<EBm!UJ!.U«JlTO!BHIiaSJ!'-! -J. IJl JU J Wbj-WlKMBaSfeB INGEZONDEN. Zondagsrust, een maatschappelijk belang. Dd beweging, weinige jaren geleden door professor Hofstede De Groot en een betrekke lijk klein getal mannen van verschillende godsdienstige en staatkundige richting opge wekt, heeft niet do geweldige uitwerking ge had, waardoor een volk in beroering wordt gebrachten ik geloof ook niet, dat iemand zich dat heeft voorgesteld. Het dool der op richters van de Veroeniging tot bevordering van Zondagsrust is alleen geweest, de b(j nog maar al te weinigen onzer landgenooten aan wezige overtuiging tot breeder kringen uit te breiden, dat aan dat denkbeeld van een weke- lykschen rustdag, zooveel mogeiyk op den vanouds daartoe bestemden dag, hot begrip vastzit van een maatschappelyken, van oen algemeen- menscheiyken plicht, dien wjj ten opzichte van elkander te behartigen hebben. Men lette wel opniets meer dan dat. Wat het gebruik van den eenmaal vrijge vochten Zondag betreft, dat is weer oen andere quaestie, die zeer stellig niet van be lang is ontbloot, die evenzeer een oplossing vraagt; langs aDderen weg, in andere samen werking moet deze gezocht worden. De Ver- eeniging vraagt alleen den vrijen Zondag, niet slechts oen of anderen dag in de week, onverschillig welken, maar juist dien, waarop nagenoeg allen zich in het genot dier vrijheid kunnen verheugen, en het alzoo dengenen, die er van zijn uitgosloten, het hardst moet vallen, een offer te moeten brengen, wanneer de onverbiddelijke noodzakelijkheid niet vaststaat; juist dien dag, omdat hy ge legenheid aanbiedt voor de bevrediging van de godsdienstige behoeften, welker voldoening niet kan worden verwaarloosd zonder schade voor het gemoedslevenjuist dien dag, dewyi dan alleen het gansche gezin byeen kan zyn, en men dus, door zyn ziel op te frisschen in het verkwikkend bad van het famtlleloven, den reohtgeaarden Noderlander vóór alles dierbaar, vergoeding kan vinden voor zes dagen inge spannen arbeid, dien men zich in het belang van datzelfde gezin heeft getroost. In het maatschappelyk verkeer stelt de eene mensch den anderen dikwyls zware eischen, door het belang der gemeenschap gevorderd; zijn dezo onal'wysbaar, dan heeft men soms geen andere keus dan zich er aan te onderwerpen, tenzy de geladenheid open is om een anderen werkkring te kiezen, waarby men met minder kan volstaan. Maar wreed, in volslagen tegenstelling met het gebod der brooderliefde, is het, die eischen onnoodig op te voeren. De Vereeniging wil zijn een bond tot bescherming van men- sclien van menschen, wier rechten we moe ten eerbiedigen, gelyk wy verlangen dat onze eigen rechten geëerbiedigd zullen worden. Van eon hygiënisch standpunt bezien, be hoeft de noodzakelykheid van minstons één wekelyksohen rustdag geen verdediging meer: ieder weet dat het een moorddadige vernietiging is van arbeidskracht, het eenig kapitaal van den minvermogende, het kost baarst jjapitaal van don meergegoede, onaf gebroken werkzaamheid af te dwingen zonder tusschenpoos. Dat is alzoo een minimum-elsch en waar het onomstooteiyk vaststaat, dat het niet mogeiyk is verder te gaan, ik -dank daarbij aan tal van organisatiën, welke niet tot stilstand gebracht kunnen worden, of aan het beschikbaar zyn van zekero gele genheden tot ontspanning voor degenen, die slechts den algemeenen rustdag kunnen aan wenden om zich eenig genot te verschaffen,— daar kan men, hoewel noode en eerst na ernstig onderzoek of het wezeniyk niet anders mogeiyk is, in toekenning van dat minimum berusten. Doch in het bolaDg van de éthische ontwikkoling van het menschengeslacbt, van de aankweeking dier voortreffeiyke eigen schappen, welke ook onze natie kenmerken, van de bevordering der harmonie tussoben menschen van verschillende levensomstandig heden, in het belang ook van den socialen vredo, in onze dagen zoo ernstig bedreigd, vragen we mot den meeaten nadrukAls hot e6nigszins mogeiyk is, onthoud dan uw n,raste do Zondagsrust niet! We laten by deze beschouwing onze Israë- -heüsehe landgenooten, die op godsdionstige ^"ionden een anderen dag verkiezen, buiten bespreking. Doch wel mag even worden aangestipt, dat hun standvastigheid In het behoud van hun rustdag wel pleit voor de mogelykheid, om ook in de christelyke wereld dien eisch met wat moer nadruk ts stellen. Do Vereeniging heeft niet zonder succes gewerkt. Wel kon haar ledental grooter zijn, en we zouden het als een verblydend ver- schynsel begroeten als een breede schare onzer landgenooten getuigenis wilde afleggen van hun streven naar vrijmaking van een band, dio in menig g67al een knellende boei is geworden. We hebben, dit zeggende, niet in de eerste plaats het oog op onze gemeente over het algemeen kan gezegd worden dat hior de toestand niet zoo ongunstig is, als elders is geconstateerd. Doch het is niet goed, altijd vergelykenderwys te oordooien. Zoolang op zichzelf die toestand niet is, wat hy naar rede- iykheid zyn kan, mogen we niet stilzitten en ons eenvoudig verheugen in het feit, dat er vooruitgang is. Die vooruitgang is onmiskenbaar en open baart zich op onderscheiden wyzen. Hier is het de Regeering, die in de takken van pu- blieken dienst veranderingen brengt, waardoor aan meerdere personen dan vroeger het geval was, het genot van de Zondagsrust wordt ge waarborgd daar zyn het de werkgevers, die, doordrongen van de overtuiging dat de belangen van hun bedryf naar behooren kunnen worden behartigd ook zonder beslag te leggen op den Zondag van hun ondergeschikten, regelingen treffen in dien geest; elders zyn het de werk lieden zelf, die opkomen voor hun recht op den vryen rustdag. We moeten allen ons best doen, om die hervorming in het goede spoor te doen blijven; dat kan alleen geschieden door aaneensluiting, door samenwerking, en daartoe bieden de afdeelingen der Vereeniging geschikte middenpunten aan. Het is van het hoogste gewicht, zonder schokken, zonder vredebreuk, en by onderlinge overeenkomst tot dio gewen6chte verbetering te komen; men kan daarover in vergaderingen beraad slagen, waarom wordt dat niet meer gedaan Tegen het eind der a. s. week zal een bekend, om zyn eigenaardig talent zeer gewaardeerd redenaar in ons midden optreden, om in een voor allen toegankelyke byeenkomst bet groote nut der Zondag3rustbeweging uiteen te zetten. Moge eon talryke opkomst het bewys leve ren, hoezeer onze stadgenooten inderdaad de meoning zyn toegedaan, dat ook in dit opzicht elk onzer zyns broeders hoeder is. Gemeagd Nleaws. Men schryft ons heden uit Zoe- terwoude: Sedert eenige dagen loopon in deze ge meente des nachts weder hoadon, welke by eenige landbouwers kippen en konynen ver scheuren en zelfs by den landbouwer L. in het Westeinde een schaap doodgebeten hebben. Door twee rijksveldwachters en den oDbe- zoldigden ryksveldwachtor E. U. is proces verbaal opgemaakt tegen J. V. d. H. alhier wegens het vissclien met eene aalschaar, zon der toestemming van den eigenaar van het vischwater, waarin hy vischte. De honden in de gemeenten Haar lemmermeer en Bennebroek moeten van den 4den December 1889 tot den 4den Maart 1890 van een muilkorf z(jn voorzien. Woensdag-avond vervoegden zich aan het polltiebureel te Zwolle twee mans personen om nachtverbiyf. Zy werden spoedig naar het huis van arrest overgebracht, aan gezien het uit hunne onderkleeding bleek, dat het verpleegden waren van het bedelaars gesticht te Ommerschans, vanwaar zy op Zondag, 1 December, waren gedeserteerd. Zy zUu genaamd Th. P. Goddyn, kleermaker, geboren te Leiden, en W. F. Hintertuur, ge boren te Botterdam, beiden zeer goede beken den van politie en justitie. Naby Woesperkarspel heeft een treurig ongeluk plaats gehad. De werking van eene stoomkraan aan de Keuische Vaart liet te wenschen over, waarom de machinist aan een jongen vroeg even onder den bak naar de oorzaak hiervan te zien. Juist toen de jongen onder den bak was gekropen, brak de spil, en viel de bak op den jongen, die geheel vermorzeld werd. De minister van marine brengt ter kennis van belanghebbenden, dat, volgens bericht van den inspecteur van het loodswezen enz. te Rotterdam, aan het strand te Noord- Schouwen is aangespoeld een kruikje, waarin een briefje van den navolgenden inhoud „S.S. Ruski in nood wy vergaan kustlicht in 't gezicht 30 November." Marie Stackenburg, de Neder- landsche vrouw, die te Parys terechtstond wegens het vermoorden van haar dochtertje door langdurige mishandeling, is door ds rechtbank veroordeeld tot 20-jarigen dwang arbeid, de hoogste straf, welke haar kon worden opgelegd. Uit Shanghai wordt gemold dat te Wienbien, eene stad in de provincie Shan tung, eene houten stelling, opgericht voor eene tooneelvertooning, plotseling onder het gewicht dor toeschouwers instortte. Naar men zegt, verloren by deze ramp 200 mer.schen hot loven. In de suikerfabriek „Swolono- wes" te Praag is een met 30,000 centenaars belaste zolder ingestort, waardoor 5 arbeiders gedood on 8 zwaar gewond werden. De mynwerkers in Westfalen. De toestand in Westfalen geeft sedert eenige dagen weer aanleiding tot ernstige ongerust heid. Gelyk men zich zal herinneren, is de groote werkstaking in het- voorjaar geëindigd met een vergelyk tusschen de myneigonaars en de werklieden. De eigenaars beloofden de grie ven der werklieden te zullen onderzoeken en verhelpen,'maar van deze beloften is nog niet veel gekomen. Bovendien weigeren de eige- jiaars nog steeds de werklieden, die by de werkstaking zich byzonder weerden, weer in dienst te nemen. Verleden Zondag hielden een paar duizend mynwerkers eene byeenkomst te Essen om de zaak te beepreken. Daar werd besloten eene commissie te benoemen, welke met het be stuur dor vereeniging van myneigenaars in overleg zou treden en ernstig op de inwilliging hunner eischen zou aandringen. In afwach ting van deze besprekingen keerden de myn werkers huiswaarts. Morgen, Zondag, zullen ze weer te Essen byeenkomen om een bepaald besluit te nemen en natuuriyk wordt de uit slag van deze byeenkomst niet zonder eenige spanning te gemoet gezien. Volgens de „National Zeitung" zyn do myn eigenaars niet van plan deze werklieden weer in dienst te nemen en willen zy zich verder niet in besprokingen met de commissie der mynwerkers inlaten. De eigenaars zeggen dat geen enkel werkman ontslagen is wegens deelneming aan de werkstaking, gelijk zy beloofden, maar dat alleen die werklieden zijn ontslagen, die ook na het einde der werk staking de arbeiders poogden op te ruien. En deze werklieden wil geen myndirecteur weer in zyne mynen toelaten. De „National Zoitung" beveelt daarom aan de benoeming van een scheidsgerecht, bestaande uit een even groot aantal eigenaars en myn werkers met een hoogen staatsambtenaar uit bot district als voorzitter. In de andere myndistricten willen do werk lieden niet met bunne makkers in Essen mede- gaan. Ten minete, de „Kölnische Zeitung" deelt mede dat de andere mynwerkers ernstig pogingen aanwenden om het weder uitbreken van de werkstaking te voorkomen. Te dien oinde wordt hedon te Bochum eene samen komst van mjjnworkers gehouden, waarop ook de arbeiders uit Essen genoodigd zyn. In de districten Bochum en Dortmund denkt nie mand er aan weder met den arbeid op te houden, ofschoon algemeen de levendige wensch bestaat, dat de mUnbesturen allen, die zich voor werk aanmelden, due ook zy, die ontslagen werden, in dienst nemen. In den Rykedag verwacht men dat de keizer openiyk zal antwoorden op het ver zoekschrift, hetwelk de mynwerkers hem zonden. De afgevaardigden Hammacher en Stoetzei zyn naar Dortmund en Essen vertrokken, ten einde de werklieden tot kalmte aan te sporen. Te Essen a/d. Ruhr werd reeds gisteravond eene druk bezochte vergadering gehouden van gemachtigden der mynwerkers in de steen- kool-districten Bochum, Gelsenkirchen en Dortmund. Na lange beraadslagingen werd besloten door eene nieuwe werkstaking de eigenaars te dwingen het verbod tot toelating van enkele werklieden op te heffen. Dit be sluit zal Zondag, als er weer eene groote vergadering van mynwerkers wordt gehouden, aan de goedkeuring der vergadering worden onderworpen. De „Temps" schryft: „Het wordt bevestigd dat de czaar in de afgeloopen week ongesteld wasvolgens de jongste berichten is hy eohter weer geheel hersteld. Wat. betreft do beweringen dat de thans in Rusland heer- ecbende epidemie (influenza) gewooniyk de voorbode der cholera is, kan het goed geacht worden er op te wyzen dat de cholera, wel ker optreden in Perzië vóór eenige maanden gemeld werd, thans zeer afnemende is. De ziekte kwam van Mekka en ging van daar naar Klrmanschah en Hamadan, In Perzië, en was dus niet dichter b0 en Riet v dan deze laatste stad." Het slotBeauraiag, by Dia is geheel afgebrand. Het behoorde tot 24sten October in eigendom aan de her van Croy-Dülmen, en werd na dien d verkocht aan de Keuische vennootschap cordia", voor 805,000 fr. De meubeler kostbare bibliotheek on tal van kunst werpen werden geschat eene waarde te tegenwoordigen van 2 millioen fr. Hot ka was by de Antwerpscho maatschap „Escaut" en „Securitas" verzekerd voor 500 fr., de bygebouwen voor 36,000 fr., de i beien enz. voor 3'/, millioen fr. De oor van den brand is nog niet bekend. Naar de te Christiania versi nende „Morgenbladet" meldt, heeft de k man Oskar Dickssn, te Qöteborg, zich bi verklaard de kosten voor eene Noord expeditie onder leiding van dr. Nansen t stryden. Dr. Nansen moet genegen zijn z tocht te ondernemen. Het is evenwel onzeker of hy Dicksens aanbod zal aannoi daar algemeen gowenscht wordt dat de N weeg8che regeering in de kosten zal voon Uit N a p e 1 s w o r d t v an d en 4 December gemeld dat keizerin Frederil hare dochters aldaar aankwamen aan b der „Surprise". De keizerin gaat dus wel haren tijd mede, zou men in Nederland zeg De correspondent der „Ni York Herald," die Stanley en Erain-ps met levensbehoeften te gemoet ging, h< toen hy te Msua de beide reizigers ontmoi oen uitvoerigen brief van Stanley aan „Herald" ontvangen. Deze bevat het verl van aardryksknndige, natuurkundige, mete logische en andere ontdekkingen en van reeds bekende ervaringen der expeditie. Alle Europeanen zyn gezond, met uit: dering van den heer Stevens, een Amerik die aan koorts gevaarlyk ziek ligt. Stanley en al zyne officieren roemen de hartolyke ontvangst, welke de Duitse! hun bereidden, o. a. door het zenden van e karavaan, waartoe majoor Wissmann bevel Het bericht, dat de „Herald"-expe< Stanley ontmoet had, werd te Beriyn i vreugde ontvangen. De keizer ging graaf' Bismarck zelf zyne voldoening over den slag betuigen. Gelyk men weet, zond ke Wilhelm den beiden reizigers telegrami van gelukwensching. Het aardrykskundlg genootschap te Lon maakt toebereidselen om Stanley en Ea pacha by hunne komst in Engeland feeste te ontvangen. Hun zal een feeetmaal wor aangeboden. Zooals men weet, ls Star eereburger der „City," waartoe hy by vertrek naar Afrika benoomd werd. De surprise. De heer B. vii eenige dagen vóór Sinterklaas eene spiin nieuwe chambercloak in eene weinig gebri wordende kleerkast. Hy wordt tot tranen bewogen over de lieve verrassing, die z vrouw hem blykbaar bereidt, om hem waariyk prachtig kleedingstuk op Sinterki te schenken. Doch hy wil niet achtersta By eene damesconfectie bestelt hy een moo wintermantel en rept natuuriyk nog van een noch van het ander. De groote avi komt. Do bel klinkt en een pak wordt tb bezorgd; 'tis de mantel voor mevrouw, die i meter hoog springt van blydschap by die a gename verrassing. Weer gaat de bel. „I zal de chambercloak wezen", denkt B., m: kykt onverschillig in een boek. Het is w keiyk eene surprise voor mijnheer, maar< sigarenkoker, een ding tor waarde van i geen gulden. Als het verwachte kleedingstuk uitbl en mevrouw reeds de kaarsen heeft op| stoken om naar bed te gaan, zegt mtjnhe die het niet meer kan uithouden „Waar blyft de chambercloak, lieve?" „De chambercloak?" „Kyk maar zoo verwonderd nieti Ik het je maar zeggen. Ik heb hem toeh ree zien hangen in de kleerkast op do bove kamer." „Zoo", zegt mevrouw, „snuffel jij ook alles na, evenals mynheer H., die hiernaa woont en wiens eohtgenoote die kameijap gekocht had voor Sinterklaas-surprise en r ter bewaring gegeven, omdat haar man z neus in alle hoeken en gaten steekt Langer gezicht dan mynheer B. trok, is v niet denkbaar en na een jaloerschen blik don wintermantel van mevrouw, volgde 1 zyne ega. Sedert beweert de heer B., dat hy nie kinderaohtigers kent, dan zich met Sinterkla in te laten.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1889 | | pagina 2