N\ 8990. (§eze dOourant wordt dagelijks, met uitzondering van (§on- en feestdagen, uitgegeven. Feuilleton. 13inscla,|^ 11 .Jiiïii. A*. 1809. PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 maanden1-/0. Franco per post1.40. Afzonderlijke Nommera0.05. PRIJS DER ADVBRTENTIEN: V*n 1—6 regel» 1.06. Iedere regel meerƒ0.17». Grootere letter» na»r pl*»t»raimte. Voor het in- c&eseeren buiten de ated wordt 0.10 berekend. KOLONIËN. BATAVIA, 30 April 6 Mei. Vervolg Omtrent de reeds kort vermelde vijandelijk heden te Edi schrijft de correspondent van het „Hbl." uit Atjeh het volgende Op klaarlichten dag werden denlOden April jl. op den passer te Edi plotseling drie daar vreedzaam wandelende Europeesche militairen door twee met „rentjongs" gewa pende Atjehers aangevallen. Eén der zonen van Mars koos het hazenpad, de twee ande ren werden zwaar gewond, doch leven nog. Niemand schoot toe ter hulp en de daders ontvluchtten ongehinderd. Deze aanval werd toegeschreven gedeel telijk aan wraak over de aanhaling, even te voren door den controleur Kamp vam Edi, van eetiige oorlogscontrabande in Perfak en overigens aan pogingen der vijanden van den radja van Edi, om decen, wien bet onder ons bestuur goed gaat, te moeilijkheden met ons te wikkelen. Intusschen waren -reeds vroeger en ook daarna nog berichten ingekomen, dat Edi door eene bende kwaadwilligen, onder be kende vijandige hoofden, zou worden aange vallen, doch zij vonden geen gekiSf. Ja, toen •ap 29 April jl. de radja van Edi den con troleur liet mededealen dat benden gewa- penden zich bij Pedawa Ketjil hadden ge nesteld en op Edisch gebied waren doorge drongen dat zijne bevolkings patrouilles, naar verschillende kanten uitgezonden, 's nachts op den vijand gestooten en -deze terugge dreven haddenhield men deze mededeelingen voor onwaar of minstens zeer overdreven. Anders werd het, toen de vijand op 30 April van zijne aanwezigheid officiëele mede- deeling deed, door onze benting te beschieten, en toen eene patrouille, uitgezonden op ver kenning, op korten afstand uit loopgraven-en versterkingen zoodanig begroet werd, dat zij moest terugtrekken. -Niettegenstaande geschut- en geweervuur uit de benting hield, de vijand niet alleen stand, maar was de communicatie tuescben onze versterking en de haven den hoofdweg door hem bezet en breidde hjj zjjne positie voort durend uit, ons aanhoudend beschietende. Patrouilles tot verkenningen mochten hier tegen niet baten. Het garnizoen te Edi ééne compagnie bleek niet sterk genoeg en versterking werd gevraagd. Op 6 Mei kwam deze van Groot-Atjeh: drie compagnieën in fanterie en éóne seetie genie en artillerie, die, op 6 Mei, bjj het oprukken van de mon- DE SIGARET] Naar hel Fransch, van Jules Claretie. DOOR JOHANNA, 7) „Wat ik wil, generaal, ik wil met u spre ken, met u alleen, ja, alleen." De jongeling zeide dit op zulk een gedeci- deerden toon, dat de oude generaal begreep dat hjj hem iets gewichtigs had mede te dee- len. Hjj gaf daarom aan zjjne manschappen een teeken hem alleen te laten. Toen ver haalde Juan hem nog eens van zjjne liefde voor Pepa en van de twee duizend douros, welke als bruidsschat noodig waren. „Welnu, wat wenscht ge dus van mjj?" vroeg de generaal. Araquil zweeg een oogen- blik, eer hjj antwoordde: „Gjj hebt mjj gezegd, generaal, dat het leven van Zucarraga een fortuin waard is. Garrido antwoordde niet. „Welnu, thans kom ik om dat fortuin vra gen. Ik heb het verdiend De generaal zag hem met gefronst voor hoofd aan en vroeg zich af of hjj den man goed had verstaan. Wat! verdiend? vroeg Ganido, na een oogonbhk. Ik begrjjp u niet. ding der rivier naar onze versterking, 's vjjands stellingen aanviel en dezen belangrjjke ver liezen toebracht. Dit zjjn de laatste berichten. Controleur Kamp overleed op den 2den Mei, nadat de assistent resident Van Assen te Edi was aangekomen. Wjj twjjfelen er niet aan of de rust te Edi zal door onze tusschenkomst spoedig weer, hoe dan ook, hersteld zjjndoch wjj vragen welk een toestand nog? Hoe gering is ons ge zag nog op eene plaats als Edi, waar sinds 1873 onze vlag waait en een besturend amb tenaar, gesteund door een garnizoen, gevestigd is? Hoe weinig invloed hebben die ambtenaren tot nu toe op hoofden der bevolking weten te oefenen En hoe slecht waren zjj ingelicht omtrent hetgeen in hunne onmiddel&jjke nabij heid voorviel? De 'benden, die oris na te Edi heiben durven aanvallen het heette wel dat z'J het alléén tegen den radja van Edi hadden, doch cjj beschoten en wondden onze se'ldaten zjjn we! degeljjk de onverzoenljjkenuit de zuideljjk en noordelijk van Edi gelegen staatjes, de „Muslemin" wier radja's onze z. g. vrien den zjjn versterkt met ontevredenen, die 'beweren door 'den radja van Edi te zjjn be- madeeld. Is dit laatste waar, dan ligt do schuld 'daarvan aan onze besturende ambtenaren te Edi, die in de voortdurenöo en onmiddellijke nabjjheid van den radja hem niet hebben weten te leiden. Heeft deze radja verkeerd gehandeld, dan moet zulks worden hersteld; maar de brutale kerels, die ons op dergelijke wjjze in ons eigen huis durven komen be stoken, -zullen, hopen we, snel en streng worden gestraft. In Groot-Atjeh is alles rustig, vooral nu, in de Vasten. De vele beraadslagingen, zen dingen en -verhandelingen tusschen ons en de Kemalaipartjj zullen, hoopt en vertrouwt men algemeen, na deze Vasten tot eenige bevredigende oplossing der Atjefc-quaestie leiden. De -colonne, die uit Bindjey een mili tairen ma-rsch naar 'de Bataklanden ge maakt heeft, is Dinsdag aldaar ir. goeden welstand, zonder een enkelen zieke, terugge keerd- De ontvangst van de zjjde der Ba takkers liet aan voor-komendheid -en hulp vaardigheid niets te wenschen. De controleur van Bindjey werd op t laatste oogenblik verhinderd den tocht mede temaken, die door do -ongebaande wegen en diepe ravij nen zeer vermoeiend moert geweest zjjn. D. C Den 29sten April jL zjjn op last van den Het is toch eenvoudig genoeg, antwosrdde Juan. Zucarraga zal voortaan het commando aan een ander moeten overlaten. „Is hjj dood?" „Mogelijk wel, indien hjj nu niet reeds dood is, zal hjj het morgen wel zjjn." „Wat!" riep de oude Garrido ontsteldzjjne wangen waren nu even wit als zjjn grjjze baard. „Hjj kon het morgen wel zjjn." Ara quil vertelde hem nu alles, hoe hjj het opper hoofd der Carlisten bespied had, om hem zjjn mes in de borst te planten, en hoe hjj uit den ring, welken hjj aan den vinger droeg, vergif op het verband had gestort. De generaal kon nauwelijks het verhaal tot het einde aanhooren; eene nachtmerrie scheen hem te zullen doen stikkenzjjne donkere oogen vlamden. Doch hjj zeide niets dan: „Hebt ge dat gedaan? Zjjt gjj aan zulk eene daad schuldig? Hebt ge een gewonde omgebracht?" Toen verhaalde Juan hem nog eens van zjjne liefde voor Pepa, en van den bruidsschat, waartoe hjj twee duizend douros behoefde. En dan, doodde Zucarraga niet al de dap pere mannen van Garrido? Ja, maar alleen in het gevecht, niet op eene lage wjjze. Zucar raga was een krjjgsman. Doch Araquil had slechts aan zjjn hartstocht voor Pepa gedacht; resident van Bantam weder zes kiais uit de afdeeling Serang opgevat en op de hoofd plaats onder politietoezicht gesteld. Evenals de reeds verbannen hadji Moehamad Asik uit de dessa Bendoeng en hadji Aboebadar van Kaganteren, hadden zjj met hadji Wasid en dïens rotgezellen de afspraak gemaakt, de hoofdplaats Serang uit te moorden en den opstand, bjj welslagen, te Tjilegon, in de afdeeling Serang, te verbreiden. Eén hunner, hadji Moehidin, had in de t jjdens den opstand reeds dikwerf genoemde dessa Troemboe ruim 600 man bjjeen om Serang aan te vallen. Eon ander, hadji Sangadeli, onderwjjzor van de kinderen van den regent, geljjk ook dr. Snouck Hurgronje in zjjn „Mekka" meedeelt, was eveneens op 9 Juli gereed om met een gedeelte der bevolking van drie kampongs, tot de hoofdplaats behoorende, en waarin vele gepensionneerde i-nlandsche hoofden en bloedverwanten van den regent wonen, hadji Wasid hjj te staan, zoo het dezen gelukt ware tct Serang door te dringen, in welk geval de overige gevangengenomen kiais elk ir. hun eigen district, tot de afdeeling Serang behoorende, den opstand hadden moeten doen uitbrek-en. Allerlei omstandigheden moeten den roei den van Bantam ^jjn ter ooren gekomen, waaruit zonneklaar bljjkt dat 'het doel van den opstand geen -ander was dan de omver werping van het gezag der kafirs, zoowel in Bantam als daar -buiten. Vele beraadslagingen ter voorbereiding van den opstand zjjn hier en daar gehouden, meestal voorgezeten door hadji Wasid. Hoe 'langer hoe meer krjjgt het 'eeetuur juiste inzichten omtrent den aard en den omvang van den opstand, welke door bet succes van de colonne-Van der Star zoo gelukkig in zjjne geboorte is gesmoord. Tegen den heer J. Van Ek, gewezen alge meen ontvanger van 's lands kas te Tandjong Pandan (Billitonj, is door den-Raad van Justitie te Batavia rechtsingang met -bevel van dag vaarding verleend. Genoemde persoon wordt 'beschuldigd dat hjj, terwjjl hjj algemeen ontvanger was te Tandjong Pandan :(Billiton) -en als zoodanig het beheer had van 's lands kae aldaar, nl. van 15 Juli 1885 tot 15 November 1888, uit die kas eene som van f 10,384.64, welke gelden zich -uit hoofde van zjjne voornoemde betrek king In zjjne handen bevonden, opzettelijk aan hare -bestemming -onttrokken en verduisterd heeft. '(Bat. Nbl.) Kaar het „Bat. N-W." mededeelt, heeft het hooggerechtshof al de vonnissen, tegen de Pepa wilde hjj hebben, al zou het u-ok Zucar raga het leven kosten. Welnu, Garrido had hem een prjjs toegezegdAraquil kwam dien nu in ontvangst nemen. De generaal vroeg hem waar Pepa woonde, riep een soldaat, gaf hem het adres op en, op Araquil wjjzende, zeide hjj„Breng dezen man naar het fort en waarschuw morgen den koster; er moet een huwelijk ingezegend worden; ga." De tjjd, welken Juan in het fort moest doorbrengen, scheen hem eindeloosvooral de nacht scheen nimmer een einde te zullen nemen. Hjj hoorde niets dan het geblaf der honden, een akelig gehuil van wilde dieren en geweerschoten in de bergen, waar zich do voorposten der Car listen bevonden. Tegen den morgen sliep hjj even in, droomde van Pepa en in zjjn droom legde hjj goudstukken in de magere hand van den ouden Chegaray, den bloedprjjs van een vermoorde, den bruidsschat van een levende! Het was reeds laat in den ochtend, toen een detachement soldaten, door een sergeant aangevoerd, Juan kwam afhalen. De generaal zond om hem. De sergeant beantwoordde geene enkele vraag, door Araquil aan hem gericht. Men leidde nu Araquil de hellende straat op, welke naar Hernani leidde en naar een groot plein voerde, waarop een kerkgebouw stond. Tjilegonsche muiters der derde groep gewezen, bekrachtigd op één nade daarin ter dood veroordeelde werd in revisie vrijgesproken. Men verzekert, volgens het „Bat. Hbh", dat de onderhandelingen met Panglima Polim zjjn afgesprongen. Door den gouverneur-generaal van Ned.-Indië zijn de volgende beschikkingen genomen: Civiel Departement. Verleend: Een 2-jarig ver- lol' naar Europa, wegens ziekte, aan den ingenieur 2de kl. J. De Booij en aan den onderwijzer 2de kl. J. Poetsmawegens 15 jaren onafgebroken dienst aan den griffier bij den Raad van Justitie to Padang; mr. J. Doornik. Een 2-jarig verlof naar Europa, wegens ziekte» aan den adspir.-control. W. B. P. H. Stortenbeker, en aan den werkmeester voor de ijzerbewerkiDg bij de Staatsspoorwegen W. Van Garrel. Benoemd: Tot griffier van den Raad van Justitie te Padang, de griffier bij de landraden te Bondowoso en Djember mr. A. J. E. Van Heycop ten Hamvan do landraden te Bondowoso en Djember, de ambte naar op non-activiteit L. M. Van der Eerden, thans tijdelyk ter beschikking van den voorzitter van de landraden te Bondowoso en Djember, om te worden belast met griffierswerkzaamheden bij eerstgemelde rechtbank; van den landraad te Ngandjoek de grif fier van do landraden te Karang Anjer en Keboemen H. Lafontaine, van de landraden te Karang Anjer en Keboemen, do gewezen griffier van de landraden to Koedoes en Japara P. E. Simons, thans tijdelijk ter beschikking van den voorzitter van de landraden te Magelang en Temanggoeng, speciaal om te worden belast met griffierswerkzaamheden bij Jaatstgemelde rechtbank. Tot adspir.-control. bij het Binnenl. Bestuur op Java en Madura do ambtenaar voor dtn Burgerl. dienst B. L. Van Bijlevelttot onderwijzer 2de kl. de ond. 3de kl. O. Van Ganswijk en W. J. Gerards. Toegevoegd: Aan den assistent-resident van Ngawi, de adspirant-controleur W. J. H. Van Rijck; aan den controleur der contróle-afd. Madioen, de ambtenaar voor den burg. dienst P. K. W. Kern. IG e p 1 a a t b tIn de contróle-afd. Gonding, afd. Kraksaan, de controleur 2dn kl. C. E. Van Kappen; in de onderald. Binamoe, afd. Zuider-districtcn, de oonfcroleur 2de kl. A. C. Veenhuijzen. Departement van Oorlog. Verleend: Een 2-jarig verlof naar Europa, wegens ziekte, aan den officier van gez. lste klasse L, P. C. Sörensen. Ontslagen: Op verzoek, eervol, uit Zr. Ms. mi itairen dienst, de luit.-kol. der inf. W. A. Sclimilau •en de offic. van gez. lste kl. G. A. Van do Roemer, eerstgenoemde wegens volbrachten diensttijd met behoud van recht op pensioen; op verzoek, eervol, uit Zr. Ms. mil. dienst wegens volbrachten diensttijd met behoud van recht op pensioen, de kapitein der •infanterie J. Stevele. Departement van Marine. Benoemd: Tot inge- nieur-werktuigkui dige 3de kl. bij het marine-établis- eemenb to Socrabaia, J. F. R. Hellendoorn, thans tijdelijk belast, met de waarneming der betrekking van ingenieur 2de kl. bij de fabriek voor do marine en het stoomwezen aldaar; tot 2den stuurman de 3de stuurman J. M. W. Ochendorf en overgeplaatst van de .„Tegal" op de „Zwaluw". Geplaatst: Do lste stuurman J. L. Kannegieter op de „Valk." Overgeplaatst: Do 2de stuurman A. C. H. Pleijte van do „Zeemeeuw" op do „Valk"; de lste stuurlieden W. Kuijper van do „Djambi" op de „Havik"; J. D. Remmers van do „Havik" op de „Djambi". Hot groote plein was vol toeschouwers; soldaten stonden in rjjen geschaarddicht aan de treden der kerk stond Garrido, bleek en onbeweeglijk, in groot tenue, met zjjne offi cieren, en eenige schreden verder stond, schoon als een heilige, in de zwarte sluiers van een feestgewaad, Pepa naast den ouden Chegaray. Araquil overzag het geheele tooneel met één oogopslag, de vergaderde troepen, met hunne bajonetten, welke in de zon schitterden, generaal Garrido, het schoone meisje en door de geopende kerkdeur achter in het gebouw eene prachtige kapel, die scheen over te vloeien van licht en goud. Men bracht hem voor Garrido. Araquil wierp blikken vol innige liefde op Pepa, die hem met hare zwarte oogen, door lange wimpers overschaduwd, verontrust aan zag; het scheen dat het misboek, met goud op snede,' in hare gehandschoende vingeren beefde, het boek, bjj hetwelk zjj gezworen had zjjne vrouw te zullen worden. „Roep den priester!" gebood de generaal. Slot volgl.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1889 | | pagina 9