Qpm^ngtl MlenwB.
Bij Maarssen is Donderdag, toen
do personentrein No. 14 van Utrecht naar
Amsterdam voorbyreed, door een ot ander
toeval de poatpaal, waarmede de postzakken
aan den trein worden gehaakt, gebroken,
waardoor een portier en een penant van een
Duitschen wagen werden verbrijzeld. De ver
schrikte reizigers, die meenden dat op den
trein was geschoten, stapten te Breukelen in
een anderen wagen over.
De internationale wedstrijden
op schaatsen te Heerenreen zijn gisteren be
paald op den 13den en 14den dezer. Het ijs
op het terrein was pl. m. 8 centimeter dik.
De heden ingevallen dooi komt daar nu leelijk
tusschen in.
Uit Monnikendam schrijft men
van gisteren Dat het ijs nog lang niet sterk
genoeg was, bewees het ongeval, dat op
den Binnendijk (gracht) plaats vond. Eenige
jongelui zakten door het ijs. Fluks snelden
anderen toe, doch deelden het lot der dren
kelingen, zoodat spoedig dertien personen in
het water lagen. Sommigen hielpen zichzelven,'
schipper Winkel sprong met zijn knecht en
dpn nachtwacht Meerman in het water,
anderen staken ladders en stokken toe en zoo
werden met vereende hulp allen eindelijk op
het droge gebracht.
Te Groningen is ep de machinale
vlasspinnerij gistermorgen eene werkstaking
uitgebroken, welke plotseling aan al het ge
ratel en gesnor, dat daar altyd gehoord wordt,
een einde maakte. Een treepje joelende en
zingende werksters trok later door de Btraten,
zonder echter ergens de orde te verstoren.
Te Horst is met nieuwjaarsnacht
aangehouden en ter beschikking der justitie
te Roermond gestold de schoenmaker M. S.,
wegens het toebrengen van slagen en stooten
aan den dionstdoenden marechaussee, waar
door van één hunner drie vingers gebroken zyn.
Men schrijft uit Osch: Nadat eer
gisteren een knaap van 14 jaar door het ijs
gezakt en verdronken was, had gisteren een
jongeling van 18 jaar het ongeluk zulk een
heviger, val te doen op het ijs, dat by eene
hersenschudding bekwam en weldra overleed.
Omtrent den reeds vermelden
moord, welke op Oudejaarsavond te Koekange
werd gepleegd en die aan het in Amerika
niet zeldzame lynchen doet denken, deelt men
aan de „Haarl. Crt." nog het volgende mede
Zekere G. K. werd verdacht do dader te zijn
van den drievoudigen brand, die eenige weken
geleden aldaar verscheidene huizen in de asch
legde, waarbij een boerenarbeider om het leven
kwam. Dinsdag avond nu, om 10 uren, kwam
K. een troep van wel 25 man tegen, die op
hem aanvielen en hem met stokken op hot
hoofd sloegen. Een half uur later bezweek K.,
na in een naburig huis binnengedragen te zijn,
aan de gevolgen. Het gerecht uit Assen heeft
zich Donderdag naar Koekange begeven en
een der vermoedelijke daders is gevankelijk te
Assen binnengebracht. Kenmerkende voor de
zeden in het zuiden van Drente, bekend om
de in slaan en snijden zich uitende ruwheid,
is het, dat aaD de redactie der „Asser Crt."
uit Koekange een Btuk word ingezonden (maar
door haar niet opgenomen), waarin de daad
werd vergoelijkt, zelfs geprezen.
De heer S., te StadsÉVnaal, die''
Maandag te Wildervank vin de tram viel, is ,'r
gisteren aan de gevolgen overledenr
Een soldaat van het garnizoen
te Hoorn geraakte gisteren bjj het schaat
senrijden te water op eene plek, welke hem
als onbetrouwbaar was ontraden. Toen men
hem op het droge kon brengen, was hjj reeds
een ljjk.
Te Helenaveen is aandenweg
het Hjk van een manspersoon gevonden. Men
kon zien dat hij met het hoofd in het water
was gehouden, en vermoedt een moord. De
dader is tot nog toe onbekend.
Zekere N. E., te Hedikhuizen,
heeft zich op het nieuwjaarsfeest zóózeer aan
jenever te buiten gegaan, dal hij den volgen
den dag aan de gevolgen is overleden.
De bezorging der bpieven, vooral
bij den aanvang des jaarsl is te Parijs zeer
vertraagd, daar een groot deel der postbe
ambten door de griep is aangetast. Bjj de
iiekenhuizen komen zich nog steeds zóóvele
patiënten aanmelden, dat alleen de ergste
lijders kunnen opgenomen worden.
Overigens komt in den toestand niet veel
verandering. Zoowel in het noorden als in
het zuiden van Duitschland blijft de griep
aanhouden, en neemt ze van lieverlede een
matiger karakter aan. Het aantal lijders te
Münohen bedraagt volgens de opgaven zelfs
40,000.
Te Dresden heerscht de influenza zóó
hevig, dat de nieuwjaars-receptie ten Hove
voor een deel achterwege moest blijven, en
bet groote inspanning kost, den dienst der
spoorwegen, der posterijen en der telegraaf
in gang te houden.
Do koningin van Saksen en de burgemeester
van Frankfort, de heer Miquol, een van de
leiders der nationaal-liberale partij den
Rijksdag, behooren ook tot de lijders. Graaf
Taaffe, de Oostenrijksche minister-president,
is aan de betere hand.
In verschillende steden der Fransche repu
bliek blijft de ziekte haar epidemisch karakter
behouden. Hetzelfde is ook het geval te Rome
en in andere Italiaansche steden, maar over het
algemeen blijft de ziekte daar zeer goedaardig.
In het Reuzengebergte vertoont zich de
influenza zelfs in de hoogste bergdorpen.
Te Londen breidt ze zich snel uit, vooral
in do oostelijke wjjken, onder de postbe
ambten, de politiedienaren, alsook onder de
bemanningen der sohepen in de dokkon. Wat
deze laatsten betreft, schijnen vooral Oos
terlingen vatbaar te zjjn voor de ziekte. De
directie der Peninsular Oriental Stoomvaart
maatschappij richtte eene geheels stoomboot
als hospitaal in.
De griep epidemie woedt ook in „Barba
dos," het gesticht voor verwaarloosde knapen
in Oost-Londen, waar tweehonderd lijders
aan deze ziekte zijn.
Volgens de statistieke opgaven zjjn te
Parijs in de laatste week van 1889 over
leden 2334 personen. Hiertoe behooren slechts
22 sterfgevallen, die volgens verklaringen
der geneesheoren aan de griep moeten worden
toegeschreven. Zeer groot is echter het aan
tal van hen, die stierven aan acnte ziekten
der ademhalingsorganen. In de laatste week
van 1889 bedroeg het sterftecijfer voor deze
lijders 742, terwijl het in dezelfde week van
18S8 niet moer dan 200 bedroeg.
Aan longtering stierven in deze week van
1889 421 personen, terwijl dit cijfer in 1888
voor denzelfden tijd op 181 is opgegeven.
Wat betreft typhus, roodvonk en andere be
smettelijke ziekten, is weinig verandering
waar te nemen, maar wel is het sterftecijfer
van hen, die aan verval van krachten
stierven, bijzonder groot. In de laatste week
van 1889 overleden aan uittering 73 per
sonen, terwjjl in dezelfde week van 1888
slechts 28 personen onder deze rubriek werden
opgegeven.
Ook te Weonen en te Berlijn wijzen de
statistieke opgaven dezelfde verschijnselen
aan. Te Berlijn Bteeg het sterftecijfer van
81 tot 134 en te Weenen van 80 tot 110
per dag. Het grootste deel daarvan wordt
toegeschreven aan acute ziekten der adem-
halingswerktuicen.
Par(jB telt tien eerzame burgers,
die den naam dragen van Januaridan komen
elf Februari's; vijf Maarten; vijftien Aprils;
twee Meien; acht Juni's; acht Augustussen
en maar één December.
De brand te Laeken. Het schijnt
dat twee wandelaars in het park te Laeken
het eerst den brand merktenzjj haastten
zich alarm te maken. De wacht van het
paleis schoot toe; het was toon kwart over
éénea.
- Óm drie uren verscheen de koningin, spoedig
daarna gevolgd door den koning. Op het
terrein bemerkte men nog de ministers De
Bruyn en Devolder en den heer Bockstael,
burgemeester van Laeken, die nog niet den
tjjd had gehad zijn gala-kostuum met eene
meer passende kleeding te verwisselen.
Somber zag de vorst de verwoestingen aan
geen woord kwam over zijne lippen, geen
oogenblik wendde hjj zich tot zijne officieren
de ontzettende ramp scheen hem met stom
heid te hebben geslagen.
Hoe dichter de duisternis werd, des te grooter
schenen de vlammen. De zware gevel stak
donker af tegen den lichten achtergrond. Geene
vensters meer, doch slechts gaten, waaruit
de vlammen lekten; 't lood der kroonlijst
smolt en druppelde langs de stoenen op de
hoofden der brandweermannen. Van tijd tot
tijd steeg eene zee van vonken omhoog, als
een gedeelte van het gebouw instortte.
Om acht uren eindelijk begon de brand te
verminderen. En toen het dikke rook gordijn
was opgetrokken, kon men eerst de verwoes
tingen overzien, welke waren aangericht. Het
kasteel was nog slechts eene ruïne. Hier staat
eenzaam de Faam in eene nis, met zwart ge
laat en een blik gevestigd op hare armen,
die aan haren voeten liggen; zuilen zjjn go-
barsten of gebroken, 't Was een chaos, welke
alleen in zoo korten tjjd door zulk een woest
element kan worden aangericht.
Om halftwaalf rukte eindelijk een gedeelte
der brandweer in. Eene stoompomp bleef op
het terrein.
Op weg van Brussel naar het tooneel van
den brand ontmoette de koningin eene
brandspuit, die door hare manschappen naar
Laeken werd getrokken. Zij liet de spuit
achter haar rijtuig bevestigen. Na verloop
van «enigen tjjd bleek het echter H. H.,
dat de manschappen haar niet konden blij
ven volgen, waarop zy, eene fiacre bemerj
kende, den koetsier daarvan vroeg om zyn
paard voor de spuit te spannen, waaraan hy
voldeed. De manschappen konden toen in
matiger gang hun bluschwerktuig byhouden.
Het paleis was Staatsdomein; alleen de
meubelen en kunstschatten waren persooniyk
eigendom van den koning. De laatsten zyn
echter voor goed geld weer te koop.
Het gebouw was niet verzekerd.
Als men de dienstboden moet gelooven,
heerschte er eene besmettelyke ziekte in de
6tallen, zoodat men dagelyks veel warm water
noodig had, en dit water werd in eene kelder
keuken gekookt, waar de brand moet be
gonnen zyn. Deze moet daar gebroeid en een
der houten balken aangestoken hebben.
Toen men onlangs reparation deed aan het
gebouw, bevond men, dat hier en daar plan
ken en balken verkoold waren, ten gevolge
van de te groote nabyheid van het vuur.
Sedert twee maanden maakte men houtwer
ken op de tweede verdieping. Het zou ook
niet te verwonderen zyn, dat het vunr daar
werd aangewakkerd, te meer, daar de brand
in den aanvang niet sterk bestreden werd.
Ook de wind wakkerde het vuur aan. In een
kwartier uura was de geheele koepel door
de vlammen omgeven.
Eene scbildery van Rubens werd vernield,
welker waarde op 500,000 fr. geschat werd.
Do vernielde kunstwerken zyn meestal van
oude meesters. De moderne schilderyen zyn
grootendeels in het paleis van Brussel.
In de zoogenaamde maarschalkszaal stond
een meubel, waaraan de koning zeer hechtte,
nameiyk de tafel, waar Napeleon I de oorlogs
verklaring aan Rusland teekende. Zy is gered,
maar zwaar beschadigd.
Eene groote schildery van Leys werd gered,
maar is insgelyks sterk door het vuur be
schadigd.
De levensgroote portretten van den koning
en de koningin, door Gaillait, de schetsen
der schilderden van den Senaat, familiepor
tretten van Wintosthal enz. zyn vernield. De
koningin was sterk ontroerd toen zy vernam
dat het portret van wyien haren zoon den
graaf van Henegouwen verbrand was.
Gisterochtend "is het verkoolde ïyk van mej
Drancourt gevonden. Prinses Clémentine is
zeer getroffen door den dood van bare gouver
nante, wie zy eene ware genegenheid toedroeg.
Naar het schynt, verloren de weinige be
dienden, die zich ten paleize bevonden, de
bezinning, en gingen zy in plaats van de brand
weer de grenadiers waarschuwen.
Latere berichten komen op sommige punten
met de vroegere niet overeen. Zoo zouden de
kostbare gobelins, op 2 millioen geschat, wèl
gered zyn.
Naar men wil, heeft de koning nog vóór
eenige dagen wegens de temperatuur in de
eetzaal, veroorzaakt door de groote hitte in
de verwarmingsbuizen, gezegd, dat het nog
met een schrikkeiyk ongeluk zou eindigen.
Na den grooten schouwburgbrand te Weenen
had Z. M. het geheele paleis van boven tot
beieden door den bekenden kapitein Shaw,
van do Londensche brandweer, doen onder
zosken en was men ook dientengevolge sedert
drie jaren met het aanbrengen van herstel
lingen en verbeteringen bezig.
De koning, de koningin en prinses Clémen
tine hebben gisteren de bouwvallen bezocht.
De eerste bracht er byna den gebeelen dag door.
De brand te Londen. Uitvoerige
byzonderbeden worden nog medegedeeld over
den brand, waardoor de armenschool te Forest-
gate in het oosten van Londen werd vernield.
Overdag waren de kinderen, allen armen uit
het East-End, naar de comedie geweest om
de pantomine „Ko en de wonderpit" te zien.
Geheel vervuld van hetgeen zy hadden gezien,
keerden zy huiswaarts en opgewonden zochten
zy hunne legersteden op, want ook den volgen
den dag stond hun weer eem pretje te wach
ten. In de schoollokalen, welke daarvoor met
groen en vlaggen versierd wareD, zou dan nog
esn feest worden gevierd, hetwelk inzonder
heid voor de jongston was bestemd.
Nauwelyks hadden de klokken het nieuwe
jaar ingeluid, of er werd brandalarm gemaakt.
Een der onderwyzeressen ontdekte den brand,
welke vermoedeiyk is ontstaan door het verwar
mingstoestel. Reeds is gemeld, hoe de directeur
Duncan alles in het werk stelde om de kin
deren te redden, maar het was reeds te laat.
De 26 lykjes werden spoedig door de brand
weer gevonden. Ze waron ongedeerd, want
de knapen waren door den rook omgekomen.
In witte lakens gewikkeld, werden ze naar
hun leeftyd neergelegd in de zaal, welke voor
het feest was versierd. De ouders werden
terstond verwittigd ten einde hunne kinderen
te zien.
Twee dienstboden werden gekwetst, toen
zy zich uit een raam moesten redden. Volgens
de verklaring van een der geredde jongens
konden zy den zaalopzichter byna niet wakker
krygen. „Er is brand" riep er een. „Neen"
antwoordde de opzichter, die het hout hoorde
knetteren, „dat is de pudding, die op 't vuur
staat." Toen echter werd hy wakker en hielp
ons aankleeden.
De school was bestemd voor 720 leerlingen-
Den lsten Jan. bedroeg het aantal leerlingen
630, die er een handwerk kunnen leeren.
INGEZONDEN.
Mijnheer de Eedacteur 1
Zal Gravestein moeten vallen, het eenige
goed bewaarde gedenkteeken van de macht
der graven van Holland, van den Roomsch-
koning en Floris V Zal het de plaats moe
ten ruimen voor eene concertzaal? Zal onze
gemeenteraad de oogen sluiten voor de waarde
van het. historisch gedenkteeken, voor de
kunstwaarde, die het oude gebouw bezit?
Hoe deftig verheft zich de oude gevel op
het Pieterskerkplein, tegenover het hofje van
Pesyn, naast het gerestaureerde front van den
evenouden St.-Pieter! Het wapen van Leiden
draagt het beeld der gerechtigheid en zy, die
hare wrekende hand niet konden ontgaan,
werden achter die dichte muren geborgen,
aan het oog van nieuwsgierigen onttrokken.
H»e monumentaal van vorm vertoont zich
de achtergevel op de Papengracht; hoe schoon
sluit zy den gezichteinder af met hare Griek -
6che tempel-vormen en het fraai gemodel
leerde en gebeeldhouwde fronton, en daarnaast
het middeleeuwsche kasteeltje met ommegang,
als het ware beschermd door de gerechts
gebouwen ....- -huuren t(jd, den oudou- steun
des graven misschien niet altyd, maar zeker
dikwyls, het beeld van het recht 1
Zal men het sloopen, omdat het niet meer
noodig is Niemand beweert dat het leelyk
is. Maar kan men er dan niet een hypotheek-
kantoor of eenige belasting-bureaux of een
yk-kantoor van maken en het wat oppoetsen
en verven? Wat zou dat fraai staan in die
stille en deftige omgeving van den ouden
St.-Pieter 1
Neen, men wil eene concert-zaal bouwen
en vindt nergens plaats. Want de oude plaats
deugt niet, men moet de Walenkerk ver
plaatsen en hare bibliotheek, men moot
panden aankoopeu tegen grof geld enz., enz.
Is die zaak werkelyk zoo hopeloos, om een
terrein als dat van Gravestein en Pieterskerk
plein met één votum te doen ontruimen, te
nivelleeren en te bebouwen? Is dat terrein
groot genoeg?
Waarom niet aan het einde der Hoogewoerd,
tusschen Leveadaal en de straat naar Utrecht,
het gebouw geplaatst? Het kost de stad geen
cent, do gemeente heudt het terrein der oude
zaal over, er behoeft slechts een boom of wat
te worden prysgegeven, men kan aan alle
kanten het gebouw bereiken met trams en
vigilantes, het wordt een sieraad van het
fraaiste gedeelte der stad. Wat is er tegen?
Ljeidek, 4 Januari. Dr. W. Pleyte.
BUITENLAND.
rmnkryk.
De gemeenteraad te Parys heeft de ge-
meentelyke begrooting afgehandeld. De gewone
ontvangsten zyn uitgetrokken tot eene som
van circa 263!/2 millioen, de buitengewone
tot een cyfer van ruim 19 millioen. De uit
gaven wyzen dezelfde cyfers aan.
De raad heeft, volgens gewoonte, de be;
grooting der prefectuur van politie verworpen
met 34 tegen 18 stemmen. De begrooting van
politie zal nu, gelyk vroeger, eenvoudig door
de regeering verplicht worden gesteld.
Boulanger ontving te .Jersey een aantal
bezoeken en telegrammen, o. a. een van
Rochefort, die verklaarde geene amnestie te
zullen aannemen.
De heer Ferdinand De Lessens is vrij