Nfl. 9170.
Vrijdag XO Januari.
A0. 1890.
i§$2ê gsurant wordt dagtlijks, mti uitsondering
ran gon- en feestdagen, uitgegeven.
Leiden, 9 Januari.
Feuilleton.
EEN GELUKSVOGEL.
PRIJS DEZER OOXTRAjrT:
Leiden per t mamdon.l.lt.
franco per poet1.4®.
Aisondorltfbe Hommen.9.M.
PRUS DER AD VERTEN TiJUff
Tu X— 6 refeie 1.0». Iedere ngü meor/0.17^
Sfootere leUore neer pleetenümio. Toor bet la-
«eseeeren buiten de eted vordt berekend.
Officieel e Kennisgevingen,
Burgemeester en Wethouders van Leiden brengen
ter kennis van belanghebbenden dat, ingevolge art.
2 der Verordening, regelende de invordering, der
plaatselijke belasting op de honden, ieder houder
van één of meer honden, die aan die belasting onder
hevig zijn, verplicht is daarvan jaarlijks vóór of op
31 Januari a. s. bij den Gemeente-Ontvanger aangifte
te doen, door inlevoring van een behoorlijk ingevnld
en door den aangever onderteekend biljet en dat
bedoelde inschrijvingsbiljotten voor het dienstjaar
1390 kosteloos tea kantor® van den Gemeente-Ont
vanger verkrijgbaar zijn.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Leiden, DE KANTER, Burgemeester.
9 Jan. 1890. E. KIST, Secretaris.
Burgemeester en Wethouders van Leiden
Gezien het adres van 1L H. TERHUL8T, smid,
wonende alhier, houdendo verzoek om vergunning
tot oprichting van eeno smederij in het perceel Kerk
steeg No. 1, nabjj het Steenschuur;
Gelet op de artt. 6 en 7 der Wet van 2 Juni 1875
(Staatsblad No. 95);
Geven b(j deze kennis aan het publiek dat ge
noemd verzoek, met do bijlagen, op de Secretarie
dezer gemeente ter viaie gelegd isalsmede dat op
Donderdag den 23sten Januari 1890, 's voormiddags
t® elf uren, op het Raadhuis gelegenheid zal
worden gegeven om bezwaren tegen dat verzoek in
to brengen.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Leiden, DE KANTER, Burgemeest.r.
9 Jan. 1890. E. KIST, Secretaris.
Burgemeester en Wethouders van Leiden roepen
bij deze op alle leveranciers, werkbazen, enz., die
over het affceloopen jaar 1889 ten laste der gemeente
eenige vordering hebben, die uiterlijk vóór ult°. Jan.
e. k. ter Gemeente-Secretarie (afdeeling financiën)
in te leveren.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Leiden, DE KANTER, Burgem.
9 Jan. 1890. E. KIST, Secretaris.
By da derde lezing voor de Volksbijeen
komsten, gisteravond gehouden, trad de heer
R. J. Driessen, uit 's-Gravenhage, als spre
ker op. Het onderwerp, „Oude Kees" geti
teld, leverde een aantal schetsen uit het
militaire leven. Het was eene rijke dooreen-
mengeling van ernst en luim. De toehoor
ders laehten menigmaal luidkeels, terwijl het
oog nog vochtig was van den traan, zoo
even gestort.
Kranig en gespierd scheen ons de lofzang
op het vaandel toe.
Een buitengewoon succes had spreker met
zijn laatste stukje: „De lotgevallen van den
milicien Karabijn".
Een oorverdoovend gelach vervulde van
het begin tot het einde de geheele Nuts-zaal,
niettegenstaande de nfluenza op eene talrijke
opkomst zeer nadeelig had geïnfluenseerd.
Gaarne zullen de meesten dezen spreker
wederom een volgend jaar in hun midden zien.
Wederom heeft onze gemeente een kost
baar blijk van belangstelling van een harer
vroegere ingezetenen mogen ontvangen.
De heer James De Fremery namelijk, vroe
ger consul der Nederlanden te San-Francisco,
thans te 's-Gravenzande woonachtig, heeft
aan zijne geboortestad ten geschenke afgo-
staan een schilderij van Herman Steenwjjck,
die leefde in de eerste helft der zeventiende
eeuw en het. grootste deel van zijn leven te
Leiden heeft geschilderd.
Het bedoelde schilderij stelt voor een „stil
leven" en verkeert in uiterst gaven toestand.
Het geschenk is des te belangrijker omdat
stukken van dezen schilder zeer zeldzaam zijn
en zich hier te lande zelfs geene stukken van
hem bevinden.
Voor onze nieuwe, aan het stedelijk Museum
van Oudheden verbonden en eveneens door
de mildheid van een onzer geachte stadge-
nooten opgerichte Kunstzaal mag dit schilderij
dus eene groote aanwinst genoemd worden,
waarvoor in de eerste plaats erkentelijkheid
meet worden betuigd aan genoemden heer De
Fremery, maar tevens aan den heer Ch. M. Dozy,
wiens groote ijver en warme toewijding als
gemeente-archivaris er zoozeer toe bijdragen,
dat de gemeente Lelden in het bezit komt
van voorwerpen, en bescheiden, welke voor
hare geschiedenis zoo merkwaardig zijn.
Aan de heeren G. S. Van der Spruyt te
Oegstgeest, bij Leiden, en Ed. Blaauw te Lisse
is by koninkiyk besluit toegekend de zilvoren
eere-medaille voor menigvuldige geschenken
aan 's Ryks Museum van Natuuriyke Historie
te Leiden.
Door den gemeenteraad te Oudshoorn is
besloten aan de Kweeksohool voor Bewaar-
echoolheuderessen te Leiden, tot wederopzeg
ging, eene jaarljjksche subsidie van f 10 te
verleenen.
Er bestaat gelegenheid tot verzending
der correspondentie naar Buenos-Ayres en
Montevideo, door middel van het stoomschip
„Schiedam", van Rotterdam vertrekkende. Ten
postkantore alhier moeten de brieven enz.
uiterlijk a. s. Dinsdag-avond om 10 uren be
zorgd zgn.
De wgze van verzending behoort duideiyk
op het adres vermeld te worden.
In de gemeente Noordwykerhout is thans
eene verordening afgekondigd, waarby ver
boden wordt, zonder toestemming van den
burgemeester, gelacfe"* of ongeladen schietge
weer, of welk ander soort van wapen ook,
te dragen.
Dit verbod is niet van toepassing op hen,
die uit kracht van hunne ambtelyke betrek
king of bediening, hunne militaire of schut-
terlyke verplichting, bevoegd of verplicht zyn
wapenen te dragen, alsmede op hen, die tot
de uitoefening der jacht bevoegd zyn.
Deze verordening heeft voornauelyk ten
doel, het stroopen langs de wegen, in de
laatste jaren vry sterk toegenomen, tegen te
gaan. In 1887 werd veor hetzelfde doel eene
verordening vastgesteld, waarby het alleen
verboden werd geladen schietgeweer te dra
gen. Dit hielp echter weinig, daar de stroo-
pers de percussie-geweren tegen de nieuwere
achterlaad-geweron inruilden.
Op de aanbeveling tot benoeming van
een secretaris der gemeente Koudekerk zyn
door burgemeester en wethouders geplaatst
de heerenJoh. Van Egmond, ambtenaar ter
secretarie aldaar, en J. W. Van der Lee,
ambtenaar ter secretarie te Hazerswoude.
De overeenkomsten betreffende de over-
r.emiDg van spoorwegen door het Ryk, zyn
thans by den Raad van State in overweging.
Op 65-jarigen leeftyd is te 's-Graven
hage overleden de heer B. Reinder6, architect-
directeur der gemeentewerken.
De opperceremoniemeester maakt be
kend dat het Hof, ingevolge de bevelen des
Konings, voor den tyd van vier weken, in
gaande 9 Januari, don rouw zal aannemen,
waarvan twee weken halven en twee weken
lichten rouw, wegens het overlyden van
H. M. keizerin Augusta, weduwe van Z. M.
Wilhelm I, keizer van Duitschland, koning
van Pruisen.
Voor do leening, door commissarissen
van de „Nieuwe of Literaire (Witte) Socië
teit" te 's-Hago opengesteld, groot f 250,000,
is voor een schier fabuleus hoog bedrag in
geschreven. Yad
Baron Sweerts de Landas, controleur
over de fatricatie der postzegels te Haarlem,
zal den llden dezer zyn 50-jarig jubilé ais
postambtenaar vieren.
Te '8-Hage zyn aangekomen eenige
hoogleeraren en studenten van de universiteit
te Oxford, ter bezichtiging van eenige water
werken hier te lande, e. a. het Haagsche
ververschingskanaal.
De gepensionneerde luitenant-generaal
graaf van Limburg Stirum, oud-minister van
oorlog, is sedert eenigen tyd ernstig ziek.
De heer J. R. Jacobs, kapitein der inf.
O.-I. leger, thans met een tweejarig verlof
hier te lande en te Lochem woonachtig, is
voornemens de moedige daden van gewezen
militairen in het O.-I. leger te beschreven.
Die beschryving zal eerst in „Eigen Haard"
worden opgenomen en later afzonderlijk wor
den uitgegeven. Schetsen uit Atjeh zullen
eene voorname plaats in dit werk innemen.
De minister van waterstaat heeft gisteren
zyne workzaamheden aan het departement
hervat.
Te Wierikkersch'ans is gedetacheerdde
lste luit. jhr. H. Van Beresteyn, van het 1ste
reg. vesting-art. te Utrechtte Loevestein de
2de luit. F. C. A. Van der Minne, van het
3de reg. vesting-art. te Gorkum.
De luit. ter zee lste kl. W. P. A. M.
Kluit wordt m6t 1 Febr. a. s. eervol ontheven
van de waarneming der betrekking van adju
dant by den directeur en commandant der
marine te Willemsoord, op non-activiteit ge
steld en vervangen door den luit. tor zee
lste kl. J. C. Jeekel.
Het stoomschip „Amsterdam", van Nieuw-
York naar Amsterdam, passeerde 8 Januari
Wightde „Prins Alexander", van Batavia
naar Amsterdam, vertrok 7 Jan. van Padang;
de „Zeeland", van Batavia naar Rotterdam,
vertrok 8 Jan. van Pert-Said; de „Noord-
Brabast", van Rotterdam naar Batavia, ver
trok 8 Jan. van Suez.
Z. M. heeft aan M. Boelhouwer, gewezen
hoofd eener openbare lagere school te Zuider-
woude, gemeente Broek in Waterland, met
intrekking van het pensioen van f 591, hem
toegekend by koninkiyk besluit van 4 Nov.
1889, een pensioen verleend van f 604 'sjaars.
Met ingang van 15 Jan. 1890 benoemd tot
onderdirecteur by de Rykstelegraaf G. C. J.
Verkerk, thans telegrafist lste kl. by de Ryks
telegraaf.
Gemengd Nieuws.
Tot de inrichtingen hier ter stede,
welke sedert eene lange reeks van jaren be
kend zyn en haren gevestigden naam trachten
te handhaven, behoort ook het hotel „ie
Soleil d'Or."
De lotswisselingen, welke ook dit onderging,
brachten mede dat het meermalen van eigenaar
veranderde, hetgeen echter niet belette dat
by vreemdelingon, die onze stad bezochten,
en vooral by handels-reizigers, aldaar hun
intrek nemende, „De Zon" eene nu eens
meer, dan minder gezochte gelegenheid bleef.
Naar hetgeen wü daaromtrent vernamen,
beyvert de tegenwoordige propriétaire zich
byzonder om de reputatie, welke het hotel
eenmaal bezat, niet alleen te handhaven, maar,
voor zooveel hem dit in verschillende opzichten
mogelyk is, nog gunstiger te doen worden.
Uit de portefeuille van een arts.
4)
„Zeer voortreffeiyk," antwoordde Canto,
terwyl hy eene nieuwe sigaar aanstak. „Ik
denk dit jaar een aardig sommetje over te
houden."
„Uw lagrima-middel blyft dus evenals vroe
ger baten?"
„Dat zou ik denken 1"
„Heb ik goed gehoord?" riep ik verbaasd.
„Gy bezit een middel tegen de lagrima?"
„En zelfs een beproefd middelantwoordde
Canto met nadruk.
„En gy onthoudt het niettemin aan de
wereld en uwe landgenooten
„Hm, ieder is zichzelf het naast," ant
woordde de oude met een glimlach. „Tot nog
too hebben nog allen myn middel om Gods
wil gevraagd; ik denk te wachten, totdat
men er mij een behooriyken prys voor biedt."
„En wio staat voor de doelmatigheid van
het middel in?"
„Wie? Het resultaat, sennor, het resultaat!"
riep Canto, die plotseling warm werd, omdat
hy in ray den zonder twijfel reeds lang ge
zochten kooper vermoedde. „Ga met my mee,
en gy zult zien!"
Ik hield den oude natuuriyk terstond by
zyn woord en begaf my onder zyne leiding
naar de quinta's. Tot myno verwondering
vond ik deze niet, zooals by Ponta-Delgada,
eenvoudig door faya-hekken afgebakend, maar
omgeven door een tien voet hoogen muur
van ruwe bazaltblokken, eene inrichting, die
later algemeen is geworden, daar zy den
boomen eene voortreffelyke beschutting tegen
den zouthoudenden wind verleent. Yoor 't
overige ontwaarde ik ook hier het maar al
te bekende tafereeloveral was minstens de
helft, soms waren alle boomen afgestorven,
en tegen de dorre stammen klauterden reeds
de laurierstruiken op, alsof zy medelydend
mot hun weelderig groen het treurige schouw
spel wilden verbergen.
De quinta vau Canto lag aan den voet van
den Monte Redondo ten zuiden van een prach
tig, eveneens aan myn gids toebehoorend
kastanjewoud, en was van de overige alleen
door een breeden ryweg gescheiden. Maar
welk verschil tusschen hier en ginds 1 De
boomen waren wel is waar niet zeer groot
en schenen slecht onderhouden, maar zy waren
hlykbaar gezond. Tevergeefs zocht ik op onze
insDectie naar een spoor der ziekte.
„Gelooft gy tharis aan mijn middel, sen
nor?" vroeg Canto ten slotte met een triom
feerenden glimlach.
„Ik moet wel," gaf ik ten antwoord, „en
ik ben ook genegen, het te koopen, maar
moet daartoe eerst de toestemming myner
lastgevers hebben. Wilt gy my niet intus-
schen eenige aanwyzingen over den aard van
het middel geven?"
„Het is iets vergiftigs," antwoordde Canto
ontwykend, en, blykbaar om verdere vragen
te voorkomen, leidde hy mij naar zyn zoon
Yasco, een phiegmatieken jongen van onge
veer twintig Jaar, die juist bezig was een
oranjeboom te snoeien. Onder andere omstan
digheden zouden de eigenaardig slaperige,
onbeholpen bewegingen van don jongen man
bepaald myne aandacht getrokken hebbenop
dit oogenblik echter bewoog zyne kennisma
king mjj tot een spoedig vertrek.
By myno tehuiskomst vond ik tot myne
vreugde een bode met een schryven van dom
Jose Monte, waarin de voorkomende morgado
(grondbezitter) my berichtte dat de Ameri-
kaansche consul op Fayal hem eenige dezer
dagen aangekomen chemische preparaten ge
zonden had, en dat deze te myner beschik
king stonden. Eeno betere tyding kon er nau
welijks voor my komen. In myn antwoord
verzocht ik dom Jose om onmiddellyke toe
zending der chemicaliën en toestellen,* ge
bruikte in do beste stemming myn middag
eten, gedurende hetwelk ik, tot zichtbaar
vermaak van Rosetinha en ten koste van den
jongen Canto, eene geïllustreerde beschryving
van den Amerikaanschon luiaard ten beste gaf,
en maakte my ten slotte gereed, om Tunal
te bezoeken.
De jonge boer ontving mij zonder eenig
spoor van die half verlegen, half wantrouwige
terughouding, waarmede de plattelandsbewo
ner in allo luchtstreken den vreemdeling
pleegt te ontvangen. Wy waren weldra in
een levendig gesprek gewikkeld, en ik maakte
van deze gelegenheid gebruik, om den quin-
teiro zyne meening te vragen omtrent Canto
en diens geheim middel.
„Dit zeg ik u, sennor," antwoordde Tunal
schouderophalend, „neem u in acht, de kat
in den zak te koopen. Canto is een vos - zoo
niet nog erger."
„Maar dat in 't oog vallende gedijen zyner
quinta, te midden eener algemeene verwoes
ting?" merkte ik op.
(Wordt vervolgd.)