fTTCT/'ifa
eeno onbekende blik, welk vaartuig reeds des
middags tegenover het badhuis was opgemerkt.
Noodseinen door middel van vuurpijlen en
flambouwen werdon van het schip gedaan,
waarop de reddingsboot van Oostmahorn
derwaarts is vertrokken. Wegons den afstand
kon, volgons berekening, de reddingsboot er
niet vóór 5 uren van don volgenden morgen
zjjn. Nadere bijzonderheden ontbreken nog.
Te Deventer is bericht ontvan-
.gen dat de zoolang te Gorsel vermist wordende
notaris zich in de Transvaal ophoudt.
Op 1 Juli a. s. zal het 25 jaar ge-
leden zijn, dat de spoorwegmaatschappij Grand
Central beige in exploitatie werd gebracht.
Deze gebeurtenis zal op alle stations van hare
lijnen feestelijk worden herdacht. De longte
der door die maatschappij geëxploiteerde lijnen
bedroeg op 1 Januari 1.1. voor reizigers en
goederen 589 en voor het goederenvervoer
alleen 22 kilometer. Het aantal ambtenaren
bij die maatschappij bedraagt 716, behalve
een groot aantat beambten.
Volgons telegram uit Monte
video zijn de schepen „Ecuador" en „Alfredo"
op de kust van Maldonado met man en muis
verongelukt.
Het Nederlandsche stoomschip
„Obdam," Donderdag'van Rotterdam te Nieuw-
York aangekomen, is aldaar in aanvaring
geraakt met het stoomschip „New-York."
Van schade wordt niets gemeld.
Een bloedig voorbeeld van „de
manieren in de pers" der Vereenigde Staten
wordt uit Tibodeaux (Louisiana) gemeld. Twee
dagblad directeurs, Noquin en Facquet, die
elkander op straat ontmoetten en hevigen
twist kregen, hebben gelijktijdig hunne
revolvers op elkander afgeschoten. Noquin
was onmiddellijk dood en Facquet werd
ernstig gewond.
Te Berlijn is eene veelbelovende
reuzin te zien, een Kozakkenmeisje van 11
jaar, dat nu roods eene lengte van 2 meter
bereikt heeft. Fopperij is minst genomen
zeer onwaarschijnlijk; houding, vormen en
gobaren laten geen twijfel, of 't kind heefr
inderdaad den opgegeven ouderdom. Het
lichaam is nog in don ontwikkelingstijd en
de „kleine" weet niet goed, wat zij met
armen en beenen beginnen zal. Bovendien
zijn hinden en voeten zóó groot, als waren
ze voor eene dubbel zoo groote reuzin be
stemd.
Ook bij wetenschappelijke mannen trekt
deze zeldzaamheid groote aandacht.
Volgens de „Pesther Lloyd"
heeft dezer dagen te Piringsdorf, bjj Oeden-
burg, een hevig onweder gewoed, juist toen
zich nagenoeg de gansche dorpsbevolking in
de k6rk bevond. Drie jongens klommen in
don toren om de klok te gaan luidenop dat
oogenblik sloeg de bliksem in en doodde alle
drie tegelijk. Dreunende onweerslagen verge-
zolden den bliksem. In de kerk scheurden in
de nabijheid van het altaar verscheidene mar
meren platen en de geheele gemeente bleef
verscheidene minuten in stillen angst neder
geknield liggen. De algemeene ontsteltenis
groeide natuurlijk nog aan op het bericht, dat
de bliksem in den toren Ce drie knapen had
gedood. De lijken van deze laatsten waren
onherkenbaar.
Een klaverblad van bjjzonderen
aard zijn de drie gezusters Welt, uit Czerno-
witz, die alle drie bevorderd werden tot doctor
in de geneeskunde. Twee hunner praktizeeren
te Nieuw-York als arts, de derde, mejuffrouw
dr. Eleonore Welt, die zich te Genève als
arts heeft gevestigd, houdt zich thans op te
Weenen, om aldaar de gynekologische inrich
tingen te loeren kennen.
Een kind, door zijn grootvader
geroosterd. Uit Tarbes wordt aan de „Indóp.
beige" geschrevenIk ontvang uit Bagnères
eenige bijzonderheden omtrent een afschuwelij
ken moord. Het geldt een kind van twee
jaren, levend verbrand door zijn grootvader,
een 74 jarigen grijsaard, Louis Fisse-Castels
geheeten en woonachtig te Aragnonet, in het
kanton Vielle Aure. De wreedaard heeft den
armen kleine in een heeten oven geworpen,
gereed om het brood te ontvangen en heeft
daarna zichzelven met een mes aan de keel
verwond, zorg dragende de wond niet te diep
te maken. Eenigen beweren dat Fisse Castels
aldus gehandeld heeft onder den indruk van
een aanval van zinsverbijstering; verleden
jaar verloor h(j zjjne schoondochter en zjjn
zoon in ééno week en sedert zouden zijne zin
nen in de war zijn. Anderen zijn do meening
toegedaan dat hij de misdaad begaan heeft
uit hebzucht, ten einde voor zichzelven de
bezitting te behouden, welke hij zou moeten
uitkeeren aan de ouders zijner schoondochter,
door hot kind aan hunne zorgen toe te ver
trouwen. Het parket van Tarbes hei-ft zich
begeven naar de plaats, waar de moord is
bedreven.
De jeune amoureux en tenor
Hans Goszner werd Donderdag-ochtend door
den doorreizenden acteur Seidemann, uit Trier,
in zijn bed, tijdens den slaap, door een goed
gemikt revolverschot te Osterode vermoord.
Hierop joeg S. zichzelven twee kogels door
het hoofd en werd naar het ziekenhuis ge
bracht, waar h(j stierf. De moord werd met
voorbedachten rade uit jaloezie gepleegd;
beide mannen beminden vurig ééne tooneel-
speelster te Osterode. Seidemann kwam daar
heen om Gesznor te dooden.
Hot molenwerk van Gerneren
Zonen te Mosz is, volgens bericht uit Chiis-
tiania, geheel afgebrand. De verzekeringssom
bedraagt 365,500 kronen. De schade treft
Noorweegsche firma's.
In den negerstaat Eboe (west
kust van Afrika) hebben afgrijselijke plech
tigheden plaats gehad ter nagedachtenis van
den onlangs overleden koning, tot verzoening
van de Ju-Ju-goden. Toen eenige kooplieden
uit Nieuw Calabar den nieuwen koning hunne
gelukwenschen kwamen aanbieden, vonden zij
die „godsdienstige ceremonie" in vollen gang.
Veertig menschen waren reeds geslacht, om
de Ju Ju te bevredigen. De oude koning lag
in een diep graf, en bij hem lagen zijne jong
ste vrouwen, die men onder afschuwelijke
martelingen, welke vier of vijf dagen duurden,
had ter dood gebracht, en op verschillende
plaatsen van de stad werden nog mannen
opgehangen, onthoofd, enz. In de eerstvolgende
tien maanden moeten nog 70 menschen (7 in
de maand) aan de goden geofferd worden.
De bekende Hoyos, die eenige
moorden op zijn geweten heeft, is ter dood
veroordeeld. Hoyos was een sluw, te slechter
faam bekend Belg, die eenigen tijd geleden
zijn leven voor 200,000 fr. verzekerde.
Eens maakte hij de opmerking dat hjj een
voorgevoel had, vermoord te zullen worden
en op 3 November 11. vond men dan ook op
den spoorweg naby Chantilly het lijk van
een man, wiens gezicht zóó verminkt was,
dat men de trekken bijna niet kon herken
nen, doch wiens kleederen „Hoyos" ge
merkt waren.
Er werd een onderzoek ingesteld en een
portret van Hoyos met het lijk vergeleken.
De rechter kon echter volstrekt geene over
eenkomst ontdokken en het bleek dat de
werkelijke Hoyos rustig te Valenciennes
woonde, zondor twijfel met het plan, na
afloop van het rechterlijk onderzoek de be
taling der verzekerde som aan t* doen vragen,
door eene vrouw, Alphonsine Figue, die hem
zeer goed kende.
Ondanks de zware bewijzen tegen hom, ver
klaarde Hoyos, dat hij onschuldig was. Hjj is
gehuwd geweest, doch heeft, naar men ver
moedt, zijne vrouw vermoord. Hij sloot eene
verzekering op het leven van zijn vader zon
der diens voorkennis en deed toen eene poging
om hem te dooden. Zjln schoonvader stelde bi)
voor, een bloedverwant, van wien hjj hoopte te
erven, te vermoorden. De vermoorde, wiens lijk
men op de rails vond, heette Baron en was met
Hoyos uit Belgis naar het Zuiden gereisd en
daar vermoord, waarschijnlijk met eene kleine
bijl, welke Hoyos, volgens getuigenis van een
timmerman te Rambouillet, op 30 October
door dezen liet slijpen.
Hoyos is schuldig bevonden en ter dood
veroordeeld.
De hertogin van Aosta, prinses
Laetitia Bonaparte, is bevallen van een zoon.
Daar, zooals men weet, de hertog van Aosta
met zijne nicht huwde, is de jonge prins de
achterneef van zijn vader en de neef zijner
moeder.
Deze jongste prins uit het Huis Savoys,
zoon van den vroegeren koning van Spanje,
zal de namen Humbert Harie ontvangen. De
geheele koninklijke familie zal de doopplech
tigheid te Turjjn bijwonen. Kardinaal Alimonda
zal het kind doopen. De minister-president
Crispi en de voorzitter van den Senaat Farini
zullen officèel tegenwoordig wezen.
BHet volgende heeft plaats
gehad in de omstreken van Parijs.
Een brave knecht van baron Roger, te
Gagny, (Seine-et-Oise) vervoegde zich ter
mairie om er kennis te geven van de geboorte
van een kind, hem des nachts geboren. De
eerste vraag van den ambtenaar gold den
naam der moeder. De man gaf op dat deze
heette Rose B.
„B?" vroeg de ambtenaar. „Maar hoe wordt
die naam geschreven Met met ey, met ay,
met ai of met aie? Bé? Bey? Bayr? Bai?
Baie?"
„Alleen B," was 's vaders antwoord.
„Hoe, alleon B? Maar dat is slechts de
eerste letter van den naam!"
„In het geheel niet. Mijne vrouw heet B,
alleen B, heel kortweg, en hare voorvaderen
hebben nooit anders getoekend."
De maire werd geroepen. De huwelijksakte
en die van geboorte werden opgezocht en bet
bleek dat Rose B, noch Bé, Bey, Bée, Bay,
Bai of Baie heette, maar alloen B.
De familie B draagt ongetwijfeld den kort-
sten geslachtsnaam van alle familiën in
Frankrijk.
KOLONIËN.
BATAVIA, 21 25 Mei. (Vervolg.)
Het spoorwegongeluk b(j Medan. Toen
Zondag-middag 12 Mei de te halféén naar
Laboean vertrekkende trein op het punt ge
komen was waar de beide spoorbanen naar
Bindjey en Laboean zich scheiden, derailleerde
de locomotief, en als gevolg daarvan de 4
eerste wagens, waaronder twee personen
wagens, een derde klasse- en een gemengd
lste en 2de klasse-rijtuig, terwjl de overige
4 wagens op de rails bleven staan.
Het was een aangrijpend schouwspel die
wagens, welke zooeven nog in sierlijke be
weging voortgleden, nu in bonte verwarring,
door elkander, en overdwars op en over de
baan te zien liggen en hangen, terwijl de
grond met stukken ijzer en hout, en rails,
die verbogen en uit hun verband gerukt waren,
als bezaaid was.
Een groot geluk is het, dat bij dit ongeval
niemand noemenswaardig letsel kreeg, zoodat.
èn passagiers èn treinpersoneel met den schrik
vrijkwamen.
Als oorzaak van het déraillement, het eersto
van eenig aanbelang, dat gedurende de exploi
tatie van den Deli-spoorweg voorviel, wordt
de niet juiste stand van den wissel beschouwd
en is de wisselwachtor dan ook gearresteerd
om zich daarover te verantwoorden.
De schade aan het materieel is nog al be
langrtjk, daar de locomotief, een zoogenaamde
koerswagen, en vooral het 3de klasse-rijtuig
zwaar geleden hebben.
Maandag te 1 uur waren de locomotief en de
wagens opgeruimd en de schade aan baan en
rails weder hersteld, zoodat van af dat oogen
blik de loop der treinen weder geregeld
plaats vond.
Verleden week Woensdag had nog een ander
ongeval plaats, en wel op de lijn naar Timbang
Langkat, tusschen dat station en de halto
Diski; een Amboneesch conducteur viel n.l.
onder het rijden van den trein en hoewel men
uit Timbang-Langkat dadelijk metdelocomo
tief den weg opreed om hem te zoeken en
derwaarts te brengen, overleed de ongelukkige
nog denzelfden avond aan de bekomen won
den; beide beenen waren door de volgende
wagens verbrijzeld en ook zijn hoofd was
zwaar beleedigd. Deli-Crt
Nadere berichten, door de „Deli-Crt."
omtrent den toestand te Edi ontvangen, ver
melden dat aldaar nu een geregelde oorlog
gevoerd wordt.
De vijand, die veilig op ruim 2000 man ge
schat mag worden, had zich versterkt tusschen
onze benting, het strand en de kwalla, van
waar hij onze benting aanhoudend beschoot.
Nadat onze troepenmacht aldaar versterkt
was geworden met twee compagniën infanterie,
eene sectie artillerie en eenige genie-soldaten,
werd den 7den tegen hem opgerukt en leden
de Atjehers bij die gelegenheid gevoelige ver
liezen; men spreekt zelfs van 100 dooden.
Als aanleiding van dezen vrij plotseling in
getreden oorlogstoestand, welke als eerste go
volg het verbranden van het uit ruim 50
huizen bestaande welvarende plaatsje had,
wordt onderlinge naijver der Atjehsche hoof
den genoemd.
Nadat zij eerst getracht hadden den Radja
van Edi bij ons gouvernement in discrediet te
brengen, werden later pogingen door hen in 't
werk gesteld om hem over te halen onze zijde
te verlaten en toen ook dit mislukte, werd
door den Radja van Poerlah, Panglima Proeng
Moeda en Halip Iapan de wapens tegen hem
en ons opgepakt.
De Radja van Edi heeft zich door onze be
scherming tot nu toe in eene groote mate van
welvaart mogen verheugen, daar Edi lang
zamerhand de voornaamste handelsplaats op
do Atjehsche kust was geworden en o. 3. de
uitvoer van peper daar zeer belangrijk was.
Nu zjjne landgenooten hem niet met een zoet
lijntje bobben kunnen overhalen, z(jn zij tot
feitelijkheden overgegaan, zonder, naar de
„Deli Crt." vertrouwt, ook op deze wjjze eenige
kans van slagen te hebben, daar zijn belang
volstrekt niet mesbrengt onze zjjde te verlaten.
Do geheele kust zal nu zeker wol geblok
keerd worden en niet vqoreenige weken, doch
voor langen tijd, daar dit de eenige manier is
om de Atjehsche hoofden tot onderwerping te
dwingen.
Van particuliere zjjde verneemt de „Java-
Bode" nog, dat in het gevecht te Edi, waarbij
luit. Gaade sneuvelde, diens kapitein al heel
spoedig neerviel, bedwelmd door een slag
op het hoofd, hem door een oud wjjf met
een patjol toegebracht. Luit. Gaade heeft
toen, zoolang tot de kapitein weder tot be
wustzijn kwam, al de op dozen gerichte
slagen orgevangen, terwijl de kapitein later
den Atjeher, die den luit. had doodgeschoten,
overhoop stak.
Uit Semarang wordt van 22 dozer gemeld,
dat dien ochtend van daar naar Atjeh ver
trokken is een groot aantal Ambonneesche
militairen, afkomstig van Solo, Djokja en
Magolang, ter aanvulling van de troepen al
daar. Deze bezending moet dienen ter ver
sterking van het garnizoen te Kotta-Radja,
daar dit door het zenden van manschappen
naar Edi grootendeels van troepen is ont
bloot. In militaire kringen wordt de aanval
op Edi door de' Atjehers, al mogen wjj voor
het oogenblik het daar een weinig hard te
verantwoorden hebben, als geen ongunstig
teeken beschouwd. Vroeger hadden de At
jehers het altijd gemunt op Kotta-Radja Bedil,
doch sedert zy daar er gevoelig van langs
kregen, staakten zy hunne aanvallen op die
plaats. Nu trachten zy te Edi hun slag te
slaan. "Wellicht is dit de laatste troef, welke
zy uitspelen.
Naar het „Bat. Nbl." verneemt, zal de
vacante betrekking van directeur der H. B.-
School te Soerabaia worden vervuld door
den heer K. L. Van Schouwenburg, gewezen
directeur der H. B.-S. to Semarang, thans
met verlof in Nederland, die hierheen terug
keert.
De onlangs uit Nederland aangekomen
en in de lste mil. afd. op Java geplaatste
2de luit. der inf. F. A. B. Op 't Eynde, is
ingedeeld by het 18de bat. inf. te Buitenzorg.
De lste luitenant van den topogra-
phischen dienst te Padang, P. A. H. Van der
Haas, is overgeplaatst naar het hoofdbureel
van dien dienst te Weltevreden.
De berri-berri alhier is, na geruimen tyd
stationnair en zelfs afnemend te zyn geweest,
weder aan het toenemen, zoodat hedenmor
gen achttien zieke dwangarbeiders naar het
gesticht te Buitenzorg moesten worden opge
nomen. (J.B.)
De Solosche correspondent van het „Soer.
Hbl." schrpft dat enkele hadji's, vermoe-
del yk van de goede soort, met ongeduld de
komst verwachten van hun soedara, dr.
Snouck Hurgronje, on dat van de Srikaton-
sche muiters een 13-tal by politieken maat
regel zullen worden verbannen, terwijl de
overigen voor den pradoto gedé zullen wor
den getrokken.
INGEZONDEN.
Mijnheer de Redacteur l
Naar aanleiding van het ingezonden stukje
betreffende de volksgezondheid te dezer stede,
noodigt ondorgeteokende tevens uit een blik
te werpen op don ongeredderden toestand in
de Prinsensteeg, togen de Armenkerk, alwaar
door particulieren de vryheid wordt genomen
dit gedeelte van deze steeg als mestvaalt te
gebruiken.
Zou er, Mynheer de Redacteur, aan dien
toestand geen einde gemaakt kunnen worden
Indien men b. v. oen bordje plaatste, ver
meldende „verboden vuilnis neder te werpen",
zou het ongerief van my en myne medebe
woners door deze politie-bepaling weggeno
men zyn.
Leiden, Uw Abonnó
26 Juni 1889. Van Tongeken.
Aangekomen badgasten te Katwijk.
Groot Badhotel: Mej. A. Stibbe, Arnhem: E.
Cortin, Berlijn.
Hotel Pension: Franz Weigel, Berlijn; J. Th. C.
Koch, Amsterdam.
Hotel Zeoruat: Movr. E. M. Berkelhaeh Van der
SprenkolMager, Hilversum.
Hotel du Bhin: Mevr. do wed. J. C. Berns—Be
Gonestet, Hilversum; mej. L. Hubrocht, Leiden; A.
N. J. Van ltiessem, Amsterdam.
Villa C. Kruijt: mej. H. W. E. Van Iterson, Breda;
mej. H. Vreede, Groningen.
Villa Anna: Mej. Van de Wall, mej. Viervant, beiden
van Arnhom.
Bij P. Aandewiel: J. Spruit, Alle