N°. 9585.
Maandag 35 Mei.
A®. 1891.
<Seze Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van Zon- en feestdagen, uitgegeven.
Tmoede Blad.
Kikeriki.
Leiden, 23 Mei.
DOKTER JANIN.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per S maanden1.10.
Franco per post1.40.
Afzonderlijke Nommcrs0.05.
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Tan 16 rogels ƒ1.05. Iedere regel meer f0.ll],
Grootere letters naar plaatsrniinte. Voor h9t
inc&sseeren buiten de stad wordt ƒ0.10 berekend.
Aan de Abonné's daarop, wordt bij dit
nommer verzonden No. 35 van Kikeriki.
Heden is aan de universiteit alhier de heer
P. De Koning, geb. te Dordrecht, bevorderd
tot doctor in de klassieke letteren, met acade
misch proefschrift, get.: „Quaestiones atticae
de hypothesibus aliquot muelleri struebing."
In een vorig nommer deelden we reeds
mede hoe in het pas verschenen verslag over
den toestand van handel en nijverheid in onze
gemeente gedurende het jaar 1890, uitgebracht
door de Kamer van Koophandel en Fabrieken,
er aan wordt herinnerd hoe beroemd Leiden
in vroegere eeuwen door zijne talrijke laken
fabrieken was, zóó zelfs, dat de lakennenng
of „draperie" in de 15de en in het begin der
16de eeuw het voornaamste middel van be
staan was.
Van hoeveel gewicht ze was, getuigt het
feit, dat omstreeks 1450 de stad Calais, met
welke stad voornamelijk de handel in wol
gedreven werd, aan Leiden 200,000 schapen
vellen leverde voor de lakenindustrie, welk
getal in den loop der 15de eeuw soms tot
350,000 steeg, terwijl de geheele aanvoer
van vellen omstreeks 1500 van 300,000 tot
400,000 afwisselde. Doch de achteruitgang
in dezen tak van industrie dateert niet van
den laatsten tijd. Reeds in 1494 klaagden de
Leidenaars steen en been over den achter
uitgang der „draperie'De aanvoer van wol
werd verhinderd door do kapers en zeeroovers
op de Noordzee; de prijzen te Calais werden
steeds hooger ten gevolge van weinig aan
voer uit Engeland en slechte betaling' door
de Leidsche koopliedenoproeren onder de
werklieden hielden de nijverheid tegen en
verarmden de fabrikanten.
In 1514 liepen er te Leiden nog slechts
200 weefgetouwen, welk getal twintig jaren
vroeger b(jna dubbel zoo groot was. De ver
mindering van de deugdelijkheid van het
fabricaat droeg ook het hare byde menigte
der veroordeelingen wegens „valschheid in
de draperie" wijst duidelyk op deze laatste
omstandigheid als eene der oorzaken van het
verval der Leidsche nyverheid omstreeks het
begin der 16de eeuw.
Doch het is hier niet de plaats om in
verdere historische herinneringen en beschou
wingen te treden. De Leidsche lakenindustrie
heeft haar tijdperk van opkomst en verval
gehad; hare geschiedenis kan echter gelukkig
nog niet worden afgesloten, daar, al mogen
in het laatste twintigtal jaren eenige fabrie
ken van dit artikel zyn opgeheven, de firma
J. J. Krantz en Zoon voortgaat den ouden
roem van Leiden op dit gebied te handhaven.
De redactie van bovengenoemd verslag ont
ving van haar de opgave dat zy werkt met
133 arbeiders, zoo mannen als vrouwen, en
het resultaat van haar bedryf bevredigend
mag noemen.
In het overzicht van de industrie en den
handel, dat dan verder volgt, worden achter
eenvolgens besproken de overige wolindus
trieën, de katoenindustrie, de fabricage van
verduurzaamde levensmiddelen, de zeepziede-
ryen en brood- en meelfabrieken, de yzer-
fabricage en vele andere takken van handel
en nyverheid. Op vooruitgang gedurende het
laatste twintigtal jaren kan in vele opzichten
worden gewezen; en hoewel enkele fabrieken,
in het voorlaatste jaarverslag (dat van 1871)
genoemd, niet meer bestaan, kan als het
resultaat het verbiydend feit worden genoemd,
dat handel en industrie beide gedurende dat
tydvak zyn toegenomen.
Als eerste bylage is by dit verslag de lyst
van vraagpunten gevoegd, welke de Kamer
aan handelaars en indnstriëelen ter beant
woording toezond. Een geresumeerd overzicht
van die antwoorden wordt in het verslag ge
vonden. Zy betreffen het aantal in gebruik
zynde stoomketels en stoommachines, het
stsenkolenverbruik, het aantal werklieden en
de mutaties in het personeel, de werktyden,
de zieken- en pensioenfondsen, het aantal
ongelukken, waarvan ingevolge de Arbeids
wet aangifte is. gedaan, enz. Over de vraag
b. v. of wettelyke pensioenregeling voor werk
lieden wenscheiyk geacht wordt, ontving de
Kamer van 32 patroons een beslist toestem
mend antwoord, terwyl slechts 9 zulk eene
regeling niet gewenscht oordeelden, en enkelen
verschil maakten tusschen groote en kleine
fabrieken, of wel het antwoord zochten in de
wyze van regeling zelve. Do Kamer vestigt
de aandacht er op als een teeken des tyds,
dat zulk eene groote meerderheid van hen,
die eene besliste opinie over het nut van eene
wettelyke pensioenregeling hebben, zich voor
de invoering daarvan verklaarde.
Als tweede bylage worden de gedetailleerde
opgaven gedaan van het aantal werklieden,
stoommachines en stoomketels met aanduiding
van systeem, aantal paardenkrachten, enz.
Menigeen zal met belangstelling van deze bij
lage kennis nemen.
Aan het slot van het verslag geeft de Ka
mer een overzicht van hare werkzaamheden,
terwyl zy eindigt met het uitspreken van den
wensch, door het verslag ook anderen het
bewys geleverd te hebben dat de Leidsche
handel en industrie in vele opzichten in
bloeienden staat verkeeren, zooals zij daarvan
zelve overtuigd is geworden.
De heer Jac. Eringa, candidaat tot den
H. D. alhier, is beroepen tot predikant by do
Ned.-Herv. gemeente te Reeuwyk.
Door de liberale kiesvereeniging „Volks
belang" is voor het hoofdkiesdistrict Katwyk
tot candidaat voor de Tweede Kamer gesteld
de heer C. A. Zelvelder,arrondissements-school-
opziener te Woerden.
Men schryft ons uit 's-Gravenhage, dd.
22 Mei
Op 27 en 28 Mei, de dagen der alhier te
houden bloemententoonstelling, stelt ook het
bestuur der Haagsehe Kookschool zich voor,
evenals ten vorigen jare, eene tentoonstelling
te doen plaats hebben van schotels en gerech
ten, die aldaar toebereid zyn.
Het mag zeker een gelukkig denkbeeld
heeten, deze laatste expositie samen te doen
vallen met die der bloemen. Immers al
ligt de zoo welgeslaagde Kookschooltentoon
stelling van het vorige jaar den inwoners der
residentie nog versch genoeg in 't geheugen,
om dezen in grooten getale daarheen te lok
ken ook onder hen, die van buiten komen,
ten einde Flora's kinderen hier te bewonde
ren, zullen er nu waarscbynlyk velen zyn, die
adn dit uitstapje een bezoek verbinden aan
het aardig culinair feest, dat de Kookschool
op dien dag viert.
Het hoofddoel dezer tentoonstelling ishet
publiek in staat te stellen met eigen oogen
te zien, en te beoordeelen, wat de leerlingen
der Kookschool leeren kunnen, zoowel op 't
gebied der practische, alledaagsche, als op
dat der zoogenaamd hoogere of fijnere kook
kunst. Op deze wyze hoopt het wakkere
beBtuur dezer nuttige inrichting deze meer
algemeen bekend en tevens meer populair te
maken.
Onder de tentoongestelde zaken zal zeker
vrywat zyn, dat uitlokt om aangekocht en
medegenomen te worden. Niet alleen tal
van keurige gerechten van allerlei aard zul
len er te krygen zyn, maar ook keukenge
reedschap, groenten, vruchten, bloemen en....
armen- en ziekenbons, welke recht geven op
eene flinke portie voedzaam en versterkend
eten. t'c.e bons werden .ten vorigen jare in
zó-- grouts hoeveelheid verkocht, dat de niet
geringe voorraad binnen korten tijd was
uitgeput.
Het terrein achter de school zal wederom
ingericht zyn voor het gebruik van verver-
schingen, o. a. ook voor de Indische rijsttafel.
Een groot aantal leerlingen en oud-leerlingen
heeft inzendingen toegezegd, en een niet
minder groot aantal zal op de dagsn der ten
toonstelling öf behulpzaam zyn in de keuken
by het bereiden van warme gerechten óf op
het terrein, om in de aardige tentjes als ver
koopsters dienst te doen. Deze jongedames,
allen gekleed in het eenvoudig nette kook
schoolkostuum, zullen echter niet zooals
veelal op fancy-fairs en bazars geschiedt
er op uit zyn om de beurzen der bezoekers
in den kortst mogelijken tyd te ledigen; in
tegendeel, alles wordt tegen billyk en vast
tarief verkocht.
Dat de qualiteit van hetgeen den bezoekers
wordt voorgezet, weinig te wenschen zal
overlaten, mogen we gerust vertrouwen en
voor eene opgewekte stemming gedurende-
't verblyf in dit eenvoudig restaurant zal ge
zorgd worden door goede muziek.
Niet bekend genoeg is misschien de omstan
digheid, dat ook een 24-tal meisjes uit den
werkenden stand, die de lagere school verlaten
hebben, op de Kookschool geregeld les krygen
in het koken van die spyzen, welke, wat den
prys betreft, binnen het bereik liggen van
den minderen man. Zy ontvangen daar tevens
een eenvoudig en bevattelyk onderwys in ver
schillende zaken op het gebied van voedings
waarde, waren-kennis, spysbereiding en hy
giëne, die ook voor deze klasse der maat-
schappy van groot belang zyn. Gedurende de
verloopen wintermaanden bleven de jeugdige
kooksters het door haar bereide maal op de
school nuttigen. Deze cursus, welke inder
daad zeer goede resultaten geeft, komt even
wel op vry belangryke kosten te staar., vooral
indien men in aanmerking neemt, dat de tyd,
daaraan besteed, ten nutte gemaakt zou kun
nen worden voor gewone betalende leerlingen,
van wie er steeds eenigen op plaatsing
wachten. Hopen wy daarom, dat de baten
der tentoonstelling voldoende zullen zyn, om
hieraan geheel of gedeelteiyk te voldoen!
Moge de ten einde spoedende Meimaand op-
27 en 28 dezer eindelyk haren traditioneelen
naam van „de vriendeiyke" handhaven, en
een groot aantal stadgenooten en vreemden
heenlokken naar het eenvoudige gebouw der
Haagsehe Kookschool, Stille Veerkade 20!
DE GEHEIMEN
van een krankzinnigengesticht.
29.)
Daarna ging hy, eenigszins fluisterende,
tot zyn vertrouwde voort:
„Herinnert hy zich op zulke oogenblikken
zyn verleden?"
„Zelden", antwoordde Tom.
„Over zyn zoon heeft hy zeker nog nooit
gesproken?".
Een zwakke kreet trof het oor van den
dokter en hy keerde zich haastig om, maar
jn de wezenlooze trekken van den ouden
man ontdekte hy niets, wat hem argwaan
kon inboezemen. Toch moest de kreet, welken
hy duidelyk gehoord had, hem verrassen, en
dit was zóó duidelyk in zyne oogen te lezen,
dat het aan den scherpen blik van Tom niet
ontging.
„Zoo is hy dikwyls", zeide hij, „af en toe,
als hy langen tyd stil en stom heeft zitten
kyken, geeft hy een gil, dat men er van
ontstelt, maar het heeft meestal niets te
beteekenen."
De oude heer zette een bedenkelyk ge
zicht. Hy liet zyne hand zwaar op den schou
der van den patiënt vallen en schudde hem
alsof hy een doode in het leven wilde terug
roepen.
„Kent gy my niet?" vroeg hy.
„Gy zyt een afgezant van den duivel, ik
ken je wel", riep de oude. man.
„Mooi!" spotte Janin. „En wie zyt gy?"
„Het ongelukkige slachtoffer van uwe
boosheid."
„Goed geantwoord! Het bevalt u zeker
hier niet?"
„Laat my met rust, satan!"
„Zoudt gy gaarne willen, dat ik u de vry-
heid teruggaf?"
„Huichelaar, bevryd my van uw aanblik!"
De dokter trad verschrikt achteruit. Hy
ontstelde van den woedenden blik, waarmede
deze uitroep gepaard ging, en toen hy zich
nu omkeerde, ontdekte hy in het gezicht van
zyn vertrouwde een blik, welke hem niet
beviel en welke eensklaps een hemzelven
onverklaarbaar wantrouwen in zyne ziel deed
ontstaan. Dit wantrouwen was wel is waar
in den laatsten tyd dikwyls by hem opge
komen, maar hy had er nooit eene bepaalde
reden voor gehad. Nu kwam het weer boven.
Hy verliet zwygend het vertrek en Tom
volgde hem naar zyn studeervertrek.
Daar gekomen, zeide Janin op scherpen
toon en een toornige blik vergezelde zyne
woorden
„De oude schynt my toe een huichelaar
te zyn. My misleid men niet zoo gemakkelyk.
De oude man is niet half zoo gek, als gy
my hem beschreven hebt, en dat weet gy
even goed als ik."
„Wat wilt gy daarmee zeggen?" vroeg
Tom kalm.
„Wel, wat anders dan dat ik u volstrekt
niet vertrouw?"
„Ik dank u wel voor deze openhartigheid.
Als de zaken zoo staan, kunnen wy dus nog
heden ons contract wel verbreken."
Janin was op deze wending niet voorbe
reid en een blik vol gloeienden haattrofden
breedgeschouderden oppasser, wiens barsch
gelaat opeens eene zegevierende uitdrukking
aannam.
„Gy zoudt gaame uw eigen baas zyn?"
vroeg hy met heesche stem.
„Als ik kon, zeker, maar zooveel heb ik
hier nog niet verdiend, dat ik een kapitaal
heb kunnen opsparen, en wie tegenwoordig
van zyne renten wil leven, mag wel een
aardig sommetje bezitten. Ik herinner my
nog zeer goed dat gy my eenige jaren ge
leden eens gezegd hebt dat ik een rustigen
en aangenamen ouden dag zou hebben, want
dat gy daarvoor zoudt zorgen, als gy over
my tevreden waart. Tot nu toe hebt gy nog
niet bewezen, dat gy werkeiyk van plan
zyt, die belofte te vervullen."
„En om. my daartoe te kunnen dwingen,
hebt gy
„Neem my niet kwaiykals ik u had
willen dwingen, zou ik wapenen genoeg
hebben gehad, wapenen, waartegen gjj
onmachtig zyt."
„En welke gy niet gebruiken zult, omdat
zij met my ook u in het verderf zouden
storten", zeide dokter Janin hoonend. „üwe
bedreigingen heb ik nooit gevreesd. Gy zyt
veel te nauw, te vast aan my geketend, om
iets kwaads tegen my te durven onder
nemen!"
„Als gy daarop steunt, om uwe belofte te
kunnen verbreken
„Ik zal myn woord houden", viel Janin
hem driftig in de rede, maar ik wil u ieta
voorstellen, dat u wel zal bevallen. Sinds
eenigen tyd heb ik namelyk het besluit ge
nomen, stil te gaan leven, want ik ben een
oud man en de vele beslommeringen richten
my ten gronde."
(Wordt vervolgd.)