MENGELAYERK. de legende dek ruïne bij sint-pancras. Men verhaalt ons dat in do middeleeuwen op Burchten en Sloten buitengewone verschijn selen en wonderlijke historiën gebeurden, waarvan zich veelal legenden en volkssagen afleidden. Nu was het een Ridder, die ter kruis vaart was getogen, en in het verre Oosten zijn leven had gelaten, wiens geest onder de hooge gewelven en bogen of op de omme gangen van een graaflijk slot ronddwaalde; dan weer een dier helden, die, aan het dolen geraakt, bij een nachtelijken, gevaarvollen tocht het waagstuk wilde volvoeren om ge harnast te paard eene rivier over te zwemmen en daarby verongelukte. Spokend meldde zich nu zijne schim b(j eene slotvoogdesse aan, en meende men dat zijne ziel geene rust kon vinden zoolang zjjn ge beente niet was verzameld by het stof zyner doorluchtige voorvaderen. Ook hoorde men van eene burchtvrouw, wier gemaal in slaverny by de Algerynen werd gehouden, aangezien hy als krijgsge vangene was verkochtde edele gade zon nu op middelen om rantsoen te betalen of hem vry te koopenof ook van eene schoone jonk vrouw, die zich door een dapperen schildknaap had laten schaken, maar daarna trouweloos door hem verlaten, hare onvoorzichtigheid door berouw en heete tranen bitterlijk schreiende betreurde. Niet zelden waren het heldhaftigheid en moed, welke aan die sagen vermaardheid be zorgden. De veelvuldige verhalen en legenden dier overoude gebouwen hebben de aandacht dus ook op historisch gebied doen opgaan en liefhebbers uitgelokt om ze tegen don moker van den slooper of tegen de verwoestingen van den tand des tyds te beschermen. Zoo zien wy by Haarlem de Ruïne van Brederode en by Sassenheim het slot Teylin- lingen, waarin de romantische Jacoba van Beieren verbiyf hield. Zoo tracht de vroed schap van Leiden de legende te bewaren als zou de Burg, dat monument uit het tydvak der Romeinen, door onderaardsche gangen gemeenschap hebben met het Huis ten Brit ten zelf3 de Staat blyft niet achter en geeft vijftig duizend gulden om do majesteit der Hooglandsche Kerk op te houden en voegzaam te doen restaureeren. Het scbynt dat die zucht voor al wat de oudheid betreft of op logende en historie kan bogen, overerfiyk is, want nu is een onzer achtingswaardigste medeburgers ook aan het liefhebberen gegaan, en hebben wy aan hem eene Ruïne te danken, die legendair al even merkwaardig is als alle anderen. Ziehier wat men er van verhaalt. De Ruïne, hier bedoeld, staat haast in het beste gedeelte der stad, en de overlevering zegt van haar dat reeds eeuwen geleden daar Aagje uit „De gekroonde Troffel" woonde; het was een hoekhuis, waarvan bezyden op de Nieuwatraat een pothuis is, toen in gebruik door Chriapyn den Schoenlapper. Naast „De gekroonde Troffel", in de Beschuitsteeg, staat oen kleiner huis, waarvan geen ruit meer heel is. Daar woonde Lukas, een guitige verver. (Men kende in die dagen geen huis schilders: de menschen waren toen niet wyzer.) De bovenkamers van Aagje waren verhuurd aan een aardigen timmerman, die den bybelschen naam droeg van Jozef. Aagje oefende daar een Bierknyp uit, (café's waren toen aan geheel den sterrenhemel niet zichtbaar.) De knyp had veel bezoek, omdat Aagjs was eene hupsche en bevallige meid, die voor eiken jongeling een goed woord of een vriendelyken lach overhaden dit zou nog zeer lang hebben kunnen duren, al3 daar niet iets gebeerd was, dat de harmonie kwam verbreken. Het geschiedde dat de kasteleinesse uit „De gekroonde Troffel" zich in het bedoelde pothuis by Chrispyn een paar nieuwe schoenen had laten aanmetendit was voor Lukas den verver of Jozef den timmerman niet onop gemerkt gebleven en scheen kwaad bloed ts liebbrn gezet. Of nu de schoenmaker wat vrymoodig is geweest en zy wat goedlachs, dut vermeldt de legende niet; het waren menschen, die niet alle dag naar de kerk gingenmaar de j iloaz'e, de minnenyd was opgewekt, want, o gruweldie smerige pikdraad was met het fraai en netgevormde voetje van Aag in'aan- raking geweest. Dat was ongehoord, maar 't was ook wel mogeiyk dat de laster er zgn venyn aan bad toegevoegd en uitgespuwd, althans van dien tyd spookte het om het pothuis, en oen booze geest was in „Do ge kroonde Troffel" gevaren, en nog ten huidigen dage is het daar op dien hoek niet pluis en ziet oen ieder met huivering den verlaten bouwval aan. Het was op oen donkeren, stormachtigen November avond, zoo luidt verder het verhaal, dat de regen kletterde op de glazenhet uit hangbord met den gekroonden troffel bewoog knarsend en piepend heen en weer; de uilen krasten in het klokhuis van het daartegen- overstaande kerkgebouw, alles klonk hol, der verwoesting naby; de wind gierde langs de hooge vensterbogen en beukte met verdub belde slagen op het lagere dak van „De ge kroonde Troffel," smeet de pannen er af als kaartebladen, deed de bewoonster vluchten, zelfs Chrispyn verliet zyn kluis met achter lating van zyn driestal, spanriem en ver molmde leesten, en sedert hebben de eeuwen uitgewischt wat er van hem is geworden. Al leen d» legende duurt voorf, en een spotvogel noemt sedert het voorgevallene hot ovdrblyfsel de Ruïne by Sint-Pancras. Dit nu schynt de eigenaar van den puin hoop te willen doen voortduren. (Een zonder linge antiquarius!) Intnsschen, Ramoneur, een zwarte henker, die daar naby woont, houdt zich doodstil in afwachting van de dingen, welko komen zullen. De Raad der gemeente haast zich en heeft een afschuw van pothuizen; by wil met het aanstaande lustrum der studenten den Burg gereed heb ben de vreemdelingen, die dan komen, moeten de gryzo Sleutelstad als verjongd bewonderen. En nu de bewuste Ruïne, wat kan de Koning daaraan doen?Op het Loo weet men het niet Er waren eertyds duivelsbanners en geesten bezweerders. Dit middel scheen toen probaat by zulk een heksenproces; want in dat pot huis schuilt bepaald de duivel, dat wist de vroegere klepperman reeds als hy dos nachts de ronde deed. Daarvan zou ook de tegenwoordige nachtwaker kunnen vertellen. Daar is het dat die satanscbe Chrispyn eerst Aagje haar klandizie wist te verwerven en later haar hartje kaapte. Het is verschrik- keiyk, maar helaas'. De meid was behekst, die schoenmaker was een heksenmeester, zooals wel elk jonggezel voor zyn liefje eens een heksenmeester zal zyn geweest. Die machtige mannen zyn er nu niet meer de negentiende eeuw heeft ze opgeruimd als versleten zoolleer. Maar daar schiet den schryver dezer re gelen iets in de gedachte. Zou de drukpers, die andere Leviathan, hier haar kracht en vermogen niet eens kunnen beproeven? Zou de geachte Redacteur van het Leidsdi Dag blad zich niet eens goedwillig kunnen ont fermen over dit schryven? Mogeiyk kreeg de eigenaar-lief hobber er een meer helder ge zicht in dat zulk eene ruïne geen voordeel op levert: - en zyn edel instrument zou weer glansryk bewyzen dat het meer kracht bezit dan al de duivelskunstenaars en geestenbe zweerders te zamen ooit hebben bezeten. De oogst van den courantier zou zeer groot zyn, want hy ontving den dank van alleR, die geen bewonderaars zyn van Ruïnes als die by Sint-Pancras. Corn. Ant. Vlieland. Telegrammen. CANNES, 4 April. Dom Pedro is sedert eenige dagen ongesteld. De geneesheer ver klaart de ziekte echter voor geenszins gevaarlyk. PESTH, 5 April. Het gerucht is hier in omloop, dat het mioisterie-Czapary, wegens een geschil betreffende de inrichting der rechtbanken, den keizer zyn ontslag heeft aangeboden. PARIJS, 5 April. In den ministerraad is besloten den invoer van wapenen in Dahomey geheel te beletten. ROME, 5 April. Volgens de officicele op gaven bedraagt de opbreNgst van de belastin gen van 1 Juli 1889 tot 31 Maart 1890 39,000,000 lire meer dan in hetzelfde tydperk van 1888/89. GELSENK 1RCHEN, 5 April. De werklieden in de mgnen kwamen hedenochtend weer in grooter aantal aan den arbeid. Naar men verwacht, zullen heden de overige werkstakers volgen. KEULEN, 5 April. De „Köllnische Zeitung'' verneemt uit Mombassa van 4 April, dat de zending van den reiziger Ehlors naar den sultan van Mandara is geslaagd. De sultan van Mandara en acht andere hoofden lielban de Duitsche vlag gehe6chen. LEI»E1V, 5 April. Weerbericht (medegedeeld door het Kon. Ned. Met. Instit.) Yerw.wind zwak en oostelijk. Thermometerstandgister-avond om 8 uren 1° C. r= 44.6° Fahrenheit; hedenmorgen om 8 uren 5° C. 41' F.; '8 middags 12 uren 12.5° C. 54.5° F.'s namiddags 4 uren 13.5° C. 56.3° F. By den heer T. H. Ytsma, boek- en kunst handelaar op de Breestraat alhier, is thans geëxposeerd een schildery, voorstellende een gezicht op het Galgewater en de Stadswerf, een werk van onzen stadgenoot den heer J. Van Dam, die - daarmede wederom heeft getoond een verdienstelyk schilder te zyn. Dit schil dery, dat de aandacht ten volle verdient, mag tot zyne beste werken gerekend worden. De pacht der buffetten op het terrein der a. s. lustrumfeesten is gegund aan den heer F. J. Schoor, uit het „Hotel Gami", te Schevaningen. Naar de „N. R. C." verneemt, zal de Stoomvaart-maatschappy „Rotterdamsche Lloyd" over het boekjaar 1889 een dividend van 91/, pCt. uitkeeren. Het stoomschip „Maasdam" vertrok 3 April van Nieuw-York naar Rotterdamde „Obdam," van Nieuw-York naar Rotterdam, vertrok 3 April van Boulogne-sur-Mer; de „Prins Alexander," van Amsterdam naar Batavia, vertrok 4 April van Suezde „Zee land" is 4 April van Rotterdam te Batavia aangekomende „Conrad," van Batavia naar Amsterdam, passeerde 4 April Kaap Rocca; de „Gelderland," van Rotterdam naar Java, vertrok 4 April van Colombo; do „Prinses Marie," van Batavia naar Amsterdam, vertrok 5 April van Port-Said. De audiëntie van don minister van jus titie zal op 8 dezer niet plaats hebben. By koninkiyk besluit is goedgekeurd dat de burgemeester van Wisch, mr. W. D. Bosch, is benoemd tot secretaris dier gemeente. 's Konings adjudant in buitengewonen dienst, de generaal-majoor D. F. K. Harden- berg, commandant der 2de divisie infanterie, op pensioen gesteld, en het bedrag van het pensioen bepaald op f 2700 'sjaars; en dien opperofficier Zyner Majesteits dank betuigd voor de goede en veeljarige diensten, aan den Koning en aan het leger bewezen. Benoemd by het wapen der infanterie, by den staf van het wapen, tot generaal-majoor en commandant der 2de divisie inf., de kolo nel L. J. J. A. Joost, commandant van het 5de reg.; by het 5de reg., tot kolonel en commandant van het corps, de Iuit-kol. W. Bannier, van het 1ste reg. Bevorderd tot kapitein by het corps mari niers de 1ste luiten. J. M. Ripping. Program ma's van Muziekuitvoeringen. Tentoonatellings-terrein op „Amicitia", Zondag 0 April, ta 2 oren, door do kleine kapel van het 4de reg. infanterie, onder peraoonlijke leiding van den heer Gottfried Mann. Eerate afdeeling: No. 1. „Tentoon- atellinga-Marach", (opgedragen aan do Uitvoerende Commissie voor de Wedstrijden van Handwerkslieden en Leorlingen te Leiden en Omliggende Gomeentenj, Ooatelaar; 2. Onverture de l'Opéra: „Lea Diamante de la Conronne", Auber; S. „Roeon ane dem Büden", Walzer, Strauaa; 4. Fantaieie über nenere „Deuteolie Lieder", Stranee. Tweede afdeeling: No. 5. Ouver- tnre de l'Opéra: „Giralda", Adam; 6. „Die Wacht- parade kommtl". Eilenberg; 7. „Tolle 8lreiche!" Concert-Polka (Piaton-Bolo), Waldteufel; 8. Pantaiaio de l'Opéra „Rigolotto", Vefdl; 9. „'t Vierde", Marech, Mann. Maandag 7 April, te 2 uren, door het muziekcorps der dd. Schutterij. Eerste afdeeling: No. 1. „Grazien-Marech", Roth; 2. Ouverture „Die Sfmger- fahrt", Conrad; 3. „Immorteilen-Walzer", Gnnge; 4. Fantaieie „Der Zigeunerbaron", Millöoker.Tweede afdeeling: No. 5. „Hnrrah, die Raketen flieg'n", Marech, Schild; G. „Lee Borda de laMeuee",Bolero, Humblett; 7. „Goldeoe Sterne", Gavotte, EUenberg; 8. „Die Kaiaere-Jagd", Kontsky. Marktberichten Lelden, 5 April. Heden aangeroerd: Tarw. heotoüter. Wintertarwe a fZomortarwe a Rogge H. L. Winterrogge -.— a ƒ-.Zomerrogge -. a ƒ-.Gerst 6 H.L. Zsmergerat 4.a 4.75. Chevalier-geret ƒ5.50 a ƒ6.Haver 3 H. L. Zware Haver 3.50 a ƒ4.Lichte Haver ƒ3.a ƒ3.50. Male H.L. a Boter: Aanvoer 5G30 kg. late qualit. per Vi vat 50.— a ƒ56.2de quali*. per 1/4 ƒ40.a ƒ48.late qualit. por kilogr. ƒ1.25 a ƒ1.40; 2de qualit. per kilogr. ƒ1.— a ƒ1.20. Lange Zwarte Turf, 13000 dubb. heet., ƒ0.20 a ƒ0.23. fn de fitted. Werklnr. zyn opgenomen DATUM. DAGEN. Volw. pers. Kinde ren. Totaal 30 Maart. Zondag 43 14 57 31 Maandag. 58 17 75 1 April. Dinsdag 71 18 89 2 "Woensdag 71 18 89 3 Donderdag 75 17 92 4 Vrijdag 48 14 62 5 Zaterdag. 62 17 79 Vergadering van den Gemeenteraad van Leiden, op Donderdag 10 April, dea namiddags te twee uren. Punton ter behandeling: lft. Benoeming van een Directeur der Stedelijke Gasfabriek. (72) 2°. Verzoek van Mej. A. L. Meijuers, om ontslag a!a derde onderwijzenes aan de Meisjesschool 2de klasse. (Cl) 3°. Voorstel Yan de Commissie voor de Huishoude lijke Verox-deningen tot wijziging van art. 3 van het Toevoegsel tot het Reglemont van Orde voor de vergaderingen van den Gemeenteraad. (62) 4°. Verzoek van L. Warmenhoven, om het keldergat Pioterskerk-Choorsteeg te verlengen. (64) 5°. Idem van de firma Koole, Nicola en C®., om drie keldergaten te maken aan het Levendaal. (64) 6°. Idem van P. K. Wienhoven, om eene stoep te leggen in de Morschstraat. (64) 7°. Voorstel tot rooiing van boomen buiten de Haagbrug. (65) 8°. Verzoek van Jhr. Mr. A. D. Th. Gevers te Noord- wijkerhout, om het jachtrecht op waterwild iu de Vroonwateron te mogen pachten. (66) 9®. Idem van Dr. M. Th. Houtsma, om ontslag als leeraar aan het Gymnasium. (67) 10°. Voorstel betrekkelg'k de oprichting van een IJk- lokaal. (68) 11°. Verzoek van W. Splinter, om een walmuur te maken aan de Binnenveatgracht. (69) 12°. Idem van G. Ramp, te Hazerswoude, om een juk te maken aan den Zijldijk. (69) 13°. Bezwaarschriften tegen de kiezerslijsten. (71) 14°. Rekening van den Schuttersraad over 1889. (60) 15°. Idem als voren van de Kamer van Koophandel en Fabrieken. (59) ZOETERWOUDE. Geboren: HenricnsJoaephus, Z. van J. Lagerberg en M. Van Santen. Gijeber- tus Johannes, Z.van C. H. Koot en M. W. De Goede. Joannes Petrus, Z. van H. C. Versteegen en J. M. Doeswijk. Johanna, D. van C. J. Van Donk eu L. P. Verboom. Cornelia, Z. van H. Borgerding en G. A. Kleberg. Overleden: D. Van Leeuwen, gehuwd met J. Anker 26 j. Een levenl. kind van S. P. Heemskerk. ADYERTENTIËN. 40-jarlge Rchtvcreentging E van 8*- AUGUST ELOI JOZEPH PIËRLöT en st CORNELIA JAKOBA v. d. KLUGT. |r Ruime dankbare Kinderen, jjf- Behuwd- en Kleinkinderen. W- Leioen, 7-21 April. gr Getrouwd REIJER BAKKER en EIJGJE VAN WIJK, die tevens, namens wederzydsche Familie hunnen hartelijken dank betuigen voor d: vele bewijzen van belangstelling, bij hu j huweiyk ondervonden. Voorspoedig bevallen van een welgeschape Dochter E. v. d. HORST, geliefde Echtgs noote van J. M. HAALEBOS. Leiden, 3 April 1890. Bevallen van een Zoon J. C. SOMERWIL BOON. Leiden, 5 April 1890. Heden overleed, tot diepe droefheid vs my, myne Kinderen, Behuwd- en Kleinklt deren, myne geliefde Echtgenoote, JOHANN. CATHARINA STIVA, in den ouderdom rf- 69 jaren. Leiden, Uit aller naam, 3 April 1890. J. DELFOS. (Van-der-Werfstraat, Posthoornhof 6.) Heden overleed, na voorzien te zyn v; de HH. Sacramenten der stervenden, odw innig geliefde Moeder, Dochter, Zuster Behuwdzuster MARIA ANNA GEEVE, We van NICOLAAS VAN HEETEREN, in d leeftyd van 40 jaren. Uit aller naam: WILHELMINA VAN HEETERË. Heerenstraat No. 202 by Leiden4 April 18S>i/ Heden overleed, tot onze diepe droofhei onze geliefde Echtgenoot en Vader DAV JOHANNES BRAAKENBURG, in leven C- neesheer te Leiden, in den ouderdom v 61 jaren. Uit aller naam, Wed. D. J. BRAAKENBURG, Leiden, 5 April 1890. Sabei (Utrechtscbe Veer 10.) Hedert overleed te 'a-Rage, na langdiï M lijden, onze dierbare Moeder en Behuwdm dor E. L. LEHMER, Wed. van don H J. J. BAKKER. P. M. J. SCHRETLEN BAKKER 5 P. J. SCHRETLEN. Leiden, 5 April 1890.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1890 | | pagina 10