N®. 9285. Donderdag £ÏQ Mei. A®. 1890. fëourant wordt dagelijks, met uitzondering van <§pn- en feestdagen, uitgegeven. Dit nommer bestaat uit TWEE Bladen. Leiden, 28 Mei. ]Poiii3.1etoii„ Het Roode Testament. PRIJS DEZER COURANT: ▼oor Leiden per 8 maanden.1.16. Franco per post1.40. Afzonderlijke Nommers.0.05. PRIJS DER ADVERTENTIEN: Van 1—6 regels 1.05. Iedere regel meer/0.17$ Grootere letters naar plaateruimte. Voor het tn cas8eeren buiten do stad wordt 0.10 berekend Officieel e Kennisgpeyin^en. Hondsdolheid. De Burgemeester der gemeente Leiden. Gelet op het bij hem ontvangen bericht van den Bijksveeart8 alhier, dat in deze gemeente weder een goval van hondsdolheid ia voorgekomen; Gezien art. 3 der Wet van den 5den Juni 1875, tot vaststelling van bepalingen bij het voorkomen van hondsdolheid (Staatsblad No. 110); Beveelt dat gedurendo vier maanden te rekenen van den dag der afkondiging van dit bevolechrift, alle honden, die zich buiten woningen of vaartuigen -{geene openbare middelen van vervoer zijnde) in de gemeente bevinden en niet binnen een afgesloten erf aan een ketting liggen, moeten voorzien zijn van een muilkorf, volgens het door Z. E. den Minister van Biunenlandeche Zaken, bij beschikkingen van 27 Juli 1S75 en 19 September 1887 voorgeschroven model, ter gemeente-secretarie voor ieder ter bezichtiging «esteid, met dien verstande nochtans dat ingevolge Ministeriëele beschikking van 7 September 1875, de stalen band van den muilkorf, die den hals van •den hond omgeeft, door een koperen mag worden vervangen. Hot aantal en do dikte van de draden van den muilkorf moeten minstens bedragen Dij eene korflengte van Aantal in dwarse richting loopende draden. Draaddikto. minder dan 15 cM. 3 2 mM. 15 tot 18 cM. 4 2 18 tot 21 5 aVs - 21 tot 24 6 2Vs 24 tot 27 7 s 27 en meer. 8 3 Leiden, ■27 Mei 1890. Do Burgemeester voornoemd, DE KANTER. Inenting «ogen betaling. Burgemeester en Wethouders van Leiden brengen ter algemeene kennis dat op Donderdag 29 Mei e. k., des namiddags te 2 uron, gelegenheid zal worden gegeven tot inënting tegen betaling van 1.per persoon, in het Pare Vaceinogène (Elisabethshof, Oude Vest). Burgemeester en Wethouders voornoemd, Leiden, DE KANTEB, Burgemeester. 28 Mei 1890. E. KIST, Secretaris. Het aangekondigd voorstel tot verhooging van den prijs van het gas van 5 cents tot 6 cents, wegens de stijging van kolenprijzen en werkloonen.komt in de morgenmiddag tehouden gemeenteraadszitting niet in behandeling. Aan den gemeenteraad geeft te kennen mej. Magdalena Petronella Oudshoorn, onder wijzeres der 3de klasse aan de openbare school der 2de klasse voor Jongens en Meisjes (Leerschool, verbonden aan de Kweekschool) dat z(j eerlang in hot huwelijk hoopt te treden en dat z(j om deze reden ontslag verzoekt tegen 1 Juli a. s. Evenmin als by het hoofd der Leerschool, bestaat er bij B. en Ws. bezwaar om dat ontslag met ingang van genoemden datum eervol te verleenen. Den gemeenteraad wordt door B. en Ws. ter vaststelling aangeboden bet kohier der plaatselijke directe belasting voor dit jaar. Het bevat eene belastbare som van 6,645.972, tegen 5,417,509 in 1889, alzoo meer 228,463. Op de begrooting voor dit jaar is als opbrengst dier belasting uitgetrokken 149,000, waarbij gevoegd 5 pCt. voor kwade posten of 7450, maakt 156,450 als te heffen bedrag. Het heffingspercent is alsnu vastgesteld op 2.77, waardoor verkregen wordt een bedrag van ƒ156,393.42, alzoo ƒ56.58 minder dan volgens de begrooting zou kunnen worden geheven. Het aantal aanslagen bedraagt 5611. Den oud-rector van het gymnasium alhier, dr. W. H. D. Suringar, valt heden het zeld zame voorrecht ten deel met zijne eshtgenoote hun 60-jarig huwelijk te mogen herdenken. Het ontbreekt den hooggeachten jubilarissen natuurlijk niet aan tallooze blijken van belang stelling in hun feest en bovendien hebben de bewoners van dat gedeelte der Haarlemmer straat, waar hot echtpaar woont, die straat een feestelijk aanzien gegeven door van hunne woningen de vaderlandsche driekleur te doen wapperen. Moge het den jubilarissen gegeven worden nog vele jaren 's werelds lief en leed het laatste echter worde hun in de minste mat» beschoren met elkaar te deelen De heeren J. B. Snellen, F. A. Van Hall, C. P. Metelorkamp en F. Schwiep, con cessionarissen van een kortoren spoorweg Amsterdam Rotterdam, hebben zich tot de Tweede Kamer der Staten-Generaal gewend met een adres, waarin z(j hunne grieven tegen de aanhangige spoorwegovereenkomsten uit eenzetten. Zij hebben gemeend in deze niet handelend te moeten optreden, alvorens de plannen dor Regeering volledig bekend en toegelicht waren. Zij vertrouwen dat nu voldoende blijkt, dat Amsterdams handelsbelangen beter en zekerder zjjn gewaarborgd door de uitvoering hunner concessie, dan door de thans aanhangige regee- ringsplannen. Alle deskundigen op spoorweggebied, zeggen zjj, veroordeelen zonder uitzondering het hoofd- beginsel der wet: de exploitatie van ééne 1 spoorweglijn door twee concurreerende maat schappijen. Nergens, waar het onder dezelfde omstandigheden is beproefd, heeft het goede resultaten opgeleverd, en zelfs de Regeering is niet in staat geweest, evenmin als de voorstanders der voorgestelde regeling, dit hoofdbezwaar te ontzenuwen, een bezwaar, dat een ernstig gevaar veor den haudel dreigt te worden, omdat het onvermijdelijk tot eene volledige samenwerking der twee overblijvende Maatschappijen moet leiden, of tot Staats exploitatie, beide doodend voor alle concur rentie, welke laatste voor den handel hoog noodig is. Van hoe overwegend belang de kortere verbinding Amsterdam Rotterdam is, moge uit bet volgende blijken: Meer dan zesmaal honderdduizend reizigers per jaar, tus schen Amsterdam en Leiden, 's-Gravenhage, Rotterdam en het buitenland, ondervinden nu, geheel noodeloos, een belangrijk tijdver lies, hetwelk zij bovendien nog moeten be talen. Één der voorwaarden van den vorigen direc teur der Maatschappij,0' exploitatie der Staats spoorwegen, den heer Vrolik, was indertijd dat de weg zóódanig moest worden aange legd, dat die al dadelijk met groote snelheid en gemakkelijk kon worden bereden. Do kosten van aanleg worden daardoor hooger, maar het te wachten verkeer was groot ge noog om dit te dragen en bovendien zou men, ten gevolge van besparing in t(jd en geld, in vermeerdering van verkeer de meer dere kosten ruimschoots terugvinden. De bovenbouw moest van dien aard zijn, als hier te lande nog niet voorkomt. De ban kiers deelden die breedo opvatting. Do afstand tusschen Amsterdam en Rot terdam wordt daardoor en door den aan zienlijk kortoren weg nagenoeg in de helft van den tijd afgelegd, welke thans door de gewone sneltreinen van den Hollandschen spoorweg veroischt wordt, namelijk in vijftig minuten, tegen negentig a honderd vijf mi nuten langs den ouden weg. Door den aanleg van dezen weg kan de Mij. tot Exploitatie van Staatsspoorwegen baar doel om in Amsterdam te komen, be reiken en dan gaat daarmede het groote voordeel gepaard, dat die verbinding niet alleen in het belang van genoemde Maat schappij 's> maar tevens in dat van den Amsterdamschen handel en van het reizend publiek. Ook Leiden en 's-Gravenhage worden daardoor rechtstreeks met de Staatsspoor wegen verbonden. Bovendien en dat is mede van groot be lang wordt de Haarlemmermeer en een aanzienlijk deel van eene welvarende streek in Zuid-Holland aan het spoorwegnet verbon den en kunnen de producten dier vruchtbare streek sneller en goedkooper worden vervoerd, waarmede stijging van de waarde van den bodem gepaard gaat. Ook is het geene onverschillige zaak, dat, bij het ten einde spoeden van de groote wer ken voor rekening van het Rijk, door den aanleg van dezen weg vele millioenen aan arbeidsloon zullen besteed worden. Het kan niet worden ontkend zeggen adressanten verder dat de Hollandsche Spoorweg maatschappij een betrekkelijk be langrijk verlies zal lijden, indien, in concur rentie met haar, eene aanzienlijk kortere lijn Amsterdam Leiden Rotterdam wordt aan gelegd, maar daarin juist ligt tevens het bewijs, hoezeer het reizend publiek door die kortere verbinding zou zijn gebaat en het belang van het publiek moet zwaarder wegen dan dat van genoemde Maatschappij. Ook al komt de directe verbinding Amster dam—Rotterdam tot stand, dan toch zal de Hollandsche spoorweg evenwel altijd eene vruchtbare lijn blijven, omdat het geheele vervoer tusschen Amsterdam en Haarlem intact blijft. Ook behoudt de weg al het ver keer uit Noord-Holland naar de handelssteden, terwijl dat tusschen 's-Gravenhage en Rotter dam langs deze lijn voortdurend belangrijk zal blijven. Kapitaal en interest van het gedeelte Am sterdam - Rotterdam der Hollandsche Spoor wegmaatschappij z(jn reeds lang terugverdiend. Een monopolie werd haar bij het verleenen der concessie niet gegeven. Gedurende bijna eene halve eeuw trok zij er evenwel de voor- deelen van. Wordt het thans aanhangige ontwerp aan genomen, dan zouden de financiers voor de kortero verbinding Amsterdam Rotterdam natuurlijk genoodzaakt zijn zich terug te trekken. Aan den voor Oost-Indië bestemden offi cier van gezondheid 2de kl. S. W. Van Hettinga Tromp is drie maanden verlof verleend. Op 18 Juni zal het 50 jaren geleden zijn, dat dr. J. Kips te 's-Hage tot doctor in de geneeskunde promoveerde. De dirigeerende officier van gezondheid 2de kl. L. P. Gijsberti Hodenpjjl zal naar Berlijn worden afgevaardigd tot bijwoning van hot internationaal geneeskundig congres, hetwelk aldaar in het begin van Augustus zal worden gehouden. ROMAN VAN XA FIER BE MWaiTÉPIX. 123) Wij weten reeds dat mevrouw Labarre zeer weinig liefde voor haren zoon had, maar dezen avond scheen zij voor het eerst van haar leven, en wel zonder eenige aanleiding, de moederlijke liefde ernstig te gevoelen. Het vertrek van Kené ontlastte haar toch van een zoon, wiens bestaan haar hinderlijk was, maar niettegenstaande dat, scheen do scheiding haar oprecht te bedroeven. Z(j was geroerd; nu en dan moest zjj hare tranen, ware tranen, van hare wangen drogen. René, gewoon zjjne moeder steeds koel en onverschillig voor zich te zien, verbaasde zich dan ook zeer over deze onverklaarbare teederheid. „Ge schijnt droevig gestemd en entroerd, mama", sprak hy„k kan toch niet veronder stellen dat mijn vertrek daarvan de oorzaak is?" „Je bedriegt je, René; je vertrek smart mij zeer!" „Maar u heeft toch zelve deze reis ver langd en daarenboven ik kom terug." „Zeker, ik kan ook geene grondige reden voor mjjne bezorgdheid opgeven, maar een geheim voorgevoel zegt mij, dat de scheiding ons ongeluk zal brongen." „Integendeel, mama, de reis zal mijne ge zondheid herstellen en u zal mij sterker en flinker weerzien. Volg m(jn voorbeeld, vrees niet, hoop 1" Het afscheid, dat mevrouw Labarre van haren zoon nam, was werkelijk roerend en innig. Zij sloot hem geruimen tijd weenend in hare armen. Op dit oogenblik luidde de bel, ten teeken dat de trein in aantocht was. De loketten werden geopend en René nam zijn plaats biljet. „Vaarwel, mjjn zoon, of liever, nietwaar? tot weerziens 1" sprak de moeder, „ik zal het uur van je terugkeer met verlangen te ge- moet zien. Bedenk dat je van nu af, de man nelijke vrijheid zult genieten, wees man. Zorg voor je toekomst. En ook, neem je gezond heid in acht, tracht sterker en krachtiger dan ooit tot mij weer te keeren 1" „Wees gerust, mama. en heb dank, want nu zie ik dat u rnjj nog liefhebt." „Heb je daaraan dan getwpfeld?" „Meer dan eens, dat moot ik bekennen, maar nu niet meer, mama!" Mevrouw Labarre omhelsde haren zoon nog eens voor het laatst en toen verdween René in de wachtkamer. Getrouw aan zijne afspraak met dokter Thompson, wachtte hij eenige minuten en ging toen terug in de vestibule, nadat hy zich met een snellen blik overtuigd had dat zijne moeder er niet meer was. Hij snelde naar het loket. „Mijnheer", zei hjj tegen den beambte, „ik heb een biljet tweede klasse naar Tours ga- nomen, maar nu komt men rnjj iets medo- daelon, waardoor mijne reis nutteloos wordt zou u mijn plaatsbiljet nu niet terug kun nen nemen?" „Dat kan ik niet doen, mijnheer, uitge geven plaalsbiljetten mogen niet teruggeno men worden; het eenige, wat u doen kunt, is uw biljet aan een andoren reiziger over te doen." René bleef by het loket staan tot er een reiziger voor Tours kwam, om een plaatsbil jet te nemen. Het geluk diende hem in deze, Na een oogenblik gewacht te hebben, jkwsus iemand een tweede-klasse biljet raar -poyrs vragen en René verkocht hem^ iat 3yne_ ."Vervolgewa begaf by hpar het stations- koffiehuis, waar hij op den koetsier «S3 dokter Thompson wachtte. Hjj behoefde niet lang te wachten. Weldra hield er een rijtuig voor de deur van het koffiehuis stil. De koetsier, in eene eenvoudige livrei, trad binnen en zocht met zijne oogen onder de bezoekers. Deze koetsier was niemand anders dan Pascal Saunier, de medeplichtige van Jacques Lagarde. René wenkte den koetsier, die onmiddellijk, by hem kwam. „Zoek je mij?" vroeg hjj. „Ik zoek een heer, die vaDavoijfj naar Tours had moeten vertrekken," aD'.WOordde Pascal beleefd. „Juist, dat ben ik." „Mag ik uw naam wetenV „René Labarre." „Juist, dan is bet g&ef j „Je komt waarschijn' van „Van dokter Tlar Qjpgon, uit de rue de M.'romosnil." „Goed, wil jc gebruiken I „Wel vm- 1(jelijb, mijnhaer, een glaasje 'i absinth al? .t u blieft." Rav* beval een bediende het verlangde aaa den koetsier te brengen en betaalde de we'rtej ing. t {Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1890 | | pagina 1