figro uzc.^c>ts^s>^isft'Dtc>sess3SSSio wyk-binnen, waaraan het vorige jaar vole personen in Leiden en Noordwyk maanden lang lijdende waren. Om niet te spreken van de vele philan- thropische betrekkingon, welke hij bealeedt heeft h(j langzamerhand eene zeer uitgebr di(}e praktijk gekregen en was hjj by zy<^e armQ Bn rijke, johgö en oude patiënt^ zeer g0_ zien. Hoe verheugd waren y6ien toen zy hem in Februari 1886, na '^y-ne ernstige ziekte, weder in zyn beken'], rytuigje door de stad zagen ryden. Afgezien van zyn fljnt optreden by inwen dige ziejiten en oog- en oorlyders, was hy vooral bekend door zyn belangryk succes by de behandeling van kinderen. De stadsarmen in Wyk VIII kunnen getuigen van zyne werkelijke deelneming en harteiyke behan deling. "Waar het de verbetering van hunne woningen, hun drinkwater enz. betrof, ontzag hy moeite noch tyd, en het was hem steeds een waar genoegen stoffelyke hulp te kunnen aanbrengen. Het belang van zyne patiënten ging hem boven hot zyne; vandaar dat hy by voorbeeld in oen operatief geval, waarin hy meendo dat een zyner collega's beter zou slagen, zyn patiënt ridderlyk aanried zich tot dezen te wendon. Hy kwam weinig, maar wanneer hy kwam dan bleef hy lang en gaf by zich vollen tyd om de patiënten nauwkeurig te onderzooken en uitvoerige raadgevingen te verstrekken. Altyd bereid voor zyne collega's in de bres te sprin gen, wanneer zij uit de stad of niet dadelyk te vinden waren, was hy niet te bewegen eene familie met zyne hulp by te staan, indien zy niet eorst met haren vorigen geneesheer had afgehandeld, wat trouwens de beleefdheid meebrengt. Deze collegiale handelwyze bezorgde hem echter vele verdrietelykheden en vermeerderde meer dan eens het aantal zyner vrienden niet. Moch het zyn dat hy van zyn besluit, door zoovelen oprecht betreurd, niet meer terug te* brengen is, dan wenschen wy hom in zijne nieuwe woonplaats gelukkiger levensom standigheden toe, dan hem hier ten deel vielen. Aan den heer W. Oostelaar, stafmuzikant by het 4de reg. infanterie alhier, is op het middag-appèl voor het front der troepen in de Morschpoort kazerne op plechtige wyze de medaille uitgereikt voor 12 jarigen trouwen en oerlyken militairen dienst. Het eereteeken werd den jubilaris door den luitenant-kolonel Bloem zelf, onder eeno hartelyke toespraak, op de borst gehecht. De Algemeene Vergadering der Evange liscbo Maatschappy zal gehouden worden op Woensdag 28 Augustus a. s., te Leeuwarden. In de openbare samenkomst, den vorigen avond te houden, zal als spreker optreden prof. M. A. Gooszen van Leiden. Naar aanleiding van een ontvangen schry ven van Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland, daarby verzoekende of er bezwaar bestaat tot uitkeering van twee legaten, één, groot f 500, aan den kerkeraad, en één, groot f 1000, aan de diaconie der Herv. gemeente te Rynsburg, gelegateerd door mej. A. Van Ees, weduwe van den heer B. Van den Berg, te Zoeter- woude gewoond hebbende en overleden, is door burgemeester en wethouders van laatst genoemde gemeente medegedeeld dat daar tegen goen bezwaar bestaat. Door den Raad der gemeente Zoeterwoudo is besloten, ingevolge verzoek van den heer P. J. Ramaker, voor hem als pachter van de Leiderdorper tolbrug eene som van f 80 'sjaars, in te gaan 1 Juli a. s., beschikbaar te stellen als tolgeld voor de passage over genoemde brug ten behoeve der kinderen, wonende aan den Hoogen Ryndyk, die de openbare en byzondere scholen te Leiderdorp bezoeken. Maandag a. s. herdenkt een bekend Haagsch journalist, de heer B. Do Vries, zyne veertigjarige ambtsvervulling. Op jeugdigen leeftyd werd hy den lOden Juni 1849 ge plaatst op het Haagsch Correspondentiebureel, waar hy zestien jaar werkzaam bleef. In 1865 nam hy de betrekking van verslaggever voor Kamers en Gemeenteraad by het „Haagsche Dagblad" aan, werd in 1869 benoemd tot hoofdredacteur van de conservatieve „Noord star" te Groningen, en toen dit blad in 1874 ophield te bestaan, nam de heer De Vries nog een tydlang de redactie van de „Haagsche Nieuwsbode" waar, totdat hy in 1875 weder als Kamerverslaggevor by het „Haagsche Dagblad" optrad en sedert die betrekking is blyven vervullen. De wyze, waarop de heer De Vrios zijne taak van verslaggever vervult, vond meermalen en van verschillende zyden erkenning. Zyne v'jaghold -yan opvatting evenaart zyne v'u(j,esid van hand. Ook als redacteur vond hy te Groningen waardeering. Naar wy vernemen, worden door den minister van financiën eenige finantiëele her vormingen, ook op belastinggebied, voorbe reid, waarvan de voorstellen in den aanvang van het volgend zittingjaar by de Staten- Generaal zullen ingediend worden. Sir Horace Rumbold, gezant van Groot- Britannië by ons Hof, is heden uit het bui tenland in de residentie teruggekeerd. De heer Legrand, gezant van de Fran- sche Republiek, te 's-Hage, is heden naar het noorden van Frankryk vertrokken, ter bywoning van de vergadering van den Alge- meenen Raad, waarvan hy lid is. Jhr. mr. O. J. E. Repelaer van Mole naarsgraaf heeft gisteren aan het gemeente bestuur van Den Haag verklaard de benoeming tot wethouder aan te nemen en is nog den zelfden dag in de vergadering van B. enWs. aldaar als wethouder geïnstalleerd. By de Staatscourant van heden behoort een by voegsel, bevattende de vastgesteldé lyst van de hoogstaangeslagenen, verkiesbaar tot leden der Eerste Kamer, „in het hertogdom Limburg." Een jaar geleden hebben wy er reeds op gewezen, dat er onder de gewyzigde Grond wet geene reden meer bestaat de provincie Limburg met den naam van hertogdom te bestempelen. Art. 1 der Grondwet van 1848 sprak nog van „het hertogdom Limburg" en zulks wegens „de betrekkingon van het her togdom Limburg, met uitzondering van de vestingen Maastricht en Venloo en van hare kringen, tot het Duitsche verbond." Die betrekkingen hebben reeds meer dan 20 jaren opgehouden te bestaan, tegelyk met den Duitschen bond. Limburg is dan ook, sedert art. 1 der Grondwet geene opsomming meer van de deelen des Ryks bevat, ook wettelyk eene gewone provincie geworden. Onze Koning is niet Koning der Nederlanden en hertog van Limburg. De gewestelyke vertegenwoordiging van Limburg heet ook niet „hertogeiyken staten," maar „provinciale staten." De Provinciale Wot bevat geene enkele bepaling, die voor Limburg anders luidt dan voor de andere provinciën. Waarom- dan die verouderde, niets meer beteekenende benaming behouden? In de andere deelen des lands zyn do aandui dingen verdwenen, die met de voormalige souvereiniteit de afzondorlyke gewesten in verband stonden. Waarom zulk eene voor Limburg gehandhaafd? De Limburgers hebben vaak verzekerd dat zy even goede Nederlanders zyn als de Hollanders, Friezen en Zeeuwen. Laten zy dat dan ook toonen, door hun gewest te noemen by zyn waren naam: de provincie Limburg. {Hbl - In de „Wereldburger" komt 't volgende voor L. S. Toen wylen myn zoon vier jaren geleden zyne laatste ontdekkingsreis aan de Westkust van Afrika deed, genoot hy van de Boeren te Humpata, in den Staat Angola oorspronke- lyk uit de Transvaal afkomstig de meest hartelyke ontvangst. Zy steunden hem by zyne onderzoekingen en verpleegden hem by do ziekte, die weldra een einde aan zyn leven zou maken. Thans roepen zy myne hulp in tot het byeenbrengen van gelden voor het oprichten van een kerkgebouw en van eene pastorie ten behoeve van hun eersten predi kant. Dankbaarheid dryft my, voor hen te doen wat ik kan, maar lichaamszwakte ver hindert my alles te doen wat ik zou wen schen. En zoo richt ik my dan langs dezen weg tot allen, die iets voor myne vrienden te Humpapa zouden willen afstaan. Hunne gaven zal ik. dankbaar aanvaarden; terwyl ook mr. O. J. H. graaf Van Limburg Stirum te 's-Hage zich op myn verzoek bereid heeft ver klaard giften voor dit doel in ontvangst te nemen. Arnhem, 27 Mei 1889. P. J. Veth. Volgaarne heb ik my op verzoek van prof. Veth bereid verklaard deze zaak te steunen. J Tot allen, die belang stellen in de bevordering I van het Protestantisme onder onze stamge- nooten in Afrika, worde de bede gericht gaven voor dat doel af te zonderen. O. J. H. Van Limburg Stirum. De 1ste luitenant der mariniers J. M. Ente Van Gils en de officier van gezondheid lste kl. by de zeemacht M. M. Jung, uit Oost-Indië in Nederland teruggekeerd, zyn onderschoidenlyk gesteld ter beschikking van den commandant van hot corps mariniers en op non activiteit. De Sta;,CScGUrant van heden bevat een koninklijk, besluit van 27 Mei jl., waarin het vo'.gende tarief van frankeering voor verzen ding rechtstreeks overzee (zoogenaamde „Zee post") tusschen het ryk en zyne koloniën en bezittingen in Oost- en West-Indië wordt vastgesteld: a. brieveneen port van tien cent, voor olk gewicht van 15 grammen of gedeelte van 15 grammen b. briefkaarteneen port van vyf cent per enkele kaart en een port van tien cent voor eene kaart met voorafbetaald antwoord; c. papieren en bescheiden (documenten), ge drukte stukken en monsters: een port van twee cent, voor elk gewicht van 50 grammen of gedeelte van 50 grammenmet toepassing evenwel van een minimum, wat de papieren en bescheiden betreft, van tien cent, en wat de monsters aangaat, van vyf cent voor elke verzending onder een afzonderlyk adres. Het port voor papieren en bescheiden, ge drukte stukken en monsters van koopwaren, welke op andere wyze dan langs den recht- streekschen zeeweg tusschen hot ryk en zyne koloniën en bezittingen in Oost- en West-Indië worden uitgewisseld, bedraagt 3 cent voor elk gewicht van 50 gram of gedeelte van 50 gram, met toepassing echter van een minimum van 15 cent, wat de papieren en bescheiden, en van 5 cent, wat de monsters betreft, voor elke verzending onder een afzonderlyk adres. Men schryft uit DeventerBy de opvoe ring van C. Van der Lindens opera „Catharina on Lambert", door het gezelschap van de Hollandsche Opera, op de kermis alhier, scheen het tooneel voor een oogenblik in het eerste badryf in een bloementuin herschapen. Ver schillende kunstvrienden boden den componist en bekwamen orkestmeester, den zangeressen en zangers, die de hoofdrollen vervulden, benevens den directeur De Groot, tal van kransen en ruikers aan. Aan de universiteit te Groningen heeft mej. G. C. C. Mertens, geb. te Nymogen, met g09d gevolg het theoretisch tandheelkundig examen afgelegd. De minister van oorlog heeft aan de betrokken militaire autoriteiten voorstellen gevraagdom de vesting-artillerie en het corps torpedisten reeds in vredestyd met geweren te wapenen. Het plan bestaat dan, die bewapening te doen geschieden met klein kaliber geweren, die later vervangen kunnen worden met ge weren 71/88, wanneer do infanterie volledig van laatstgenoemde geweren zal zyn voorzien. Ook wordt er aan gedacht het corps pon tonniers van vuurwapenen te voorzien. De viering van het zestigjarig bestaan van het reg. grenadiers en jagers zal, met het oog op de Zondagsrust, niet op den 7den, maar op den 8sten Juli plaats hebben. Het stoomschip „Soerabaia", van Rotter dam naar Batavia, vertrok 7 Juni van Colombo. Z. M. heeft aan Weston Ayles William Oliver, geboren te Weymouth, in Engeland, vergunning verleend tot het geven van hooger onderwys aan eene byzondere school van voorbereidend hooger onderwys te Voorschoten. Den luit.-kolonel A. M. Van Rouveroy van Nieuwaal van het 8ste reg. inf., op zyne aan vrage, op pensioen gesteld en het bedrag daarvan bepaald op 1800 'sjaars. Voorts benoemd bij het wapen der infan terie, tot kapitein, den lsten luitenant J. P. A. De Kleyn, van het wapen, thans op non- activiteitby het 3de reg. inf., tot kapitein, de eerste luits. F. Paro, van het 6de reg., en B. Van Bekum, van het algemeen depot van discipline; by het 5de reg. inf., tot ka pitein, den eersten luit.-adj. J. B. Veltman, van het 3de reg.by het 7de reg. inf., tot majoor, den kapitein J. H. Weenink, van hot reg. grenadiers en jagers; by het 8ste reg. inf., tot luit. kol., den majoor J. C. Sant- hagens, van het 7de regiment. Verder den kapt. G. Feenstra, van het 3de regt. inf., krachtens punt 4o. van art. 38 der wet van 28 Augustus 1851 (Staats blad no. 128), op non-activiteit gesteld. De kapt. der genie P. G. Van Schermbeek, thans met verlof in China, te rekenen van 16 Juli 1889, krachtens punt 5o. van art. 38 der wet van 28 Augustus 1851 (Staats blad no. 128), op non-activiteit gesteld voor den tyd van hoogstens zes maanden en zonder bezwaar der schatkist. In zyn rang overgeplaatst by het reg. grenadiers en jagers, den kapitein H. A. Le Bron de Vexela, van het 7de reg. inf. Met ingang van 1 Juli 1889, aan den hoofd ingenieur lste kl. aan 's Ryks waterstaat L. H. J. J. Mazel, op zyn verzoek, wegens gozondheidsredenen, eervol ontslag verleend, onder dankbetuiging voor de goede diensten, door hem aan den lande bewezen en behou dens aanspraak op pensioen of wachtgelden voorts bevorderdtot hoofdingenieur van den waterstaat lste kl. A. M. K. W. baron Van Ittersum, thans hoofdingen. 2de kl.; benoemd tot id. 2de kl. R. O. Van Manen, thans ingenieur lste kl.bevorderd tot ingenieur van den waterstaat lste kl. A. A. Bekaar, thans 2de kl.; tot id. 2de kl. H. F. Beyer- man, thans 3de kl.; tot id. 3de kl. jhr. F. L. Ortt, thans adspirant-ingenieur. Met ingang van 1 Juli 1889, W. R. J. Hackfoort, directeur van het Rykstelegraaf- kantoor en brievengaarder te Egmond, op zyn verzoek, benoemd tot telegraphist der 2de kl. by de Rykstelegraaf. Den heer N. W. Doesburgh, gewezen adspi rant-ingenieur by den waterstaat en 's lands burgeriyke openbare werken in Nederlandsch- Indië, laatstelyk met verlof hier te lande, op zyn verzoek, eervol uit 's lands dienst ontslagen. Den heer E. Meyer, gewezen tydelyk alge meen ontvanger van 's lands kas te Kotta- Radja, laatstelyk met verlof hier te lande, op zyn verzoek, eervol uit 's lands dienst ontslagen, met toekenning van pensioen. Gemengd N lsuws. 'sRyks Ethnographisch Museum, afdeeling Nederlandscli Oost-Indië, Hoogewoerd 108, zal op Zondag 16 Juni a. s. van twaalf tot vier uren weder voor het publiek ter be zichtiging zyn opengesteld. Menig zeilvaartuig, een enkel sier lijk opgetuigd met vlaggen, verliet reeds heden- namiddag onze stad om koers te zetten naar het Kagermeer, het terrein voor „Njords" internationalen roeiwedstryd. Ook de gieken van die Leidsche Studenten-roeivereeniging werden bereids derwaarts vervoerd. Men meldt ons heden uit Katwyk: Hedenmiddag is per tram van 2.30 uit Leiden te Katwyk-binnen een kindje van 2 jaren overreden. Het armpje werd van het lichaam gescheiden en de beentjes werden jjedeeltelyk verbrijzeld. Geneeskundige hulp werd terstond verleend door twee heeren van het academisch ziekenhuis te Leiden, die juist op de tram waren. Met de volgende tram is het kindje naar dat zie kenhuis vervoerd. Men schryft ons heden uit Zoe- terwoude Een beruchte, jeugdige strooper in deze gemeente moet 2 maanden wegens stroopery in de gevangenis doorbrengen. Daar hy zich niet ontziet als vechtersbaas op te treden en den ingezetenen schade te berokkenen, zal dit feit wel met vreugde vernomen worden. Moge de jonge man in de plaats van be waring zyne verkeerde levenswyze inzien! Uit Alkmaar wordt gemeld: Naar aanleiding van een door heeren Dykgraaf, Heemraden en Hoofdingelanden van den polder „de Heer-Hugowaard," te Hoer-Hugowaard, by Alkmaar, genomen besluit omtrent de uit breiding der stoombemaling van dien polder en wel tot volledige stoombemaling, zoodat de nog bestaande watermolens geheel buiten werking zullen kunnen gesteld worden, waar door (zoowel uit een materieel, als uit een fiaantiëel oogpunt beschouwd) aan de lang gevoelde behoefte der ingelanden wordt vol daan, heeft dezer dagen de aanbesteding der gebouwen voor het nieuwe stoomgemaal, dat onmiddellyk aan of by het bestaande zal worden gebouwd, plaats gehad. Van het bestaande, in den jare 1877 ge sticht, werden de gebouwen door het bestuur van den polder onder eigen beheer opgericht, terwyl de vervaardiging en levering, benevens het stellen der machines, ketels enz. tot een vermogen van 120 paardenkrachten in water opbrengst, werden opgedragen aan de Maat schappy „IJzergietery de Prins van Oranje" te 's-Gravenhage. De uitmuntende werking en solide con structie dier werktuigen enz. heeft het be stuur aanleiding gegeven de Maatschappy „IJzergietery de Prins Van Oranje" thans opnieuw te belasten met de vervaardiging, levering en het stellen van eene Com pound stoommachine met stoomketel en hevelcentrifugaalpomp voor een direct wer kend lievelcentrifugaalpomp stoomgemaal van 65 paardenkrachten in wateropbrengst. Do gebouwen zjjn aangenomen door den heer J. Oldenburg, aannemer te Bergen (N.-H.), terwyl de directie over den bouw is opgedragen aan de heeren J. Goldberg Zoon, architecten to Hazerswoude.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1889 | | pagina 2