DAGBLAD.
N°, 9329.
Maandag 3X .Juli.
A®. 1890.
Dit nominer bestaat uit YIEK
Bladen.
Kikeriki.
£ourant wordt dagelijks, met uitzondering
van gon- en feestdagen, uitgegeven.
Leiden, 19 Juli.
Feuilleton.
De Nieuwe Huisonderwijzer.
LEIDSC
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per S maanden1.10.
Franco per post1.40.
Afzonderlijk© NommersH 0.05.
Aan de Abonné's daarop, wordt by dit
nommer verzonden No. 43 van Kikeriki.
De kerkelyke hoogleeraar prof. J. Offer-
haus Lz. alhier, is, na verscheidene weken
in het Hópital Wallon doorgebracht en twee
maal eene operatie ondergaan te hebben, weer
in zooverre hersteld, dat liy do buitenlucht
kan genieten. Hy hoopt na de vacantia geheel
hersteld te zijn en de lessen te kunnen her
vatten.
Directeuren van het Bataafsch Genoot
schap der Proefondervindelijke Wijsbegeerte
hebben benoemd tot leden consultanten de
lieeren: prof. dr. H. Kamerlingh Onnes, te
Leiden; prof. dr. V. A. Julius, te Utrecht;
dr. H. W. Bakhujjs Roozeboom, te Leiden,
en A. C. Broekman, te 's-Hertogenbosch.
Met ingang van heden is aan de Kweek
school voor Zeevaart alhier tot schipper be
vorderd de bootsman C. J. Van Roon en tot
bootsman de bootsmansmaat J. Swemmelaar.
Van deze promotie werd hun door den dd.
officier met oen kernachtig woord kennis
gegeven.
Te meer maken wij van deze onderscheiding
melding, omdat genoemde onderofficieren aan
de inrichting hunne eerste opleiding ontvingen
en zij hunne benoeming aan hun bekwaam
heid en ijver te danken hebben.
In de jongste gemeenteraadszitting van
Leiderdorp was ingekomen een request van
R. Van Eik.
In de vorige Raadsvergadering was, zooals
men zich zal herinneren, besloten, dat het
Dag. Bestuur de zaak in loco zou onderzoeken,
om daarna den Raad opnieuw van praeadvies
te dienen.
De burgemeester deelde dan omtrent de
zaak mede, dat Van Eik weigerachtig bleef
om in de kosten van veranderiDg van water-
afvoer bij te dragen en dat bjj verlangde,
dat deze door de gemeente zouden worden
gedragendat men (het Dag. Bestuur nl.) bij
onderzoek had gezien, dat de toestand, zooals
die nu is, voor het zich daar bevindende
brandspni kluisje niet nadeelig is, en de ver
andering alleen tot gemak en voordeel van
Van Eik zou zijn; dat hij echter Van Eik
had voorgeslagen een meer gunstig praead
vies uit te brengen, zoo deze zich schriftelijk
wilde verbinden om ten eeuwigen dage het
afstroomende hemelwater over z(|n terrein
te doen loopen, waartegen by echter groot
bezwaar had, en daar hy bleef weigeren eenige
verbintenis aan te gaan, meende het Dag.
Bestuur by monde van den Voorzitter afwy-
zend op het verzoek van Van Eik te moeten
beschikken.
Nadat de burgemeester enkele vragen be
antwoord had, o. a. hoe de toestand zou worden
als de gemeente de kosten niet voor hare
rekening nam en Van Eik ook niets deed, en
het den leden verklaard was, dat de afvoer
van het water in ieder geval verzekerd was
zonder nadeel voor de gemeente-eigendommen,
werd zonder stemming het verzoek van Van
Eik van de tilhhMËMgen.
Ook kwam in déze zitting aan de orde
het Rapport over het voorstel tot grens-
verandering.
De secretaris begon met de voorlezing van
een door het Dag. Bestuur opgemaakt concept
rapport-, waarin met groote helderheid was
uiteengezet, dat op gronden, ontleend aan
het belang zoowel van het algemeen, als van
Leiden en Leiderdorp, de gemeenteraad tot de
conclusie kwam, aan Gedeputeerden als zyn
gevoelen mede te deelen, dat grensverande-
ring niet gewenscht is.
Dit rapport werd door den Raad goedge
keurd en diensvolgens besloten het by Gtd.
Staten zoo spoedig mogeiyk in te dienen.
Het eerste gedeelte daarvan luidt als volgt:
By uwe missive van den 7den Januari 1890
B. No. 2313 (1ste Afd.) G. S. No. 56 werd
ons toegezonden een concept-wetsvoorstel,
door UEd. Groot Achtb. opgemaakt en strek
kende tot verandering der grens tusschen
deze gemeente en de gemeente Leiden, met
verzoek daaromtrent te zyner tyd het gevoe
len o. a. van den Gemeenteraad schriftelijk
te willen mededeelen.
Ter voldoening hieraan heeft het bedoelde
ontwerp in 's Raads vergadering van den 30sten
Juni 11. een onderwerp van behandeling uit
gemaakt. Ds Raad is alstoen in kennis gesteld
met hetgeen reeds in den aanvang van Augus
tus des vorigen jaars door Burg. en Weth.
als gevoelen van het Dag. Bestuur omtrent
datzelfde onderwerp aan uw College was
gemeld. In dat stuk verklaarden B. en Ws.
zich moeiiyk in staat de redenen te beoor-
deelen, welke UEd. Gr. Achtb. tot dit ontwerp
hadden geleid, omdat elke toelichting tot dit
voorstel ontbrak. Wel scheen duidelyk in het
oog te vallen dat de voorgestelde grensiyn
tot grootere bezwaren dan de bestaande aan
leiding zou geven, dat het ongewenscht ware
een polder zonder noodzaak onder twee
gemeenten te brengen en dat de grensschei
ding vooral aan den Lagen Ryndyk en de
Rynkade zeer willekeurig was getrokken, doch
welke reden er moge bestaan, om ongeveer
de helft van do bevolking dezer gemeente
tot haar groot nadeel en ongerief onder eene
andere gemeente te brengen, kon het Dag.
Bestuur toen evenmin als thans begrüpen.
Immers het als gerucht verspreide motief,
dat de grensverandering moest strekken om
aan de Leidscbe gemeentekas ruimer inkomsten
te verzekeren, kon niet als ernstig worden
beschouwd en wordt bovendien voldoende
weerlegd door de opmerking aan het slot van
het verslag der afdeelingen van den Leidschen
gemeenteraadwaarby algemeen wordt
erkend, dat de voorgestelde grensregeling van
de Leidsche ingezetenen geldelyke offers zal
eischen.
Dinsdag van de volgende week zullen
H. M. de Koningin en H. K. H. prinses
Wilhelmina een bezoek brengen aan de veilig
heidstentoonstelling te Amsterdam en de wer
ken aan het Merwede-kanaal by Zeeburg in
oogenschouw nemen.
De groote stoomvaartmaatschappyen en de
roei- en zeilvereenigingen zullen zorgen, dat
het IJ er dien dag vorstelyk en feesteiyk
uitziet.
Door wglen den heer W. v. d. Salm,
oud-hoofdonderwyzer te Maurik, is 2000 ver
maakt aan de Hervormde diaconie aldaar en
ƒ1000 aan de kerkvoogdy, vry van cuccessie-
rechten.
De heer Johan Schmier, de gevierde
solo-baszanger van de Hollandsche Opera in
den Parkschouwburg, heeft zich te Amster
dam gevestigd als leoraar in den zang en
heeft het voornemen om in Sept. a. s. een
cursus voor zang en tooneel te openen. Wy
koesterden steeds de hoop, hem terug te zien
by de a. s. Nederlandsche Opera, omdat we
overtuigd zyn, dat by daar the right man
on the right place is. Voor den opvolger van
den heer Schmier is het te wenschen, dat
hem de vergeiyking met dezen gemakkelyk
moge vallen, zoowel uit het oogpunt van
repertoire als van methode, muzikaliteit,
stemmiddelen, zuiver zingen en sproken,
goede gezondheid, enz.
Misschien wacht ons nu eene gToote teleur
stelling, daar, naar wy uit goede bron hebben
vernomen, den heer Schmier de hooge onder-
schelding is te beurt gevallen, door de aan-
PRIJB DEK ADVSRTBNTEEN:
Tan l6 regels 1.05. Ieders regel meer 0.1")
Grootere letters naar plaaternünte. Voor het in-
casseeren buiten de stad wordt 0.10 berekend.
bieding van den Leerstool in solo-zang en
tooneelspel aan ,the Musical academy" te
Philadelphia (U. S. America). Verklaringen
te zynen opzichte als musicus, zanger en
tooneelspeler, als van Joh. Coenen, Maurice
Hageman, Dan. De Lange, C. v. d. Linden,
Henri Viotta e. a. hebben hiertoe veel byge-
dragen. De onderhandelingen worden gevoerd.
Alhoewel onze beste wenschen voor zyn
geluk en zyn succès in de Nieuwe Wereld
den heer Johan Schmier zullen vergezellen,
koesteren wij het vertrouwen, dat hy voor
ons en zyn Vaderland, voor onze moeder
taal, voor Amsterdam en eenmaal ook voor
de Nederlandsche muzikaal-dramatische kunst
behouden blijve! (.Held. Of.)
Door den minister van koloniën Is de
heer J. C. Voorduin gesteld ter beschikking
van den gouverneur-generaal van Nederlandsch-
Indië, om te worden benoemd tot adspirant-
ingenieur by den waterstaat en de burger-
ïyke openbare werken daar te lande.
De minister van justitie heeft aan de
procureurs generaal by de gerechtshoven het
volgende schryven gericht:
,Myn ambtgenoot van Waterstaat, Handel
en Nyverheid deelt my mede, dat somtyds
processen-verbaal overeenkomstig art. 6 der
wet van 23 Juni 1889 (Staatsblad No. 82),
houdende bepalingen tot voorkoming van be
drog in den boterhandel, worden opgemaakt,
waarin niet is opgenomen hoeveel de markt
waarde bedraagt van het door de bevoegde
ambtenaren krachtens art. 5 dier wet geno
men monster, waarvoor vergoeding wordt
verlangd.
„Aangezien ingevolge het slot van genoemd
art. 5 voor het genomen monster desverlangd
de marktwaarde vergoed wordt, is het ter
voorkoming van moeilykheden by de vereve-
nirg van die uitgaven gewenscht, dat in de
processen-verbaal ook worde vermeld hoeveel
de marktwaarde bedraagt."
De minister verzoekt, op het bovenstaande
zooveel mogelyk de aandacht te vestigen van
de by de uitvoering van de aangehaalde wet
betrokken ambtenaren.
By de firma Jan L. C. Kotting, te Am
sterdam, zag het licht „Ons Prinsesje", salon
polka van M. C. v. d. Rovaart. De polka
voldoet aan de hoofdvereischtemen kan er
goed op polkeeren; ook is zy licht speelbaar.
Daarentegen is het portret van het Prinsesje
op het titelblad wat donker uitgevallen.
Volgens de Duitscho bladen zal de groot
hertog van Saksen-Weimar in Augustus te
Scheveningen komen.
Naar het DuUsch.
1)
„Mama, mama, daar is de nieuwe huis-
onderwyzer!" Met dezen uitroep van schrik
stormden de beide wilde knapen naar de
veranda, waaronder de weduwe barones Bork
met hare dochter tegen den avond zat te
borduren.
„Wat? Vandaag, nu reeds? Hy wilde immers
morgen pas komen I" riep Anna, eveneens
verschrikt, uit. „Dan moet ik spoedig zyne
kamer in orde laten brengen. Maar welke,
mama? De blauwe kamer, nietwaar?"
„De ontvangkamer?" antwoordde de barones
verwonderd. „Maar Anna! Hij kan boven in
Jeans kamer wonen, dan komt hy meteen in
eene gepaste atmospheer, want meer dan
een laten wy zeggen voornamer soort be
diende is hy toch ook niet."
Verder kwam de adellyke dame niet met
hare beschouwingen. Een groote zwarte New
foundlander wipte blaffend, kwispelstaartend
de trap op. Een kreet van schrik weerklonk
de kinderen vluchtten yiings naar de tafel,
zoodat een kopje op den grond stukviel, en
de harige hond trachtte, op zyne achterpooten
staande, met zyne voorste ledematen de baro
nes teeder te omhelzen. Verschrikt, niet in
staat zyne liefkoozingen af te weren, viel zy
achterover in haren zetel.
„Foei, Roland! Terug!" beval op dit oogen-
blik eone vreemde stem, en een knap jong-
mensch betrad lachend het tooneel der ver
warring. De hond kroop, van zyne schuld
bswust, naar zyn meester, die zich, terwyi
de anderen nog niet van den schrik bekomen
waren, beleefd boog.
„Vergeef my, barones, myne onstuimige
entrée! De ondeugende Roland
„Wie is u dan eigenlyk? Met wien hebben
wy de eer?" viel de barones hem haastig in
da rede, en de trillende, scherpe toon harer
stem beloofde niet veel goeds.
De ongenoodigde gast begreep het. „Vergeef
my nogmaals baronesIk heb my immers
vooraf aangediend. Ik dacht
„Mama, mama, hy is de nieuwe huisonder
wijzer!" riepen de kinderen, terwyl zy, be-
geerig naar de ontwikkeling der zaak, meer
op den voorgrond traden.
„U is de candidaat Muller?" vroeg de
dame, terwyl zy op het woordje „u" een
eigenaardigen klemtoon legde. „Kinderen, laat
mij alleen met mynheer Muller, wien ik nog
eenige woorden heb fe zeggen!" riep zy boos.
De arme! Nu stond hy alleen, slechts ge
sterkt door een medelydenden blik der ver-
dwynende dochter. De ongelukkige! Maar
hy scheen niet zoo erg verlegen te zyn,
want hy ging glimlachend en ongedwongen
op den naasten stoel zitten. Zyn hond Bprong
vrymoedig op een anderen, en zoo wachtten
beiden hun vonnis af.
De barones was buiten zichzelvehare teng,
die juist haar verpletterend werk wilde be
ginnen, weigerde den dienst, toen zy dit
waardige paar voor zich zag zitten. Maar dit
duurde slechts een oogenblik en in 't vol
gende naderde zy als eene vertoornde godin
langzaam den heer Muller en vroeg op scher
pen toon: „Wat moet dat beteekenen, myn
heer Muller? Gy wilt de onderwijzer myner
kinderen worden en gedraagt a op deze wyze?
Gy weet niet wat fatsoen is; dat zie ik!
Maar waar zoudt gy het ook van weten?
Gy wilt myn huisonderwyzer zyn? Gy
ziet er niet naar uituwe houding, uw hond,
de litteekens in het gezicht, die een slecht
getuigschrift geven van uw gedrag meent
gy, my daarmede te behagen? Ik hob u
geëngageerd, helaas, zonder u persoonlyk te
kennen, alleen op eene aanbeveling van baron
Meierstein. Ik zeg u pogryaals'- Bet spyt m(j
zeer, dat ik u heb ontboden. Ik hoop dat
gy het begrypt, als ik u verzoek, myn huis
terstond te verlaten."
De candidaat had haar bedaard laten uit
spreken. Daarna zeide hy evenwel op zeer
beslisten toon: „Sta my toe, barones, van
eene andere meening te zyn. U heeft my
ontboden, ik heb eene groote reis gemaakt
en verzoek dus dringend, my óf de kosten
van de heen- en natuuriyk ook van de terug
reis te vergoeden, zy bedragen vyf en twintig
gulden vyf en dertig cents, óf my te houden,
totdat ik eene andere betrekking heb gevonden.
Dat moet en kan ik verlangeB. In elk geval
doe ik een beroep voor dezen nacht op uwe
gastvryheid, want u kan toch onmogelyk
verlangen, dat ik in het hotel van uw dorp,
welks zuur bier my reeds genoeg heeft ge
leerd, logeer. Heb du3 de goedheid, my eene
kamer te laten aanwijzenZoo sprak hy
en nam daarna mot eene beleefde tuiging
weer naast zyn zwarten kameraad plaats.
En wat hielp het? De barones moest ziii>
wil volgen. Zy zag het in tot hare
by moest in haar huis overnachf" 3pyt;
reeds donker begon te -°n> daar het
eonig rytnjg niet In,' -orden en zy baar
■ssen kon. „Het zy zool
(Wordt vervolgd.)