendant P. A. Jung.
Geneesk. dienst. Bij bet garnizoen te Fort-de-
Kock van den geneesk. dienst van Atjeh en Onderh.
do off. van gez. 2do kl. dr. F. Reisiger.
Geplaatst: Infanterie. Eij bet lste bat. te
Soerakarta de 2de luit. C. A. Grampré Molière.
bij het éde bat. Kedong Kobo de 2de luit. F. J. E.
Hoedt; bij het 16de bat. te Padang-Pandjang de
2de luit. L. P. J. YaD der Stok eu bij bet 17de bat.
te Padang de 2de luit. G. Yan Greuningen, allen
onlangs uit Nederland aangekomen.
Genie. Bjj bet genie-magazijn te Semarang de
magazijn-meester 3de kl. (2do luitetant) R. J. Schu
mann, onlangs benoemd.
Artillerie. Bij de 9de comp. (3de comp. vesting
artillerie) te Weltevreden, de 2de luit. T. G. P. A.
Boom, onlangs uit Nederland aangekomen.
BUITENLAND.
uitschlaucL
De schulden van den vorigen koning van
Beieren zullen weldra afbetaald zyn. Hen zegt
dat zyne kunstverzamelingen, welke hem 5
millioen kostten, de vyfvoudige waarde heb
ben, waaruit zou volgen dat Lodewyk van
Beieren minder gok was dan n-.en wel denkt.
Naar de „Staats-Anzeiger voorWurtem-
berg" meldt, is de toestand de3 konings be
vredigend. De koorts neemt rn kracht af.
De regeering heeft nog geen besluit ge
nomen betreffende de byeenroeping van den
Ryksdag 'met het oog op de aanstaande ver
laging der graanrechten, omdat het onder
zoek, dat naar den graanvoorraad en den
stand van den oogst is ingesteld, nog niet is
afgesloten.
Bclfrii-.
In de kom van Charleroi is de toestand
nog weinig veranderd. Alleen de werklieden
der pietovens en een zesduizendtat mynwer-
kers zyn aan den arbeid. Hier en daar moet
de politie of de gendarmerie nog aanhoudin
gen doen voor dynamietaanslagen, aanran
dingen van hen, die werken, verzet tegen de
openbare macht, enz. Het getal werkstakers
bedraagt nog altyd 20 tot 22 duizend.
De Fransche consul te Arfon werd dezer
dagen te Longwy, toen hy het „Café des of
ficiers" wilde binnengaan, door drie mannen
beeprongen, die hem zwaar verwondden en
hem bewusteloos lieten liggen. De verwonde
werd nog des nacht3 in bedenkelyken toestand
in het militaire lazaret opgenoen en daags
daarna naar Arlon teruggebracht. De Fransche
en Belgische autoriteiten doen ijverig onder
zoek naar de daders.
Groot.Brltanu i A
Het gerechtelyk onderzoek betreffende den
Regent en den Senaputti van Manipore is
bepaald op 1 Jani a. b. Men zegt dat het
den Regent zal worden toegestaan by zyne
verdediging de bulp van een Britsch rechts
geleerde in te roepen.
De minister van financiën, de heer
Göschen, deelde in het Lagerhuis mede dat
de regeering dezer dagen by het Parlement
een ontwerp zal indienen, waarby den Engel-
8cben visschers vaste tyden worden aange
wezen, binnen welke het hun geoorloofd zal
zyn robben te vangen in do Behring-zee.
Verscheidene Engelsche bladen bespreken
de briefwisseling van den heer Samuel Hon-
voor iemand anders vermoedolyk alles ver
loren 1"
Alfred had reeds lang de keel van den op
passer losgelaten, maar in plaats daarvan
diens arm gegrepen. Hy trok den man nu
met zich in hot paviljoen, maar bemerkte in
zyne opgewondenheid niet, dat van de tegen
overgestelde zyde van het park een heer zyne
schreden daar ook heen richtte.
„Hier zyu wy alleen en ongestoord", zeide
hy, nadat hy de deur van het paviljoen ge
sloten had„gij spraakt van een derden per
soon; wie is dat?"
„Raad eens", antwoordde Tom.
„Dokter Janin."
Neen. Als hy aan de galg hing en ik hem
kon redden, zou ik nog niet de moeite nemen,
hem af te snyden."
„Haat gy hem zoozeer?' vroeg Alfred,
wiens blik doordringend op het gelaat van
den oppasser rustte.
„Haat wil ik hot juist niet noemen; ik
geloof dat verachting meer het rechte woord
daarvoor zou zijn."
„Nu, wie is die derde?"
„Laat my u eerst eenigo vragen doen. Gy
waart in ons gesticht om u over het lot en
don dood van uw vader zekerheid te ver
schaffen, nietwaar?'
tague met den „grand old man" betreffende
de Russische Jodenvervolging. Eerstgenoemde
heeft Gladstone's hulp ingeroepen len gunste
van de zwaar beproefde Joden en hem ver
zocht zyn invloed aan te wenden, om hun lot
te verbeteren. De heer Gladstone antwoordt
echter dat hy, ofschoon de deerniswaardige
toestand der Joden in het ryk des Czaren
hem grieft, de meening is toegedaan, dat
eene dergelyko tusschenkomst weinig of niets
zou uitwerken, daar er geen enkel element
in Rusland te vinden is, waarop met goed
gevolg eenige invloed zou kunnen worden
geoefend. Hy voegde daar nog by, dat h(]
wel is waar in vroegere tyden eenig gewicht
in de schaal legde by Ruslands regeering,
doch dat de gebeurtenissen van 1S85 hem
een ander inzicht in de zaken hebben doen
krygen.
Kusland.
Door Ruslands Senaat werden twee Evan
gelische predikanten in Koerland, de heeren
Treu en Krause, veroordeeld tot acht maanden
gevangenisstraf, omdat zy hun catechisanten
vermaand hadden, aan de Evangelische Kerk
getrouw te blyven. Een derde predikant, de
heer Eisenschmidt, werd naar Siberië ver
bannen. Deze, vader van acht kinderen, doodde
zich door vergif. Treu en Krause wendden
zich tot czaar Alexander om genade, maar
deze verscherpte do straf nog, en verbood dat
zy een geesteiyk ambt in de Oostzee provinciën
voortaan mochten bekleeden.
De Czaar heeft bedankt voor een byzon-
der gezantschap uit Japan om hem het leed
wezen van den mikado te betuigen over het
voorval met den kroonprins. De Czaar ver
klaarde dat de houding der Japansche regeo-
ring en der bevolking hem bewees, dat hier
slechts een persoonlijk misdryf begaan was.
De oorzaak van het uitstel van Czaar
Alexanders reis naar Moskou ligt hierin, dat
de Czarin plotseling ziek is geworden en de
Czaar zich nooit zonder zyne echtgenoote op
reis begeeft.
De Beriynsthe „Kreuzzeitung" meldt,
dat de czaar met het denkbeeld omgaat, zyne
residentie naar Moskou ovor te brengen en
deze stad, in plaats van St.-Petersharg, tot
hoofdstad des ryks te maken.
Vereenigrde Staten.
De „New-York Times" bevat een telegram
uit Montreal, meldende dat volgens eene
mededeeling van welonderrichte zyde sir John
Macdonald, minister president van Canada,
gevaariyk ziek zou zyn. Sir Macdonald moet
aan longontsteking iyden en de geoeeshoeren
slechts weinig hoop op herstel geven.
Telegrammen.
LONDEN, 29 Mei. Het Lagerhuis heeft het
wetsontwerp betreffende de robbenvangst ia
do Behringzee bij eerste lezing aangenomen.
PARIJS, 29 Mei. De vroegere gouverneur
van Algerië, de heer Tirman, is begiftigd
met het grootkruis van het Legioen van Eer.
WEENEN, 29 Mei. De berichten, te Bel
grado ontvangen van den burgemeester, luiden
ongunstig; er bestaat eene hevige gisting
naar aanleiding van het uitzetten van de ex-
koningin Nathaliaook tusschen do regenten
en eenige ministers veroorzaakte dit spanning.
„Zeer juist."
„En wat heeft Janin u gezegd?"
„Dat mijn vader vyf-en-twintig jaar ge
loden in het gesticht gestorven was."
„Zoo staat hot in de boeken, het papier is
geduldig. Werdt gy door achterdocht tot deze
navarschingen gebracht?"
„Dit is, dunkt my, eene overbodige vraag!"
zeide Alfred; „zonder achterdocht te koesteren,
zou ik de verre reis uit Amerika naar hier
niet gemaakt hebben."
„En welke offers zoudt gy brengen om u
zekerheid te verschaffen?" vroeg de oppasser.
„Neem eens aan, dat ik u deze zekerheid zou
kunnen geven, zoudt gy dan eene vordering
tot een bedrag van twintigduizend gulden
daarvoor niet te hoog vinden?"
Alfred kon zyne verrassing niet verbergen.
Juist de aanzienlyke som moest het vermoe
den in hem wekken, dat de mededeelingen van
den oppasser voor hem van zeer groot ge
wicht waren.
„Het hangt er van af, welke mededeelingen
gy mij te doen hebt", zeide hy.
Tom keerde zich snel om en wierp een
blik op het niet geheel geslote t venster.
Slechts een (lauw licht drong naar binnen.
(Wordt vercolgd