N3. 9133, Maandag 25 November. A°. 1889. (§8sa <§oarani wordt dagelijks, met uitsondering van i§pn- en feestdagen, uitgegeven. Leiden, 23 November. HET GEHEIM LEIDSCH DAGBLAD. PHU8 DEZEB OOUBJlNT: Voor Loidon por S ma&ndsn.1.10. Franco par post1-40. ACRonderlglio Nommer*O.QS- kw Met 1 December begint een nieuw wartaal van het Leidsch Dagblad. Zij, die zich nu reeds op deze Courant abonneeren, ontvangen de tot dien datum verschijnende nummers gratis. In „Maieon Stroucken" te Amsterdam is onder praesidium van den heer J. T. Hes sels, uit Leiden, de jaarvergadering gehouden van de Vereeniging voor Kadaster en Land meetkunde. Uit het verslag bleek dat de Vereeniging telt 181 leden, waarvan 45 in Indië, 10 in de Transvaal en 1 in de Argentpnsche Repu bliek. De rekening over 1888 sloot met een batig saldo van f 502. Tot lid van het be stuur werd gekozen de heer C. W. Hoffmann, nadat de heer J. J. De Koningh voor de benoeming bedankt had. Aan don heer Stucki, het afgetreden bestuurslid, werd de dank der vergadering betuigd voor de uitnemende dien sten aan de Vereeniging bewezen. Ten slotte hield de hoer C. W. Hoffmann eene belangrijke lezing over: „de indeeling van terreinen en afpaling van eigendoms- grenzen." De volgende jaarvergadering zal ook te Amsterdam gehouden worden. Na afloop der vergadering bezochten de leden de tentoonstelling van instrumenten, kaarten enz., in het Gebouw van Bouwkunst gehouden, ter eere van hek 5-jarig bestaan der Vereeniging. De belangrijke inzendingen werden met de meeste aandacht bezichtigd. Door de afdeelingen van de Tweede Kamer z(jn benoemd tot rapporteurs over hot wets ontwerp tot regeling der pensioenen van mindere geëmploieerden b(j de zee- en land macht de heeren: Mutsaers, Land, Guyot, Kerdjjk en Borgesius; dat betreffende de kustvaart in Ned.-Indië voor 't vervoer van suikerriet, de heeren LevyssohnNorman,Geert- sema, Booseboom, W. Van Dedem en Van Nunen; dat tot uitvoering van art. 152 Grondwet (militaire inundaties) de heeren Dpckmeester, Verniers Van der Loeff, Rooseboom, Farncombe Sanders en Van Löben Seisdat tot herzie ziening der wet op de consulaatrechten, de heerenVan Bylandt, Van G(jn, Tak Van Poortvliet, Hintzen en Mackay; het voorstel Reekers betreffende den wonderkuil, de heeren Van Bylandt, Fabius, Kolkman, Vos De Wael en Mackay, de ontwerpen tot goedkeuring der Indische rekeningen van 1870, 1879 en 1880 de heeren: Levyssohn Norman, Bool, Lucassen, W. Van Dedem en Van Nunen. Bedankt is voor het beroep naar de Herv. gemeente te Leidschendam door ds. P. S. Meerburg, te Kethel. Beroepen is by de Chr. Ger. gemeente te Medemblik, de heerK. B. Yan Diemen, te Bode- grave. Aan den Haagschen gemeenteraad is ingezonden een door vele ingezetenen onder teekend adres, aandringende om ook des zomers met de spuiing voort te gaan in het belang van den gezondheidstoestand van Den Haag. By koninkiyk besluit is goedgekeurd het aan den burgemeester van "Woubrugge, den heer A. L. "Wichers, op zyn verzoek, verleend oervol ontslag als secretaris dier gemeente. Dr. Z. T. Diehl, met 1 Januari a. sM op zyn verzoek eervol ontslagen uit de betrekking van leeraar in de natuur- en scheikunde by het Koninkiyk Instituut voor de marine te "Willemsoord, en is, met ingang van dien datum, als zoodanig benoemd dr. P. C. F. Frowein. Door de arrondissementsrechtbank te Heerenveen is, ter vervulling van eene vaca ture van rechter in dat college, opgemaakt de navolgende alphabetische lyst van aanbe veling: mr. R. A. Fockema, kantonrechter te Ommen; mr. G. Ribbius, substituut-griffier by de arrondissements rechtbank te Dordrecht, en mr. H. J. Westra, kantonrechter te Har- derwyk. By het op 18, 19 en 20 November ge houden examen voor de betrekking van commies der posteryen zyn geslaagdM. Pott te Delfzyl, H. J. J. L. Gout te 's-Gra- venhage, H. v. d. Meyden te 's-Gravenhage, A. J. M. H. Balmakers te Prinsenhage, G. M. Busmann te Zalt-Bommel, W. Hoevers te Scheveningen, J. H. Wilpe te 's-Graven hage, J. J. Raisig te Hoorn, J. Huisman te Hoogezand, F. J. Mynssen te Amersfoort, C. G. C. F. Greiner te Voorburg, H. J. M. A. Janssen te 's-Gravenhage, J. P. Van Hoogstraten te Scheveningen en J. R. A. H. Schiltz te Maastricht. In afwachting van eene meer algemeene herziening der statistiek van den in-, uit- en doorvoor, is het den minister van financiën wenschelyk voorgekomen, reeds dadelyk daarin eenige verbetering te brengen, voor zooveel de artikelen graan en meel betreft. Daartoe zyn aan de ontvangers eenige aanwyzingen gegeven, welke zy by het opmaken der statistieke staten, te beginnen met die eer de maand Januari 1890, hebben te volgen. In de staten No. 32 (in-, uit- en doorvoer) moet van dit tijdstip af voor die granen, waarvan de hoeveelheid totdusver naar de maat werd uitgedrukt, het gewicht worden opgegeven (voor de niet-gostorte het bruto gewicht). Aangemoedigd door het succes van het nu verschenen gedenkblad „Holland-Antwerpen", is thans door de uitgevers-firma Van Dit mar, te Utrecht, een geïllustreerd weekblad opge richt, dat geheel op dezelfde leest als het gedenkblad zal zyn geschoeid. Biykens de eerste aflevering zal ook deze uitgave haar weg onder het vele, dat op dit gebied wordt aangeboden, wel vinden. De minister van binnenlandsche zaken -«brengt ter kennis van belanghebbenden, dat met 1 Januari 1890 te vervullen is de be trekking van leeraar in de Hoogduitsche en Engelsche taal aan de Ryks hoogere burger school mot 3-jarigen cursus te Helmond. Jaarwedde f 1600. Zy, die voor deze betrekking in aanmer king wenschen te komen, gelieven zich vóór 30 November eerstkomende aan te melden by den inspecteur van het middelbaar onder- wys dr. W. B. J. Van Eyk, te 's-Gravenhage. In de maand Maart of April a. s. Z3l een vergelykend onderzoek plaats viDden van adspiranten voor de betrekking van sur numerair by het vak der poBteryen, waartoe vyftien plaatsen ter vervulling worden open gesteld. Een volgend examen zal eerst in 1891 worden gehouden, zoodat gedurende 1890 slechts één examen zal plaats hebben. De adspiranten behooren zich vóór ultimo Februari a. s. by een op zegel geschreven adres tot den minister te wenden. Na dien tyd inkoqiende verzoeken worden buiten aan merking gelaten. In eene der zalen van „Frascati" te Am sterdam is eene gewone ledenvergadering ge houden van den „Anti-Vaccinedwangbond", alwaar afgevaardigden van verschillende kies verenigingen en kerkeraden by tegenwoordig waren. Jhr. mr. T. A. J. Van Asch van Wyck presideerde. Blykens het jaarverslag waren dr. Furnóe en prof. Fabius dezen zomer als I afgevaardigden gezonden na*r het congres, i tegen de vaccinatie te Parys gehouden. Ds. Van der Hoogt, van Zaandam, heeft eene 1 brochure geschreven over den vaccinedwang. Jhr. Van Asch van Wyck en de heer Broek I werden als hoofdbestuurders herkozen, j Ds. Esselink deed daarna eenige mededee- lingen betreffende willekeurige handelingen j van een inspecteur by het lager onderwys en vaa een geneesheer te Broek op Langedijk PRIJS DUB ADVUBTBNTOHN: Tab 1—6 regel» 1.05. Iedere regel meer 0.17^ Grootere letter» naar plaateruimte. Voor het ia- eaeaeeres buiten de stad wordt 0.10 berekend. ten opzichte van de vaccinatie op eene be waarschool, welk geval zal onderzocht wor den om zich des noods tot de Regeering te wenden. Het hoofdbestuur werd hierna gemachtigd ter gelegener tyd een algemeen petitionne ment tot afschaffing van den vaccinedwang op touw te zetten. By indiening van een desbetreffend wets ontwerp zal Z. M. dank worden gezegd, en, worden wyzigingen noodig geacht, dan zal men zich tot de Tweede Kamer wenden. Nadat nog eenige mededeelingen waren ge daan over het Parijsche Congres werd de ver gadering gesloten. Daar de in de Staatscourant van 17 Nov. jl. opgenomen, door den minister van water staat vastgestelde, voorschriften ter uitvoering van art. 2 der Boterwet, van dien aard zyn, dat belanghebbenden er zich op moeten voor bereiden (door het doen maken van de ver pakking, de vervaardiging van een stempel voor het merken van de waar zelve enz.), oordeelde genoemde minister het noodig, dat de bekendmaking vollediger geschiede dan door de Staatscourant mogeiyk is, en tevens op zeer ruime schaal. Met dat doel zyn van de ministeriëele beschikking 32,000 aanplak biljetten vervaardigd, die, door tusschenkomst van de Commissarissen des Konings, aan de gemeentebesturen zyn gezonden, om de aan plakking dier biljetten in hunne gemeenten op de meest geschikte wyze te doen plaats hebben. De kapitein P. J. Callenfela, van het 2de reg. veld-art. te 's-Hage is benoemd tot ridder van het Legioen van Eer. Door den minister van koloniën is de commissie, benoemd tot het afnemen van een vergelykend examen van hen, die ter beschik king van den gouverneur-generaal van Neder- landsch-Indië wenschten te worden gesteld, om te worden benoemd tot opzichter der 3de klasse by den waterstaat en de burgerlyke openbare werken daar te lande, ontbonden, onder dankbetuiging voor de door haar be wezen diensten. Door den minister van koloniën zyn, krachtens artikel 4 van het koninkiyk besluit van 15 Augustus 1887 No. 22 (Indisch Staats blad No. 185), de heeren H. J. Broekens, J. S. Wind, F. J. A. Keuchenius, J. Peeters, S. J. Weg Dzn. on R. Van Laar gesteld ter be schikking van den gouverneur-generaal van Nederlandsch-Indië, om te worden benoemd tot opzichter 3de klasse by den waterstaat en de burgerlyke openbare werken daar te lande. feuilleton» van den Inspecteur van Politie. 77) Brusel keek zijn vriend Robert van ter zijde aan met een blik, als wilde bij zeggen: „Nu, wat heb ik je verteld van den chef? Is h(j niet juist de man, dien we noodig hebben De heer Duvivier was kaarsrecht en onbe weeglijk in zijn stoel blijven zitten. Hij wachtte met het grootste geduld, tot men hem het een of ander zou mededeeleu. Hij had geen enkel woord van het gesprokene begrepen, maar het ernstige, scherpzinnige gelaat van den hoofdinspecteur en het ver trouwen, hetwelk hij in de beide vrienden stelde, schonken hem de geruststellende over tuiging, dat de zaak van zijn nichtje aan flinke, ervaren handen was toevertrouwd. XXIII. „Ik begin met eene veronderstellingal ius ving de heer Norfolk de uiteenzetting van het besluit aan, waartoe hp, zooals hijzeide, door ernstig nadenken gekomen was. „Eene veronderstelling is wel geen zeer vasts grond om op te bouwen, maar wij hebben niets beters. Laten wp dus onderstelleu, dat die Sint-Alba inderdaad de man is, die Madeleine Faure vermoord heeft. Brusel zweert bij hoog en bjj laag, dat het zoo is en, naar ik ver nomen heb, zijt gij, dokter, het in dit punt volkomen met hem eens.Goed 1 dan nemen wij aan: hjj is de man! Hij kan ons hier niet hooren en wij kunnen het dus ge rust zeggen, zonder mijnheer te beleedigen. Maar nu komen de volgende, belangrijke vragenWelke reden kan die man gehad hebben om tot zulk een uiterste, tot een moord, te komen? Wat had hij uit te staan met die Madeleine Faure? En eindelijk: wie is die Madeleine Faure?" De heer Norfolk zweeg en de detective achtte het oogenblik gekomen om van zijn kant. eenige inlichting te geven. „Het is u bekend, mijnheer," sprak hij, „dat ik dadelijk naar Parijs getelegrafeerd en later nog geschreven heb. Ik heb echter, ongelukkig genoog, geen enkel bevredigend antwoord gekregen. De naam Faure moet öf een aangenomen naam zijn geweest óf z(j kwam niet uit Parijs, zooals z(j voorgaf. De Parijsche politie heeft niet stilgezeten; dat kan ik u verzekeren; maar zjj kon geene enkele vermiste jonge vrouw van dien naam ontdekken!" „Een bewijs te me6r voor hetgeen ik zeg," viel de hoofdinspecteur in. „Geeno enkele van de vragen, die ik zooeven gesteld heb, is tot nu toe opgelost. Van de verhouding tusschen Sint-Alba en de vermoorde Made leine Faure als zo bestaat 1 weten w\j niets, hoegenaamd niets! En ziedaar, wat onze onderstelling juist zoo zwak maakt. Voelt ge dat zelf niet, dokter? 't Is moge lijk, dat gij en Brusel er mij later heel wat van zult weten te vertellen, maar in dien tusschentpd kan de ongelukkige Charlotte Duvivier al lang veroordeeld zijn! Doen wij dus wel goed, er langer bij stil te staan Wanneer wp de zaak van den anderen kant aanvatten en bp juffrouw Duvivier beginnen, dan hebben wij hier iemand, en hij wees op den oud-burgemeester van Rouaan, die ons omtrent haar althans volledige inlichting kan geven." Zonder van Power of Brusel antwoord af te wachten, wendde hij zich dadelijk in het Fransc-h tot den vreemdeling. „Kimt gij u ook herinneren," vroeg hij, „of uw nichtje, mejuffrouw Charlotte, ooit bekend is geweest met eene dame, die Madeleine Faure heette?" De oude hoor schudde het hoofd. „Tn Frankrijk zeker niet," verklaarde hij. „Mijn nichtje i3 in eene zusters-school te Rouaan opgevoed. Later kwam zp bjj m(j inwonen, totdat ik haar, op bet herhaald aandringen van den hoer Hunter en zijne vrouw, toestond met die familie medo naar Engeland te gaan. In Rouaan woont niemand, die Faure heet, daarvan ben ik zeker; ik ken er iodereen." „Maar op de zusters-school? Onder hare modescholieren De heer Duvivfer glimlachte even. „Men kan gemakkelijk zien," hervatte hp, „dat gp met mijne geboorteplaats niet bekend zpt. Het is geene stad als Londen. Iedereen is daar bekend, ten minste bij mil en de andere oude inwoners. Ik kende ieder, die met Charlotte omging, zoowel de zusters als de leerlingen van de school. Charlotte had veel Engelsche meisjes onder hare vriendinnen zij heeft altpd veel gehouden van uw land en van uwe taal. Geloof me, ik kan u de verzekering geven, dat zij, zoolang ze onder mijn opzicht was, nooit iemand gekend heeft, die Madeleine Faure heette. „Kan zij zoo iemand niet in Parijs hebben ontmoet „Mijn nichtje is inderdaad eenige malen in Parijs geweest, maar altijd in mpn gezelschap en onder m(jn geleide. Charlotte's kennissen

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1889 | | pagina 13