N°. 9370. ^atei'dag: <5 September feze jouraat wordt dagelijksmet uitzondering van fan- en feestdagen, uitgegeven. Leiden, 5 September. Feuilleton. GLÜCK AUF! V. 1880. PRU8 DEZER COURANT: Voor Leiden per S m&anden.1.10. Franco per poet1.40. Afzonderlijke Nommore0.05. PRIJS DER ADVERTxJNTIEN: Van 1—6 regel* 1.05. Iedere regel meer 0.17$. Grootere lettere naar plaateruimte. Voor het in- eaeeeeren buiten de atad wordt f 0.10 berekend. Ofllcieele Kenni^^oyin^en. Burgemeester en Wethouders van Leiden, Gezien het adres van P. J. WILSCHUT, houdende ▼erzoek om vergunning tot oprichting van eene 8 m e- derij in het perceel aan de Havenkade No. 5, Gelet op do artt. 6 en 7 der Wet van 2 Juni 1875 (Staatsblad No. 95); Geven bij deze kennis aan het publick dat ge noemd verzoek, met de bijlagen, op dc Secretarie dezer gemeonte ter visie gelegd is; alsmede dat. op Vrijdag don 19den September a. e., 'e voormiddaga to elf uren, op het B&adhuis, gelegenheid zal.worden gegeven om bezwaren tegen dat verzoek in te brengen. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Leiden, BOOL, Weth., lo.-Burgomeeater. 5 Sept. 1890. E. KIST, Secretaris. Bjj de firma Blankenberg en Co. alliier is verschenen „Voor oog en hart," door de dames Pijnappel, Doorman, Loveling enz., zoo- als achterstaande advertentie aangeeft, mot fraaie lichtdrukken. Het eerste exemplaar van dezo uitgave word, in allerkeurigsten band, op 31 Augustus, ook namens de redactie, aangeboden aan Prinses Wflhelmina en namens Z. M. den Koning en H. M. de Koningin gewerd haar een zeer vleiend schrijven, hooge ingenomenheid betuigende met deze allerliefste uitgave. HH. MM. waren terecht zoor ingenomen met het geschenk. Hst is een keurig boek voor kinderen van tien tot veertien jaren. In het begin van dit jaar werd door de Leidsche afdeeling van do Nederlandsche Maat schappij voor Tuinbouw en Plantkunde be sloten dat er dezen zomer een feestavond zou gegeven worden. Thans is besloten dat die gezellige büeenkomst met dames zal plaats hebben in do helft dezer maand op „Zomerzorg". De kapitein der jagers E. D- H. Mac Leod wordt, ton gevolge van zijne benoeming tot majoor bij het 4de reg. infanterie, over geplaatst van 's-Hage naar Leiden. Van het groots „Woordenboek der Neder- landsche Taal" is heden wederom eone afle vering verschenen en wel de 10de van de 2de reeks, loopende van het woord „Onder richten" tot „Ongekcrven", bewerkt door dr. A. Kluyver. De oerstvoigendo aflevering, de 2de van het 5de deel, zal in December a. s. gereed zijn. Blijkens eene opgave in de Staatscou rant van beden aangaande de zevende alge meens tienjarige volkstelling, bedroeg de werkelijke bevolking der provincie Zuid-Hol land op 31 December 18S9 456 455 m. en 493,186 vr., totaal 949,641. De bevolking der voornaamste gemeenten op dat tijdstip was: Delft 28 453; Dordrecht 32.G22; 's-Gra- venhage 156,809; Leiden 43,379; Botterdam 201,868; Schiedam 25,533. Aanstaanden Zondag, 7 September, zal de godsdienstoefening in de kerk der Ned.- Herv. gemeente van Hoogmade aanvangen des namiddags te twee uren en geleid worden door den heer H. J. Van Noubuys, predikant te Oudshoom. Men schrijft ons heden uit Koudekerk: De geheele gemeente vierde gisteren feest. Het geachte hoofd der school, de heer D. G. Avenarius, vierde zijn 25-jarig jubilj. Reeds vroeg in den morgen word hem door de zangschool, waarvan ZEd. president was, eene aubade gebracht voor zijne woning en werd hy door oen der bestuursleden aldaar toegesproken. Te 10 uren vereenigde zich de schooljeugd in het schoollokaal en werd de jubilaris door den onderwijzer gelukgewenscht, waarbij in gevoelvolle woorden den kindoren gewezen werd op de beteokems van dit feest en den jubilaris dank werd gebracht voor hetgeen hij deed en nog doet voor de jeugd. Het was spreker daarom een groot geuoegen ZEd. een bewijs van hoogachting en hulde to kunnen aanbieden (een fraaie spiegel). Het boofd dei- school dankte daarvoor en sprak den wensch uit dat hem nog lang do kraebten zullen ge schonken worden tot heil der jeugd werkzaam te zijn. Door een der kleinen werd toen eene aardige toespraak gehouden, waarby den jubi laris een krans werd overhandigd. In den namiddag werd de jubilaris gecom plimenteerd door de leden vaD den gemeente raad, waarby door den wethouder eenige ge voelvolle woorden worden gesproken en hem namens genoemd college een prachtig cadeau werd overhandigd (pendule met coupes). Ook daarvoor dankte de heer Avenarius in roerende taal. Des avonds vereenigden zioh de oud-leer lingen in het café van de wed. Van Egmond en werd de jubilaris met familie door eene deputatie uit de oud-leerlingen aldaar binnen geleid en door fanfares van Mann's kapel ont vangen. Hem werd daar namens de oud leerlingen een prachtvol cadeau aangebodeD (salon-ameublement). De president der feest commissie (thans ook hoofd eoner school) hield daarbj eene sierlyke rede; ontroerd door zooveel eorbewyzen sprak de jubilaris eenige woorden van dank uit. Verder werd de avond doorgebracht in feestelyke stemming, ook door het opvoeren van een toonoolstukje, dat zeer goed van stapel liep, het zingen van feestliederen door Roman van E. "WERNER. 38) Men was omstreeks halfweg gekomen en bevond zich midden in het bosch, toon het rytuig een 'oyzonder hevigen schok kreeg, waardoor l?et bijna omsloeg. De koetsier vloekte en bracht de paarden tot staan; hy en de palfrenier klommen in allerijl van den bok en weldra was er oen heftig debat tus- schon hen beiden gaande. „Wat is er gebeurd?" vroeg Engénie, zich ongerust vooroverbuigend. Wat Arthur betreft, deze betoonde heel weiuig be'angstelhng om te vernomen wat er gebeurd was en zou het hoogstwaarschyn- Iijk hebben afgewacht, dat men het hom kwam mededeelen; nu voelde hy zich echter ver plicht het raam neer te laten en de vraag van zijne vrouw te herhalen. „Heb geen vrees, mitnheer", antwoordde de koetsier, die, met de teugols vast in de hand geklemd, thans aan het portier trad. „Wil Zijn or nog gelukkig afgekomen; haast hadden wo omgelegen. Aan een van de ach terwielen moet iets gebroken zyn." De uitslag van het nu ingestelde onderzoek was niet zeer bevredigend. Een der wielen was zóó erg beschadigd, dat het onmogeiyk bleek met het rytuig in dien toestand zelfs honderd schreden voorwaarts te gaan. De beide knechts zagen hun heer en moester radeloos aan. „Ik vrees dat wy onder deze omstandig heden onze voorgenomen bezoeken moeten opgeven", zoide Arthur, zich onverschillig tot zyne vrouw wendende. „Eer Frans naar huis teruggaat en met een ander rijtuig weer- komt, is het zeker te laat geworden om nog naar do stad te gaan." „Dat meen ik ook. Daar bljjft ons niets anders over dan uit te stappen en om te koeren." „Uit to stappen?" vroeg Arthur met biyk- bare verwondering. „Hebt gy soms plan i-aar huis terug te wandelen?" „Hobt gy soms plan hier in het rytuig te blyven zitten, totdat Frans Ofn ander ge haald heeft?" Arthur scheen zich dit inderdaad te hebben voorgenomen, en waarscbyniyk zou hy het ook hebben uitgehouden, twee uren lang in een hoek van den wagen te blyven liggen, waar hy immers tegen alle wind en weder beschut was, eer dan tot het besluit te de Koudekerksche ZangvereenigiDg (die wel nooit verloren zal gaan) en het houden van verschillende voordrachten, terwyl tot afwis seling van een en ander de mnziek zich lustig deed hooren. In de te Nieuwveen (by Alfen) gehouden vergadering van don gemeenteraad werd tot wethouder, met byna algemeene stemmen, herbenoemd do heer L. Van der Wilk, die verklaarde die benoeming aan te nemen. Na sluiting der vergadering werd door de raadsleden, die allen waren opgekomen, feos- teiyk herdacht dat twee hunner, de heeren P. Koetsier en D. G. Speet, sedert 25 jaar onafgebroken zitting hadden gehad. Terwyl men ln het raadhuis nog gezellig samen wa8, werd den jubilarisBen door het Nieuwveensche fanfarecorps eene serenade gebracht. In de raadszitting to Noordwykerhout is tot wethouder herkozen de hoer P. Van der Klaauw, en gekozen de heer S. Ponnings. Te Lisse is tot wethouder herbenoemd dr. A. C. Van Ewyk. Beroepen is by de Ned.-Herv. gemeente te Koekange, ds. J. J. Van Walsem, to Noord- wyk aan Zoe. To 's-Hage is bericht ontvangen dat de heer S. W. Tromp, dio eeno maand geleden weder naar IndiiS is vertrokken, benoemd is tot resident der Westerafdeeling van Borneo. Het stoomschip „Prinses Marie", van Batavia naar Amsterdam, passeerde 4 Sept. Gibraltar; de „Maasdam", van Rotterdam naar Nieuw-York, passeerde 4 Sept. Lizard; de „Merapi", van Rotterdam naar Java, vertrok 4 Sept. van Marseille; de „Prins van Oranje", van Amsterdam naar Batavia, vertrok 4 Sept. van Suezde „Reynst", van Amsterdam naar Batavia, vertrok 4 Sept. van Suez. Do audiéntie van den minister van wa terstaat, handel en ny verheid zal aanstaanden Zaterdag, 6 September, niet plaats hebben. By koninkiyk besluit van 30 Augustus jl. is aan den heer F. Ballauf, consul der Nederlanden to Tientsin, op zyn verzoek eervol ontslag uit die betrekking verleend. Met ingang van 1 Oct. 1890, aan den telegrafist der lsto kl. by de rykstelegraaf F. A. Van Suchtelen Jr., op zyn verzoek eervol ontslag verleend uit 's Ryks dienst. Gemen er<4 Nieuw», Een gedeelte van den zomer, kort na de studentenfeesten, is door den heer Levedag bestemd geworden om zyn algemeen den terugweg door het koude, voch.ige bosch aan te nemen. Eugénie las althans dit of iets dergelyks op zyn gelaat, en een minachtende glimlach speelde haar weer om de lippen. „Ik voor my, ik wil liever naar huis wan delen, dan hier zoo vervelend lar/g blyven wachten. Frans kan my geleiden, daar hy toch terug moet gaan. Gij blijft dus in het rytuig? Ik zou het onmogelyk kunnen ver antwoorden, als gy u soms eene verkoudheid om mynentwil op den hals haaldet." Wat hot geheele ongeval niet vermocht, bewerkte de bittere spot, welke in hare woor den lag opgesloten: hy deed den jongenman uit zyn hoek te voorschyn komen. Hy richtte zich op, 3tiot het portier open en stond het volgende oogonbllk reeds op de trede, om haar by het uitstagen behulpzaam te zyn. Eugénie aarzelde. „Arthur, laat ik u niet. „Ik verzoek u, den bedienden goene aan leiding tot praatjes te geven, door het geleide van den knecht boven het myne te verkie zen. Wilt gy dus zoo goed zyu. De jonge vrouw haalde byna onmerkbaar de schouders op, doch haar bleef niets anders over dan de haar aangeboden hand aan te nemen en het ïytuig te verlaten; de beide bekend hotel op de Bree-oaat alhier, eene aanzienlijke voranderirg io doen ondergaan, en wel wat de beide, in elkaar loopende salons in het beneden-gedoelte betreft. Deze beide groote zalon zijn in haar voor komen by wat ze vroeger waren, zoo goed als niet meer te herkennen. De stijl, waarin ze thans zyn uitgevoerd, is Oostersch. De wanden z(jn behangen met zwaar, kostbaar Japansch papior, in rood en opgelegd verguld de plafonds zyn van nieuwe beschilderingen, met zacht in elkaar lodpenis kleuren en zoo rustig voor het oog, voorzien; boven enkele deuren, welke tot de salons toegang verlee- nen, zyn nieuwe, toepasselijke schilderstukjes aangebracht; de kunstig bewerkte, kolossale deuren, welke belde lokalen scheiden, komen in hare nieuwe Oosterscho verven nu byzondor sprekend voor en maken een grootsch effect. In 't kort, alles ziet er thans even fraai en keurig uit en strekt den heer J. Van Dam, aan wien do uitvoering van het plan des beeren W. F. Van der Hoyden, architect, was toevertrouwd, in allo opzichten tot eer. Daarby komt dat de gordijn-draperieën aan de zyde van de straat, geleverd door den heer Frans Van Geffen, uit Don Bosch, met de roode zittingen in denzolfden styl zyn volge houden, en dat de stoelen en verder nieuw ameublement van de heeren Gebroeders Reinko alhier er volkomen by aansluiten om alles tot een voortrefielyk en bovendien kalm ge heel te vormen. Vooral als de ryko gaskronon zijn ontstoken, zal door die vorlichtmg zeer zeker alles nog meer tot zijn recht komen. Naar wy vernemen, is de heer G. J. A. Levedag voornemens do salons voor zyne stad- genooten Maandag-avond van zeven tot tien of elf uren ter bezichtiging te stellen. Men zegt wel eene: cijfers spre ken Maar wat nu te zeggen van hot vol gende geval? Volgens de opgaaf, toagevoegd aan de dezer dagen door den Raad goedgekeurde rekening der ontvangsten en uitgaven van do gemeente Leiden voor den dienst van 1889, bedroeg op den Sisten December van dat jaar de bevol king 46,328 ziolen. Heden komt echter in de Staatscourant eene opgaaf voor der zevende tienjarige alge meene volkstelling, volgens welke de werke- ïyke bevolking van Leiden op genoemden datum slechts 43,379 bodroeg. Aan welke der beide officiëele opgaven heeft men zich hier te houden? Het verschil bedraagt 2949. Waar zyn al knechts stonden inderdaad onmïddellyk in de nabijheid. „Ik zal met mevrouw naar huis terug- wandelen", dus wendde hy zich thans tot dezen. „Bezorgt het rytuig op de eene of andere boerenhofstede in de buurt, waar het voorloopig kan blyven, en volgt ons dan zoo schleiyk mogelyk mot de piardOD." De bedienden namen de hoeden af en maak ten zich gereed het ontvangen bevel uit te voeren; het was werkelyk het eenige, wat in de gegeven omstandigheden te doen over bleef. Mot eone lichto beweging wees Eugénie dsn arm af, welken haar echtgenoot haar aanbood. „Ik vrees dat we geen geregeldon wandel- stap zullen kunnen aannemen", zeido zyont- wykend. „Het is het beste, dat ieder voor zichzelf zorgt en ziot hoe hy voortkomt." En met goeden moed begaf zy zich op weg, maar reeds by de eerste schreden zonk zfl tot aan de enkels in de modder, en toen zy verschrikt naar do overzijde vluchtte, zag zy niets dan waterplassen vóór zich; do jonge vrouw wist niet, waar zich te wenden of te koeren. Zóó org had zy, in het rytuig zit- tends, zich den wog niet kunnen voorstellen. Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1890 | | pagina 1