N°. 9178. Maandag SO Januari. A°. 1890. Dit noniiuer toestaat uit TWEE Bladen. Kikeriki. Prijsraadsel. MAANDAG den 20slen Januari, <§ezt {jouraat wordt dagtlijks, met uitroadtriaj voa <§pa- ea fimtdagta, uitgegeven. JUWEEL, TJES, Leiden, 18 Januari. Feuilleton. Een tocht vóór zonsopgang. LEIDSCH DAGBLAD. PHUI DIZHB OOUBJUfT: LddM p«r 8 maanden.Ui frwoc p«r posé.Ui Aibonóorlgk* Komaan.Ui Aan de Abonné's daarop, wordt bfl dit nommer verzonden No. 17 van Kikeriki. De opgave van dit PRU§RAAB§EL luidt als volgt: „Zoek negen woorden, van ases lettere elk, waarvan het eerste woord is de naam van eene stad in het koninkrijk der Neder landen het tweede die van iets, dat voor menigeen eene lekkernij is; het derde die van een stand in de maatschappij, waaraan de wetenschap veel te danken heeft. Het vierde dor negen woorden is een vrouwennaam, terwijl het vijfde de plaats iu Itahé noemt, by welke eenmaal de Fran6chen de Oostenrijkors sloegen, en het zesde de naam is van eene stad in het westen van Rusland. Het zevende woord noemt een Oud-Prins dom, het achtste een beroemd Fransch dichter en het negende of laatste eene stad in Moldavië. Plaatst gij die negen woorden onder elkan der, dan moeten „',e beginletters dier woorden, in volgorde van boven naar beneden genomen en daarna naast elkander geplaatst, den naam doen lenen van een gebouw, waarin veelmalen lieflijke tonen hebbett geklonken en waar menige bijeenkomst, soo lot nut als tot genoegen, heeft plaats gevonden. Plaats gij die negen woorden onder elkan der, dan moeten de slotletters dier woorden, in volgorde van beneden naar boven genomen en daarna Daast elkander geplaatst, den naam doen lezen van eene zeer lastige ongesteldheid, löp.araan velen reeds geleden hebben. nj Worden dus gevraagd aio* Negen woorden. 2o. Vaam van een gebouw, 3o. Naam van eene ongesteld heid of ziekte. Tevens zij opgemerkt dat men in de negen woorden r^s-maal gebruik moet maken van de letter 1 en oier-maal van de letter z." Be Antwoorden worden Ingewacht tot aanstaanden des morgens te ELF uren. Zij, die op zulk een afstand van Leiden wonen, dat de inzending over de post moet geschieden, kunnen de oplossingen franco inzenden tot DINSDAG den 21sten Januari, de. morgens te ELF uren. De inzending der antwoorden moet geschie den aan ons Bureel: Doezastraat 1. De oplos singen zeiven moeten van eene duidelijke hand- teekening en nauwkeurige opgave van woon plaats voorzien zijn. Alléén de Abonné's op het Leldsch Dagblad (of één lid hnnner fam 111 e j kannen aan de beantwoording deel nemen. De toekenning van Fr(|s en Premtëu uit de goede oplossingen geschiedt, evenals de vorige malen, b(j loting. Voor de goede oplossingen van dit Prijs raadsel worden uitgeloofd Al 8 eerste P'Us bet keurige boekwerk Etsen naar JOSEPH ISRAËLS, Tekst van NIC. BEETS, B. TER HAAR, J. J. L. TEN KATE en Mr. C. VOSMAER. Gebonden in Prachtband en Verguld op Snee. Voorts tien premlëa, bestaande uit de volgende boekwerken, alle gebonden in fraaien band Mr. J, v. Lennep, Elizabeth Musch. ff De Roos van Dekama. ff Ferdinand Eu gek. tf De Pleegzoon. P. J". Andrlessen, Een Gentschevrijheidszoon ff Een onderdrukte Koningszoon, ff Vorst en Dichter. P. Loawerse, De orgelmaker van Amsterdam. ff Worstelen en Ontkomen. Klikspaan, Studententypen en -leven. De gemeenteraad alhier zal a. s. Don derdag eene vergadering houdeD, waarin o. a. behandeld zal worden hot voorstel van de I 7 raadsleden om de nieuwe Gehoorzaal op te richten op het terrein van 's-Gravenstein. —Binnen een paar dagen zal onze gemeente verlaten worden door een persoon, dien velen zyner mede-ingezetenen slechts noode zullen zien heengaan. I De heer Willem Van Iperon heeft in de weinige jaren, na zijne vorming aan de conservatoriums te Brussel, Frankfort a/M. en elders genoten te hebben-dat hij te dezer stede in het publieke leven eene plaats innam, zich tal van vrienden weten te verschaffen. Op muzikaal gebied toonde hij een onder- nomenden geest te bezitten, waardoor hij soms tot stand bracht datgene, omtrent de verwezenlijking waarvan menigeen twjjfelde. Zelfs hes, die hy niet onmiddellijk tot zyne volgelingen mocht rekenen, kreeg hij daardoor op z(jne hand. Dank zijner onvermoeidheid, deed bjj o. a. de eenmaal beroemde „Leideche Zangvereeni- gmg" weder nit hare assehe verrijzen, en wel zóódanig reeds bij haar eerste optreden, dat hem van alle zijden de grootste lof er voor werd toegekend, en by haar verder voort bestaan en de ontwikkeling der krachten, waarover hy te beschikken had, legde by een onverdauwden en jeugdigen y ver aaD den dag, welke tot erkentenis drong. De oprichting zyner „Muziekschool" ging, mede wegens de reeds bestaande mededin ging, met niet minder zorgen gepaard; doch hy wist de dreigende stormen te trotseeren; Immer in de eens door hem gekozen riohting voorwaarts schrydende, ter bereiking van het door hem beoogde dool. Zijne instelling heeft dan ook een schoonen bloeityd gekend, getuige het groot aantal der aan hom toever trouwde leerlingen, voor wie hy steeds een minzaam leermeester en directeur was. Een groot keerpunt in zyn leven ligt thans vóór hem. Hy staat op hst punt weldra zyne vaderstad, zyn vaderland, zelfs ons wereld deel te verlaten en zich naar eene verre streek te begeven, waarheen velen hem met hunne gedachten en met hunne beste wen- schen voor zyne nieuwe toekomst zullen vergezellen. Het ga hem daar, in Australië, te Sydney, wel, en hy denke, in zyn aanstaanden nieuwen werk kring, nog dikwyis aan onze goede 3tad Leiden De Engelsche mail met berichten uit Indië wordt morgenochtend alhier verwacht. Naar wy vernemen, is eene niet onbe- langryke bevordering in de hoogere rangen van het corps zeeofficieren binnenkort te ver wachten. In de gemeente Haarlemmermeer bestond de bevolking op 31 Dec. 1888 uit 7950 mannen en 7184 vrouwen; totaal 15,134. In 1889 zyn geboren 329 mannen en 301 vrouwen, totaal 630waaronder 10 tweeling geboorten en 1 drielinggeboorte. Overleden zyn 179 mannen en 143 vrouwen, t taal 322, zynde 1 op de 47 zielen. De bevolking, in de gemeente gevestigd, bedraagt 472 mannen en 461 vrouwentotaal FBXJB DIB ADYIBTINTUMi Tu 1—rerW. 1.01. Iêdtf. nol iw /O-IT». OiwOn Uttsn sur pUitonimto. Toor b.t L-v- mumiu bmin. d. |M vor4t 0.1» lMnkend. 933. De gemeente hebben verlaten 530 mannen en 543 vrouwen: totaal 1073. De bevolking bestond op 31 Dec. 1889 uit 8042 mannen en 7260 vrouwentotaal 15,302 zielen. De afdeeling Zwolle van de vereeni- ging „Schuttevaer" heeft eenige voorstellen aan het hoofdbestuur opgedragen, waarvan één de afschaffing van het dubbele bruggeld te Leiden beoogt. Op „Zorgvlied" aan den Amstel te Amsterdam is gisternamiddag begraven het stoffeiyk overschot van wyisn den heer G. D. baron De Salis. Eene breede schare van sportmen, zoo uit Amsterdam als uit Den Haag, Leeuwarden enz., waar de overledene vele vrienden had, bad zich op de begraafplaats vereenigd, om den ontslapen vriend eene laatste hulde te be- wyzen. De lykkist was met een twaalftal prachtige kransen en kruisen, alle van lerende bloemen, bedekt. Op het verlangen der nabe staanden werd by de groeve niet gesproken, doch de diepe stilte, die in het ronde heerschte, on het vochtig oog van vele dor omstanders, getuigden van innig leed en droefheid over het hoengaan van don jeugdigen vriend. De volgende candidaten hebben zich aangemeld voor de directio der Fransche Opera te 's-HageCharles De Beer, regissour- generaal van het theater te Algiers; L. Desuiten, directeur te 's-Gravenhage; G. Drunoraise, directeur ran het stedeiyk theater te ToursL. Dupart, directeur van het theater te Verviers; L. C. Jacob, te Parys; J. Jour- dan, directeur van het koninklyk theater te Luik; en Horace Martini, directeur van het stedelijk theater te Pau. In de plaats van jhr. W. H. F. H. Van Raders is tot directeur der Ned.-Ind. Stoom- vaart-Maatschappy benoemd de heer B. C. De Jong, oud-hoofdagent, vertegenwoordiger en superintendant dier Maatschappy te Batavia. Te Wyk-by-Duurstede is in den ouder dom van 68 jaar overleden de heer B. G. Van Heyst, notaris aldaar. De oud-predikant by de Waalsche ge meente te Amsterdam de heer F. H. Gagnebin is in 73-jarigen ouderdom te Neufchatel over leden. Jarenlang was de heer Gagnebin te Amsterdam een zeer gezien voorganger by zyne gemeente. Tot plaatsvervanger van den hoofdinge nieur, chef van dienst van weg en werken der Maatschappy tot expl. van Sts.-spw., is door commissarissen aangewezen de heer J. J. Kips, chef der afdeoling weg en werken. 6j pen volgenden morgen dacht hy echter niet terstond weer aan zjjn plicht jegens zyne naaste, waarvan de vervulling hem den vori- gen avond zoo dringend noodig voorkwam. Eenige gewichtige brieven en een kleine we tenschappelijke stryti, waarin hy destyds gewikkeld was, namen al zyne aandacht in beslag, zoodat hy in de eerstvolgende dagen in het geheel niet meer aan het meisje dacht. Op zekeren avond werd er schuchter aan zyne deur getikt. Hy meende dat het mejuf frouw Wendelin was, die hem weer kwam sto ten met hare gedienstigheid, en riep dus, zon der van zy'n werk op te zien, op gemeiyken toon: binnen!" De deur ging open en weer dichtdaarop werd het plotseling doodstil en da&r zijne hospita gewooniyk hare togenwoor digh&ld duidelyk to kennen gaf, keek hy ver- bassd om en zag Clara bescheiden by de deur staan, met het boek, dat by haar geleend had, ia de hand. Zy stak het hom toe, terwijl hy verrest opstond en naar haar toeging. „Het is waarNolly gaat thans naar do naaischool on is byna nooit thuis ik wilde u bedanken zei zy, tegen hare gewoonte verlegen, en wilde terstond weggaan, toen hy haar het boek afgenomen had. Hy hield haar echter tegen en verzocht haar vriendelyk om binnen te komen. Zy dankte en bleef by de deur staan, maar liet hare groote oogen op en neder gaan langs de wan den met boekenkasten. „Wat een boeken!" zei zy met eendiepen zucht. „Hebt gy die allemaal gelezen?" Hy lachte en kreeg een paar deelen met mooie platen, die haar onweerstaanbaar sche non aan te trekken. Nu kwam zy naderbij en keek begeerig in de folianten, torwyl hy naar nieuwe lectuur voor haar zocht. Toen hy eindelyk een deeltje gevonden had en het haar gaf, greep zy zyne hand en wilde er een kus op drukken. „Wat doet gy?" riep by, echielyk zyne hand terugtrekkende. „Een volwassen meisje, als gy, kust geon vreemden man de hand." Zy sloeg de oogen neer en zei zacht: „Gij zyt my niet vreemd; gy zyt zoo goed Zyne verlegenheid maakte plaats voor har- telyk medelyden en de herinnering aan den vergeten plicht jegens zijne naaste, d;on hy aan haar wilde vervullen, kwam als eene waar schuwing boven. „Gy hebt gelyk," sprak hy ontroerd; „ik wil ook geen vreemde voor u zyn, ik wil my u aantrekken, u onderrichten, als gy leoren wilt, opdat gy niet voor andero jonge meisjes behoeft onder te doen. Zou uwe tante dat goedvinden?" Zy had hem met stralende oogen aangezien, doch nu betrok haar gelaat weer en zjj zsi ruw„Dat vraag ik haar niet", doch toen zy in zyne oogen meende te lezen, dat dit ant woord hem mishaagde, vervolgde zjj „O, neem uw woord niet terug! Geef my onderricht! O, ik zal zoo myn best doen...! En tante zal er niets tegen hebben zy is altyd bly als ik niet thuis bon!" Hoe trilde haar mond by die woordenHy voelde zich nu reeds haar leermeester en berispte haar over dien scherpen toon tegen over hare naaste bloedverwanten, die zy zeker nit onverstand miskende! Doch zy fronste do wenkbrauwen en schudde bet hoofd: „Gij kent tante niet; niemand kent haar, behalve Aranka en ik. En Aranka is eene vreemde, en valsch bovendien. Zy huichelt genegenhei 1 en spreekt achter haren rug kwaad. Tant9 heeft twee ge2ichton. De menschen zien allen slechts het mooie gezicht, dat altyd lacht, maar ik ke:i het andere, het boozo. Tegen mij heeft tar.to nooit gelachen, zooals tegen do lieden, die haar bezoeken en voor wio zy liederen zingt. My ziet zy nooit in do oogen en haat my. O, ik weet het wel, en ik haat haar ook. Ja, ik haat haar; want zij heeft geen hart. Vroeger, toen ik nog klein was, moest ik baar zelfs mama noemen; dan i am zy my wel eens op haren schoot, maar alleen als er menschen waren. Dan gaven de heeren my lekkers en streelden my, maar sedert ik grooter ben, moet ik tante zeggen en mot korte jurken loopen, zoodat ik my schaam om op straat te komen Zy zweeg en staarde eene poos strak vóór zich, terwyl slechts het trillen harer lippen hare ontroering verried. Eensklaps riep zy luid snikkende uit: „O ja, ik ben slecht, ik weet het wel, maar ik kan het niet helpen zy heeft my zoo gemaakten nog nooit heeft iemand my liefgohad niemand I Nelly houdt ook alleen van my, omdat ik pret met haar maak, en haar help om den heer Walzl te plagen, dat voel ik wol! En nu wilt gy ook niet moer van my W6ten Raimond had alle moeite om haar tot be daren te brengen. Earst toen hy haar bepaald bsloofdo om woord te houden on reods den volgenden dag het onderwys te baginnen, word zy kalmer. Zy r.am het bock op, dat by baar gegeven had, bedankte schoorvoetend en 3neld» do kamor uit. (Wordt vervolg?,.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1890 | | pagina 1