(Deze (iCourant wordt dagelijks, met uitzondering van (Zon- en feestdagen, uitgegeven. Dit nommer bestaat uit TWEE Bladen. Leiden, 29 April. feuilleton. Het Roode Testament. PRIJS DEZER COTJRANT: Voor Leiden per 3 maandenf 1.10. Franco per poetw 1.40. Afzonderlijke Noromera0.05. Otlioieele Konni^evingen. DRANKWET. Bargemeester en Wethouders van Leiden brengen ter algemoene kennie dat door MARIA CORNELIA RIEDIJK, vrouw van Adrianus Oudekerk, alhier woonachtig, een verzoekschrift ia ingediend om ver gunning voor den kleinhandel in eterken drank, in het perceel Haarlemmerstraat No. 153. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Leiden, DE KANTER, Burgemeester. 29 April 1890. E. KIST, Secretaris. De nog in het tijdperk der jeugd verkeo- rende Leidsche Tooneelvereeniging „Talma" had tegen gisteravond een gedeelte van Leidens vrouwelijke en mannelijke ingezetenen uitge- noodigd tot het bjjwonon van eene door haar te geven uitvoering in het café „Vondelhoven", aan den Stationsweg alhier. Het samenzijn werd door den voorzitter der Vereeniging, den heer Jac. Mersel, geopend met een welkomstgroet tot hen, die aan de uitnoodiging hadden gevolg gegeven, waarbij hij den wensch voegde dat men gezellig zou bijeen wezen. Ka het uitvoeren van een paar muziek- nommers werden eenige zeer in den smaak der aanwezigen vallende voordrachten ten beste gegeven, opgevolgd doer het blijspel in één bedrijf: „Een kop thee". Toen de pauze aangenaam was verstrekon, werd men weder geboeid door voordrachten, benevens door het blijspel met zang in één b9dri)f: „De twoe echtscheidingen". Er werd goed gespeeld en het loon daar voor bleef niet uit, maar werd ruimschoots geschonken in de hoedanigheid van bijvals betuigingen. Men was tevreden en voldaan, al moest door ziekte van een paar leden „De vodden raper van Parijs" achterwege bljjven on door een ander stuk worden vervangen. Een bal besloot de voorstelling. Dat bal liep tot aller genoegen af en deed de deel nemers er aan eerst in den morgen van heden opgewekt huiswaarts koeren. Donderdag 1 Mei a. s. zal vanwege de afdeoling Leiden en omstreken van de Maat schappij tot bevordering der Bouwkunst in het Nutsgebouw, des avonds te halfacht, eene vergadering worden gehouden. Bij beschikking van den minister van marine is aan den opperschipper in het vaste corps dek- en onderofficieren J. De Smit, BOHAN VAN AA VIER DE tlOVTl.PtV 73) „TVij zullen er tegen zeven uren komen, en dan moet alles gereed zijn. Alle kamers geopend, overal de blinden van de ramen, het huis moet er geheel uitzien, alsof het bewoond is." „Goed. "Wie zal m(j vergezellen?" „Niemand. Je gaat alleen vooruit, wij vol gen je met onzen gast." „Goed, maar wanneer ik een diner gereed wil maken, dien ik toch hulp te hebben." „Onnoodig. Je neemt eene fiacre, koopt in een magazijn van verduurzaamde levensmid delen de verschillende gerechten in blikken en gaat dan naar de villa. Je behoeft alleen vuur aan te leggen en alles op te warmen. Voor den wijn behoef je niet te zorgen; die is er voldoende in den kolder." „Begrepen. Alles zal in orde zijn." „Laat ons dan maar voor het overige zor gen", voegde Jacques er bij, „en vooral, ver wonder je over niets." „Er is slechts één ding, waarover ik mij gedetacheerd b(j de Kweekschool voor Zee vaart alhier, toegekend de groote gouden medaille voor 50-jarigen trouwen en eerlijken militairen dienst. Ouder de juryleden der Berlijnsche tuin bouwtentoonstelling komen voor onze land- genooten de heeren prof. Suringar, te Leiden Krelage, te Haarlem, en Schober, te Utrecht. Het bestuur der zeil- en roeivereeniging „Hollandia" is voor het jaar 1890 samenge steld als volgt: Dr. P. H. Damsté, te Leiden, president; P. H. Schouten, te Alfen a/d. Rijn, secretaris; J. J. A. H. Clignett, te Nieuwer-Amstel, pen ningmeester; J. L. Kouwenaar, te Alfenl/z., vice-secretaris; H. Le Coultre, te Boskoop, vice-penningmeester. De wedstrijden, door de vereeniging te geven, zullen dit jaar gehouden worden op Zaterdag 14 Juni voor zeilvaartuigen op het Braasse- mermeer en op Zondag 15 Juni voor roei vaartuigen, vermoedelijk op den Rijn, bij Gouwsluis. De tlste algemeens vergadering der Maatschappij voor Geneeskunde zal 7 en 8 Juli a. s. te Utrecht worden gehouden. Daar komen ter tafel vele voorstellen van verschillende afdeelingen. De afdeeling Leiden vestigt b. v. andermaal de aandacht op den trourigen toestand der verbandmiddelen bjj spoorweg ongelukken en wil dat de Maatschappij op verbetering bij de Regeering aandringe. De afdeeling 's Hertogenbosch stelt voor om voor den genialen denker F. C. Donders een standbeeld op te richten. De afdeeling uoet een beroep op de mede werking van alle binnen- en buitenlandsche vak- en ambtgenooten en wil dat het initiatief tot de hulde van de Maatschappij Tan Genees kunde uitga, waarvan Donders een der grond leggers is geweest. De gemeenteraad van Leiderdorp hield gisteravond om halfacht weder eene vergade ring. Er waren 10 leden tegenwoordig. De heer Demmendal was met kennisgeving af wezig. De wijziging van den legger van wegen en voetpaden werd van te ingrijpenden aard geacht, om die nu af te handelen. Er werd besloten de belanghebbenden te doen inlichten. Evenzoo werd het verlof van den secretaris nog voor eene maand verlengd. Eerst na het verstrijken van dien tijd zal een definitief besluit worden genomen. Overgaande tot het benoemen van twee wethouders, zeide de hoer Speet dat de af- verwcnder en dat is, dat ge nog niet in het bezit zijt van het geheele vermogen van den graaf De Thonnerieux." „"Wij zullen vanavond een stap doen, die ons zeer nabij ons doel zal brengen." „Ha, dus het is een soort van afscheids diner, wat je vriend zal aangeboden worden." „Iets in dien geest." „Uitmuntend; het zal schitterend zijn. Geef mij slechts geld en de sleutels van „Le Petit-Castel." Aan Martha zal ik zeggen, dat ik eene vriendin van mjj ga bezoeken, die te Versailles woont." Angóle omhelsde Pascal, drukte Jacques de hand en vertrok, van het noodige voor zien, naar „Le Petit-Castel." LX. „Welnu, wat zeg je van haar?" vroeg Pascal, trots op zijne waardige vriendin, toen deze vertrokken was. „Ik vertrouw haar volkomen en zie reeds dat zij ons van veel dienst kan zijn. Laten wij ons nu met onzen gast bezighouden. Hoeveel tijd is er noodig om van Parjjs per rjjtuig naar „Le Petit-Castel" te gaan?" „Vijf kwartier." „Dan zullen w(j Fauvel bericht zenden, getreden wethouders besloten waren om de Raadsleden in de gelegenheid te stellen van gedachten te kunnen wisselen, waartoe zij zich verwijderden. Mocht soms nog een der leaon hun eene vraag willen stellen in de zaak van den secretaris, dan vonden zij hen bereid hieraan te voldoen. Hiervan werd gebruik ge maakt waarna men tot stemming overging. Vervolgens werden beide heeren binnenge- roopeo en werd hun met hunne herbenoeming geluk geweifscht. De heer Speet verzocht te mogen weten in welke verhouding de stemming was uit gevallen. De secretaris deed toen daarvan voorlezing. De uitslag was als volgt: de heeren Parmen- tier en Speet ieder vijf stemmende heeren Koning, Bos en Zirkzee ieder óéne stem. De heeren Parmentier en Speet bedankten voor het opnieuw hun geschonken vertrouwen, maar zouden eerst binnen de vier en twintig uren hun besluit kenbaar maken. Hierna werd de vergadering gesloten. Tot predikant by de Ned.-Herv. gemeente te Haarlemmermeer is beroepen ds. T. J. Bootsma, te Zoetermeer en Zegwaard, die ook naar Leiden is beroepen. Ds. J. Bolkestein, te Ter-Aar, is beroepen naar de Ned.-Herv. gemeente te Zevenbergen. Naar aanleiding van een brief uit de Hofstad in de „Arnh. Ct.", kan met zeker heid worden medegedeeld, dat B. en TVs. van 's-Gravenhago de leden van de commissie van onderzoek naar de vraag der zomer- spuiïng niet hebben benoemd zonder vooraf gaande raadpleging, aoodat er geen sprake van is dat veor hen slechts de keus overbleef om öf aan te nemen óf te bedanken. In de missive van B. en Ws., aan ieder deskundige toegezonden, is wel degelijk ge vraagd of zjj zich eene eventueele benoeming zouden laten welgevallen, ja zelfs welke voor waarden de deskundigen aan de aanneming der opdracht wenschen te verbinden. De heeren hebben zeer zeker eene voorloo- pige uitnoodiging ontvangen. Voor het dienstjaar 1890 '91 zijn te "Wassenaar tot tegenschattors herbenoemd de heereuC. J. J. Kouwenhoven, mr. metselaar; H. De Jong, mr. schilderen W. Paddenburg, mr. timmerman. Mr. D. Visser van Hazerswoude, voor zitter der Hollandsche Maatschappij van Land bouw, heeft acht gouden medailles, en de heer C. J. Van der Oudermeulen, eere-lid van het hoofdbestuur, vier gouden en vijf zilveren medailles beschikbaar gesteld voor de in Sep- dat ik hem om kwartier vóór vijven aan zijn huis kom afhalen." „Hem bericht zenden? Hoe?" „Schrijf hem een briefje." „Neen, dat is te gevaarlijk. Als men later een briefje vond, onderteekend namens dokter Thompson, dan waren wij beiden verloren." „Zend dan den Elzasser er heen met eene mondelinge boodschap." „Ook dat is nog gevaarlijk. De Elzasser mag den man niet zien." „Maar wij moeten er toch iemand heen zenden; ook moet de Elzasser ons rijden." „Als je mijn raad wilt volgen, Jacques, laat de Elzasser er dan geheel buiten. Ik zal den post van koetsier wel op mij nemen." „Dat kan niet, want je moet mot ons aan tafel zitten." „Geen nood, ik zal wel zorgen, dat Fauvel mij als koetsier niet herkent. Onze man woont op do derde verdieping, nietwaar?" „Ja, zijn naam staat op de deur." „Goed, dan ga ik er zelf heen, om hem namens dokter Thompson te zeggen, dat deze hem op het uur, dat wij nu afgesproken hebben, zal komen afhalen." „Halt, daar valt mij nog iets in! Je moet niet zeggen, dat wij hem aan zijn huis zullen afhalen. De buren mogen onze équipage niet PRIJS DER ADVERTENTIEN: Vftn 16 regcla 1.05. Iedere regel meer ƒ0.171. Grooter© letters naar plaatsruimte. Voor hot iu- ctvfleeeren buiten de atad wordt 0.10 berekend. tember te houden landbouwtentoonstelling te Dordrecht. Het College voor de Zeevisscherijen heeft in zijn geheel ontslag aan Z. M. den Koning verzocht. De onlangs benoemde Staatscommissie voor de arbeids-enquête zal aanstaanden Maan dag geïnstalleerd worden en alsdan hare werk zaamheden aanvangen. Tot onderwijzer aan de openbare lagere school te Hillegom is benoemd de heerA. L. Vreeken, te Mijdrecht. B(j het onlangs gehouden examen voor surnumerair der posterijen is o. a. geslaagd de heer D. L. Buchli Fest, die voor deze betrekking aan het post- en telegraafkantoor te Hillegom is opgeleid geworden. De nieuw benoemde legatie-secretari3 te St.-Petersburg, baron Schimmelpenninck van der Oye, is gisteren derwaarts vertrokken. Thans kan als zeker worden medegedeeld, dat koningin Victoria Woensdag morgen, 30 dezer, te Vlissingen zal komen, om mot het jacht „Victoria and Albert" de reis naar Enge land voort te zetten. Naar het „Hbl." verneemt, is in het Surinaam8che district „Boven-Suriname en Boven-Para" tot commissaris aangesteld de heer Schuit Ruijs, Nederlander van afkomst. In eene Zondag gehouden bijeenkomst van de afdeeling „'s-Gravenhage" van den R.-K. Volksbond werd door oen dor loden medegedeeld, dat het R.-K. dagblad, van welks oprichting in eene vorige vergadering sprake was, binnon een paar maanden zal verschijnen. Aan kapitaal is reeds meer dan voldoende bjjeen. Eenige mannen van naam hebben zich met de redactie belast, terwijl het blad, wat de kerkelijke aangelegenheden betreft, zal staan onder geestelijk toezicht. Naar w(j vernemen, zal de dienst van den ijk in Nederlandsch-Indië eerlang eene aanzienlijke uitbreiding ondergaan. Bij de Regeering bestaat nl. het voornemen nog in den loop van dit jaar vier ijkers naar Indië te zenden, alwaar tot hiertoe slechts één ijker aanwezig is. EaarlCrt.) Te Utrecht werd gisteren eene buiten gewone algemeene vergadering van aandeel houders der Nederl. Rijnspoorweg-Maatschappij gehouden. Er waren tegenwoordig 15 aan deelhouders, vertegenwoordigende 15,295 aan deelen, uitbrengende 820 stemmen. Met al gemeene stemmen werd de directie gemach tigd tot het aangaan eener overeenkomst tot verlenging van den termijn van 1 Mei 1890, bedoeld in art. 8 der overeenkomst z en. Noem het een of ander koffiehuis op, waar wij hem zullen ontmoeten." „Goed bedacht." „Wanneer ga je er heen?" „Onmiddellijk." „Goed, maar wees voorzichtig." Pascal kleedde zich spoedig en wandelde naar de rue Guénégaud. Het sloeg juist tien uren, toen hy aan de deur van Fauvel's woning belde. De bibliothecaris liet den hem onbekenden bezoeker niet binnen, maar vroeg eerst, wat hij verlangde. „Ik ben de secretaris van dokter Thomp son", antwoordde Pascal, „en ik kom b(j u namens mijn patroon." „Wees zoo goed binnen te komen, mijnheer!" Pascal volgde den boekhandelaar in zijne bibliotheek. De werknjan Gendrin bevond zich daar juist, maar op een teekon van zijn patroon verwijderde hy zich. In de bibliotheek zag Pascal goed rond, waarby hy evenwel zorgde dat Fauvel er niets van bemerkte. „Ik vermoed reeds, wat de reden van uw bezoek is, mynheer", begon Fauvel. „U komt my namens den dokter spreken, over die biblio theek, welke ik met hem zou gaan bezichtigen." (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1890 | | pagina 1