Het Leldschc Toone^ï.
Zelden heeft iemand, zonder zelfs profeet
te willen zpn, de toekomst beter voorspeld,
•zjjn lot beter gekend dan de vroegere Leid-
eche student, Hildebrand gebeeten. Hp noemde
zich in een zijner geestesproducten, in „de
Familie Kegge" nameiyk, de onsterfelyke, op
dat oogenblik zeker weinig vermoedende, dat
die eeretitel hem werkeiyk eonmaal ten deel
zou vallen.
De aankondiging alleen dat een tooneel-
spel, ontleend aan „de Familie Kegge," hier
voor het voetlicht zou gebracht worden, was
dan ook in staat het Huis op de Oude Vost
te vullen.
De heer Van Zuylen heeft de verschillende
scënes van het oorspronkelijke werk op zeer
verdienstelyke en tevens zeer vernuftige wijze
te zamen gebracht en tot één geheel ge
vlochten.
Reeds de creatie van Frans Wiggers in de
eerste acte was een goede truc. Aan dezen
toch kon Hildebrand alles omtrent het lyden
en sterven van "William verhalen, wat hy in
zijn eigen werk den lezer vertelt. Ook het ten
tooneele brengen van Henriëtte Kegge in bet
eerste bedryf was goed gezienhiermede was
de expositie ruimer en helderder gevormd.
Suzette Noirot, in werkelykheid alleen vlak
by het hofje harer moeder wonende, is door
den heer Van Zuylen in het huis der familie
Kegge, als kamenier-vriendin der dochter, ge
leid, zoodat de ontmaskering van Van der
Hoogen niet op diens kamer, maar ook hier
ten huize kan plaats hebben.
Kegge gaat niet naar den bloemist om
een bouquet voor zyne dochter te halen, maar
hy ontbiedt hem zeiven ten zynent, zoodat
de oude Barend hier zpn geheel verhaal van
zpn ongelukkigen, te vroeg gestorven negen-
en-zestigjarigen vader kan opdisschen.
De concertzaal, waarin Henriëtte met Van
der Hoogen zich doen hooren, wordt hier
alweer verplaatst in de woning van den
Indischen nabob. Dit is echter een greep ge
weest, waarvan wp de noodzakeiykheid 1 iet
kunnen begrypen, welke buitendien ook door
niets gemotiveerd is geworden. -
De oude Kegge heeft een bepaald vooroor
deel tegen al die groote hanzen on adellijke
heerenzal hij dan den baron Nagel en freule
Constance ten zpnent uitnoodigen? Hoe heeft
hy die familie Nagel leeren kennen? Door
Van der Hoogen? Dit is moeilyk aan te
nemen, wpl de freule dit jongemensch met
niet byzonder veel voorkomendheid behan
delt, zooals Kogge zelf heeft opgemerkt en
vertelt. Met dit alles rekening houdende, ge-
looven wp dan ook dat de auteur van het
tooneelspel beter hadde gehandeld in dezen
den tekst onveranderd te laten.
Het minet beviel ons het slot, ofschoon
als scène misschien het best geslaagd en onge-
twyfeld het meest spannend.
Over het algemeen mocht dit nieuw natio
naal stuk, aan de eeuwig jeugdige „Camera
Obscura" ontloond, ofschoon hier en daar wat
gerekt, toch onze goedkeuring wegdragen.
Minder beviel ons de teekening der karakters.
Henriëtte Kegge wordt getypeerd als een
nukkig, koppig wezen, geheel in etryd met
de bedoeling van den schryver. Deze heeft
onB willen schetsen een hartstochteiyk, op
vliegend meisje, maar met een goed, lief
karakter, zooals o. a. blykt uit hare houding
tegenover den vader, als deze haar den bouquet
overhandigt. „Gy zyt toch een have papa,"
laat Hildebrand haar zeggen, haren vader
kussende en met hare fraaie hand zyne haren
schikkende. „Ik had het niet verdiend,"
woorden, die den schrpyer dwongen „tienmaal
moer van Henriëtte te honden.".
Deze karakter-tee^pnicg >yordt niet bereikt
door hgf gezegde van Honrlt.to tot den knecht
„Ais die mynheer Van der Hooien het ooit
waagt nog een voet over den drempel van
dit huis te zetten, jaag hem dan -e>og met
de hondenzweep!" Dit kort, maat" diftjolyk
bevel bowpst veeleer spyt en ergernis non
■wel berouw tegenover Hildebrand, wien zp
zooevon tameiyk harde woorden heeft toege
voegd.
Die Hildebrand, dien wy gisteren te aan
schouwen kregen, was ook niet dezelfde als
die, welke ons in de „Camera Obscura" ge
schetst wordl.
Gisteren was het een goedhartig, misschien
ook wel edei wezen, maar tevens een ver-
schrikkeiyk enfant terrible. Overal stelde hjj
zich op den voorgrond, verkondigde reeds den
esrsten dag van zpn verbiyf by do familie
"Kegge denkbeelden over standen en over
sociale verhoudingen, die niet de algemeens
instemming vonden, die integendeel de erger
nis van enkele der familieleden en van den
hem totaal vreemden bezoeker opwekten. In
alles toonde hy zich de bemoeial en de bet
weter, zy het dan ook met de beste bedoe
lingen en oogmerken. Zóó heeft de werkeiyke
Hildebrand zich nooit willen teekenenintegen
deel, zpn „Een hoofdstuk, waarmee de autour
yselyk verlegen is, omdat hy er zelf de
mooie rol in speelt, iets, dat hjj wel weet,
dat hem in 't geheel niet past, maar dat hy
voor ditmaal niet helpen kan", doet hem
kennen alsr een bescheiden, nederig man. Ook
de grime was 6lecht, het portret niet getrouw.
Hildebrand io een lange blonde jongen (zie de
historie van hst diakenhuismannetje), die niet
rookt; (zie „een onaangenaam monachinden
Haarlemmerhout") gisteren ontwaarden w(1:
een zwarten man met eene pyp in don mond.
Zulke onnauwkeurigheden schaden nu wol
juist het stuk niet, maar ze hadden niettemin
gemakkeiyk voorkomen kunnen worden.
De charmante Van der Hoogen was exé-
crable; onbegrijpelijk was het dan ook, dat
zulk een embctant mensch een oogenblik
juffrouw Kegge kon doen „languiseeren."
Hoe geheel andere zou deze rol door een
Henri De Vries of Willem Van Zuylen ver
tolkt zyn geworden!
De laatste echter had zich met den „Jan
Adam Kegge" belast, of liever met den Adam
Kegge; met dezen enkelen voornaam had Vqn
Zuylen gelegenheid gevonden eenige aardig
heden en kwinkslagen te debiteeren. De In
dische nabob, de parvenu met zjjn eeuwig
durend pochen op zyn geld, met zyn yver-
zuchtig schimpen op de groote hanzen en
adellyke heeren, werd meesterlpk weerge
geven. De krans, hem door de studenten
commissie overgereikt, was eene hulde, welke
algemeens instemming vond.
Mevrouw Mulder Roelofsen speelde do rol
van Suzette Noiret met voel gevoel en innigheid.
Mevrouw Kley, als de grootmoeder Mevrouw
Marisson, was uitstekend, zoowel wat dictie
als wat actie betreft.
Een levendig, opgewekt, goed gearrangeerd
tafereel leverde ons do beroemde Verguld-
party by den koekbakker De Groot. Mr. L. H.
txemougd Nieuws.
Een niet onaardig geval had
dezer dagen alhier plaats.
Een winkelier leende aan zyne buurvrouw
f 2.50 om geldon voor vracht aan het spoor
te kunnen betalen. Deze gaf hem een zakje
met 200 centen en een rolletje van 50 centen,
welke bedragen hy uitstortte in eon zakje,
waarin reeds f 2.50 aan kopergeld aanwezig
was. Aan het station gaf hy dien zak tegen
f 5 in betaling en paste het tekortkomende
met zilvergeld bjj.
Den voigenden dag bemerkte do buurvrouw
dat zy in plaats van centen een bedrag van
f 60 aan dubbeltjes had gegeven.
Hierover gevraagd, ontkende de buurman,
en, in haar goed recht meenende te vor
keeren, werd de vrouw hoos en deed hem
ten aanhoore van het publiek verwytingen.
De buurman deed daarvan klacht by de
politie en proces-verbaal werd tegen de buur
vrouw opgemaakt.
In afwachting nu of de buurvrouw ai dan
niet etrafrechteriyk vervolgd zou worden,
komt do directeur van het spoor mededeelen
dat in het ter betaling gegeven pak ruim f 40
aan dubbeltjes was gevonden, welk be
drag tor boschikking van den eigenaar werd
gesteld.
Toevalligerwyzo werd die ontdekkirg ge
daan, daar in de meeste gevallen de pakken
centen niet geteld en later aan het werkvolk
in betaling gegeven worden. Hoewel door
een en ander de verdenking van den buur
man wordt weggenomen, blyft het altydnog
een raadsel waar de OTerige 20 aan dub
beltjes gebleven zjjn.
By verstek w er d b e h an d t>4 d 8
zaak van J. K... sjouwer te Lelden, die de
Heil-citadel aldaar had bestormd, nadat esn
ander persoon zyne zuster, die zich binnen
muren van de citadel had opgesteld onder
de Vanen van het Heilsleger, aan de bezettjDg
had 'onttrokken, hetgeen een oploopje had
ver wekt".
Ondanks de heldhaftige verdediging van
de zeven man en één knaapjo sterke bezet
ting, was J. K. de citadel binnengedrongen
en had den commandant mishandeld.
Het O. M. by de Haagsche rechtbank vör-
derde voor den beklaagde ter zake van het
wederrechteiyk binnendringen van een lokaal,
by een ander in gebruik, en wegens mishan
deling 14 dagen gevangenisstraf.
Voor W. V., mede sjouwer te Lelden, die
uit de gang eener woning aldaar mantels en
jassen ontvreemdde, vorderde het O. M. 6
maanden, terwyi voor A. H. S., melkboer te
Leiden, die de voor zpn melkwagen gespan
nen honden ergerlyk mishandelde, f 10 boete
of 5 dagen hechtenis werd gevorderd.
Uitspraak heden over 8 dagen.
Vrouw v. T., uit Leidon, was nooit
getrouwd geweest en voor iemand die alleen
op hot uiterlyke let, was de reden daarvan
min of meer duidelijk. De weduwe W. A.,
mede uit Leiden, scheen het 't mensch maar
niet te kunnen vergeven, dat zy het buweiyk
had „versmaad" en voegde haar in een twist
eene serie leelyke woorden toe, waarvan de
grondtoon eene „liefelyke" benaming uit
maakte, welke sommige menechen als in den
mond bestorven ligt.
De off. van justitie had nog gepoogd do
zaak te sussen, ten einde eene vervolging te
voorkomen, doch de vrouwtjes waren zóó
gebeten op elkander dat zp van geen sussen
wildo weten. Wettig en overtuigend bewezen
zynde dat de weduwe W. A. zich aan bslee-
diging had schuldig gemaakt, vorderde ZEd.
Achtb. heden voor de Haagsche rechtbank
50 centen boete, in de hoop dat het eene les
voor de beklaagde mocht zyn om zjch voortaan
den mond wat te snoeren.
Voor D. B., pakhuisknecht te
Leiden reeds meermalen wegens diefstal
veroordeeld vorderde het O. M. wederom
ter zake van verduistering van hem toever
trouwd geld, 1 jaar gevangenisstraf.
Een winkelier te Oegstgeest
miste herhaaldelijk geld uit zyne toonbank
lade en verdacht daarvan W. v. d. H., modo
te Oegstgeest woonachtig, die zich heden vcor
de arrond.-rechtb. te 's-Gravenhage te ver
antwoorden had.
De winkelier had zich in den winkel ver
scholen en zag vrouw v. d. H., die eene bood
schap kwam doen, de hand in de lade steken
en daaruit eenig kleingeld halen. Het geld
tn de lade was vooraf geteld en toevallig
werd in het beursje van beklaagde precise
.het bedrag gevonden, dat uit de lade ver
dwenen was.
Beklaagde wraakte de verklaringen van al
de getuigen en bezwoer hare onschuld.
Voor den subst.-off. van justitie, mr. Van
Buttingha Wichers, bestond evenwel geen
twyfel aan hare schuld eu ZEd. Achtb. vorderde
6 maanden gevangenisstraf.
Vervolgens stond terecht de 16-jarige A. M.
Luit Aarlanderveen, die volgens zjlne
verklaring althans eene tamme eend voor
eene wilde had aangezien en doodgeslagen.
De groote vraag was hier: kan men zoo
maar op het eerste gezicht eene wilde van eene
tamme eend onderscheiden De rechters waren
blykbaar niet geheel op de hoogte van de
„merkbare teekenen"; de getuigen konden
geen ander onderscheid aantoonen dan een
verschil in kleur, en de beklaagde beweerde
dat het verschil hierin zat, dat eene wilde
eend vliegt en eene tamme nietennu
bleek datde bewuste eend w e 1 had kunnen
vliegen.
De eubst.-officler v. justitie vorderde voor
denknaap, ter zake van het opzettelyk dooden
van eens anders dier, 3 dagen gevangenisstraf.
By vonnis van de ar r o n d.-recht
bank te 'e-Gravenhage werden heden ver
oordeeld: vrouw d. Z., die te Leiderdorp uit
een gesloten penantkastje, in de woniDg
waar zy werkzaam was, verschillende eie-
raden en een muntbiljet van f 10 ontvreemdde,
tot 4 maanden, en A. K., voerman te Kat-
wyk aan Zee, die zonder eenige aanleiding
een persoon in genoemde plaats mishandelde,
tot f 10 boete.
Gisternamiddag omstreek» half-
twee is door de stoomtram van Rjjnsburg
riaar Noordwyk te Noordwpk-Biinen een meisje
overreden- Het beentje was van het lichaam
gescheiden. Na eerst te zjjn verbonden, is ge
noemd kind per rijtuig naar het academisch
ziekenhuis te Lelden vervoerd.
Door de Vereeniging voor Land
en Tuinbouw te Aalsmeer is besloten tot het
houden eener nationale tentoonstelling in het
jaar 1892 van aardbeziën, bloemt.heesters
en zuivelproducten.
Thans is een aanvang gemaakt
met het afbreken van de overblijfselen van den
Amsterdamscben St-deschouwburg.
Te Rotterdam geraakte aaü de
Slaakkade een man te water. Hp werd ter
stond door den stroom, veroorzaakt door het
stoomgemaal, da; in werking was, medege-
sleept. Twee moedige mannen begaven zich
te water om hem t redden, doch zouden het
offer hunner behulpzaamheid geworden Zpn,
daar ook hen de sterke stroom mede8leepte.
Gelukkig echter snelde een der aanwezigen-
naar het stoomgemaal, zoodat dit terstond
Btopte. De drie mannen werden nu, zeer uit
geput, op het droge gebracht. (Al R. f.)
Door oenigo abonné's voor
namelijk uit 's-Gravenhage en Rotterdam
op de lynen van den Hollandscben Spoorweg
werd gisteren den heer Van Vassen, voor
malig chef van het Hollandsche-spoorstation
's-Gravenhage en nieuwbenoemd chef van het
Centraal-Station te Amsterdam, een geschenk
in zilver aangeboden, als waardeering voor
de dienstvaardigheid, in zyne betrekking het
reizend publiek betoond.
Gistermorgen, om tien uren,
heeft een trein tussshen Beverwpk en Uit
geest eene koe o verredon en vermorzeld. Na
kort oponthoud kon do reis voortgezet worden.
Onder Apeldoorn is gisteren het
huis var. P. P. in de vlammen opgegaan; een
groot gedeelte van den inboedel werd met de-
levende have gered. Alles was verzekerd. De
oorzaak is niet bekend.
Men 8chrpft uit Nijmegen: Door
de deskundigen, die door het gemeentebestuur
met het onderzoek der boeken en de inven
tarisatie der panden in de Bank van Leening
alhier zpn belast geweest, is vastgesteld dat
bet geheele tekort bedraagt ƒ5131.121/». Dat
de administratie veel te wenschen liet, kan
o. a. blpken uit de omstandigheid, dat in tien
jaren geen balans is opgemaakt 1
In verband hiermede meldt men uit Arn
hem dat togen den gewezen bediende bp de-
Bank van Leening te Npmegen, G. W. T., die
gisteren voor de arr.-rechtbank te Arnhem
terechtstond wegen3 verduistering en valseh-
beid in geschriften, vpfmaal gepleegd, door
het O. M. 4 jaren gevangenisstraf geuischt is.
Uitspraak Dinsdag a. s.
Te Maastricht hooft Dinsdag
nacht oen soldaat in de kazerne „Les bons
Enfanta" met een geweer alles wat in do
slaapkamer was vernield en een tiental ge
weren onbruikbaar gemaakt. Vervolgens heeft
hp een geweer geladen en daarmede door de
zoldering geschoten. "Met veel moeite werd
de woesteling in verzekerde bewaring genomen.
In den gemeenteraad van Breda
zpn, indien wp het zeer uitvoerige verslag
van do „N. Bred. Crt." mogen gelooveo, weder
harde woorden gevallen.
In behandeling was de vraag, waar de
kermis zou komen. De Raad had besloten
aan de commissie voor de strafverordeningen
op te dragon de aanwpzing van de plaatsen
voor de kramen.
De heer Rombouts wees er op, dat die
commissie door den burgemeester nog niet
was bpeengeroepen.
De voorzitter antwoordde: „Zeer juist! En
als de commissie mpn zin doet, vergadert ze
niet. Die commissie is de naloopster van den
Raad niet."
De heer Rombouts: „Wel, dat is sterk!
Zelfs de Koning i3 de eerste dienaar van de
wet, en dan zoudt u er u eenvoudig niet aan
storen? De burgemeester moet de besluiten
van den Raad uitvoeren en u ging buiten
uwe bevoegdheid door het voorstel willekeurig
niet te verzenden aan de commissie voor de
strafverordeningen."
De voorzitter: „Er zpn leden ziek geweest."
Do heer Rombouts„Dat is geen antwoord."
De voorzitter: (heftig) „Als u zóó begint,
dan ontneem ik u het w»ord. (Sensatie).
Daarop kreeg de heer Do Booy het woord.
Hp 'beklaagde zich, naar aanleiding van eene
gedachtenwiseeling tusschen hem en den voor
zitter over de bevoegdheid van den markt
meester, er over, dat „men" hem steeds toe
voegde dat hp buiten de orde was, dat hp
de wet niet kende enz., kortom, dat „men"
hem steeds in de wielen wilde ryden en hp
besloot met de vraag, waarom de commissie
van de strafverordeningen niet is bpeenge
roepen.
De voorzitter: „Ik ben niet van plan die
commisBie samen te roepen. Met de afkeu
rende woorden van den heer De Booy ben ik
zeer vereerd, zeer vereerd. Ik heb het attpd als
een eer beschouwd het niet met meneer De
Booy eens te wezen en ik zal dat als een
e6r hip ven beschouwen."
De heer De Booy: „Dat is een tnsulte!"
De voorzitter: „Je kunt het beschouwen
zooals je wiltl" (Sensatie).
Beide incidenten hadden geen ander gevolg,
dan dat alleen de heeren Rombouts en De
Booy stemden tegen het voorstel om do kermis
te plaatsen diiiir, waar de tpdelijko markt
meester zal aangeven.