persoon en 5 centen per 1000 Ned. ponden goederen. Do ondernèmers zullen op hunnen spoorweg het vervoer van personen en goede ren door stoomkracht mogen bewerkstelligen en zulks ook, tegen betaling van den tol, aan anderen moeten vergunnen. Het bedrag |van de vracht zal dat van den tol niet mogen te boven gaan. 5 October 1837. In de op heden (4 October) plaats gehad hebbende Algemeens Vergade ring van deelhebbers in de Hollandsche IJzeren- Spoorweg-Maatschappij, waarby door den voor zitter L. J. J. Serrurier mededeeling is gedaan van de Koninklyke bekrachtiging der statuten, werd, namens den Raad van Bestuur, het woord opgevat door mr. F. A. Van Hall, die in omvraag bracht het voorstel tot „voort zetting van den spoorweg tot Rotterdam, over Leiden en 's-Hage," welk voorstel met een parige stemmen werd aangenomen. 20 September 1839 werd de 1ste spoorweg (n Nederland van Amsterdam naar Haarlem later tot Veenenburg, Leiden, Den Haag, Delft Schiedam en Rotterdam voortgezet). Het is hier niet de plaats om uit te weiden over de uitbreiding, welke de spoorwegen in ons land sedert 1839 hebben verkregen; gaf de dienstregeling van dat jaar vier trei nen per dag aan, thans ryden er van 's och tends halfzeven tot 's avond3 halftwaalf 24 treinen tusschen Haarlem en Amsterdam heen en weder en het overige is naar even redigheid. De Hollandsche IJzeren-Spoorweg- Maatschappy heeft zich in de halve eeuw van haar bestaan tot eene der grootste en best geadministreerde maatschappyen van ons land ontwikkeld. Dat men het nieuwe vervoermiddel by de opening nog niet best vertrouwde, bewyst een toevallig bekend geworden briefje van een dezer dagen overleden oud man, die toenmaals ruim 30 jaren was en zeker niet tot de minst ontwikkelden zyner tydgenooten behoorde. Van den nieuwen spoorwagen ge wag makende, teekent hy aan: „Ik had den 28sten October 1839 toen ik van Amster dam naar Den Haag moest den moed niet er in te gaan, maar maakte gebruik van de diligence." Zouden er nog menschen zyn, die niet met een spoortrein durven reizen? Spoorwegmaatschappyen zyn thans alge meens middelen van vervoer geworden, waar door deze mede hebben bygedragen tot ont wikkeling van de Groote Maatschappy, waarin -wy leven. De Hollandsche IJzeren-Spoorweg Maat schappy had dus alle reden om dezen dag niet onopgemerkt te laten voorbygaan, om hem op byzondere wyze te herdenken, al heeft die feestelyke herdenking een kalm verloop, daar de meeste hoofden van dienst, als de heeren Van Hasselt, Mirandolie enz., allen nog met verlof buitenslands zyn en ook van de zyde van commissarissen geen festyn is voorbereid. Toch werden alle beambten langs de geheele lyn niet vergeten, dus ook die van het Leidsche station niet. Hedenmorgen tusschen negen uren en half- tien, toen de dienst, welke met de Vrydagsche veemarkt vry druk is, dit toeliet, waren de aan het station alhier verbonden ambtenaren in het bureau van don chef vereenigd, om later in den morgen door de verdere beamb ten te worden opgevolgd. Ze werden aldaar door den heer W. C. J. De Bruyn, stationschef, volgenderwyze toegespro ken „Mijne Heeren! Ik wensch u van harte geluk met het gouden feest der Maatschappy, d,at wy heden vieren. Vandaag herdenken wy den dag, waarop vóór 50 jaar de eerste lijn van Nederland in exploitatie genomen werd van de Hollandsche IJzeren-Spoorweg-Maat- schappy, die sedert dien tyd steeds in bloei is toegenomen, van de lyn, waarvan wy de eer hebben ambtenaren te zyn. Op my rust de vereerende en tevens aangename taak u op dezen feestelyken dag een gedenkpenning, eene oorkonde en een overzicht van de ont wikkeling der lyn aan te bieden en e°ne gratificatie uit te reiken. „Dat gedenkpenning, oorkonde en overzicht bij u steeds eene eereplaats zullen innemen, daarvan houd ik my overtuigd, en dat de gratificatie de feestvreugde zal verhoogen, daaraan valt zeker niet te twyfelen. „Myne Heeren! Dat wy nog lang in dienst der Maatschappy mogen werkzaam blyven, dat gy allen flinke promotion moogt maken, is myn innige wensch!" Een driewerf „Leve do Maatschappywerd met geestdrift aangeheven. De in deze toespraak bedoelde en aan ieder uitgereikte gedenkpenning is in brons bewerkt, stelt aan de ééne zyde eene locomotief voor met don naam „Frans Hals," vertoont aan de andere zyde in Romeinsche letters de jaartallen 1839-1889 met den datum van 20 Sept., omgeven, in den vorm van een lauwerkrans samengevlochten, door de wapens van de 14 verschillende gemeenten, waar de Maatschappy stations heeft. Deze vry groote en nauwkeurig afgewerkte medaille ging vergezeld van een diploma, eene litbograpkisch uitgevoerde „herinnering aan 20 September 1839 20 September 1889", bevattende, behalve de onderteekening van den Raad van Administratie en den naam van hem, voor wien ze bestemd was, ook eene allegorische voorstelling op het gebied van het stoomwezen. Ook werd aan ieder der beambten en amb tenaren (wier geheel getal, by de Maatschappy in dienst, meer dan 2000 bedraagt) in verhou ding van de betrekking, welke zy bekleeden, als buitengewone toelage een deel der feest gaven uitgereikt, waarvoor door commissa rissen f 50,000 was beschikbaar gesteld. Niet alleen echter hierdoor, maar ook door de aanbieding van een prachtwerk, vermel dende de geschiedenis der Maatschappy, heeft de Raad van Administratie de datum van 20 September willen maken tot een dag, welke lang in de herinnering van allen zal blyven. Dat boekwerk is typographisch keurig uit gevoerd, bevat tal van gekleurde platen en photographieën, van alles wat op de Maat schappy gedurende de nu verloopen halve eeuw betrekking heeft, met de afbeeldingen van de vroegere en tegenwoordige stations, werkplaatsen, kantoren en de verschillende situatie-teekeningen daarvan. In de geschiedenis zelve ontbrekan natuur- lyk de datums niet, waarop, na het gedeelte Amsterdam - Haarlem, ook de overige lynen achtereenvolgens werden geopend: zoo o. a. Veenenburg-Leiden op 11 Aug. 1842 en Leiden Voorschoten 1 Mei 1843. Na de toespraak en de aanbieding door den stationschef, wees ook de chef de bureau, de heer J. J. Brussée, het vereenigde perso neel met eenige toepasselyke woorden op de beteekenis van dezen dag en bood hy tevens, namens het overige beambten-personeel, den eerewyn aan. Weldra riep de dienst echter weder allen tot hunne taak en stoomde de van Amsterdam komende trein van 10 u. 8 m. het station binnen, van wolken trein de locomotief ver sierd was met groen, vlaggen en schilden, alles betrekking hebbende op den heuglyken dag, welke hedenavond door het personeel alhier na afloop van den dienst op feestelyke wyze zal worden besloten. Gemengd Nieuw*. Eene der hevige windvlagen, welke zich hedennamiddag by herhaling deden gel den, kreeg een op de Boommarkt voor de stalhoudery van den heer K. naby den wal staand rytuig, een victoria, te pakken, en wel zoodanig, dat het onbespannen voertuig, voor-, dat men er op bedacht was, in het water terechtkwam. Niets was er meer van te zien, dan alleen de langs de wateroppervlakte dry- vende kussens. Het kostte heel wat moeite alvorens men het rytuig in de diepte ontdekte, maar natuuriyk nog meer, voordat men het vervolgens weer op het droge gehaald had. Een kalf, dat, evenals zoo menig stuk vee, heden onze gemeente by gelegen heid der wekelyksche markt bezocht, stelde zich hedenochtend, te zeven uren ongoveer, op het Kort Rapenburg niet alleen tevreden met dansen en springen op de straat, maar begaf zich ook te water om daar zyno kunst in het zwemmen ten toon te spreiden. Het beest doorkliefde de woeste baren van het Galge water, zwom onder de Borstelbrug door en kwam zoo in den Apothekersdyk. Naast de school aan de Boommarkt mochten eenige mannen met veel moeite er in slagen het jonge dier uit het water te trekken en het aan do zorgen van zyn geleider toe te ver trouwen. De Haagsche rechtbank heeft gisteren den persoon, die te Leiden in het politiebureel het horloge van een agent ont vreemdde, veroordeeld tot drie maanden ge vangenisstraf. Dezer dagen werd door dobla- den gemeld dat te Amsterdam Zondag-avond in den Parkschouwburg een liefdadigheidscon- cert zou worden gegeven ten voordeele der slachtoffers van de ramp te Antwerpen, maar dat er niemand kwam. Uit Amsterdam ontvangen we echter de BHdedeeling dat van een zoodanig concert geen sprake is geweest en dat jl. Zondag de gewone Hollandsche Opera-vooretelling heeft plaats gehad en de zaal op alle rangen stamp vol was. Men speelde toen „de Favoriete", waarby onze berichtgever zelf tegenwoordig wasreden om het goed te weten. Voor het gerechtshof te 's-Hage stor.d gisteren terecht de ontslagen brieven gaarder te Woubrugge, die door de Haagsche rechtbank werd vrygesproken van het hem ten laste gelegde, als zou hy op 23 Januari dezes jaars een aan het postkantoor te Wou brugge toevertrouwdon brief opzettelyk en wederrechtelyk hebben geopend. De officier van justitie was tegen het vrysprekend von nis in hooger beroep gekomen. Als getuigen waren door het Openb. Min. gedagvaard de veldwachter (die den bewusten brief in de bus van het postkantoor gedaan en later teruggehaald had, waarna hy bemerkte dat de brief open was) en de burgemeester van Woubrugge. Het verhoor der getuigen verspreidde evenwel geen nieuw licht over de zaak. Bekl. bleef by zyne voor de rechtbank ge dane ontkentenis volharden. Adv.-gen. Telders betoogde de onaanneme- ljkheid van de voorstelling als zou bekl.'s bekentenis voor den burgemeester afgedwon gen zyn, vooral op grond van de getuigenis des burgemeesters, dat bekl. aan hem uit zich- zei ven heeft erkend den brief geopend te heb ben, welke bekentonis later schriftelyk is her haald. Ook kon, volgens het O. M., niet opgaan de verdediging van bekl., dat hy wegens den zenuwachtigen toestand, waarin hy destyds verkeerde, zich niets van zyne afgelegde be kentenis herinneren kan. Op grond van een en ander vorderde het O. M. bekl.'s veroor deeling tot 3 maanden gevangenisstraf. De advocaat van bekl., mr. Ph. A. Haas Az., van Amsterdam, verdedigde het z. i. juist gewezen vonnis der rechtbank. Uitvoerig be toogde pleiter dat niet het minste bewys ge leverd is, dat de brief door bekl. opzettelyk zou zyn opengemaakt. De uitspraak is op morgen, 21 September, bepaald. Te Noord wyk aan Zee zyn enkele partytjes steurharing verkocht voor ƒ10 tot f 12.50 de 1000 stuks en f 7.50 tot f 8 per kantje zonder fust. Voor de rechtbank t e Ha ar1em stond gisteren J. v. F., uit Hillegom, terecht, beklaagd dat hy ln eene civiele zaak voor het kantongerecht in de Haarlemmermeer desbewu3t gebruik zou hebben gemaakt van oene valsche quitantie. De beklaagde had in het vorige jaar van V., te Oegstgeest, 18,000 convallaria'8 (eene soort van bloembollen) ge kocht voor f 82.50 en werd nu tegen den 28sten Maart van dit jaar voor den kanton rechter van bovengenoemd kanton gedagvaard tot betaling van die som. Op die terechtzit ting legde hy eene quitantie over voor f 45, zoodat er nog slechts f 37,50 zou zyn over gebleven. De eischer beweerde dat die quitantie valsch was en de kantonrechter, de zaak civiliter naar den bevoegden rechter verwy zende, trad tevens op in zyne hoedanigheid van hulp officier van justitie en maakte na de terechtzitting proces verbaal op. De oor- spronkelyke eischer, nu getuige, verklaarde slechts f5 te hebben ontvangen en daarvoor geene quitantie te hebben gegeven. Zyne dochter kon slechts verklaren wat zy haren vader had hooren zeggen. De beide deskundigen, de heeren Allan en Luyten, konden niet met zekerheid verklaren dat de onderteekening van den beklaagde afkomstig moest zyn, doch evenmin dat de getuige haar moest hebben nedergeschreven. De beklaagde hield vol dat de quitantie door den getuige in zyn byzyn was onderteekend en dat deze het geld had ontvangen. Tevens merkte by op dat, indien hy valschheid had willen plegen, hy toch zeker wel voor een plakzegel zou hebben zorg gedragen, daar hy, indien hy het misdryf had gepleegd, zich van oen onzeker voordeel van f 45 aan eene zekere boete van f 25 blootstelde, en hy dan ook wel de quitantie voor het volle bedrag zou hebben gesteld. (De quitantie was on geregistreerd in het geding gebracht, zoodat zy eigeniyk buiten beschouwing hcd moeten blyven). De subst.-officier van justitie, mr. E. M. Von Baumhauer, deed opmerken, dat hy na de instructie de beschuldiging van verval- sching had laten vallen, doch meende ook nu gerechtigd te zyn die omtrent- het des- bewust gebruikmaken van het vervalschte stuk vol te houden en eischte mitsdien eene gevangenisstraf van 6 maanden. Uitspraak over 8 dagen. Te Rotterdam had gisteravond te acht uren in de zaal van Du Coux, aan de Binnenrotte, het gewone vergaderlokaal der socialisten, eene vergadering plaats, belegd ten behoeve van het werkvolk, dat daar ter stede by hot laden en loBsen van stoombooten op Londen gebezigd wordt. Men had den eisch gesteld het loon van 20 op 25 cents per uur verhoogd te zien, en daar niet alle stoomboot-ondernemingen in dien eisch toe gestemd hadden, wilde men, zoo luidde een oproepingsbrief, van gedachten wisselen, recht matige grieven te berde brengen en, zoo noodig, indien aan den wensch naar loonsverhooging niet wordt voldaan, gezamenlyk den arbeid staken. Het niet zeer ruime lokaal was propvol, doch niet uitsluitend werklieden aan deLon- densche stoombooten bleken opgekomen te zyn. Er waren ook eene menigte socialisten, die, zooals later bleek, de leiding der geheele beweging in handen hebben genomen. Asdonk, de bekende Haagsche socialist, was gisteren reeds in den vroegen morgen aan den arbeid, om het werkvolk aan de Maas van raad te dienen. Gisteravond leidde hy de vergadering in met eene toespraak, waarin hy den eisch volhield, dat het loon voor de bedoelde werklieden van 20 op 25 cents per uur moet worden verhoogd. Hy vond het billyk dat voor zulk een zwaren arbeid meer dan thans zou worden betaald. Om daarin te slagen, spoorde hy aan tot kalmte en bedaardheid en tot het handhaven der orde, opdat de openbare macht geene aanleiding kunne vinden tusschenbeide te treden, en als het tot algemeene werkstaking komt, dan vooral geen misbruik te maken van sterken drank, dat een slechte factor is voor iedere werkstaking. Op deze wyze zal men, naar het voorbeeld van de Londensche werkstakers, zyn zin krygen. Men moet elkander helpen, opdat allen dezelfde rechten ontvangen. Hy stelde ten slotte de vraag of alle „bootwerkers" het met hem eens waren? Slechts een paar der aanwezigen riepen ja 1 Asdonk achtte het dan ook kennelyk noodig de aanwezigen langs anderen weg te polsen en vroeg daarom of iemand zich verklaarde tegen het aanvaarden van den stryd! Daar hierop eene doodsche stilte volgde, constateerde hy dat met algemeene stemmen tot werkstaking was besloten. Hy stelde daarop voor, dat de by de zaak betrokken werklieden eene commissie van zeven leden zouden benoemen om met de socialistische party de werkstaking te regelen. Deze laatste zou met raad en daad helpen, al moest het 't leven kosten. Het bleef doodstil in de zaal. Geenerlei teeken van goed- of afkeuring. Een socialist stelde nu voor dat het be stuur van de Rotterdamscbe afdeeling der socialisten dan maar de leiding in handen zou aemen. Snelleman, ondervoorzitter der afdeeling, wees dit van de hand. De werklieden, meende hy, hebben hunne eigen zaken zeiven te be handelen. Asdonk voegde er by, dat dit bovenal noodzakeiyk was, omdat de socialisten wel hulp kunnen verleenen, maar geene speciale kennis hebben van bet vak, waarvan hier sprake was. De commissie van zeven moest de zaakkennis vertegenwoordigen. Het be stuur van den Socialistischen Bond zou dan wel voor al het overige zorgen. Snelleman, die bleek als president te fun- gceren, noodigde alsnu al degenen uit, die in de commissie zitting wilden nemen, zich aan te melden. Asdonk gaf de verzekering dat hunne namen geheim zouden worden gthouden. Eerst toen boden zich achtereenvolgens oen tiental werklieden aan, die fluisterend hunnen naam den voorzitter mededeelden. Asdonk verklaarde dat daarmede het werk van den avond was afgeloopen. De socialisten zouden terstond met de leden der commissie confereeren, ten einde alles voor den dag van heden te regelen. Mocht het later andermaa! noodig zyn eene vergadering te beleggen, b. v. om de aldus genomen besluiten dooi de belanghebbende werklieden te bekracb tigen, dan zouden andere maatregelen dat g'steravond worden genomen. Men zou nl eene strenge controle invoeren, ten einde d- verslaggerers der pers en de politie te weren

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1889 | | pagina 2