N°. 9184. Maandag 27 Januari. A°. 1890. fese {jouraat wordt dagelijks, met uitsondering van £on- en feestdagen, uitgegeven. Leiden, 25 Januari. Eeu tocht vóór zonsopgang. DAGBLAD PRUS DSZXR OOURJJTTj Toot L^ldta p*r S mi&ndon.1.10. Fnsoc p«r po«4LM. ▲fEoadtrlgk* HiiumII9M» ram dek ad ver ten tuut. Tia 1—6 nf*li 1.01. Mm r«f«l ■Mr/O.lVt. Oiwlw totten uit ptofttertimte. Yoor tut ix- uwrm bijtea ikl nril Al* bmknd. De deelneming aan den wedstrijd voor hand werkslieden on leerlingen te Leiden en om liggende gemeenten, welke in de maand April a. s. in de Buiten-Sociëteit Amicitia" gehouden zal worden, overtreft verre de verwachting. Het aantal inzenders in de verschillende vakken bedraagt nu roods 225. Het is de bedoeling der commissie dat deze werkstukken zooveel mogelijk gedurende de tentoonstelling door hare bemiddeling verkocht zullen worden en tevens dat eene verloting zal plaats hebben, waarvoor prijzen aange kocht zullen worden tot het bedrag der ver kochte loten, welke golden natuurlijk geheel ten goede komen van de inzenders, die hunnen vrijen tijd hebben opgeofferd. Wij vertrouwen dat eene ruime deelneming aan de verloting de kroon op het werk zal zetten van deze zaak, welke nu reeds zooveel sympathie heeft verwekt, en alzoo de burgerij zal toonen, dat zij de ijverige bemoeiingen der commissie met hart en ziel deelt. Wjj kunnen ook nog medodeolen dat de loten eerstdaags bij de loden dor uitvoerendo com missie verkrjjgtaar zullen zijn. De afdeeling Leiden en omstreken d; r Nederlar.dsche Maatschappij voor Tuinbouw en Plantkunde heeft in het Loge-gebouw hare eerste vergadering in dit jaar gehouden. De voorzitter opende de vergadering met eene korte toespraak, waarin hij, na gewozen te hebben op het doel der Maatschappij, de hoop uitsprak, dat, door het meer en meer hekend worden van dat dool, de Maatschappij en de Afdeeling in bloei zouden toenemen. Ingekomen was een schrijven van den algemeenen secretaris der Maatschappij, waarin deze mededeeling deed dat drie in Leidon woonachtige leden al3 donateurs tot de Maat schappij waren toegetreden. Dit schrijven was begeleid van het herziene huishoudelijk regle ment der afdeeling, dat door het hoofdbestuur was goedgekeurd. Toen aan do orde kwam de keuze van een nieuw bestuurslid in plaats van dr. W. P. Weehers, nam de voorzitter het woord, om dr. Weebers hartelijk dank te zeggen voor het vele, dat hp voor de afdeeling had gedaan. Hij hoopte dat het geen afscheid van dr. Wee bers zou zjjn, hetwelk bjj van hen nemen moest, maar dat het een tot weerziens was. De uitslag van de nu gehouden vrpe stem ming was, dat hij eerste stemming, met alge meens stemmen op 2 na, als bestuurslid word gekozen de heer A. D. D. Schretlen. Daar deze niet tor vergadering aanwezig was, zou hem van zjjne benoeming worden kennis gegeven. De penningmeester bracht verslag uit over het jaar 1889, wairuit bleek dat de balans met een flink batig saldo sloot. De rekening werd in handen gesteld van eene commissie, bestaande uit de heoren Speet, Cornelissen en Schouten, die haar gedurende de pauze zou nazien. Hierna deed de penningmeester voor lezing van de begrooting vqpr 1890, sluitende met eene som van f 1004.36 aan inkomsten en 984 aan uitgaven. Deze begrooting werd onveranderd goedgekeurd, nadat de heer Speet nog had opgemerkt, dat er dit jaar tot zijn leedwezen geen post voor een zomerfeestje op voorkwam. Gedurende de nu gehouden pauze hadden de leden gelegenheid de fraaie planten van de laatst verschenen afleveringen der „Flora Batava", ingezonden door den heer Van de Pavord Smits, in oogenschouw te nemen. Na de pauze bracht de heer Speet verslag uit over het onderzoek der rekening van den penningmeester. Daar de commissie geene enkele aanmerking had, stolde lijj voor ze onder dankzegging aan den penningmeester goed te keuren. Aan de orde kwam toen de datum voorde bijeenkomst der Maatschappij tusschen 20 en 28 Februari. De secretaris deed voorlezing van de tusschen het bestuur der Afdeeling en den algomeenen secretaris over dezen datum gevoerde correspondentie, waaruit bleek dat, daar de tijd drong, het bestuur onder voor behoud van de goedkeuring der Afdeeling den datum op Woensdag 26 Febr. had bepaald. De heer Speet vond dezen datum, met het oog op de Katholieken, minder wenscheltjk, daar dezen dan waarschijnlijk niet aan het diner kunnen deolnemon." De voorzitter bedankte den heer Speet voor deze opmerking en beloofde dat het bestuur zorg zou dragen, dat ook de Katholieken zonder bezwaar van het diner kunnen gebruik maken. De voorzitter stelde nu voor om namens het hoofdbestuur als spieker uit te noodigen den heer Galesloot, te Amsterdam, en hem te verzoeken, hetzjj over het snoeien van steen- vruchtboomer, hetzij over rozen en rozen- cultuur te spreken. De heer Witte Jr. meende gehoord te hebben dat de vslgonde week als spreker vanwege do Afdeeling zou optreden de heer Bakker, te Purmerond, die dan over hot snoeien van boomsn en heesters in parken zou spreken. Hij vreesde, indien de heer Galesloot nu ook over het snoeien sprak, dat er dan wel een beetje veel gesnoeid zou worden, en al dat snoeien de opkomst der vergaderingen weieons besnoeien kon. De voorzitter stelde na deze opmerking voor den heer Galesloot te verzoekon over rozen te spre ken, welk voorstel werd aangenomen, e. tu. w. In zjjn antwoord op Hoofdstuk Y zegt de minister van binnonlandsche zaken dat de Eegeering doet wat in haar vermogen is om den clandostienen verkoop van sterken drank in het klein tegen te gaan. Een voorstel tot inkrimping van het aantal Rpksunivtrsiteiten is niet van hem te ver wachten. Naar volkomen gelijkvormigheid streeft hp evenmin als zjjne voorgangers. Ter zake van de herziening der geneeskun dige wetten wil de minister zich niet door toezeggingen binden. De plannen voor een nieuw Museum voor Natuurlijke Historie te Leiden liggen reeds lang gereed, doch het is niet wel mogelijk thans met juistheid te bepalen, wanneer met den bouw een aanvang zal kunnen worden gemaakt. Op afdoende verbetering van het Ejjks Ethnographisch Museum is de minister bedacht, zonder reeds nu een voorstel daartoe te kun nen indienen. Eerlang hoopt do minister aan het gemeente bestuur van Utrecht te kunnen antwoorden in zake de universiteit. Do minister belooft met groote omzichtig heid te werk te zullen gaan b(j de uitvoering van het denkbeeld om onvermogende jonge lieden van uitnemenden aanleg koBteloos tot de Rjjks H. B.-scholen toe te laten. Voor wet telijke regeling van hot arabachts- en tech- r.isch onderwijs schijnt het oogenbhk nog niet te zpn gekomen. Zoowel bjj de uitvoering der gewijzigde Schoolwet als bij de vaststelling der nadere voorschriften, bedoeld in sommige artikelen der wet, hoopt deze Eegeering steed3 bljjk te geven van een ernstig streven om alle do met betrekking tot het lager onderwijs aan haar toevertrouwde belangen naar behooren te bewaken en te bevorderen. Op de deswege gedane vraag verklaart do min. dat volgens art. 16 in olke gemeente voldoend lager onderwjjs gegeven moet worden in een ge noegzaam aantal scholen, welke voor alle kinderen, zonder onderscheid van godsdienstige gezindheid, toegankelijk zjjn. Gelijkheid in de opleiding van Rpkswege van onderwijzers en onderwijzeressen wordt niet door de behoefte gevorderd. Wegens ongesteldheid van ds. Ruijs, te Oegstgeest, hoopt aldaar op Zondag 26 Jan.. des voorin, te halftien, op te treden ds. C. A.Evelein, pred. te Leiden, terwijl het H. Avondmaal tot nadere kennisgeving zal worden uitgesteld. Beroepen is te Katwijk aan Zee ds. J. J. C. Van Toorenenbergen Az., te Putten. De eervolle vermelding van den luitenant ter zeo 2de kl. jhr. H. L. Wichers, voor zjjn moedig gedrag te Atjeh, ie b(j afzonderlijke dagorder bij parade aan boord van Zr. Ms. oorlogsschepen aan de officieren en de beman ningen medegedeeld. De gewone audiëntie van den minister van justitie zal op Dinsdag 28 dezer niet plaats hebben. Het stoomschip „Prinses Marie", van Batavia, vertrok 24 Jan. van Suezde „Prin3 Alexander," van Batavia naar Amsterdam, arriveerde 25 Jan. te Suez. Bjj koninklijk besluit zjjn aangewozen de voorzitters en burgerlijke leden en hunne plaatsvervangers in de onderscheidene militie raden voor de lichting der nationale militie van 1890. Zp zjjn voor Zuid-Holland: in het lste militie-district, tot voorz. mr. H. graaf Van Hogendorp, lid der Prov. Statentot zpn plaatsverv. mr. J. G. S. Bevers, lid der Prov. Statentot lid jhr. P. O. H. Gevaerts Van Simonshaven, lid van den gemeenteraad van 's-Gravenhagetot zijn plaatsv. A. J. C. baron van Pallandt, lid van den gemeenteraad van 's-Hage; in het 2de militie-district, tot voor zitter H. De Bie, lid der Prov. Staten; tot zijn plaatsv. C. H. Van Dam, lid der Prov. Staten; tot lid mr. S. Muller Hzn., lid van den gemeenteraad van Rotterdamtot zjjn plaatsv. L. A. Gleichman, lid van den gemeen teraad van Rotterdamin het 3de militie district, tot voorzitter mr. A. A. Van Bergen IJzendoorn, lid der Provinciale Staten; tot zijn plaatsvervanger mr. S. Le Poole, lid der Prov. Statentot lid J. J. Van Masijk Huyser van Reenen, lid van don gemeenteraad van Leidentot zijn plaatsv. mr. J. J. Schneithor, lid van den gemeenteraad van Leiden. De eerste luit. op non-activiteit jhr. L. J. Quarles van Ufford, van het wapen der cav., tijdelijk op pensioen gesteld en het pensioen verleend voor den tjjd van vpf jaren en tot oan bedrag van f 450 'sjaars. De eerste luit. op non-activiteit B. M. Brantsma, van het wapen der cavalerie, op pensioen gesteld en het bedrag van het pen sioen bepaald op f 900 's jaars. Benoemd bjj het wapen der cavalerie, bij het lste reg. huzaren, tot eersten luit., de tweede luit. E. C. K. Völker, van het 3de reg. huzaren. 19; Den anderen morgen ontwaakte zjj gekleed naast haar bed. Er brak een nieuwe dag aan met nieuwe kwellingen, doch zonder kracht voor den beslissendon stap. Yanlioverlede maakte zich eene stompe onverschilligheid van haar meesteral, wat haar vroeger zoo vreese- lijk ergerde, hoorde en zag zij thans alsof het haar niet aanging. Dagen lang zat zjj op haar kamertje, zonder te sproken, bijna zonder te denken, 's Nachts sliep zp, zonder te droomen, af en toe gekweld door benauwdheden, die haar hardop deden gillenmaar ook daarop lette zij niet. De buren zeiden dat die juf frouw eene zielsziekte had c-n vanlieverlede verspreidde die meon-ng zich door het geheele hu:8, zoodat, als zjj uitging, de vrouwen en kinderen haar op de trap nieuwsgierig nake ken en allerlei bespiegelingen maakten over hetgeen dat jonge meisje toch wel zoover gebracht had. „Ik wed dat zp eene onge'ukkige liefde heeft," zei oene snibbige naaister van de derde verdieping, die veel romans las. „Nu nog mooier!' hernam eene apothekersweduwe, „Dat vreet ik wel beter. Het zit in haar ge stel zij moet drie weken lang niets drinken dan camiile-tliee „Dat zou haar ook niet veel helpen!" zei eene derde, die altijd eenigo van hare negen kinderen om zich hoen had. „Trouwen moest zij en oen groot huishouden hebben dat is de beste thee voor zulke kwalen." En daar do huismoeder do lachers op hare hand had, kreeg zij voorloopig ook gelijk. Clara liep intusschen langzaam do straten door, zonder rechts of links te kpk9n of zich te verheugen over den zonneschijn of last te hebben van den wind, zonder op de voorbij gangers te letten of voor de winkels te blijven staanzij liep even onverschillig voort als zij op hare kamer zat en keordo ook zoo terug als zp moede werd of zij hare boodschap ge daan had. Op zekeren dag, toen zij pas thuis was, kwam Aranka op hare kamer. Do kame nier was in dien tpd niet beminnolijker ge worden maar voor de vroegere wreedheid was e9no vrijpostige gomoenzaamhoid in do plaats gekomen, waarop Clara echter geen acht sloeg. Heden viel haar echter hot onaangename lachje op, waarmelo Aranka de kamer rondkeek en daarop langzaam vertrok. Wat had dit bezoek te beduiden Aan da deur had zij gezegd dat mevrouw uitgereden was en njet vóór 'e avond* terugkwam. Waarom zei zp dat? Clara was aan zooveel be'eefdheid niet gewoon; maar wat deed het er too? Na eene poos voelde zjj zich hongerig en bedacht toen eerst dat zp nog niet gegeten had; daarom ging ze naar de keuken om iets te halen. De keukenmeid was nergens te vin den en Aranka riep zp ook tevergeefs. Da dienstboden maakten zeker van de afwezigheid der meesteres gebruik om een buurpraatje te houden. Eigenlijk was Clara blij dat zij alleen in huis was. Zp at eeno kleinigheid, die zij vond, en wilde naar hare kamer terugkeeren. In de sombere voorkamer bewoog zich iets. „Wie is daar?" riep Clara. Geen antwoord. „Wie is daar?" herhaalde zp. Een zachte voetstap op den Iooper en eene hand trachtte de hare t3 vatten. „Ik ben het, schoons Clara!" klonk bet aan haar oor. Het was Torolfizp herker.de zpne zoetsap pige stem. „Tante is niet thuis", zei 2p op koelen toon en wilde in hare kamer gaan, maar hp ver sperde haar den weg. „Waarom wilt gp voor mp vluchten?" *fju;s terde hp er. voegde er bp. toen tï> n;3t a!)t. yropld'js! „wjj zpn toch gUÖO v?'jon<;en HU wilde haar bp de kin grppen, doch Clara deinsde achteruit alsof een adder haar gestoken had en riep op schorren toon: „Ga heen!" Onwillekeurig deed Toroffi een stap achteruit. „Drommels, gp zet oogen als eene wilde kat! Maar dat staat mp wel aan; daar zit leven in." Clara verbleekte, beet zich op de lippen en riep„Ga hoen," maar hp kwam weer naderbp. „Wat staat die toorn u allerliefst. Waarlpk, tante hoeft gelpk dat zp u verbergt. Kom, laat ons nu eens verstandig pratenWaarom haat gp mp? Het is niet slim van u. Ik aanbid u on ben tot elk offer bereid, als gfl v j - eer weinig van mp houden wilt. „Ik gruw van u ga toe"- Clara en trok hare Land wilde grppen. Bij stiet lachte terstond, wev dig hatv, beicle men «Rela»^^ .i heen!" riep ■vog, die hU weer een vloek uit doch -r en zei, terwijl lip behsn- polson beetpakte en hare ar- „Mon don; y 'het het katje de pooton vastbin- iszoo, lievertje! krab nu maar en ver kor u; maak leven zooveel gp wilt! Aranka heeft gezorgd dat wp aÜ6en zijn. Begrjlpt gp Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1890 | | pagina 5