h\ 898t. Dinsdag Apidl. A*. 1889. geze (iCourant wordt dagelijksmet uitzondering en feestdagen, uitgegeven. van Zon- Leiden, 20 April. Feuilleton. |De man met den blauwen mantel. DAGBLAD. PRIJS DEZER COURANT: Ivoor Leiden por 8 maanden1.10. iFranco per post1.40. I vfzonderlijfce Nommeren 0.05. PRUS DER ADVERTENTIEN Van 16 regels 1.05. Iedere regel meer 0.17£. Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het in- casseeren buiten de stad wordt 0.10 berekend. Officieel© Kennisgevingen. burgemeester en Wethouders van Leiden, brengen bij deze ter algemeene keDnis dat hot fa r e a u van den Burgerlijken Stand op aandag den22sten April a. s. (Tweede jaschdag) zal geopend zijn des namiddags van faalftot twee uren. Burgemeester en Wethouders voornoemd, iLeiden, DE KANTER, Burgemeester, jl April 1889. E. KIST, Secretaris. I Bij het gehouden examen ter toelating It de krijgsschool is Toor den Intendance- (irsus geslaagd de luitenant-kwartiermeester Groenveld, van het 4de reg. inf. alhier. Onze geachte stadgenoot de heer C. lancken vestigde zich alhier al3 apotheker lor overneming van de zaak van den heer ïijnstroom (op deu Nieuwen Ryn) den lsten ■ei 1864, nadat hü den 6den Augustus 1862 In diploma had verkregen. In 1872 werd lid van de commissie voor de Gemeente- |potheek, van welke commissie hy secretaris In 1873 is hij lid van de Gezondheids- fitnmissie geworden, en in 1875 werd hem or Prins Alexander vergund het wapen te beren als apotheker van Z. K. H. Sedert Éne vestiging mag hy zich verheugen in eene loeiende zaak, en den lsten Mei a. s. zal hij Ijs 25 jaren alhier gevestigd zyn. Zeker zal let hem op dien dag niet aan blijken van ^langstelling ontbreken. In de jongst gehouden gewone leden- Jergadering van de afdeeling Leiden en Om- treken der Nederiandsche Maatschappij voor tuinbouw en Plantkunde was ingekomen eene lissiva van het Hoofdbestuur, in antwoord Ij een schrijven van den secretaris, waarin |eze namens de Afdeeling de gouden medaille er Maatschappij aanvroeg, ter belooning van ll-jarigen trouwen dienst voor een knecht |in een der leden. Het Hoofdbestuur berichtte dat eene derge lijke medaille alleen door de Algemeene Ver lidering kan worden toegestaan. Op voorstel lan het Bestuur werd besloten nadere inlich tingen in te winnen, ten einde dan een voor rei voor de Algemeene Vergadering in dien |in te doen. Tevens kwam aan de orde het voorstel van ten heer E. Th. Witte tot het benoemen van jfene commissie, belast met het geregeld be- poeken van en rapporteeren over tuinen en |kweekerijen in Leiden en omstreken, welk Voorstel in de laatst voorgaande vergadering iJn beginsel was aangenomen. Op verzoek van de laatstgehouden verga dering had de voorsteller zijn plan, bijwijze van een reglement uitgewerkt, aan het Be stuur toegezonden. De heer Van de Pavord Smits ledreedhet reglement, evenals het geheele voorstel, daar hy van meening was dat het aanleiding tot onaangenaamheid zou kunnen geven. De voorzitter, die met het voorstel wel was ingenomen, vond, evenals dr. Weebers, het reglement wat kras, en vreesde dat nimmer een kweeker aan eene commissie zou toestaan zijne kweekery te bezoeken, indien deze com missie in dien zin rapporteerde. Dr. Weebers kon zich met het plan zeer goed vereenigen, maar meende dat de com missie hare werkzaamheden door een huishou delijk reglement moest regelenook hy vond het voorstel nu wel wat te streng en vooral te officieel. De heer Vlieland merkte op, dat zulk eene commissie wel zonder reglement zou kunnen werken. De heer Witte Jr. verdedigde het reglement, dat volgens hem volstrekt niet te gestreng was; zyns inziens moest de commissie, zoo wel als de kweekers en liefhebbers, die door de commissie bezocht werden, weten, waaraan zy zich te houden hadden. Het voorgestelde reglement toonde duidelyk naar zyne meening aan, dat het plan niet was eene strenge com missie van enquête te benoemen, maar wel eene zoodanige, die ter kennis van de leden zou brengen, wat er fraais en interessants te zien is in do tuinen en kweekersen van Leiden en omstreken. Na deze lange en zeer levendige discussie, werd eindelyk besloten, dat in de volgende vergadering eene zoodanige commissie zal wor den benoemd, welke, indien zy dit noodig acht, dan haar huishoudeiyk reglement zelve zal kunnen ontwerpen. Een voorstel tot het houden van een cursus in het tuinbouwteekenonderwys en de schei kunde, kon, aangezien de voorsteller zyne plannen nog niet uitgewerkt had, niet in be handeling worden genomen. Gedurende de pauze hadden de leden ge legenheid de schoone verzameling planten, door den heer G. F. Hemerik ingezonden en waaronder vooral eenige fraai en ryk bloeiende Rhododendrons uitmuntten, te bezichtigen; na de pauze werd een dertigtal dier planten gratis onder de leden verloot. Semp Onder beheer van den architect den heer W. Kok alhier, is te Helder in het openbaar aanbesteed: het bouwen van een Zoölogisch station met bovenwoning voor den directeur te Helder. De laagste der 19 inschryvers was de heer J. Schuitemaker Dz., te Dordrecht, voor 16,600. De anti-revolutionairen in het district Leiderdorp hebben voor de Provinciale Staten tot candidaat voor de vacature Hubrecht ge steld mr. S. baron Van Heemstra, voorzitter hunner kiesvereeniging, oud burgemeester van Hillegom, curator van de Vryo Universiteit en reeds meermalen candidaat voor de Tweede Kamer en de Staten. De liberale kiesvereeniging „Volksbelang" heeft tot candidaat gesteld mr. H. graaf Van Limburg Stirum, burgemees ter van Noordwyk, die de candidatuur aan vaardt. Het comité tot behartiging der belangen van de omwonenden van Leiden heeft zich tot de besturen der verschillende kiesvereenigin- gen gewend, met verzoek by de aanstaande verkiezingen voor de Provinciale Staten can- didaten te stellen, van wie bekend is, datzy wensehen mede te werken tot handhaving van het grondgebied van de gemeenten Zoe- terwoude, Leiderdorp en Oegstgeest op den tegenwoordigen toeBtand. (Vbg.) Het verslag van de uitkomsten der zeevisschery in de gemeente Katwyk over het afgeloopen jaar luidt aldus: lo. Haringvisschery. Het getal bomschuiten bedroeg 64 mot 624 koppen bemand, die 208 reizen deden. Aangebracht werdgave steurharing 3,718,000; geschonden haring 79,200; haring aan tellers 170,000, pekelharing 24,144,700, te zamen 28,111,900 stuks. De opbrengst der steurharing was 28,798. De pryzen van de pekelharing per ton en van de steurharing per 1000 stuks bedroegen Hoogste Laagste Middel prjjB. pr(j8. pr(j8. volle pekelharingƒ14.25 f 9.75 13.— yle „11.50 „9.— „10.25 volle steurharing 20.20 7.50 12.75 yle 8.- „6.75 6.- 2o. Zomervisschery. Door 60 schuiten, met 360 koppen bemand, die 1140 reizen hebben gedaan, werd gezameniyk f 87,136 besomd. Kabeljauw en schelvisch werd niet aangevoerd. Maandag-avond 22 April, te halfzeven, zal de Rynsburgsche zangvereeniging „Euterpe" hare eerste uitvoering geven in hot gebouw der Gemeenteschool. Deze vereeniging, een voudig en bescheiden in haren werkkring en uitsluitend opgericht met het doel jongeheden op gepaste en nuttige wyze bezig to houden, mag zich aanvankelyk in een on gedachten bloei verheugen. Ook de Warmondsche Christelyke zangver eeniging hoopt Donderdag avond 25 April a. s. eene uitvoering te geven in de Hervormde kerk aldaar. By die gelegenheid zal als woord voerder optreden dr. Hoedemaker, predikant te Nyland, oud hoogl. aan de Vrye Universiteit. Tot de Vorsten, die, in antwoord op de kennisgeving van den Hertog van Nassau, dat hy het Regentschap van Luxemburg had aanvaard, hem hun gelukwenschen aanboden, behoorde, zooals reeds gemeld is, ook do Groothertog van Saksen-Weimar en H. K. H. Prinses Sophie. Dit telegram luidde: Aan Zyne Hoogheid den Hertog van Nassau te Luxemburg. Gy hebt geiyk, waarde neef, op onze meest hartelyke gelukwenschen te rekenen, die wy U aanbieden by Uwe komst tot het Regent schap. 't Is Gods wil, die U met de waardigheid van Regent belast, en Hy zal U zyn steun vorleenen, geiyk hij ons helpt den droevigen tyd van het lyden van den armen Koning te dragen. God zy met U en met de Uwen. Weimar, Kakel Alexander. 9 April '89. SoriiiE. Volgens een telegram uit Nieuw-York aan de „Financial News," zyn mr. S. Van Houten en zyne reisgonooten, begeleid door den heer Martinson, den 16den dezer uit Nieuw- York vertrokken om het geheele Missouri Kansas- en Texas-net persoonlyk in oogen- schouw te nemen. Aan den heer D. Drost, ingenieur, belast geweest met den aanleg der gemeente-water leiding te Kampen, is een dergolyk werk op gedragen voor Mainz. De 1ste luit.-kwartiermeester A. A. E. Van Dorth, van het regiment grenadiers en jagers, wordt tot kapitein bevorderd. Het stoomschip „P. Caland" is 19 April van Amsterdam te Nieuw-York aangekomen de „Prins Frederik," van Amsterdam naar Batavia, passeerde Kaap Rocca 19 April; de „Bantam," van Amsterdam naar Batavia, paa| seerde 19 April Dover. By koninklyk besluit is aan J. Den Hartog Jager, notaris in het arrondissement Arnhem, op zyn verzoek, vergund, met ingang van 1 Mei 1889, zyne standplaats van Valkenburg over te brengen naar Herveld. By het personeel van den geneeskundigen dienst der landmacht benoemd tot officier van gezondheid 2de kl., de student in de genees kunde (arts) dr. K. F. Wenckebach. Herinneringen uit den Franschen tijd. |13) DOOR A. J. RANK. Geen rumoer werd vernomen; stil en zwy- Irend volgt de massa den langzaam voort- lraanden stoet. Hier en daar ontdekt men I verontwaardiging, gramschap of verbeten Iwoede op de gelaatstrekkenmaar toch, slechts Iweinige oogen fonkelen. De blik der meesten lis dof en moedeloos. Ginds, by denhoek van I t Hang, staan vyf kloeke zeelieden in fluis terend gesprek. „Ziet ge," fluistert de een laan den anderen toe, „ziet ge het opschrift Iop dezen gevel: „in duizend vreezen"? Me I iunkt dat het er op 't oogenblik net zoo I Spaansch uitziet, als toen de moord plaats I had onder Bossu in 1572. Die kerels daar I (doelende op de gevangen sluikers) moeten 1 hier, zoo goed als wy, aanzien hoe hun ryk- I dom wordt verbrand, en God weet wat ze nog uit zullen moeten staan, eer ze weer de I planken onder de voeten hebben." „St.zogt een ander, kyken i3 wijzer dan praten. „Drommels," zegt een derde, en hy balt de vuist, „'t is om er beroerd van te worden." „Bedaart," zegt de kloekste van allen, „ieder zoeke zich een plaatsje. Over een uur in de taverne by 't Gemeenlandshuis." En zonder verder een woord te wisselen, mengden de vyf zich onder het volk. Op de markt gekomen, beklom de Prefect, gevolgd door de Hoofdambtenaren, eene tri bune. De klok der groote kerk werd geluid; daarna schetterden de trompetten en onder eene diepe stilte las hy het Keizerlyk Decreet voor, waarby de verbranding van aangehaalde Engelsche goederen was gelast. Toen hield hy eene toespraak tot de gevangenen, waarin hy hen als verraders brandmerkte, die den dood verdiend hadden, maar die door de ge nade des Keizers slechts tot vyf jaren tucht huisstraf waren verwezen. Vervolgens werden hunne namen den volke bekend gemaakt en eindelyk werd hun hoofd voor hoofd afge vraagd of zy in den krygsdienst wilden over gaan, in welk geval hen de straf werd kwyt- gescholden. Niemand wilde, en hoe dof en wezenloos het volk ook was, ging er toen toch een gemompel van goedkeuring door de ryen en zelfs verstoutten sommigen zich om „hoerah!" te roepen. Die stouten werden echter terstond opgemerkt en zouden, als de Prefect het ge last had, terstond gevangen zyn genomen; maar wyseiyk scheen hy te begrypen, dat de comedie, die gespeeld was, toch uit haren aard reeds tergend gehoeg was. Ten laatste volgde de wenk tot vernieling. De met teer gedrenkte mutserd vlamde van alle kanten op. Een ontzettende vuurklomp werd zichtbaar en binnen het uur was voor ongeveer een half millioen goederen door het vuur vernield. De aftocht geschiedde daarna in dezelfde statige orde. Het volk ging mok kend uiteen en de groote Keizer had weder eenige duizenden zyner onderdanen nog meer van zich vervreemd dan zy reeds waren. X. Wy bevinden ons op den 20sten November van betzelfde jaar aan 't havenhoofd te Schie dam en treden eene niet zeer aanzienlyke herberg binnen. In de gelagkamer zitten een paar menschen om den haard en drinken het Schiedammernat met kennelyk welbehagen. Doch we houden ons daar niet op, maar gaan de keuken door naar een binnenplaatsje, dat schynbaar geen uitgang heeft, althans de eenige deur, welke aanwezig is, geeft toe gang tot een boenhokje. En toch zyn daar straks menschen opgegaan en we zagen ze niet terugkeeren en nu zyn ze er niet en men zou vleugels moeten hebben om over den twaalf voet hoogen muur een uitgang te vinden. De kastelein beantwoordt den groet en op de fluisterend gedane vraag: „Vliegen hier ook meeuwen?" is het antwoord: „Ik zal ze u laten zien." Dan gaat hy de vragers voor en opent in het boenhok eene schuif deur en hier zitten in een vertrek, dat alleen door een glazen dak zyn licht ontving, zeven menschen in druk gesprek. Wy kennen ze allen, 't Zyn de man met den blauwen mantel en Piot De Neer, benevens Trouw en zyne manschappen. Nadat Trouw verhaald had wat hy onder vonden had op het water en gezien te Rotter dam, kon by niet nalaten daar een hartoiyk woordje by te voegen aan het adres van zyne Fransche Majesteit en besloot met te zeggen, dat d9 brief, welke hem de bevelen van „Mynheer" overbracht en hem ter hand werd gesteld ten kantore van den heer Van Duinen in de Boompjes, hem en de kameraden voor het eerst weer had doen lachen, na de bittere ervaringen te water en te land, en dat zy, gehoorgevende aan het opontbod, nu met verlangen uitzagen naar de nadere bevelen, welke „mynheer" volgens zyn schryven hun hier zou geven. Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1889 | | pagina 13