N«. 9304.
Vrijdag 20 Jnni.
A*. 1890.
Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van (Zon- en feestdagen, uitgegeven.
Dit nommer bestaat nit TWEE
Bladen.
Leiden, 19 Juni.
Feuilleton.
Het Roode Testament.
DAGBLAD.
PRIJB DEZER COURANT*.
Toot Leiden per S maanden.1.10.
France per post.m 1.40.
AfrondfTlrjke Nommers0.05.
PRIJS DHR ADVERTENTIEN:
Tan 1—6 regels 1.05. Iedere regel meer 0.17J.
Grootere lettere naar plaatsruimte. Yoor het In
cassooren bulten de stad wordt 0.10 berekond.
Officieele Kennisgevingen.
Dc Bnrgemeeeter der gemeente Leiden,
Gezien art- 52 der Algemeen© Politieverordening
Iran den éden Novomber 1879, waarbij de bevoegdheid
«wordt verleend om bij bijzondere gelegenheden nadere
■bepalingen omtront het rijden en verblijven van
|nj'.uigen op straat, te maken;
BEPAALT:
lo. dat op Dinsdag den 2laten Juni a. s., ter ge
legenheid van don
«ËKOSTVNEËRDEN optocht,
[door Heeren Studenten der Leidache Universiteit te
Louden, lange den weg, dien de Optocht neemt, op
ien tijd geene rijtuigen of paarden mogen stilstaan,
[alsmede dat rijtuigen of paarden, den optocht ont
moetende, niet in tegenovergestelde richting zullen
mogen doorrijden, maaT zich naar elders moeteD
[Terwijderen
2o. dat in den avond van dien dag, van 7 uren
fef tot na afloop der feestviering, niet mag wor
den gereden langs de beide zijdon van hot
(Rapenburg, op de Breestraat en de Haarlemmerstraat,
terwijl de navolgende straten slechte in ééne richting
mogen worden berodon, als: bet Noordeinde van de
Baagbrug tot het Rapenburg, hot Kort-Rapenburg
ka de Paardosleeg van de Breestraat naar de Haar-
Ibinmerstraat, de Hoogewoerd van de Utrechtsche
!>rog naar de Breestraat, het Steenschuur OZ. van
Be Hoogewoerd naar de Garenmarkten het Steenschuur
iVZ. van de Hoogewoerd naar de LangGbmg;
KB. De belde zijden van het Rapen
burg, de Breestraat en dc Haarlem
merstraat worden met slnltboomen
fifgcsloten.
8o. dat mede van 7 uren des avonds tot na afloop
[van den optocht alleen stapvoets mag worden
gereden.
Wjjders noodigt hij het publiek dringend uit. den
ftptocht niet te volgen en bij het passceron daarvan
»p de eenmaal ingenomen standplaatsen te blijven,
Ifu verder alle aan den optocht hinderlijke belemme
ringen uit den weg te ruimen en alzoo tot den ge-
legelden «n ongoetoorden afloop daarvan, ieder naar
lijn vermogen, mede te werken.
Leiden, De Burgemeester voornoemd,
i Juni 1890. DE KANTER.
J De Burgemeester van Leiden brengt ter algemeeno
iennis dat op heden aan den ontvanger der Directe
[Belastingen alhier is ter hand gesteld het primitief
Kohier der Personeel© Belasting van de wjjken I en II,
Dienst 1890/91, executoir verklaard den léden Jnni
|890 en herinnert voorts do belanghebbenden aan
ftunne verplichting om den aanslag op den bij de
rot bepaalden voet te voldoen.
1 Leiden, De Burgemeester voornoemd,
BS Juni 1890. DE KANTER.
Heden zijn aan de universiteit albier be-
Jorderdde heer M. A. M. Viruly, geb. te
Steeg, bevorderd tot doctor in de rechts
wetenschap, met academisch proefschrift, get.
|De roiatieve competentie van den kanton-
lechter volgens artt. 97 en 98 B. E. V.",
In de heer F. Dingeman Schmal, arts, geb.
te Voorburg, tot doctor in de geneeskunde,
met academisch proefschrift, get.: „Over de
pathologische anatomie van het endometrium."
De heer Leo Van Praag, die gisteren al
hier promoveerde, verkreeg den hoogsten
graad {cum lande).
Het voorbereidend examen in de genees
kunde is aan dezelfde universiteit afgelegd
door den heer M. Pleune Jr.het doctoraal
examen in de rechtswetenschap door den
heer H. W. Van Tienhoven; het doctoraal
examen in de staatswetenschap door den heer
W. C. Tb. Van der Schalk.
- De algemeene vergadering van do Maat
schappij der Nederl. Letterkunde werd heden
morgen in het Nutsgebouw te elf uren ge
opend door den voorzitter, prof. Tiele. Deze
betreurde bet ten zeerste, dat het onderwerp
van zl)ne studie geen geschikte stof opleverde
voor eene toespraak zooals die, welke zyn voor
ganger verleden jaar had voorgedragen. Zich be
palende tot de lotgevallen der Maatschappij, en
horinnerende aan de groote verliezen, welke z(j
dit .jaar had geleden, kwam ZHG. echter on
willekeurig tot beschouwingen over de heden-
daagsche letteren in Nederland, en over de
plaats, die de Maatschappij had te bekleeden.
Nadat deze toespraak met erkentelijkheid
was ontvangen, werden de verslagen van
den secretaris-bibliothecaris en het veralag van
den penningmeester voorgelezen. Daarbij werd
onder dankzegging gewag gemaakt van de
aanzienlijke geschenken, waarmede de Maat
schappij dit jaar was bedacht, en wel inzon
derheid eene gift van ƒ2500 van den heer
De Fremery, te 's-Gravenzande, bepaaldelijk
bestemd voor de uitbreiding der bibliotheek.
Met groot applaus werd benoemd tot eere
lid der Maatschappij prof. dr. M. De Vries.
In de plaats van den in October e. k.
aftredenden bestuurder prof. dr. Jan Ten
Brink werd als lid des bestuurs gekozen dr.
A. Kluyver.
Benoemd werden tot binnenl.ledeBdebeeren
mr. W. W. Van Lennop, weth. van onderwijs
te Amsterdammr. J. E. Heeros, adj.-commies
bij het Kijksarchief te 's-Gravenhagemr. A.
C. Bondam, archivaris van Noord-Brabant, te
's-Hertogenboschmr. J. A. Feith, commies
chartermeester bjj het Kijksarchief te Gronin
gen; mr. H. Pb. De Kanter, advocaat en
schoolopziener te Brielle; mr. J. L. Berns, le
Leeuwarden; W. Rooseboom, te 's-Graven-
hage; Dr. J. D. Frenay, te Leiden; W. F.
Margadant, te 's-Gravenhage; dr. M. Treub,
directeur van 's Lands Plantentuin, te Buiten
zorg mr. F. Gratama, archivaris van Drente,
te AssenG. Jonckbloet, priester te Maastricht
dr. H. Van Herwerden, hoogleeraar te Utrecht;
dr. C. Bellaar Spruit, hoogleeraar te Am
sterdam; mr. H. L. Drucker, hoogleeraar te
Leiden; W. P. Van Stockum, te 's-Graven
hage; dr. mr. C. P. Burger, beambto bij de
universiteitsbibliotheek te Amsterdam; dr.
D. E. Slegenbeek Van Heukelom, hoogleeraar
te Leldendr. U. Ph. Boissevain, hoogleeraar
te Groningen; mr. L. H. J. Lamberts Hur-
relbrinck, te Leiden, schrijver van Novellen
onder den pseudoniem mr. Clovia, van Lim-
burgsche Novellen, Tooneelcriticus van het
„Leidsch Dagblad," enz.; dr. J. J. Hartman,
conrector aan het gymnasium te LeidenJ.
L. A. Brandes, te Batavia; dr. H. G. Van
de Sando Bakhujjzen, hoogleeraar te Leiden;
dr. H. Blink, te Amsterdam; S. W. Tromp,
te 's Gravenhage.
Tot bultenlandsche leden do hoerenFl.
Van Duyse, te Gent; mr. J. C. Moens, te
Lymington, in Engeland; dr. Guldo Gezelle,
R. C. Priester te Kortrijk; Ernst Muller,
Pfarrer, te Langnau, canton Bern; G. Bonet-
Maury, te Parijs.
De vergadering werd, naar gewoonte, be
sloten met een maaltijd op Zomerzorg.
Voor het heden alhier afgenomen mathe-
matisch-literarisch examen bedroeg het aantal
candidaten 6, waarvan zich hebben terugge
trokken 8 en werden afgewezen 2. Toegelaten
is de heer W. Deutekam, van Amsterdam.
Hiermede is het examen alhier afgeloopen
De Leidsche Duinwatermaatschapptj keert
aan de gemeente Leiden over 1889 als aan
deel in de winst uit 15,750; de aandeel
houders genieten 6 pCt.
Werd voor eenigen tijd gesproken van
een voorstel der commissie van de stedelijke
gasfabriek alhier om don prijs van het gas
van 5 op 6 ets. per stère te brengen, thans
is van dat plan afgezien en blijft de prijs
van 5 cents gehandhaafd.
Er bestaat gelegenheid tot verzending
der correspondentie naar Noord-Amerika, door
middel van hot stoomschip „Spaarndam", van
Rotterdam vertrekkende. Ten postkantore al
hier moeten de brieven enz. uiterlijk morgen-,
Vrjjdag-avond, om 7.50 bezorgd zijn.
De wijze van verzending behoort duidelijk
op het adres vermeld te worden.
Aanstaanden Zondag, 22 Juni, zal de
heer W. Klercq, predikant te Koudekerk, des
namiddags te twee uren de vacaturebeurt in
de kerk der Ned.-Herv. gemeente van Hoog-
made waarnemen.
Men schrijft ons uit Boskoop, dd. 18 Juni
Onder do gemeenten, die hot feit der over
winning van Waterloo gewichtig genoeg acht
ten, om het na 75 jaren te herdenken, be
hoort ook Boskoop, dat heden feeet viert. De
feestcommissie had, en wel zeer juist, ge
oordeeld dat het feest diende geopend te worden
doer de jeugdige burgers en burgeressen.
Vandaar dat tegen het middaguur, de kinderen
van a 1 de scholen zich vereenigden en een
schier onafzienbare stoet, met bloemen en
banieren, voorafgegaan door muziek, zich be
woog door Boskoop's straten, welke door
menscbenhanden in een tuin waren herscha
pen en langs Boskoop's schoone tuinen, waar
de natuur met kwistige hand voor feestelyken
tooi gezorgd had. Alom wappert Neerlands
vlag en schittert de Oranjekleur. Niet minder
schittert de zon, die zooveel voorafgaande
dagen door afwezigheid sohitterde. Na den
optocht waren de ouden van dagen aan de
beurt, voor wie in het gesticht een feest
maaltijd was aangericht. Boskoop's fanfare
corps gaat de gemeente door en laat zijne
welluidende tonen overal hooren. Tegen het
avonduur wordt het feestlicht ontstoken. Twee
stoombooten, van de waterlinie af verlicht,
drijven statig door de Gouwe. De feestvreugde
klimt. Het feestterrein noodigt de jeugd ten
dans. Overal vreugde, gepaard aan orde. Vrij
zeker znllen de eerste zonnestralen van een
nieuwen dag de feestvierenden verrassen, doch
zeer zeker zal de 18de Juni 1890 voor Bos
koop's ingezetenen eene herinnering zijn, op
wekkend tot vaderlandsliefde en tot trouw
aan en waardeering van ons Vorstenhuis.
De collecte voor het fonds tot aanmoe
diging en ondersteuning van den gewapenden
dienst in de Nederlanden heeft in de gemeente
Koudekerk opgebraoht 32.92'/2-
Tweede Kamer. Zitting van heden. Op
de interpellatie van den heer Rooseboom over
een eventueel bombardement van Den Haag,
naar aanleiding van het adres van den heer Tin
dal, verklaarde de minister van oorlog namens
de Regeering dat zulk een bombardement,
in stryd met het volkenrecht, geen voordeel
zou opleveren aan den vjjand en dus ondenk
baar is. In geen geval zou de eventualiteit
kunnen leiden tot verplaatsing van den be
stuurszetel in vredestijd, daar een bombar
dement niet zulke gevolgen zou opleveren
dat de lands-verdediging er door zou be
hoeven te worden opgegeven.
Met 39 tegen 29 stemmen weigerde de
Kamer aan den hoer Domela Nieuwenhuis om
eene interpellatie te houden over de mobili
satie en concentratie der troepen in oorlogstijd.
ROMAN VAN
XATIEK DE MOMTEPHV.
|59|
„Houdt moed, Jéröme, laat het hoofd niet
langenWie weet hoe spoedig uwe onschuld
|lijken zal I"
„Ach, waarde heer, men zal rnjj niet be-
|oeven te veroordeelenzoo ik mjjn vonnis
beleef, zal ik het toch niet lang overleven,
de dood jaagt mij geen schrik aanalleen
nart het rnjj dat men na mijn doad zal
bggen: „Jéróme Vlllard was een dief van
Ijn meester."
„Troost je, goede Jéröme, je zult niet in
gevangenis sterven; weldra zal men zeg-
fen: Villard was een eerlyk man, en men
|1 zich haasten de gevangenisdeuren voor
te openen."
„Heeft men dan den dief van het testament
ptdekt
„Nog niet, anders zou je reeds op vrije
|eten zijn, maar ik zoek hem en ik ver-
ker je dat ik hem vinden zal. Aan uwe
[huid heb ik nooit geloofd, hoewel de schijn
gen je was."
„Mjjnheer Raymond, u vleit mij toch niet
met ijdelo hoop?"
„Neen, maar je kunt mij helpen om den
misdadiger op te sporen."
„U behulpzaam zijn, maar hoe kan ik
dat, ik, een arme gevangen man?" vroeg
Jéröme verbaasd.
„Door mij openhartig te antwoorden op
mijne vragen."
„Dit ben ik altijd geweest, ik heb steeds
de waarheid gezegd, maar men heeft mij
niet geloofd."
„Omdat men een misdadiger in je zag. Ik
ben van je onschuld overtuigd en de vragen,
welke ik aan je doen zal, hebben alleen ten
doel, den waren dief op te sporen. Eén ding
staat vast, namelijk dat de dief het hotel
van den graaf kende van den zolder tot den
kelder."
„Dat is zoo, daar heb ik ook meermalen
over nagedacht."
„Ook ben ik zeker dat de diefstal na de
begrafenis van den graaf moet hebben plaats
gehad."
„Dat is onmogelijk!"
„Waarom?"
„Omdat ik alle deuren zelf gesloten en de
sleutels bij mij gehouden heb."
„Was je alleen in het bezit der sleutels?"
„Ja! Niemand anders, zoover ik weet."
„Maar hoe is men dan de kamers kunnen
binnendringen?"
„Dat heb ik mij al honderden malen afge
vraagd, maar het blijft mij nog altyd een
ondoorgrondelijk raadsel."
„De graaf ontving slechts weinige men-
schen, nietwaar?"
„Sedert den dood van mevrouw de gravin
en bare dochter, waren u en uw zoon, zoo
mede de gravin De Chatelux en ha'ar zoon
Fabien, bijna de eenige bezoekers van den
graaf."
„Behandelde de graaf al zijne zaken zon
der eenige hulp?"
„Ja!"
„Voerde h(j ook zelf zijne geheele corres
pondentie?"
„Dat weet ik niet."
„Heeft hy nooit een secretaris gehad, zoo
lang je heugt?"
„Jawel, vroeger had de graaf een tijdlang
een secretaris."
„Pascal Saunier!" riep Raymond eens
klaps uit.
„Juist, zoo heette hy. Hy was een jong-
menscb, in wien de graaf veel vertrouwen
stelde, maar die zyn vertrouwen schandelijk
misbruikt heeft."
I „En wat was daarvan het gevolg voor
dien secretaris?"
„Dat hy tot drie jaren gevangenisstraf ver
oordeeld werd wegens het plegen van valsch-
heid in geschrifto en in het tuchthuis ta
Nimes is opgesloten."
„Ik herinner my dien Pascal weieens gezien
te hebben. Wanneer werd hy veroordeeld?
Weet je dat ook?"
„Dat zal ongeveer drie en een half jaar
geleden z.yn."
„Hy is dus weer op vrüe voeten?"
„Dat denk ik wel 1"
„En hy bezat het volle vertrouwen van
dc-n graaf, nietwaar?'
„Ja, myn meester liet al zyne zaken door
hem behandelen en prees herhaalde malen
zyn bekwaamheid en helder doorzicht. Het
is wel jammer dat zulk een jongmensch een
schelm moest zyn."
„Dan kende hy ook zeker wel den inhoud
van het testament?"
„Dat geloof lk wel!"
„Had hy ook sleutels van het hotel in
zgn bezit?"
„Ja, verscheidene, onder andere een van de
kleine tuindeur."
„Wanneer gebruikte hy dien sleutel?"
(Wordt vervolgd.)