is olmfl pscMM sartret
N». 9498
Zaterdag 7 I^ebi-iiari.
A°. 1891.
K0STEL00ZE PREMIE
feze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van (Zon- en feestdagen, uitgegeven.
Leiden, 6 Februari.
DAGBLAD.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per 3 maandenf 1.10.
Franco per post1.40.
Afzonderlijke Nommers0.05.
voor- onze Abonné's!
De voornaamste Fransche en Belgische bla
den hebben in den laatsfcen tyd hun inteeke-
naren eene buitengewoon fraaie Premie ver
schaft, waarmede zy het schitterendst succes
hebben behaald.
Steeds wenschen&a onzen lezers genoegen
te deen, hebben wy getracht ook hun deze
Premie te kunnen aanbieden en wy achten
ons gelukkig, thans te kunnen mededeelen dat
iqi daarin geslaagd zyn.
Die Premie bestaat in een prachtig
hoor den heer Alfred Frangeis (een kunste
naar, die zich op dit gebied een welverdien
den naam heeft verworven} en wel, dit is
het eigenaardige, Tan eSfcen persoon naar
verkiezing, hetzy van een familielid, van
dochter of zoon, zuster of broeder, het-zy van
zichzelven. Het is voldoende aan ons Bureel
eene welgeslaagde photographie te zenden
waarvoor wy binnen eenige dagen een
Bon in het Dagblad sullen afdrukken ten
einde in het bezit te komen van een zeer
fraai portret.
Aan ons Bureel z^n eenige door ens gezon
den photographieën ter bezichtiging gesteld,
ten einde den Abenné's de gelegenheid te
geven., zich van de prachtige uitvoering te
overtuigen.
Het toegezonden portret kan niet
worden teruggegeven.
DE UITGEVER.
Heden is aan de universiteit alhier de heer
J. Van Breda de Haan, geb. te Haarlem,
beverderd tot doctor in de pfant- en dier
kunde, met academisch proefschrift, getiteld:
.Anatomie van het geslacht melocactus."
Aan dezelfde universiteit is iiet doctoraal
examen in de staatswetenschap -afgelegd door
de heeren H. Zaalberg en J. M. J. Van der Minne.
Door de alhier zitting houdende genees
kundige staatscommissie werd heden tot arts
bevorderd de heer Arie De Jong. Voor het
eersrte gedeelte van het arts-examen werden
toegelaten de heeren S. P. W. Van Hasselt
en J. Th. Terburgh.
De dies van de Leidsche universiteit zal
a. s. Maandag, 9 Februari, in plaats van den
Ssten, door het studentencorps volgenderwyze
worden gevierd
Te één uur: Aanvang van de gekostumeerde i
rijjool, uitgaande van verschillende punten i
der stad.
Te drie ureDVerzameling der gekostu-
meerde groepen voor de sociëteit „Minerva",
met hunne muziekcorpsen.
Te zes uren: Diner op de bovenzaal van
„Minerva".
Te tien uren: kroegjool op „Minerva".
Door den rector-magnificus, prof. dr. C. K.
Hoffmann, zal te twee uren in het „groot
auditorium" van het academiegebouw eeDe
feestrede worden uitgesproken.
Aangezien do Academische Senaat wegens
het overlijden des Konings nog in den rouw
is, biyft het andere jaren gebruikelijke profes
soren-diner nu achterwege, zoodat ook de aan
de vereonigde hoogleeraren te brengen sere
nade ditmaal niet plaats heeft.
De oudejaarsavond wordt op de kroeg thans
Zondag gevierd.
Er bestaat gelegenheid tot verzending der
correspondentie naar Nieuw-York, door middel
van hot stoomschip „Veendam", van Rotter
dam vertrekkende. Ten .postkantore alhier
moeten de brieven enz. uiterlijk morgenochtond
om 7.55 bezorgd zijn.
De wijze van verzending behoort duidelijk
op het adres vermeld te worden.
Het aantal bezoekers dor Rijksverzame
lingen en monumenten, gedurende het vierde
kwartaal van het jaar 1890, bedroeg;
Koninklijk kabinet van schilderijen te 's-Hage
3249, museum Meermanno Westreenianum te
's'Gravenhage $5, Koninklijk penningkabinet
te 's-Gravenhago 5, Rijks-Museum te Am
sterdam 62,260, Rjjks-Museum van Oudheden
te Leiden 733, Rjjks-Ethnogrsphisch museum
te Leiden 94, Rijks-kabinet van prenten en
■pleisterbeelden te Leiden 54, Gevangenpoort
te 's-Gravenhage 2811, Muiderslot 136, Ruïne
■van Brederod9 253, Monument te Heiligerlee
262, historische zaal in het Prinsenhof te
Delft 1323.
Het in vele bladen voorkomende bericht,
dat de onderwijzers aan de gemeentescholen
van Alkemade eene aanschrijving ontvingen,
dat zij te zorgen hadden vóór 1893 in het
bezit der aleto voor gymnaetiek te zijn, is ge
heel bezijden de waarheid. Wel ie door den
heer burgemeester in de raadszitting van 15
Dec. jl. op de invoering van dat leervak vóór
dat tijdstip gewezen, en voorgesteld om de
hoofden der scholen intjjee daaraan te her- j
inneren; doch geen der onderwijzers of on- I
derwjjzeressen heeft daarover tot nog toe
eenig schrijven ontvangen.
,ii
De gemeenteraad van Noordwyk heeft
lo. benoemd tot hoofd der school den heer
G. Van Wijngaarden te ScheveDingen (No. 2
der voordracht) met 7 tegen 3 stemmen 2o.
de aanvraag om verhooging der jaarwedde
van den nachtwaker te Noordwyk aan Zee
in handen gesteld van B. en Weth., en 3o.
hot suppletoir kohier van den hoofdolyken
omslag goedgekeurd.
Per Hollandsche spoor vertrok gisteren
van Den Haag de Fransche gezant bij ons
hof, de heer L. Legrand, ten einde zich voor
eonigen tijd naar Algeriö te begeven.
Onderscheidene leden van het corps diplo
matique deden den vertrekkende uitgeleide.
Tot advisoerend geneesheer bjj het Zie-
konfonds voor de ambtenaren der Staatsspoor
wegmaatschappij te 's-Hage is benoemd dr.
De JoDg Jr.
Het „Vaderland" gaf heden het volgende
bulletin uit:
„Onze correspondent te Paramaribo seint
onsEr is een openlijk conflict uitgebarsten
tusschen den Gouverneur en mri Kalff, die
wederzijds hun beklag zullen indienen tij den
Minister van Koloniën."
Ais toelichting van het ingekomen wets
ontwerp tot verlenging van den diensttijd
voor de ingelijfden bij de militie te land, der
lichtingen van 1885 en 1886 en voor de inge
lijfden der zeemilitie der lichting van 1887,
zegt de Regeering dat het beoogt bestendi
ging van den toestand, dat in dienst gehouden
worden seven lichtingen bij de militie te land
en vijf lichtingen by de zeemilitie.
In den overgangetoestand, waarin de orga
nisatie der levende strijdkrachten verkeert,
wenscht de Regeering, zooals trouwens reeds
blijkt uit het bq] de Tweede Kamer der Staten-
■Generaal aanhangige wetsontwerp, houdende
■bepalingen, regelende het in werking treden
van de wet op den dienstplicht enz., in deze
■niet verder te gaan.
De minister van oorlog doet hierbij opmer
ken, dat, bijaldien het tegenwoordig ontwerp
tot wet wordt verheven, de in 1800, in ver-
baDd met hert in dienst houden van zeven
lichtingen miliciens reet betrekking tot de
organisatie der infanterie en der vesting
artillerie, genemen maatregelen voorshands
zullen moeten worden bestendigd.
Er hebber, zich ongeveer 60 sellicitanten
aangemeld veer de betrekking van directeur
der Kweekschool voor onderwijzeressen te
Haarlem.
Gisterochtend is hot lyk van -dr. F. J.
Dupont, den 2den Febr. 11. te Rotterdam over-
PRIJ8 DER AD VERTEN TIEN:
Van 1—6 regels ƒ1.05. Iedere regel meer ƒ0.1?!,
Grootere letters naar plaatsruimte. Voor bet
incasseeren bniten do stad wordt ƒ0.10 berekend.
leden, per Staatsspoor van daar naar Gotba
overgebracht om in het crematorium te wor
den verbrand. Met de zorg der overbrenging
is de heer G. M. Hansen van de 's-Graven-
haageche Begrafenis-vereeniging belast.
De bureelon te 's-Hage van het gezant
schap der Amerikaansche Unie zullen van den
Praktizynshoek naar de bovenlokalen van do
sociëteit „de Eendracht", op het Buitenhof,
verplaatst worden.
Van bevoegde zyde verneemt de „Arnst.
Crt." dat de generaal Den Beer Poortugael
op zyne pensionneering biyft aandringon, niet
tegenstaande de pogingen, welke van hoogor-
hand zyn aangewend, om hem voor het leger
te behouden.
Het stoomschip „Rotterdam" is 4 Febr.
van Rotterdam te Nieuw-York aangekomen;
de „Semarang," van Batavia naar Rotterdam,
is 4 Febr. Ferim gepasseerd.
By koninkiyk besluit zyn benoemd tot
burgemeesters: P. J. Van der Mandors, to
Kapelle; F. B. Wenniger, te LoppersumF. J.
P. M. Coenen, te Weert; D. Woltman, lo.
ÜQgwirden.
Gome Nlenws.
Den 8sten Februari a. s. zal het
50 jaar geleden zyn, dat Simon Limvers bij
de firma A. J. Krantz Zn. alhier in dienst
trad.
De sleepboot der Leidsche Zout
keet brak zich gisteren baan door het Galge
water. Dit ging met groote moeite en voel
krachtsinspanning gepaardhet bleek dat het
ye hier en daar nog zeer sterk is en nog
weinig voor breken vatbaar. De boot wilde,
eindeiyk daar aangekomen, de haven aan den
Staatsspoorweg binnengaan, maar kon daarin
nog niet slagen.
Onder vele blyken van belangstelling suk
kelde heden eene ongeladen Bcbuit door
eene massa stoere mannen en eenige jeugdige
vry willigere getrokken van den heer E. Loe
(pakschuitdienst Leiden Rotterdam) door de
Heerengracht en Ouden Ryn. Ook hior vlotte
het nog niet erg by en soms lag de voorste
ven op het ys, in plaats van in het water.
De dagelyksche pakschuitdienst van Lelden
op Amsterdam, kantoor Oude Ryn, zal Maan
dag a. s. hervat worden.
Voor al die schuiten liggen reeds groote hoe
veelheden vrachtgoed opgestapeld, wachtende
op verzending.
Het vee kon heden weer met stoombooten
ter markt alhier gebracht worden.
F'euilleton.
DE TWEE NEVEN.
Novslle van
W. HILDEBRAND.
321
„Ach, myne heeren, het is elochts ge
woonte; hy is zoo tam als een hond, doet
niemand kwaad, voedt zich met inkt, cou
rantenpapier en acten en ik verzeker u, hy
eet uit de hand."
Daarmede was het gesprek over den asses-
I sor Lutner geëindigd en de beide graven
I hadden zich inderdaad mot zyne aanwozig-
Iheid tevreden gostold en hem verder gelaten
|voor hetgeen hy was.
In den laatsten tyd had ook de oppc-r-
I houtvester Van Willingen, om zyn neef te
I believen, zyn aangeboren afkeer tegen het
I bozoek aan de openbare lokalen in het alge-
j meen en den verkeerstoon by „Doretti" in
I het byzonder, zóó ver overwonnen, dat hy het
[Café zoo nu en dan met zyne tegenwoordig
heid vereerde; want Leo en Hendrik waren
by de officieren zeer welkome gasten en men
kon er met tamelyke zekerheid op rekeneD,
dat zy, in de residentie komende, altyd een
poosje by „Doretti" kwamen.
Op dezen voormiddag was het byzonder
leeg in het koffiehuis; aan de eene tafel keu
velden vier jonge officieren, aan de andere,
in den hoek, zat de assessor Lutner met de
«nmisbare courant en achter hot buffet stond
Louis, de kellner, te geeuwen.
„In vroegeren tyd was de dienst toch veel
lichter en aangenamer dan tegenwoordig",
sprak een der officieren verdrietig. „Als ik
die oude Romeinsche soldaten eens naga,
wat hadden die het goedVan geweren
poetsen, van lederwerk en blanke knoopen
geen sprake, Rome als garnizoensplaats,
beeldschoons, verliefde Romeinsche dames,
lustige heidensche feesten, om de drie maan
den een oorlog met de noodige avancementen
en decoraties en daarna geregeld een groot-
sche triomftocht met leeuwen en olifanten,
geketende koningen en geroofde jonkvrouwen
en des avonds officiêele illuminatie in de
straten, het kapitoo! met bengaalsche ver
lichting en op den Tappeïschen heuvel prach
tig vuurwerk met terechtstelling der gevan
gen koningen.dat was nog wat.maar
tegenwoordig.
„Een ledige dienst tegenwoordig", beves
tigde een ander; ,de oorlog hangt in de
lucht, maar wil niet neerdalen, niet eens
eene kleine revolutie met een beetje straat
gevecht. Niets, absoluut niets! En nu moet
■ie minister van oorlog 03k nog.
„Was het nu nog eene provinciestad
■dan zouden wy tea minste den toon aange
ven maar in deze bedelaarsresidentio spelen
w(j de tweede viool en de eerste wil niet
stemmen. Knijpt men een aardig burger
meisje in de wangeD, dadeiyk weet de ge-
heeie stad het; maakt men oene jongedame
een compliment, dadetyk rekent hare familie
op een huwelijksaanzoek; wil men eens een
pleiziertje hebben, dadelyk komen er van
hoogerhand bedenkingen. Bah, wat een
rommel Louis nog eene portie aardbei ys,
ik moet mijn levensmoed op het vriespunt
zetten
„My ook nog eene portie levensmoed frappé,
waardoor ik my herstelle van het verlies, op
het hofbal geleden."
„Op het eerste hofbal meld ik my ziek.
Dat houd ik niet langer uitIk zou wel eens
willen weten wat ik in eene andere wereld
voor kwaad gedaan moet hebben, dat ik hier
nog die hertogelyke hofbals moet helpen
opluisteren."
„Het eenige, dat my nog daarin aantrek-
kelyk toeschynt, is de goede wyn en die
lieve kleine Warleben."
„Alleraardigst meisje, smakelyk als een
pannekoekje, preutsch als eene zeepbel, maar
arm als een biefstuk zonder uien."
„Wat eene vergelyking! Schoon als Daneus'
en preutsch als Dafné en Syrinx 1"
„Beste Burow, blameer uzelven toch niet
en arbeid niet op het veld der valsche goden
ik heb indertyd ook de betamelyke en onbe
tamelijke goden geweten, maar Daneus, DafnS
of Syrinx komen daaronder niet voor. Daneus
ken ik nog by toeval; zy haDgt boven inde
schilderyenverzameling zy zou eene galante
hofdame geweest zyn ik mag hare ge
schiedenis nog wel eens overlezen het is
een beeld van eene vrouw en practisch, prac-
tlsch in allee, maar niets voor een tweeden
luitenant. Maar Dafné, ik weet nauwelyks
wie dat is ik laat my niets wysmaben
de dokter heeft het my do vonge week als
geneesmiddel tegen rheumatiek aangeraden
en SyriDx nu, Burow, dat weet je toch
ook, dat is die gele vosmerrie van Röder,
die by de laatste jacht haren linkervoorpoot
hoeft verzwikt. Eene prachtige merrie, maar
ik zie nu maar niet id, waarom zy du a
tout prix tot godin verheven zou moeten
worden."
(Wordt vervolgd.)