N°. 9341 A°. 1890. <§eze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering van (Zon- en feestdagen, uitgegeven. l)it nommer bestaat uit DRIE Bladen. Kikeriki. Leiden, 2 Augustus. Jeannctte's geheim. j^JCaaiicln^ 4 Augustus. LEIDSCH rV>t^N rrf» DAGBLAD. PRU0 DEZER COTJBAKT: Tmi Leiden per f meenden1.10. Franeo per poet.1.40. AfzcDderlffee Nommert0.05. PRIJS DER ADVEBTBNTTEN: Ven 1—6 regels 1.05. Iedere regel meer 0.17$. Groot*re lettere neer plseternimte. Voor het in- ceeeeeren buiten de eted 'wordt 0.10 berekend. Aan de Abonné's daarop, wordt b\j dit nommer verzonden No. 45 van Kikeriki. Offlcieele Kennisgeylngen. De Burgemeester der gemeente Leiden brengt ter «.lgemeene kennis dat op heden aan den ontvanger der Directe Belastingen alhier zijn ter hand gesteld het kohier der Personeele Belasting van wijk 6 en heb kohior van het Patontrecht yan wgk 5, beide van den dienst 1890/91 en resp. executoir verklaard den 30sten en Sisten Juli 1890, en herinnert voorts de belanghebbenden aan hunne verplichting om hunnen aanslag op den bij de Wet bepaalden voet te voldoen. Leiden, De Burgemeester voornoemd, 2 Aug. 1890. DE KANTER. Patentbladen. De Burgemeester, Hoofd van het Bestuur der ge meente Leiden, brengt ter kennis van de belangheb benden, dat de Patentbladen voorde gepatenteerden, wonende in do wgken I en II, over het dienstjaar 1890/91, bij het College van Zetters, in een der ver trekken van het Raadhuis dezer gemeente, op vertoon van het aanslagbiljet, verkrijgbaar zijn op Maan dag 4, Dinsdag 6, Woensdag 6 en Don derdag 7 Augustus e. k., telkens des namid dags van één tot drie uren, terwijl na het ver strijken van dien termpn, de onafgehaalde Patentbladen ter uitreiking moeten worden gegeven aan do Deurwaarders der Directe Belas tingen, dio voor hunne moeite mogen eischen tien cents zonder meer. LeideD, De Burgemeester voornoemd, 2 Aug. 1890. DE KANTER. De 32ete verjaardag van koningin Emma werd héden alhier op de gebruikelijke wjjze gevierd. Van de openbare en particuliere gebouwen wapperde de vaderlandsche driekleur, hier en daar mot oranjewimpel. Het carillon deed zich van 11 tot 12 uren hooren, in plaats van, zooals anders op Zaterdag, van 10 tot 11 uren. Op het middaguur werd op het Schutters veld door de alhier in garnizoen liggende infanterie, veldartillerie en cavalerie eeneparade gehouden, welke in den omtrek door eene groote menigte werd bijgewoond. De parade werd gecommandeerd door jhr. A. W. Van der Wijck, majoor der cavalerie, en geïnspecteerd door den kolonel H. F. Alinge, van het 4de reg. inf., garnizoens commandant. Bjj den staf hadden zich ook de officieren der dd. schutterij aangesloten. Tyden3 de wapenschouwing, by het defilee- ren der troepen, begon van een der artillerie officieren het paard zoodanig te stygeren toen de muziek wederom begon te spelen, dat het eindelyk recht op de achterste pooten stond en vervolgens achterover viel met don ruiter onder zich. Gelukkig bleek dit ongeval van geene ernstige gevolgen, want toen het paard weer op de been was gebracht, werd het onmiddellijk opnieuw door zyn beryder be stegen, die, ofschoon in den beginne doods bleek, dadelyk het commando over zyne afdee- ling weer op zich nam. In den namiddag werd in den tuin van „Zomerzorg" door het stafmuziekcorps eene „matinee musicals" gegeven, welke vry druk bezocht was. By ministeriëele resolutie is de heer P. Chevallier, deurwaarder der directe belastingen alhier, op zyn verzoek, met ingang op 1 October a. s., eervol uit 's Ryks dienst ont slagen. Hedennamiddag ontvingen we het verslag van den toestand der gemeente Leiden over het jaar 1889, door burgemeester en wethouders aan den gemeenteraad in 1890 aangeboden. Avy hopen daaruit later het een en ander mede te deelen. Onze correspondent te Apeldoorn meldt heden het volgende: Ter viering van den 32sten verjaardag van H. M. de Koningin wappert heden van schier elke woning de vaderlandsche driekleur. Reeds in den vroegen morgen voerden treinen en andere vervoer middelen tal van belangstellenden aan, die getuigen wenschten te zyn van een feest, steeds met zooveel geestdrift gevierd voorde Vrouwe, aan wie Nederland zooveel verplich ting heeft, de trouwe gade van onzen bejaar den vorst, de zachtzinnige leidster en steun van Neerlands kroonprinses. Het was van de Afd. Apeldoorn der Neder- landsche Maatschappy van Tuinbouw en Plant kunde eene gelukkige gedachte do opening der tentoonstelling te doen samenvallen met dit feest. Hedenmiddag te twee uren werden de bureelen van het welwillend afgestane terrein „Marialust" geopend en met den geur der heerlyke, prachtvolle bloemen, ademden wy de onopgesmukte liefde tot het vorstenhuis in, die zich overal openbaarde. Te halfdrio verschenen de Koningin en de Prinses met gevolg op het terrein en hielden zy stil voor de muziektent, waarin oen gemengd koor van circa 80 personen, benevens het orkest, bereids aanwezig was. De begroeting geschiedde door den aanhef van het „Wilhelmus van Nassaue" en het overhandigen van 2 smaakvolle bouquetten, benevens een afdruk van het te zingen lied, en terstond daarop zong het koor de „Ein- zugsmarsch" uit de „Tannhauser", waarop de begaafde dichter dr. E. Lauriliard de navol gende toepasselyke woorden had vervaardigd Dankend verheffen irij de eere dee Heeren, Waar w'ooft en bloem voor one zien uitgespreid; De bloemen zijn Gode kroonjnweelen, 't Ooft ie one 't betld van Zijn weldadigheid. Dankend spreekt, met ons, het hart der Vorstinne, Haar stemt Gods gnnst zoo lieflijk tot Gode roem Want deze dag ie dag van zegen; In 'e levens krans steekt hij een nienwe bloem. Spare Gode liefde dat dierbare leven, Den Vorst tot vreugd, tot heil van'tVorst'lijkkind; Tot sterking van don band der liefde, Die Neérlande volk aan 't Vorstenhuis verbindt. Beê van ons allen is, dat U de Vader Gelijk tot hier, steedB in Zijn' hoede neem'. En blijv' der burg'ren liefde en trouwe De bloem en 't groen rondom Uw diadeem. Daarna werd door het orkest Von Webers „Jubel ouverture" ten gehoore gebracht en aan het slot overgenomen door het koor met ons Volksblad. De bekwame en bezielende leiding van dit koor geschiedde door den heer Henri Stok- huyzen. flodenavond van halfzeven tot negen uren hoeft een groot kinderfeest ten paleize plaats. Namens de Prinses zyn vele kinderen, zoowel uit Apeldoorn als van elders, uitge- noodigd hieraan deel te nemen. De heer Okhuyzen, uit Rotterdam, is weder met leiding van dit feestje belast. De Koningin zal als gewoonlyk nu en dan by de kinderen in de feestzaal aanwezig zyn, terwyl deze mede in de gelegenheid gesteld zullen wor den op de bovenzaal van het paleis het vuur werk te zien, dat des avonds te negen uren op last van den Koning zal ontstoken worden. De Keningin ontving van Hd. gemaal prach tige zilverwerken ten geschenke, vervaardigd in de Kon. fabriek van de firma Begeer, te Utrecht. Gisteren mocht een zeer verdienstelyk ambtenaar aan het departement van binnen landsche zaken, de heer Aug. Belinfante Jr., den dag herdenken, waarop hy 25 jaar ge leden in het corps der ambtenaren aan dat ministerie werd opgenomen. Hy is thans werkzaam als hoofdcommies, chef der afdee- ling secretarie. De minister van binnonland- sche zaken wenschte hem op hartelyke wyze j geluk. Fraaie geschenken van zyne ambtge i nooten en ook van het bedienend personeel vielen hem ten deel. De tentoonstelling van schilderyen, in de Kunstzaal by de Lakenhal, alhier gehou den sedert 21 Mei, is gisteren gesloten. Onge veer 2000 personen hebben haar bezocht. Verkocht zyn nog, behalve de vroeger ver melde: „Pioenen" van den heer Fl. Verster, een „Geknield Meisje" van den heer Kamer- lingh Onnes, „Vóór het Onweder" van den heer H. W. Mesdag en eenige etsen. De Spaansche gezant by ons Hof, Don Wenceslaw Ramirez de Villauritia, geeft heden avond een groot diner, waaraan onderscheidene diplomaten genoodigd zyn. De electrische tram te 's-Hage is heden voor den publieken dienst opengesteld en reed om het halfuur van Scheveningen naar Den Haag en omgekeerd. Naar de „Haagsche Crt." verneeml, heeft Nederland van de overige betrokken autoriteiten verkregen, dat eerlang het tele- graaftarief voor Java zal worden verlaagd met 40 ets. per woord, terwyl ook voor het overige Ned.-Indié eenige verlaging zou zyn verkregen. Het tarief van telegrammen naar Frank rijk zou waarschynlyk van 12'/i op 9, mis schien zelfs wel tot 8 ct. per woord worden verminderd. Z. M. de Koning heeft benoemd tot kamerheer in buitengewonen dienst, den graaf A. O. J. E. M. De Marchant d'Ansembourg, burgemeester van Amstenrade. By koninklyk besluit is benoemd tot advo caat-generaal bij het gerechtshof te 's-Herto- genbosch, mr. T. G. H. Reitsma, thans officier van justitie by de arrondissements rechtbank te Heerenveen. Benoemd, met ingang van 1 October 1890, tot raadsheer in het gerechtshof te 's-Herto- genboscb, mr. H. G. P. Kolfschoten, thans rechter in dearrondissements-rechtbank aldaar. Met ingang van 1 September 1890 benoemd tot directeur van het Rykstelegraaf kantoer te Goes W. F. A. De Ryk, thans in geiyke be trekking te Edam. De heer F. J. A. M. De Bruyn benoemd en aangesteld tot apotheker 2de klasse ty het personeel van den geneeskundigen dienst van het leger in Ned.-Indië. Velgens de „Haagsche Courant." zil de Vosmaerbron, waarvan de oprichting door nadere onderhandelingen tusschen de commis sie on Burg. en Weths. van 's Gravenhage vertraging had ondergaan, by de tweede speel plaats in de Scheveningsche boscbjes worden opgericht en tegen het laatst van Augustus worden ingewijd. JPeiiilieton. i. Ik had verscheidene jaren in de koloniën doorgebracht en my onledig gehouden met het geneeskundig behandelen van gouddel vers en andere ruwe, door de beschaving weinig gelikte klanten. Doch de nieuwheid van de omgeving en het vrye, ongebonden leven hadden langza merhand hunne eerste bekoorlykheid voor my verlorenik begon naar geordende ver houdingen en naar eene vaste positie in myn beroep te verlangen, en daar ik - gedeel- telyk door spaarzaamheid, doch meer nog door eene gelukkige speculatie in land - geld genoeg had byeengebracht om er eenige jaren van te kunnen leven, ging ik naar Engeland terug, om my daar ergens eene praktijk te verwerven. De eerste persoon, dien ik opzocht, was natuuriyk John, myn broer myn eenige broer en terioops gezegd, ook de eenige band, die my aan Engeland hechtte. Wy waren weezen, doch een paar krachtige, flinke jongemannen en wel in staat om onszelven door de wereld te helpenook konden we het met de wereld best vinden. Gelukkig had onze vader zoolang geleefd, tot zyn oudste zoon den vereischten leeftyd bereikt had om zyne winstgevende praktyk over te nemen, en zoo kwam het dat John nog altyd het oude huis van rooden baksteen bewoonde in de hoofdstraat van de kleine stad Dalebury en dat hetzelfde geeikoperen naamplaatje, dat myn vader had gediend, ook aan diens zoon dienst deed. Ik vond den „ouden John", zooals by in den kleinen kring van zyne beste vrienden steeds genoemd werd, weinig veranderd. Mis schien was zyn gezicht iets ernstiger gewor den, doch het werd nog verlevendigd door dezelfde eerlyke oogen en denzelfden goeden glimlach, waardoor hy altyd in een omme zien het vertrouwen en de toegenegenheid van de mannen, zoowel als van de vrouwen, wonen toen we nu elkaar in de oogen zagen, wisten we dat de jaren, welke ons tot mannen hadden doen rijpen, de oude liefde, welke wy als knapen voor elkaar ge voeld hadden, niet dan ernstig gevoeld had den, slechts ernstiger en inniger hadden gemaakt. Voor my, die lang in den vreemde had rondgezworven, was zulk eene verwelkoming in het vaderland iets lieerlyks. Het deed my goed den halven nacht met John in de be- haaglyke oude kamer te zitten en te praten over hetgeen er gebeurd was en wat. wy beleefd hadden in den tyd, dat wy elkaar niet gezien hadden. Vooral ik had veel te vragen, want Dale bury is eene kleine stad, en daar ik daarin geboren en opgevoed was, kende ik alle menschen, die er woonden. Ik was niet lang genoeg weggeweest, om de oude vrienden te vergeten, en zoo moest John my verslag doen van het leven en de lotgevallen van den een zoowel als van den ander. Na eene wyle vroeg ik„Wie woont er nu in het oude huis, dat vroeger aan de Tanners behoorde?" „Eene dame met hare dochter. Ze heeten Dorvaux." „Dus, naar den naam te oordeelen, Fran- ■jaises „Neen, dat geloof ik niet. De overleden man van de dame ze is natuuriyk wed. was, volgens hetgeen ik gehoord heb, een Franschman. Maar mevrouw Dorvaux is eene Engelsche." Dus zyn die dames hier in den laatsten tyd komen wonen, en waarschynlyk zyn ze eeno aanwinst voor Dalebury." „Ik weet het niet dat wil zeggen, :k ken alleen de dochter, en die is heel mooi", gaf John ten antwoord en haalde daarby diep adem, wat byna als een bedwongen zucht kloDk. Dat geluid ontging myn scherpen ooren niet. Stond ik hier misschien voor eene zeer interessante ontdekking? „Zoo ze is heel mooi", zei ik. „En hoe is haar voornaam?" „Jeannette Jeannette", gaf John ten antwoord, terwyl hy den Franschen naam langzaam en met aandacht herhaalde, alsof die zyne lippen even aangenaam voorkwam als de smaak van ouden wyn. Toen kwamen we over andere dingen aan het spreken, welke met mooie meisjes en lief- klinkende namen niets te maken hadden. Ik vertelde van myne ervaringen in de koloniën, van veel merkwaardigs, dat ik beleefd had, van ernstige en wel door vuurwapens ver oorzaakte verwondingen, en spoedig liep ons gesprek alleen nog over onze kunst, waar voor ik by myne lezers geene belangstelling durf verwachten. Den geheelen volgenden dag besteedde ik aan het bezoeken van oude vrienden. (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1890 | | pagina 1